Vergelijkingstest KTM 1090 Adventure – KTM 1290 Super Adventure S
Familiestrijd bij de Oostenrijkers? Laten we zeggen dat er zeker strijd is, alleen niet onder elkaar. En het gaat om meer dan persoonlijke smaak, de dikte van de portemonnee of om puur topvermogen.
Deze beide allroads mogen uiterlijk misschien veel op elkaar lijken, in detail verschillen ze als dag en nacht en spreken ze volledig andere doelgroepen aan. Als echt hightech-kanon dendert sinds dit modeljaar de nog altijd 245 kilo zware en uiterst krachtige ogende 1290 Super Adventure S over het asfalt en gravelpaden. Als je er een in je spiegels hebt zien opdoemen, dan kan de markante koplamp van de KTM in ieder geval niet zijn ontgaan.
Dat zijn kleine broer, de 1090 Adventure, in een direct vergelijk weinig kans op de overwinning lijkt te hebben, valt niet alleen uit de technische gegevens af te leiden, maar ook uit de uitslag van onze grote allroad-test eerder dit jaar (MotoPlus 12/2017). Die wist de Oostenrijkse reisraket namelijk overtuigend te winnen. En dat tegen onder andere de BMW R1200GS. Dat verdient respect!
Wat er allemaal in de Super Adventure S schuilt, merk je al voor je de beresterke, maar zacht als boter lopende 1.301 cc tweecilinder tot leven wekt. Het grote en vanuit alle hoeken uitstekend afleesbare TFT-bioscoopscherm begroet je als rijder met een vriendelijke ‘Ready to Race’. Of dat als vraag of als uitdaging is bedoeld? Ach, wat maakt het ook uit, misschien wel beide. We drukken op de linker stuurhelft snel op de knop om de gewenste vering-set-up te kiezen en de motormapping in de Sport-modus te zetten, zodat we zeker weten dat daadwerkelijk de 153 gemeten paardenkrachten richting achterwiel galopperen. Nog een snelle check of het uiterst efficiënte bochten-ABS is ingeschakeld en we kunnen op pad!
Een druk op de knop en de gespierde V-twin stampt er heerlijk op los met zijn gigantische 108 millimeter grote zuigers. Het geluid uit de forse einddemper is eerlijk, vol bas en lekker stevig, zonder dat bij de buurvrouw het servies uit de kast trilt. Ook de rijder van de 1290 heeft bij voorkeur een flinke lengte. Met het tweedelige zadel uit KTM’s accessoireprogramma (plus 20 millimeter) komen de punten van de tenen van de 1.78 meter lange testrijder maar net aan de grond. Ergo: stoppen en wegrijden vergt enige concentratie om niet op ongewenste wijze met het asfalt in aanraking te komen. Hup, de eerste versnelling op zijn plek en de koppeling rustig op laten komen. Verrassing: vanaf dit moment is het ontspannen geblazen. Waarom? Omdat de Super Adventure op de eerste meters de eventuele schrik volledig wegneemt. Zorgen om het gewicht, het hoge zwaartepunt en het in vergelijking met de 1090 forse postuur verdwijnen als sneeuw voor de zon als de 1290 zijn enorme lichtvoetigheid en precisie demonstreert vanaf het moment dat de wielen beginnen te rollen. De KTM laat zich kinderlijk eenvoudig door het drukke stadsverkeer leiden en ook ergonomisch klopt het helemaal. Het niet al te brede stuur ligt goed in de hand, het bovenlichaam blijft aangenaam rechtop. De aangename kniehoek maakt mammoetetappes tot een wellnes-belevenis. Wat heb je nog meer nodig om volkomen gelukkig te zijn?
Heel iets minder van dat alles, misschien? Tijd om op de minder grote maar evenwel krachtige 1090 Adventure te stappen. De 1090 lijkt uiterlijk duidelijk meer op de KTM allroad-generatie, die in 2013 met de 1190 Adventure debuteerde, maar oogt ondanks de 2017-updates een tikje ouderwets naast de 1290 Super Adventure S. Maar de model-update heeft zijn uitwerking niet gemist. Niet alleen de typeaanduiding is gewijzigd van 1050 naar 1090, ook het topvermogen heeft een duw omhoog gekregen. En een flinke ook! Bij een ongewijzigde cilinderinhoud staan er nu extra dertig extra paarden in de V-twin-stal. Wie zich verbaasd achter de oren krabt, moet weten dat de voorganger elektronisch gecastreerd was.
Met een gemeten 123 pk vermogen en 104 Nm koppel hoeft deze 1090 zich zelfs tussen de grote jongens beslist niet te schamen. Aan punch op secundaire wegen is nooit gebrek. Vergeleken met de 1290 moet je de versnellingen van het korte-slag-blok iets verder uitmelken om de aansluiting te houden. En dat doet het motorblok graag, net zo graag als welgemanierd op het gas reageren en aangenaam gedempt te draaien, zonder daarbij karakterloos te zijn trouwens. De 1090 oogt daarbij niet alleen sierlijker dan zijn stalgenoot, hij is met een gewicht van 237 kilo ook nog eens acht kilo lichter. Maar gevoelsmatig lijkt hij zelfs nog meer kilo’s lichter te zijn. De 1090 maakt het zijn rijder namelijk nog makkelijker om een gekozen lijn te corrigeren of om tussen stilstaande auto’s door te slingeren. De ergonomie verschilt daarbij niet wezenlijk. Op beide machines voel je je van meet af aan lekker, je haalt er net zo makkelijk een broodje om de hoek mee als dat je er – pak ‘m beet – mee naar het Balatonmeer rijdt.
Het extra gewicht van de Super Adventure wordt niet alleen verklaard door de enorme bandbreedte aan comfort- en veiligheidsfeatures, maar ook door de semi-actieve vering. De 1090 moet het doen met conventionele veercomponenten, waarvan de voorvork geen stelmogelijkheden heeft en de achterschokdemper stelopties voor de veervoorspanning en uitgaande demping. Naar een praktisch draaiwiel voor de veervoorspanning zoek je daarbij trouwens tevergeefs.
Of de verschillen in vering op de weg merkbaar zijn? Ja, en wel in overweldigende mate. Waar je met de luxer geveerde 1290 volledig onaangedaan en zelfs ontspannen over de meest uiteenlopende hobbels en andere onregelmatigheden in het wegdek glijdt, krijgen mens en machine bij de conventioneel geveerde 1090 meer te verduren. Maar daar krijg je dan weer een betere feedback van voor- en achterwiel voor terug en daarnaast houdt de 1090 steeds dapper zijn lijn. De voorvork zou bij een zeer sportieve rit alleen iets progressiever mogen zijn en iets meer uitgaande demping mogen hebben. Maar verder kun je met de kleinste Adventure verbazingwekkend hard vegen als het moet. Iedere draai aan het gas tovert een grijns op je gezicht en daagt de tractiecontrole iedere bocht steeds opnieuw weer uit. Alleen de Metzeler Tourance Next zou je graag tegen de Pirelli Scorpion Trail van de 1290 willen ruilen. Die hebben net iets meer van alles in huis.
Zoals gebruikelijk bij semi-actieve veerelementen past ook de 1290 de demping van voorvork en achterschokdemper zicht voortdurend automatisch aan de staat van het wegdek en de rijsituatie aan. Bovendien kun je niet alleen kiezen uit verschillende motormappings, zoals ook op de 1090, maar heb je daarnaast de beschikking over vier verschillende dempingskarakteristieken, die je op jet TFT-display tevoorschijn kunt toveren. Dat de dempingskleppen actief zijn, hoor je tijdens het rijden soms zelfs aan een licht klakkend geluid in de voorvork. Maar met de name de missende feedback vraagt gewenning en vertrouwen. Eenmaal gewend, kun je met dit luxebeest echter zo enorm plat door het bochtenwerk dat je je oude supersport al snel vergeten bent. Het is heerlijk om te ervaren hoe makkelijk en bevlogen deze allroad stuurt, hoe neutraal en stabiel hij mede dankzij de uitstekende Pirelli´s aanvoelt onder hellingshoek en hoe hij met behulp van de fijne tractiecontrole weer keihard uit de knikken wordt gekatapulteerd. Ontspannen snel zijn, is het motto van de 1290, en het feit dat je door het bochten-ABS in een bocht rustig in het remhendel kunt knijpen, is ook één van zijn sterke punten.
En de 1090? Die heeft zijn zaakjes ook goed voor elkaar, en laat zich niet zonder slag of stoot uit de spiegels van de 1290 rijden. Temeer daar de remprestaties van beide machines erg dicht bij elkaar liggen. Zo resteert uiteindelijk de vraag welke te kiezen? Naast banksaldo, vermogenswens en prestige geeft in de eerste plaats de voorliefde voor de rijsensatie de doorslag. Wie houdt van eerlijk, hoekig en analoog, kiest voor de 1090. Wie de semi-actieve vering (terecht) het nodige vertrouwen geeft, stapt op de grote 1290 Super Adventure S.
MOTOPLUS-CONCLUSIE
1
KTM 1290 SUPER ADVENTURE S
De 1290 is het toonbeeld van technisch kunnen. Deze Oostenrijker kan domweg alles. Alleen de feedback zou iets beter mogen. En een koopje is het niet natuurlijk.
2
KTM 1090 ADVENTURE
Eerlijk, authentiek en met voldoende punch staat de 1090 zijn mannetje naast zijn grote broer. De kleinste Adventure doet alles behoorlijk goed, kost beduidend minder, maar heeft minder comfort en prestige.