WK Superbike Imola, Italië
Chaz Davies heeft Jonathan Rea duidelijk gemaakt dat de strijd om de Superbike-wereldtitel zeker nog geen uitgemaakte zaak is. Op het circuit van Imola pakte de Ducati-coureur zijn tweede dubbel van het seizoen, met telkens Rea en Tom Sykes als eerste achtervolgers. Michael van der Mark maakte een moeilijk weekend door, maar behield zijn vierde plaats in de tussenstand.
Het historische circuit van Imola ligt in ‘de achtertuin’ van Ducati. Zo verwoordde Chas Davies het na zijn zege op zaterdag, en de Welshman sprak ook geen onzin. De Ducati-fabriek in Borgo Panigale ligt zo’n 50 kilometer van het schilderachtige circuit in het stadspark van Imola, en daarnaast zorgden in het verleden Ducati-rijders voor groot enthousiasme op de tribunes. De laatste Ducati-overwinning dateerde echter al weer van vier jaar geleden, toen Carlos Checa beide malen als gids fungeerde voor Tom Sykes. Dit jaar was het Davies die de lijnen uitzette gaf op Imola – zelfs aan Jonathan Rea die de afgelopen tweede seizoenen (op Kawasaki en Honda) niet te verslaan was. In alle trainingen – de natte warm-up op zondag uitgezonderd – was de 29-jarige Davies de snelste. Nadat hij op zaterdagochtend Rea’s twee jaar oude polerecord had verpulverd, schrapte hij na de eerste race ook Sykes’ ronderecord resoluut uit de boeken. Opvallend was ook Davide Giugliano’s tweede tijd, waarmee hij en Davies voor Ducati’s eerste 1-2 op de grid zorgden sinds de wedstrijd op Laguna Seca in 2015. In de wetenschap dat Davies geen expert is in het rijden van poleronden – in Imola startte hij pas voor de tweede keer in zijn Superbike-carrière vanaf de beste plek – was de nummer 2 in de tussenstand dan ook de favoriet voor de winst. Op zaterdag begon Davies voortvarend aan de race, maar kreeg wel Rea mee in zijn slipstream. Toen Rea een fout maakte, kreeg Davies het rijk alleen en regeerde vervolgens met harde hand. Sykes vond nieuwe inspiratie toen hij teamgenoot Rea in de fout zag gaan, maar echt bedreigen kon hij de wereldkampioen nooit. Vanwege remproblemen stond Sykes op vrijdagmiddag lang binnen en die gemiste trainingstijd had hem opgebroken, meende hij. Jordi Torres beleefde met een vierde plaats niet alleen zijn beste prestatie van het seizoen, maar ook BMW’s beste resultaat sinds Marco Melandri in 2013 in Jerez tweede werd op de S1000RR. Torres passeerde zeven ronden voor het einde Giugliano, die kampte met een defecte uitlaat.
Ook in de tweede race kon Davies iedereen zijn wil opleggen, en andermaal leidde hij soeverein van start tot finish. Rea en Sykes zetten vanaf hun derde en vierde startplaats al bij de eerste chicane Giugliano aan de kant en waren verder gedurende de race met elkaar in de slag om de tweede plaats. Weer besliste Rea dat duel in zijn voordeel, ondanks een zeer angstig moment waarbij zijn Kawasaki compleet dwars stond. Rea scoorde zijn tiende opeenvolgende podium van 2016, maar wilde wel toegeven dat Davies in Imola een maatje te groot was geweest. Sykes was ook duidelijk. “Mijn teamgenoot is niet mijn focus, maar Chaz”, aldus Sykes. Met zijn dubbele overwinning bracht Davies het aantal Ducati-zeges sinds 2001 op Imola op vijftien en hij voegde zich in het rijtje Ruben Xaus (2003), Regis Laconi (2004) en Carlos Checa (2010 en 2012) die allemaal een dubbel pakten op het Autodromo Internazionale Enzo e Dino Ferrari. “De recente technische updates maken het nu mogelijk om in elke race voor de winst te gaan”, waarschuwde Davies al vast na zijn tweede maximale score van het seizoen. “En winnen in Imola in ongelooflijk. Ik maakte in de tweede race wel een paar foutjes, maar daardoor wist ik meteen dat ik gefocust moest blijven tot de vlag.”
Vooraf sprak Michael van der Mark de hoop uit dat hij zijn sterke optreden in Assen een vervolg zou kunnen geven in Imola. Enige gereserveerdheid was er ook. “Ik vind Imola een super circuit, maar om de een of andere reden lukt het daar nooit echt”, aldus Van der Mark. Ook dit jaar moest de Honda-coureur genoegen nemen met een bescheiden rol. Na een slechte eerste dag toonde hij klasse door via een ultieme krachtsinspanning met de snelste tijd in Superpole 1 een plaats te verdienen in Superpole 2. Met uiteindelijk twee seconden achterstand op polesitter Davies liep daarin echter niet alles gesmeerd. “Ik moest mijn ronde afbreken, omdat vlak voor me Sylvain Guintoli crashte”, vertelde Van der Mark. “Daarna had ik met de qualifier gripproblemen.” Guintoli brak bij zijn heftige highsider een enkel, kneusde een aantal ribben en liep bovendien een hersenschudding op.
Dankzij een goede start werkte Van der Mark zich in de eerste race op van de elfde naar de achtste plaats en in de slotfase passeerde hij nog zijn eveneens worstelende teamgenoot Nicky Hayden. Een zevende plaats was het maximale haalbare. “Direct al na de start had ik onvoldoende grip voor en kon ik de motor niet goed afremmen. Ik moet blij zijn met de punten, maar als we verder naar voren willen, moeten we die problemen met de voorkant oplossen.”
Dat Van der Mark op zondagochtend de snelste tijd klokte op een nat maar opdrogend Imola, oogde hoopvol, maar gaf een vertekend beeld. De Nederlander kon zich in geen enkel gevecht mengen en leek lange tijd buiten de top 10 te zullen finishen. In de slotfase schoof hij nog twee plaatsen op toen Markus Reiterberger en Xavi Fores in de problemen kwamen. Teammaat Hayden finishte voor hem als achtste. “Het was een moeizaam weekend”, analyseerde Van der Mark. “We dachten dat we na de Superpole de goede weg waren ingeslagen en we dachten dat we met een andere band op zondag de problemen hadden opgelost. Maar het bleek dat de motor zich erg moeilijk om liet leggen en daardoor was ik niet snel genoeg en kon ik ook niet in mijn ritme komen. Nu moeten we ons richten op Sepang. Dat is weer een heel andere baan.”