V-Strom Adventure in de Pyrenee
Merkbeleving is tegenwoordig bij de grote fabrikanten het modewoord. Niet enkel meer motorfietsen slijten, maar de klant ook een band laten opbouwen met het merk in het algemeen en de motor in het bijzonder. En in dat kader organiseert Suzuki sinds kort de V-Strom Adventure, een – zoals de naam al doet vermoeden – meerdaagse avontuurlijke trip met V-Stroms, door de Pyreneeën.Met de V-Strom Adventure laat Suzuki motorrijders een paar dagen onbekommerd genieten en intensief sturen in de uitdagende omgeving van de Spaanse Pyreneeën. En dat het intensief wordt blijkt al uit de korte briefing voorafgaand aan de eerste Adventure toer: vanuit Girona drie dagen dwars door de Pyreneeën via Frankrijk naar Andorra, terug naar Spanje om uiteindelijk in Lloret de Mar te eindigen. En goed gereedschap is het halve werk, dus staan er tien hagelnieuwe DL650 ABS V-Stroms klaar om het avontuur in goede banen te leiden. Vorig jaar nog goed voor de titel Alpenkoning 2006 in onze Alpenmasters test en dit jaar verdienstelijk tweede, dat zit dus wel goed. Op asfalt althans, maar deze trip zal ook deels over onverharde gravelpaden voeren, zodat we alle facetten van de motor volledig kunnen benutten. En het off-road-rijden maakt de toer extra avontuurlijk.Iets na de middag gaat het met gezonde spanning in lijf en leden richting de Pyreneeën, wiens uitlopers zich een kilometer of veertig noordwaarts bevinden. Eerst dus een korte verbindingsroute met wijde bochten richting Olot, ideaal om er even lekker in te komen en met de stralende zon hoog aan de hemel allesbehalve een straf. Onderweg passeren we pittoreske dorpje met klankvolle Spaanse namen die zo heerlijk van de tong rollen: San Marti Sapresa, El Pasteral, of wat te denken van het prachtige Les Planes d’Hostoles. Dat klinkt heel wat charismatischer dan het oer-Hollandse Donzel of Zijtaart die ik vanmorgen op weg naar het vliegveld passeerde. Verkeer is er hier nog in overvloed, maar wordt steeds minder intensief naar mate we verder richting het noorden komen.In Olot aangekomen dienen zich de eerste pieken van de Pyreneeën aan de horizon al aan. Ergens temidden van de majestueuze bergtoppen schuilt op 1500 meter hoogte het dorpje Beget, waar onze eerste stop van de dag gepland staat. De eerste kleine pas van het driedaagse avontuur is een feit en bij een vluchtige blik op de weg die komen gaat ontwaakt direct het kind in me. De straat slingert vol vervoering de hoogte in, nauwlettend de contouren van de bergrug volgend. Met de voeten stevig op de steps gaat het naar boven. Eerst nog met sporadisch een redelijk lang recht stuk, maar des te hoger we komen, des te korter deze worden. Links rechts, rechts links. Veel langer dan een fracties van een seconde duurt de rechtopstand niet, want dan dient zich de volgende slinger al aan. Daarbij lijkt het alsof de plaatselijke gemeentewerkers de lakenstrakke piste vanmorgen nog even een extra schoonmaakbeurtje hebben geven, speciaal voor ons. Golvend volgt de weg de flanken van de berg, je constant tot een ritmische links-recht dans dwingend, waarbij hij zich na een paar honderd meter weer 180º rond de wand krult. Het enthousiasme stijgt lineair met de klimpartij en een oor-tot-oor grijns verbergt zich achter het vizier. Voor deze wegen is de motor geboren en eigenlijk mag geen enkele rijder zich deze ooit ontzeggen.Uiteindelijk dient Beget zich aan en bovenaan het hartverwarmend mooie dorpje laten we de motoren natikkend tot rust komen. De zon kleurt de huizen zachtgeel en het lijkt erop dat de siësta in volle gang is. Geen ziel roert zich op straat. De enige weg die het dorp invoert loopt al na enkele tientallen meters dood bij een prachtig uit lichtbeige steen opgetrokken kerkje. Een diepe kloof deelt het plaatsje in tweeën, waarbij een authentieke stenen brug ervoor zorgt dat beide dorpshelften nog met elkaar in contact staan. Het is dat er ook daadwerkelijk mensen wonen, anders zou je haast denken dat de huizen er als toeristenattractie zijn neergezet.Op het zonnige terras van één van de twee restaurants die Beget rijk is, laten we onze lunch van Catelaans brood, lam en geitenkaas goed smaken. Het is najaar en we zitten hier redelijk hoog, maar de temperatuur is meer dan aangenaam. Met het zwarte textiel zelfs erg warm. Daar lijkt echter verandering in te komen, want vanuit het oosten pakken donkere wolken zich langzaam samen boven het gebied. We moeten in westelijke richting en daar ziet het er gelukkig allemaal wat rooskleuriger uit. Maar goed ook, want ondanks dat we vandaag niet zo gek ver meer hoeven te rijden, voert het laatste deel van de route wel over zand, grind, gravel en andere losse ondergrond die Spanje rijk is. Voor het echter zover is volgt er eerst nog een schitterende route van Beget naar Tregura de Dalt, waarbij tijdens de laatste kilometers de verbazing enigszins toeslaat. Waar de Nederlandse paarden het moeten doen met ruilverkavelde, strak afgerasterde weides, hebben ze hier helemaal vrij spel. Groen omzoomt de beide weghelften en tientallen paarden doen zich in het aangrenzende dal en op de omringende heuvels tegoed aan het overvloedige gras. En gezien de ‘cadeautjes’ die ze af en toe op het wegdek achterlaten, maken ze ook wel eens een uitstapje naar het asfalt. Toch het tempo maar iets drukken!Bij een uitkijkpunt met panoramazicht over de hele omgeving stopt de weg uiteindelijk. En daar kun je twee dingen doen: of via dezelfde weg terug, of over een afgetakeld geitenpad verder de heuvels in. Wij doen het tweede. Volgens de gids “nice and quite easy”, maar gezien de minimale off-road-ervaring toch een behoorlijke uitdaging. En die wordt alleen maar groter wanneer het langzaam begint te regenen. Het pad ligt bezaaid met keien, klein en groot, en de carterbescherming blijkt al snel meer nut te hebben dan enkel een optische verfraaiing. De dikke stenen proberen de machine uit het spoor willen dwingen, maar met het gewicht wat meer achterop heb je al snel de slag enigszins te pakken en is het inderdaad heel goed te doen. Zelfs met de standaard allroad-banden weert de V-Strom zich kranig tegen de strubbelende ondergrond. Verbazingwekkend hoe goed dat toch gaat. Bovenaan schijnt het uitzicht normaal gesproken adembenemend te zijn, maar vandaag is de bergtop gehuld in een dikke mantel van regenwolken. We draaien de motoren van het contact, maar horen nog steeds een duistere roffel. Onweer! Bleef het net nog bij gestaag neerkletterende druppels, met de komst van de donder en felle lichtflitsen komt de regen in ene ook met bakken uit de hemel. Het traject dat toch al niet uitblinkt in grip wordt alleen nog maar gladder en het is nog een behoorlijk stuk naar beneden. De stenen zijn ondertussen spekglad geworden en veelvuldig breekt de achterkant vervaarlijk uit op zoek naar grip. Het heeft hier de afgelopen dagen vaker geregend en het zoeken naar een goed spoor, zonder daarbij door iedere plas water die voorbijkomt te sturen, blijkt al een uitdaging op zich. Wel een leuke! Werd er aan het begin van de piste nog enigszins afwachtend gestuurd, ook de losse ondergrond en gebrekkige grip wennen op den duur en het vertrouwen stijgt dan ook met de minuut. Sterker nog, zo links en rechts wordt er zelfs al flink met de achterkant gegooid. De jongensachtige glimlach die de verschillende gezichten siert zegt wat dat betreft genoeg. Boys will be boys!Aangekomen bij het hotel worden de machines kort geïnspecteerd. Slechts een aantal uren geleden stonden ze nog blinkend op een parkeerplaats nabij Girona, maar nu kunnen ze de naam V-Strom Adventure waardig dragen. De grijze modder heeft z’n werk goed gedaan en de brave burger is in klein uurtje getransformeerd tot robuuste wereldreiziger. ’s Nachts heeft het nagenoeg onophoudelijk geregend, maar bij het ochtendgloren laat de zon zich toch af en toe zien. Maar goed ook, want de dag begint direct goed. De N152 van Ribes naar Puigcerda over de 1800 meter hoge Collada de Toses staat ook wel bekend als de 1001 bochtenweg. In de zwakke ochtendzon werkelijk een schitterende passage. Eersteklas breed asfalt door een prachtige omgeving. Rechts flankeren geurige naaldbomen de weg, terwijl zich aan de linkerkant na iedere bocht de meest uiteenlopende panorama’s ontvouwen. Eenmaal het hoogste punt gepasseerd uit zich één van de grote voordelen van een bergmassief. Door de hoogte van de diverse bergruggen kan het weer in de verschillende valleien behoorlijk variëren. In ons geval pakt het precies goed uit, aan de kant van Ribes overheerste het grijs nog, maar hier is het kraakhelder. Stralend blauwe lucht, waarbij de zon zelfs hier hoog in de bergen de aarde nog tot een zeer aangename temperatuur weet op te warmen. Nog een voordeel, de weg is helemaal opgedroogd waardoor we in een opzwepend ritme het dal in kunnen duiken. Bij het plaatsje Puigcerda aangekomen wordt er eerst getankt, alvorens we Franse grens bij Bourg-Madame passeren. De bergketens van de Pyreneeën strekken zich uit over drie landen en die zullen we vandaag allemaal aandoen. Via de N20 gaat het gestaag de Puymorens omhoog, wiens kop bijna 2000 meter boven zeeniveau uitsteekt. De korte energievretende bochten van net hebben plaatsgemaakt voor snelle aanhoudende doorlopers en eigenlijk is dat best een welkome afwisseling. Hebben we ook even de tijd om wat van de omgeving op te nemen. En die is ook hier weer prachtig. Anders, maar toch overweldigend. De vegetatie wordt meer en meer schaars naarmate we stijgen en daardoor lijken de toppen en dalen zich hier veel verder uit te strekken dan meer richting het zuiden. De ruimtelijkheid van het landschap is bijna meeslepend mooi, waarbij de statige bergtoppen met eeuwige sneeuw in de verte een bijna vorstelijk aanzien genieten. Zo herkenbaar, maar tegelijkertijd ook weer zo anders. De onnavolgbare charme van een bergmassief.Aangekomen in Andorra zetten we koers richting de gelijknamige hoofdstad van het dwergstaatje. En waar op de Puymorens nog rust overheerste is het hier een drukte van jewelste. Slechts één hoofdweg doorkruist het minatuurland en die wordt dan ook intensief door de bevolking gebruikt. Kortom: inhaken en ‘just go with the flow’.De variëteit aan bochten vanmorgen was weergaloos, maar toch verheug ik me al de hele dag op het middagprogramma. Waarom? Twee off-road etappes die allebei tot bijna 2500 meter hoogte voeren. De eerste gaat de Cabris op en blijkt heel wat pittiger dan het parcours van gisteren. Nagenoeg dezelfde ondergrond met dezelfde dikke stenen dat wel, maar de regen van de afgelopen dagen heeft diepe geulen in het pad uitgesleten waar je zeker niet per ongeluk in terecht wilt komen. Dus nog verder vooruitkijken. De wilde paarden op de aangrenzende groene bergflanken kijken verbaasd rond, waarschijnlijk niet vaak geconfronteerd met zo’n gezelschap. Halverwege doorwaden we een smal bergstroompje en ben ik maar wat blij dat ik mijn broek over de laarzen draag, in tegenstelling tot een collega die de rest van de dag met soppende voeten op de steunen staat.Langzamerhand wordt de piste beter en in de verte steekt een kerktorentje trots zijn spits de lucht in. Bewoonde wereld in aantocht. Het kerkje wordt omringd door een drietal huizen, maar buiten een slapende hond lijkt alles er uitgestorven. Het is ook niet meer dan een sprankje beschaving in een verder verlaten landschap, enkel te bereiken via de weinig vreedzame weg die wij al enige tijd ‘bewandelen’. Met vaste grond onder de wielen rijden we door naar Tredos en duiken daar andermaal van de verharde weg af. Dwars door de valei d’Aran en over de Sauth deth Pish leggen we het laatste gedeelte naar Vielha af. Net zo uitdagend als de voorgaande off-road stukken, maar met een vervelende verrassing op het eind. De rotsige ondergrond heeft plaatsgemaakt voor spekgladde zwarte modder. Gas geven, remmen, niets krijgt de V-Strom strak in het gareel en dus is het een kwestie van op hoop van goede zegen naar beneden glibberen. Adventure ten top, maar toch wordt het harde asfalt onderaan als een welkome vriend in de armen genomen.Het begin van dag drie voorspelt weinig goeds. De lucht kleurt donkergrijs en de sporen van zware nachtelijke regenbuien zijn onmiskenbaar. We hebben bijna vierhonderd kilometer voor de boeg en onder dergelijke omstandigheden is dat allesbehalve een pretje. De bergpas richting Llavorsi is dan ook afzien. Niet het rijden is zwaar, wel de concentratie op het wegdek. Al na enkele kilometers is de weg gehuld in een dikke nevel die het zicht beperkt tot enkele meters. Bochten doemen uit het niets op en een beetje tempo maken is dan ook domweg onmogelijk. Schoorvoetend gaat het dan ook richting de top. Wanneer de weg eindelijk weer het dal induikt is de mist nog net zo intens, maar toch komt er niet veel later letterlijk licht in de duisternis. Eerst nog als een twijfelend lichtpuntje in de verte, maar al snel in de vorm van een stralendblauwe hemel. Verwondering alom. Binnen enkele kilometers heeft de wat een deprimerend koude en grijze dag vol regen leek te worden plaatsgemaakt voor het Spaanse costa gevoel. Laat zo de kilometers maar komen!Bij Llavorsi zetten we koers richting Adrall. Een piste om te watertanden, want de N260 over de Port del Cantó lijkt wel speciaal ontworpen met de motor in het achterhoofd. Onvoorstelbaar mooi asfalt slingert in sierlijke bochten door een magistraal mooie omgeving en grote groepen motorliefhebbers hebben de weg naar hier dan ook gevonden. Dat blijkt ook waaneer we een kleine veertig kilometer verderop in Adrall aankomen. Het is druk in het stadje dat een behoorlijke aantrekkingskracht op motorrijders blijkt te hebben. Niet verwonderlijk gezien de keur wegen die van hieruit de Pyreneeën induiken. Voor ons een mooie gelegenheid voor een korte pauze met een Café Americano.Adrall achter ons latend zetten we koers richting de schitterende Serra de Cadi. Een uitgestrekt natuurgebied in de uitlopers van de Pyreneeën. De weg er doorheen is smal en bochtig, met her en der opgelapt asfalt dat is bestrooid met los grind. Het tempo is er dan ook behoorlijk uit en dat biedt de uitgelezen mogelijkheid om in alle rust van het ons omringende natuurschoon te genieten. De glooiende heuvels rondom steken haast schuchter af tegen de woeste bergen aan de horizon en geven het gevoel in een soort oase van rust te zijn beland. Iets buiten het dorpje Saldes genieten we van een late lunch en bereiden ons voor op de laatste kilometers naar Lloret de Mar. We zitten al in de uitlopers van de Pyreneeën, maar dat blijkt weinig invloed te hebben op de kwaliteit van de wegen. Onverstoorbaar slingert het asfalt uitdagend door het landschap, telkens weer iets nieuws in petto hebbend voor haar bedwingers. En zelfs na drie dagen onophoudelijk sturen verveelt dit niet. Sterker nog, als de contouren van de stad zich uiteindelijk aandienen en de zon al achter de horizon is verdwenen, wil ik eigenlijk maar één ding: omdraaien en het hele avontuur weer overdoen!________________________________________[INFOKASTEN]INFODe Pyreneeën zijn een bergmassief gelegen op de grens tussen Spanje en Frankrijk. Het bergachtige gebied ligt tussen de Atlantische Oceaan en de Middellandse Zee en strekt zich uit over een lengte van ongeveer 430 kilometer. Het massief is beduidend minder hoog dan de Alpen, maar toch meet de hoogste berg, de Aneto, nog een vorstelijke 3404 meter. In het oostelijke gedeelte van de Pyreneeën ligt midden tussen de bergtoppen het vorstendom Andorra verscholen, een dwergstaatje dat eigenlijk vooral bekend is als belastingparadijs. Ook biedt het gebergte nog onderdak aan drie nationale reservaten, waaronder het Parc Nacional D’Aigües Tortes I Sant Maurici. V-STROM ADVENTUREDe V-Strom Adventure is de eerste stap van een uitgebreid Suzuki Travel Programma dat de komende jaren gestalte moet krijgen. Suzuki wil mensen kennis te laten maken met de veelzijdigheid van de V-Strom en daarom is er ook een behoorlijke variatie aan pistes. Dus niet alleen het betere bochtenwerk variërend van korte haarspeldbochten tot lange en snelle doordraaiers, maar ook worden er flinke stukken op onverharde gravelwegen off-road gereden. En daarvoor is er in de Pyreneeën uitgebreid de mogelijkheid. VIERDAAGSE TRIPBij de vierdaagse V-Strom Adventure leg je tijdens drie rijdagen een totaalafstand van een dikke 800 kilometer af, die voert door de meest uiteenlopende en adembenemende landschappen. Kosten voor de trip bedragen inclusief de huur van de V-Strom 650 € 675,-, maar dat is nog wel exclusief de vlucht naar Girona. Een retourvlucht vanaf Eindhoven Airport is er al vanaf een kleine 110 euro inclusief luchthavenbelasting. Je kunt de trip ook op je eigen V-Strom (valbeugels en carterbescherming zijn aan te raden) maken, dan kost het € 575,-.Inbegrepen in dit bedrag zijn drie overnachtingen, motorverzekering (geen reisverzekering), alle maaltijden inclusief non-alcoholische dranken en een Nederlands- of Engelstalige reisgids. De brandstof is voor eigen rekening, maar deze is in Spanje – en helemaal in Andorra – stukken goedkoper dan in Nederland.ZEVENDAAGSE TRIPDe zevendaagse V-Strom Adventure voert van de Spaanse Costa Brava dwars door de Pyreneeën naar de Atlantische kust en weer terug. De voorwaarden zijn verder hetzelfde als die van de vierdaagse reis. Buiten een extra hotelovernachting, zul je daarnaast ook nog twee nachten op een camping bivakkeren. Kosten voor deze toer bedragen € 1.299,- euro met een huur-V-Strom en € 1.099,- met eigen machine.DATAInteresse om deel te nemen aan een V-Strom Adventure trip? Dat kan nog op de volgende data:4-Daagse Adventure tour25 t/m 28 oktober 200725 t/m 28 april 20088 t/m 11 mei 20085 t/m 8 juni 200810 t/m 13 juli 20087-Daagse Adventure tour24 t/m 31 mei 200821 t/m 28 juni 200821 t/m 28 juli 2008CONTACT EN INSCHRIJVENKijk voor meer informatie op www.vstromadventure.nl of neem contact op met: CROM Event Managementt.a.v. Ron Bennenk T +31 (0)6-51835126 E ron@vstromadventure.nlI www.vstromadventure.nl