WK Superbike Navarra, Spanje
Na zeven raceweekends en 21 races begint voor Jonathan Rea en Toprak Razgatlioglu de strijd weer vanaf nul. Tot de tweede race op zondagmiddag leek wereldkampioen Rea zijn minimale voorsprong op Razgatlioglu iets te kunnen uitbouwen, maar toen de Turkse Yamaha-rijder de laatste race won voor Scott Redding en Rea, waren de puntentotalen weer gelijkgetrokken. Michael van der Mark kon zijn teamgenoot Tom Sykes niet bijhouden.
Op het krappe, bochtenrijke en uitermate hobbelige circuit van Navarra, nieuw op de Superbike-kalender, werd na afloop van elke race het podium bezet door dezelfde rijders. Het was ook het trio rijders, Jonathan Rea, Toprak Razgatlioglu en Scott Redding, dat aanspraak maakt op de titel. Voor het tweede weekend op rij bleef Rea zonder overwinning, Redding is de enige van het drietal die in de laatste zeven races telkens finishte en dat ook nog eens deed met top 3-klasseringen. In die wedstrijden scoorde de Brit 131 punten, terwijl Razgatlioglu 105 punten kon bijschrijven en Rea bleef steken op 93. Vooralsnog is Redding met zijn Ducati met zijn twee sterke optredens in Most en Navarra – drie overwinningen en drie tweede plaatsen – echter een outsider voor de titel, met een achterstand van 38 punten ten opzichte van Rea én Razgatlioglu. Redding was in het Noorden van Spanje desalniettemin voor de eerste keer in 2021 de sterkste rijder. De nummer 2 van vorig seizoen reed bekeken en vol zelfvertrouwen en zette de eerste race op zaterdag na vijf ronden kopwerk van polesitter Rea ogenschijnlijk moeiteloos naar zijn hand – zeker nadat regerend kampioen Rea de voorkant van zijn Kawasaki een paar keer vervaarlijk voelde wegglijden. Rea was in de bloedhitte in de weinig opwindende processie op zijn beurt te snel voor Razgatlioglu, die na een achtste startplaats een acceptabel raceresultaat neerzette. De Superpole-race bood in de openingsronden wel het spektakel dat de zaterdagwedstrijd ontbeerde. Redding was andermaal de snelste – het was sinds zijn entree in het WK Superbike in 2020 pas zijn tweede Superpole-racezege – hoewel Rea dankzij een knappe eindspurt nog tot op 0,6 seconde naderde. Andermaal kon Razgatlioglu weinig anders doen dan volgen; zijn beste optreden bewaarde de Yamaha-kopman tot de slotrace. Vanaf de derde startplek de race leidde Razgatlioglu van begin tot eind. Onverwacht werd Redding aanvankelijk in de strijd om de tweede plaats geen kans gegund door Rea. Toen de wereldkampioen echter andermaal een slide van zijn voorwiel ternauwernood kon opvangen, vloog Redding buitenom en poogde de achterstand op de vertrokken Razgatlioglu goed te maken. Dat lukte niet meer, maar Reddings inhaalactie ten opzichte van Rea betekende wel dat de Noord-Ier en de Turk puntgelijk aan het achtste Superbike-treffen in Magny-Cours gaan beginnen.
De Franse WK-ronde belooft op voorhand interessant te worden. Rea wist sinds zijn komst naar Kawasaki in 2015 acht van de twaalf races te winnen, terwijl Razgatlioglu in 2019 zijn eerste Superbike-race won op Magny-Cours. Net afgetroefd door Rea in de kwalificatie, was Scott Redding in de drie races telkens de sterkere. “Aan het begin van het seizoen was er te veel druk, te veel stress”, verklaarde de 28-jarige Engelsman. “Na het weekend in Donington (met slechts één vierde plaats, red.) dacht ik ‘relax, chill out, je weet dat je kunt winnen. Waarom leg je er zoveel druk op’. De machine is, afgezien van een klikje hier en daar, nog dezelfde als die van Donington. Het goede is ook dat we onder verschillende omstandigheden competitief zijn, dus als we dit vol kunnen houden, is dat ook goed voor het kampioenschap. Iedereen schreef me al zo’n beetje af. Dat interesseert me echt niet. Als het lukt: geweldig. Lukt het niet, dan weet ik in ieder geval dat ik er alles aan heb gedaan. Ik moet ontspannen blijven en de druk ligt bij de andere twee, niet bij mij.”
Redding kwam al vóór het raceweekend in het nieuws toen BMW bekendmaakte dat hij volgend jaar de teamgenoot wordt van Michael van der Mark in het fabrieksteam. Hij vervangt de 36-jarige Tom Sykes, die wel een aanbod heeft om met fabrieksmateriaal in een ander BMW-team ondergebracht te worden. De wereldkampioen van 2013 bekijkt zijn opties, waartoe ook Honda behoort. De fabriek bereidt zich voor op het vertrek van Alvaro Bautista. Die lijkt terug te keren naar Ducati, waar hij in 2019 zestien races op zijn naam schreef, maar naast de titel greep.
Michael van der Mark, voor de races in Navarra vader geworden van een zoon, kende een onbevredigend weekend in Navarra, waarin hij rijders als Andrea Locatelli, Alex Lowes en ook teammaat Sykes telkens voor zich zag eindigen. Op zaterdag trainde hij als beste BMW-rijder nog naar een zesde tijd, in de Superpole kwalficeerde hij zich als tiende. In de zaterdagrace kon hij zich slechts verbeteren tot een zevende plaats, 3,5 seconde achter zesde man Sykes. “Eerlijk gezegd had ik veel meer verwacht”, gaf Van der Mark toe. “In de warmere omstandigheden reageerde de machine anders dan toen het koeler was. Dat is normaal, maar ik was te veel aan het worstelen.” Een achtste plaats in de korte Superpole-race leek een goed uitgangspunt voor de slotwedstrijd, maar zijn vijfde plaats na een tumultueuze openingsronde kon de Nederlander niet vasthouden. Van der Mark zag Locatelli, Lowes en ook Michael Ruben Rinaldi voorbij komen en kwam net voor de aandringende Bautista als achtste over de streep. Omdat hij in de slotronde de track limits overschreed, verloor Van der Mark nog een plek. “In de Superpole-race had ik al veel problemen met de voorkant”, vertelde de nummer 9 in het kampioenschap een weinig opwekkend verhaal. “Ik kon niemand aanvallen en dat was wel teleurstellend. In race 2 had ik een goede start, maar ik voelde meteen dat ik vergeleken bij de anderen verloor bij het uitkomen van de bochten. Daarom probeerde ik meer met de voorkant te pushen, maar het voelde niet goed. Het was een lange en zware race. We moeten ons verbeteren.”
In de Supersport-klasse deed Dominique Aegerter weer uitstekende zaken. De Ten Kate Yamaha-coureur won vanaf pole beide races voor zijn grootste concurrent Steven Odendaal.