Toeren met de SmvG
Stel je mist de functie van bijvoorbeeld een arm of been en je wilt toch motorrijden. Deelnemers aan de toertocht van de Stichting Mobiliteit voor Gehandicapten (SMvG) laten zien wat er allemaal mogelijk is. Stuk voor stuk zijn ze gepassioneerde motorrijders. “We zijn allemaal doorzetters. Onze handicap valt weg als je samen rijdt.”
Op de motorfiets zie je de beperking van de berijder vaak niet eens. Ze sturen vastberaden een bocht in het Nije Hemelriek in en parkeren netjes voor de kroeg in Grolloo. En dat terwijl de regen op deze herfstdag voortdurend doormiezert. Maar Pluvius voorkomt niet dat bijna elke inschrijver van de SMvG-sponsorrit zich daadwerkelijk meldt bij het hoofdkwartier van SMvG in Assen. Dik tachtig man gaan ‘en route’, waaronder ook een groep zonder lichamelijke beperking.
Een vroege vogel is Bert Pot (54) uit Sappemeer. Hij verzorgt als bestuurslid voor SMvG de website en social media. Bert kreeg in 2006 een bedrijfsongeval, waardoor hij zijn linkerhand verloor. “Ik kon niet meer op de motor, terwijl dat zoveel voor me betekende”, vertelt hij. Als zijn vrouw in 2007 op internet projectgroep Motor Mobiliteit voor Gehandicapten (MMvG) tegenkomt (zie ook kader), legt Bert contact met coördinator Rob Janssen van MMvG. “Als revalidatiedoel was het vooruitzicht om toch weer te kunnen motorrijden enorm belangrijk voor me.” Door de bediening van onder andere de koppeling naar rechts te verplaatsen, rijdt Bert met een aangepast rijbewijs inmiddels alweer tien jaar motor. “Ik kan me het allereerste ritje nog goed herinneren”, gaat Bert verder, “vanuit Koops in Assen naar het Balloerveld. Daar ben ik afgestapt en heb ik een half uur zitten janken. Mensen die nooit motor hebben gereden kunnen zich niet voorstellen wat het met je doet als je na zo’n ingrijpende gebeurtenis weer op de motor zit.”
Na het welkom met koffie en gebak bij MMvG voert de toertocht vanuit Assen over Rolde en Borger richting Odoor en Orvelte. De meeste deelnemer kennen elkaar al goed via eerdere toerritten van de SMvG. “Het voelt als een grote familie”, aldus Maarten Ogg. Hij is de voorzitter van de SMvG en de grote initiator van de vele toerritten. “Dit jaar is de twintigste editie. Volgend jaar organiseer ik ook een driedaagse toertocht door de Eifel voor veertig man.” Voor Maarten ging het ooit in de Ardennen een keer even lullig als vreselijk mis. “Met nog geen 40 km/uur schoof ik in een bocht onderuit. Er was niets aan de hand, totdat een auto mijn schouder raakte.” Sindsdien kan Maarten zijn linkerarm niet meer gebruiken.
“Lange tijd dacht ik dat je niet kon motorrijden met één arm, maar via Rob Janssen heb ik mijn rijbewijs toch weer gehaald. Destijds was het minder makkelijk geregeld dan tegenwoordig. Ik moest een jaar wachten voordat ik bij het CBR examen mocht doen. Men vond motorrijden met één arm te gevaarlijk.” Met zijn klassieke Moto Guzzi Le Mans toont Maarten echter het tegendeel aan. “Met mijn vrouw achterop rijd ik elk jaar op de Nordschleife. Dat is helemaal niet lastig”, vertelt hij, “het is veel moeilijker om stil te staan en te manoeuvreren. Met mijn rechterhand moet ik dan gelijktijdig de koppeling en het gas bedienen. Maar als ik eenmaal rijd, merk ik geen verschil met vroeger. Ik rijd ook ieder jaar met een vriend door de Alpen.”
Na de lunch in Grolloo staat een bezoek aan het TT Circuit Assen op het programma en gaat het aansluitend verder door het noorden van Drenthe. In de namiddag melden de deelnemers zich bij het eindpunt voor een bbq en worden er ervaringen uitgewisseld. Tevreden gezichten, ondanks de aanhoudende regen. Ook Aschwin Kraal (44) uit Rijnsaterwoude heeft zichtbaar genoten. Hij rijdt een opvallende Suzuki Hayabusa met EML-zijspan. “Tot voor kort was ik bij mijn weten de enige in Nederland met zo’n zijspan. Vanwege de vorm en de uitstraling wilde ik deze Hayabusa, die ondanks mijn handicap niet aangepast hoefde te worden.” Wel moest Aschwin speciale zijspanlessen volgen.
Nog een bijzondere driewieler is de BRP van Freddy Fruehling (50) uit Alkmaar. Deze Can-Am Spyder F3-s hoefde ondanks Freddy’s beperking door een stijf been ook niet te worden aangepast. “Standaard zit er al een flipschakeling op het stuur op en een automatische koppeling. De voetsteunen kunnen bij deze trike bovendien voldoende naar voren worden gezet.” Freddy reed al 25 jaar motor toen hij een ongeluk kreeg. “Daarna wilde ik niet stoppen met rijden”, gaat hij verder. “Ik rijd nu ongeveer 14.000 km per jaar. Deze motorfiets is voor familiebezoek en toerritten en hij bevalt goed. Ik heb alleen de te slappe standaard vering laten vervangen door Wilbers-vering voor een beter gevoel met de weg.”
Een hele bijzondere deelnemer aan de tocht is Leendert Poortenaar (50). Met zijn lengte van 1.28 meter was het aanpassen van een motorfiets de grootste technische uitdaging. Leendert: “Het was voor MMvG de eerste motorfiets voor een klein persoon als ik. Vaak zijn lichte aanpassingen zoals het verplaatsen van de bedieningselementen aan en op het stuur voldoende. Maar bij mij moest het frame van de motor worden doorgezaagd, omdat het CBR eist dat je beide voorvoeten veilig aan de grond moet kunnen zetten.”
Leendert reed al vroeg op een Honda Camino bromfiets naar school met de buddyseat voor op het lage framegedeelte. “Daar heb ik zoveel plezier mee gehad. Maar toen kameraden van me gingen motorrijden, wilde ik dat ook. Ik liep alleen steeds tegen een muur op, tot ik mijn vrouw Ria via de vereniging van kleine mensen leerde kennen. Zij kende mijn wens om motor te rijden en kwam op een gegeven moment een te koop staande motorfiets van een ander klein persoon tegen. De eigenaar had er mee afgereden en die was maar heel iets langer dan ik. Dat moest mij dus ook lukken. Na 24 lessen, hulp van de SMvG en wat aanpassingen aan de motor ben ik uiteindelijk geslaagd.”
Dat hij een bijzondere verschijning op de weg is, beseft Leendert zich terdege: “Nog steeds hangen mensen uit de auto en maken foto’s als ik op de snelweg rijd. Ik word altijd aangesproken.” Leendert probeert dat actief te gebruiken voor zijn promotiewerk voor de Stichting Mobiliteit voor Gehandicapten. “Dankzij de projectgroep heb ik immers toch mijn rijbewijs kunnen halen.”
En uiteindelijk kreeg ook zijn vrouw de smaak van het motorrijden te pakken en ging ze mee achterop. Maar ondanks een verlaging bleek de toenmalige Kawasaki LTD250 van Leendert toch te hoog om goed achterop te kunnen stappen. “Ik stopte zo veel mogelijk bij een stoeprand, maar die heb je niet overal. Daarnaast werd motorrijden echt een passie voor ons en daarvoor was het motorblokje te licht. We reden bijvoorbeeld naar het noordelijkste puntje van Schotland. Dat was voor het blokje teveel van het goede.”
Op basis van een Yamaha XT660 bouwde Rob Janssen een nieuwe aangepaste motor voor Leendert. De Kawasaki gebruikt Leendert nu nog steeds voor woon-werkverkeer. “Alleen de wielen en het motorblok van de Yamaha zijn nog origineel”, licht Leendert toe. “De rest is allemaal aangepast aan onze lengte. Nu rijden we met gemak samen naar de Shetland-eilanden. Wie had dat ooit gedacht? We hadden beide tranen in onze ogen, zo mooi was het daar.”
Ook Co Appelmans (67) uit Apeldoorn is een echte kilometervreter. Vanaf zijn achttiende reed Co sportmotoren. Een ongeluk en de amputatie van een onderbeen maakte daar een eind aan. Ook Co kwam via Rob Janssen weer aan het rijden, al zat een sportmotor er vanwege de hoger geplaatste voetsteunen en krappere kniehoek niet meer in. “Tja, als het dan toch een chopper moest worden, dan maar een echt stuk ijzer”, lacht Co, die uiteindelijk een Harley aanschafte. “Met hak/teen-schakling, waardoor ik zonder verdere aanpassingen kan rijden.” En rijden doet Co, want hij heeft er inmiddels meer dan 100.000 kilometer opzitten. “Portugal, Frankrijk en zelfs in Marokko ben ik geweest. Ik begin het motorseizoen altijd met de voorjaarsrit van Maarten Ogg. Daarna zak ik af naar Zuid-Europa. Vaak rij ik alleen, dan maak je sneller contact met andere mensen. De Harley en ik worden zo samen oud.”
Zo heeft ieder zijn eigen, bijzondere verhaal, met als gemene deler dat de passie voor de motorfiets het leven intenser maakt. “Na mijn ongeval geniet ik nog meer van het motorrijden dan ervoor”, vertelde een deelnemer aan de rit. Dat is toch wel de ultieme bevestiging van de Cruyffiaanse uitspraak ‘Elk nadeel heb zijn voordeel’.