Vergelijkingstest Aprilia Tuono V4 1100 Factory – Ducati Monster 1200R – KTM 1290 Super Duke R – Triumph Speed Triple R
Je rechterhand commandeert tot liefst 175 pk en je onbeschermde lichaam zet zich schrap tegen de beukende orkaan, terwijl een supersportief rijwielgedeelte je uitnodigt om de grens op te zoeken. Er bestaat geen twijfel over: power nakeds vormen de top qua beleving van het motorrijden. In deel 1 van onze vergelijkingstest zien we deze titanen van de straat met twee- en driecilinderblokken – en een V4.
Zijn ze de ultieme creaties op twee wielen? Of is iemand op de weg naar hoger, sneller en verder vergeten aan de noodrem te trekken? Het zal duidelijk zijn dat je kunt discussiëren over de zin van het stoppen van 175 pk in motoren die geen kuip hebben, een breed recht stuur en een zitpositie vol in de wind, waarmee ze dus duidelijk puur voor de straat zijn bedoeld. Vervolgens wordt die exorbitante hoeveelheid pk’s beteugeld met diverse mappings, tractiecontrole, wheelie control en launch control. Natuurlijk zijn er mensen die dat allemaal onzin vinden, maar de vraag of het zinvol is, is eigenlijk zelf onzinnig.
Je kunt al die moeilijke overpeinzingen gewoon negeren, op de startknop drukken en simpelweg van deze zinnenprikkelende combinatie genieten. Die zeer explosieve mix van geavanceerde techniek, tomeloze kracht en de intense sensatie van het motorrijden. Want daarin ligt de kracht van deze power nakeds. Deze naakte spierbundels zijn sterk, mooi en sexy – en niet goedkoop.
Dat geldt vooral voor de hier verzamelde ‘luxe’ versies. De dure variant van de Aprilia Tuono V4 1100 heet Factory (€ 18.995,-). Een voorvork, achterschokdemper en stuurdemper van Öhlins, een 200/55-achterband, ander spuitwerk en het kontje van de RSV4-superbike zorgen voor een meerprijs van 1.950 euro ten opzichte van de ‘gewone’ versie.
De Ducati Monster 1200-lijn wordt dit jaar na de basisuitvoering en de S-versie uitgebreid met deze R-versie (€ 20.990,-). Voor een meerprijs van 2.700 euro ten opzichte van de S (en 5.500 euro ten opzichte van de basisversie!) krijg je een sterker blok, langere Öhlins-veerelementen voor een grotere rijhoogte en lichte smeedaluminium wielen.
De R in de naam van de KTM 1290 Super Duke R is in zekere zin misleidend. Bij de in 2014 gelanceerde 1290 Super Duke is er geen R-loze basisversie, de R is de standaardvariant. Maar die is dan ook wel voorzien van hoogwaardige componenten.
Momenteel is er overigens ook een Special Edition in gelimiteerde oplage: deze kost €20.450,- en heeft een Akrapovic-uitlaatsysteem, wave-remschijven, stijvere kroonplaten, multi-instelbare hendels aan het stuur, een speciaal zadel en diverse geanodiseerde aluminium delen, plus carbonfiber deksels en een speciale kleurstelling.
De voor dit jaar sterk opgewaardeerde Triumph Speed Triple is in dit gezelschap zelfs in de R-versie (€ 16.400,-) een soort van koopje. Technisch en optisch verschilt hij van de 1.700 euro goedkopere S-versie door de fraaie Öhlins-vering, het rode achterframe, gefreesde stuurklemmen, gefreesde achterwiel- en swingarmkapjes, de blokspoiler en het carbonfiber voorspatbord.
Wat hebben deze vier verder gemeen, behalve hun hoogwaardige uitvoering? Wel, dat er geen viercilinder-lijnmotor in zit. De vergelijkingstest van de vier-in-lijn-motoren zullen we doen zodra de Yamaha MT-10, waarvan je in de vorige MotoPlus de eerste test kon lezen, beschikbaar is. Maar nu eerst: gas erop voor deel 1 van de power naked-vergelijkingstest 2016! De lont is aangestoken – voor de rit op deze naakte kanonskogels.