+ Plus

Vergelijkingstest Kawasaki Ninja 300 – Z300

Er is een behoorlijk aanbod aan het ontstaan in de nieuwe, sportieve 300cc-klasse. Daarin doet Kawasaki een behoorlijke duit in het zakje met de naakte Z300 en gekuipte Ninja 300. Van beide modellen is ook nog een opgewaardeerde Performance-versie leverbaar; met dit duo reden we in Zuid-Spanje, maar dan wel in goed Nederlands weer.

Het tafereel op de openingsfoto had zomaar aan onze Noordzeekust geschoten kunnen zijn. Harde wind, regen, witte schuimkoppen in de branding en het was ook niet al te warm. Desondanks hadden we een hoop lol, vooral natuurlijk omdat het de eerste helft van de dag in elk geval nog droog was en de regio rond het Zuid-Spaanse Almería gezegend is met werkelijk fantastische wegen. Wegen waar de twee lichte, wendbare Kawasaki’s met hun hoogtoerige tweecilinderblok zich uitstekend thuis voelen.
Met een topvermogen van 39 pk bij 11.000 toeren zijn de prestaties natuurlijk niet verpletterend, maar in combinatie met een rijklaar gewicht van respectievelijk 170 en 174 kilo kom je hard genoeg vooruit om serieus leuk te kunnen sturen. Mits je de twins in de laatste vierduizend toeren van hun toerenbereik houdt, tussen de 9.000 en 13.000 toeren. Of eigenlijk nog beter tussen de 9.000 en 12.000, om maar zoveel mogelijk rond de vermogenspiek te blijven. De laatste duizend toeren zakt het vermogen wel wat terug, maar hij blijft wel goed genoeg doortrekken om die extra toeren te gebruiken om tussen twee bochten in niet een extra keertje te hoeven op- en terugschakelen.
Op die hoge toerentallen gaat de onderin wat tam roffelende paralleltwin ook een meer loeiend geluid maken, wat het blok een behoorlijk dualistisch karakter geeft. Hierbij geeft de Akrapovic-uitlaat het geluid van de lichte twin duidelijk meer body, zeker wanneer de dB-killer eruit is. Gemeen hard wordt het gelukkig niet, maar met name vanaf de kant van de weg klinkt de 300 dan opvallend zwaar, meer dan vanuit het zadel. Met dB-killer klinkt hij vanuit het zadel eigenlijk heel netjes en zou je niet direct zeggen dat er geen standaard-einddemper op zit.

Op de Ninja zit als onderdeel van het Performance-pakket ook nog een hogere ‘bubble’ ruit, in een smoke-tint. Ik persoonlijk heb liever heldere ruiten waar je perfect doorheen kunt kijken op jacht naar extra kilometers topsnelheid, iets wat je op deze 300 vaker zult doen dan op een dikke 1000. De overige afwijkende componenten van de Performance-kit zijn meer van cosmetische aard: groene striping op de velgen, een duozadelkapje en een Z-tankpad.
De zitpositie op de twee modellen verschilt in principe alleen door het andere stuur (halfhoge stuurhelften op de Ninja, een iets rechter buisstuur op de naakte Z), maar er blijkt meteen al een extra verschil: de ‘schouders’ op de Z300. Deze geven de motor enerzijds meer body en anderzijds ook nog enige windbeschutting voor je benen, maar voor mijn lange stelten zitten de randen ervan te laag. Daardoor worden mijn knieën uit elkaar geduwd en liggen mijn benen niet meer mooi tegen de tank. Alleen als ik mijn tenen op de steunen zet en helemaal tegen de tank aan kruip, vallen mijn knieën net iets onder de rand, maar zo zit ik niet de hele tijd. Nu heb ik voor mijn 1 meter 92 ook nog vrij lange benen, dus dit probleem zullen niet veel rijders hebben, vermoed ik. Voor mij is de zithoogte ook wat klein; een hoger zadel zou ‘meer motor’ opleveren en ook een ruimere kniehoek. Gaarne als optie!
Zoals gezegd is het blok onderin logischerwijs niet erg sterk. Hij loopt wel soepeltjes en je kunt er zonder protesteren vanuit de machinekamer laagtoerig mee rijden, maar dan zit er geen gang in. Vanaf zo’n 6.000 toeren is er serieus fut, waarna tussen 8.000 en 9.000 de echte lol begint.
De motor voelt enorm licht en wendbaar aan, wat even wennen is als je zwaarder spul gewend bent, maar in feite natuurlijk gewoon een pluspunt is. Alleen vond ik de motor aanvankelijk iets te wiebelig aanvoelen bij grotere hellingshoeken, alsof hij door wilde vallen. Niet helemaal neutraal dus en daardoor minder zeker. Gelukkig is achter de veervoorspanning instelbaar, zodat je een beetje met de hoogte achter kunt experimenteren. Voor het verdraaien van de wartel met de bijgeleverde haaksleutel bleek het wel nodig eerst het kettingscherm grotendeels los te halen, en dan nog kwam ik niet verder dan hem van stand 2 naar stand 3 te zetten. Daarna zit de stelring te diep in de vork om de haaksleutel er goed op te kunnen zetten. Maar goed, in stand 3 (van 5) voelde de Z300 merkbaar beter aan en gaf hij het vertrouwen om harder door te sturen.

De Ninja 300 voelt opvallend anders aan, vooral door het andere stuur en de aanwezigheid van de kuip, maar ook de geometrie is volgens de gegevens iets anders, met iets meer naloop en een minder steile balhoofdhoek. Voor het mooie had ik liefst ook hier de achterkant een standje opgekrikt, maar daarvoor ontbrak tijdens deze korte test verder een beetje de tijd. Qua demping zijn beide modellen vrij soepel gehouden, maar het volstaat ook voor een sportievere rijstijl – mits je een beetje vloeiend rijdt.
Puur voor het stuurplezier lijkt de naakte Z300 de betere keuze, maar toen het weer echt slecht werd zat ik op de Ninja 300 wel een stuk beter beschut. Tijdens het rijden realiseerde ik me dat de Ninja 300 eigenlijk meer een soort Z300SX is dan een echte supersport; hij geeft gewoon wat meer comfort en langeafstandcapaciteiten.
Beide motoren hebben hele fijne remmen, ze grijpen mooi aan en remmen goed en goed doseerbaar door bij harder knijpen. ABS is standaard, dus je kunt in paniek altijd vol in het hendel knijpen en op het pedaal trappen.
Voor beide 300’s geldt: het is eigenlijk enorm leuk rijden. Je bent heel actief bezig om snelheid te maken, maar dan gaat het ook hard zat voor serieus plezier. Een top van 165-170 lijkt haalbaar op een lang genoeg recht stuk. Zelfs wij verwende journalisten hadden er schik mee, dus voor beginners met A2-rijbewijs zijn dit beslist motoren waar je je een paar jaar goedkoop mee kunt vermaken!

Lees meer over

Kawasaki

Gerelateerde artikelen

Eerste test Kawasaki Versys 1100SE

Eerste test Kawasaki Versys 1100SE

31 oktober, 2024

Het was best een gok van Kawasaki in 2012 toen het een dikke vier-in-lijn in een hoogpotig rijwielgedeelte lepelde, ...
Alpenmasters 2024 (3) – Finale

Alpenmasters 2024 (3) – Finale

19 september, 2024

Bij de Alpenmasters is het als bij een EK of WK voetbal: iedereen wil uiteindelijk door naar de finale. Acht ...
Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-