Roadtrip – Royal Enfield Himalayan
Motorrijders die voor hun plezier door de natuur rijden, liggen onder een vergrootglas. Opdat werkelijk niemand aanstoot neemt aan mijn hobby rij ik de Drenthe-lus van de TET op de grootste mechanische knuffelbeer van vandaag de dag. Snoeit diens aaibaarheid critici de mond?
Wat de meest aaibare motorfiets van het moment is? De Royal Enfield Himalayan wat mij betreft. Natuurlijk kan hier ook Honda Monkey staan, maar zie je die met zijn kabouterwieltjes succesvol door de Hollandse klei ploegen? De vraag stellen is hem beantwoorden. Een elektrische motorfiets is een volgende compleet logische motorfiets die hoogst aaibaar is voor natuurliefhebbers. Zero heeft zeker modellen die wel raad weten met offroadtrajecten en die door hun mechanische gefluister de absolute lievelingetjes zijn van groenliefhebbers. Alleen wil je ook nog lekker binnendoor van – in mijn geval – Noord-Holland naar Drenthe. Sorry, met de actieradius van een elektrische motorfiets zie ik dat niet zitten. Wat blijft er dan over? Nadat Ali B. van zijn troon is gevallen neemt de Royal Enfield Himalayan met liefde de eretitel ‘knuffelallochtoon’ van hem over.
Alsof de Nederlandse importeur van Royal Enfield weet dat ik niemand voor het hoofd wil stoten, is de Himalayan voor de gelegenheid uitgevoerd in een groene schutkleur. Hiermee rijden we de TET in ieder geval goed gecamoufleerd, misschien zien critici ons dan over het hoofd. Verder heeft de eencilinder zo weinig vermogen dat vette powerslides – en de daarbij behorende storende sporen – er niet inzitten. De ‘handtekening’ die enthousiaste offroadrijders na iedere bocht zetten, trekt deze Enfield niet. Ook vocaal beschikt de Himalayan over goede manieren want het uitlaatdempertje kwijt zich serieus van zijn taak. De budget-allroad is een uiterst stil type.
Het aantrekkelijke prijskaartje van € 6.999,- bungelt niet langer fysiek aan de motorfiets, maar het geeft hem wel een sympathieke uitstraling. En die is al zo goed! Het afwijkende uiterlijk met die hoge koplamp en het daarnaast gemonteerde droogrek annex valbeugels geven hem iets enorm eigenwijs. Mooi? Daarover de meningen, maar binnen mijn clubje vinden de meeste mensen hem erg leuk. De Himalayan is een motorfiets die het beter in het echt doet dan op de foto.
Met datzelfde clubje mensen vertrekken we vrijdagmiddag van een parkeerplaats langs de A9 naar Drenthe. Het is een bont gezelschap dat klaar staat voor de rit die we natuurlijk helemaal kronkelend binnendoor rijden. Een Ducati Desert Sled staat naast een Scrambler uit hetzelfde nest. Een Yamaha XT600 heeft nog even het Japanse rijk alleen, maar krijgt bij het vertrekpunt gezelschap van een XT500 en XT250. Een Aprilia Pegaso rondt het gezelschap af en bewijst dat de beste motorfiets om de TET te rijden jouw eigen motorfiets is. Wel zo goedkoop en praktisch. En mocht de motorfiets toch niet zo’n goede keuze zijn, dan kom je daar snel genoeg achter. En dat gebeurt ook. Onherroepelijk…
Als de koning van de verkeersdrempels gaan we binnendoor naar het hoge noorden. Het is flink poken om de voorrijder op de Aprilia 650 bij te benen. Op de terugweg perst het blokje met de nodige rugwind er 130 km/uur uit. Het woord krachtpatser is niet van toepassing op de motor. Gemak wel, de koppeling en versnellingsbak werken licht. Om de groep bij te houden, moet de versnellingsbak flink aan de bak. Als de vering net zo hard aan de slag moet, komen de reserves snel in zicht. Sommige bochten met daarin flinke hobbels veranderen de Himalayan tijdelijk in een skippybal. De achterrem levert prima werk, het gevoel in de voorrem is houterig. Het lukt me helaas niet om het ABS uit te zetten terwijl de Enfield die mogelijkheid wel heeft. Denkt de motorfiets zelfstandig mee met natuurliefhebbers die gruwen van lange remstrepen voor een bocht?
Het dashboard is uitgebreid en beschikt zelfs over een Tripy navigatiesysteem dat in samenhang met een mobiele telefoon functioneert. Ik zou er meer op vertrouwen dan in het ingebouwde kompas. Als Christoffel Columbus daarmee had genavigeerd bij zijn ontdekkingsreizen, had hij eerder Japan dan Amerika ontdekt.
Vermoeiend is het rijden niet. De motorfiets biedt een goede en ontspannen zitpositie aan. Het schuim van het zadel mag iets steviger, want je voelt de rand, maar al met al is het goed toeven op de allroad. De volgende dag blijkt zelfs de staande positie verrassend goed voor elkaar. Als we ’s avonds aankomen bij motorvriendelijke camping De Boekelter in Boijl is er van vermoeidheid geen sprake. Wel van dorst. Bij het kampvuur lessen we die.
De weersvoorspellingen gaven het al de hele week aan: de weergoden zijn met ons. Het is namelijk onversneden takkeweer. Des te minder kans we hebben op dagjesmensen die ons collectief dood kijken. Dust stappen we op in storm en regen. Toch voelt het zelfs dan op een mechanische knuffelbeer als de Himalayan ongemakkelijk om de natuur in te duiken. We leven nota bene in een land waar het treinverkeer dagen stilstaat door een dassenburcht. Dat veroordeel ik niet, maar het leert je als motorrijder wel je positie kennen. Maar goed; uiteindelijk rijden we op openbare wegen en houden we ons aan de TET-code. Dus gaan de motoren uit bij paarden en voetgangers.
Dat we eigenlijk met een te grote groep zijn, lost zich vanzelf op. Bij de eerste modderstrook weten de Ducati-mannen direct dat de Scrambler en Desert Sled weliswaar ruig ogen, maar hopeloos verloren zijn in de Drentse blubber. Het resultaat: gebroken spiegels en afgebroken versnellingspookjes en een Ducatist die ruggelings de sloot inglijdt. Als de XT250 ook nog eens problemen krijgt met de benzinetoevoer gaan we met drie man door.
Het had een kleine hint kunnen zijn dat offroadritten in de buurt werden afgelast. De offroadgedeeltes van de route liggen er glad en nat bij. De allroadbanden lopen direct vol en het is zeker in het begin overleven om overeind te blijven. Gelukkig is het gewicht zo gering dat een corrigerend voetje de boel redt. Het geglibber is altijd weer even wennen omdat je helaas niet wekelijks offroad rijdt. Als het in het verloop van de dag wat harder gaat, slaat de vering soms door, maar het blijft comfortabel allemaal.
De Himalayan bewijst zich op de gladste stukken. Die reduceert hij tot een makkie omdat hij in tweede versnelling uiterst laagtoerig als een trekker door de modder ploft. Van agressie is totaal geen sprake, het gaat allemaal even soepel, rustig en met een prachtige gasreactie. Al kan een zwartkijker het eventueel bestempelen als een totaal gebrek aan pure power.
Al snel weet ik wat de Himalayan is. Het is geen puur offroadbeest, maar een enorme overlever. Die gewoon in zijn tempo en zonder kapsones door de modder rijdt. De machine herinnert me aan de beroemde motorfilm Long Way Round. Terwijl hoofdrolspelers Charley Boorman en Ewan McGregor daarin op de steppe worstelen met hun loodzware GS’en, tokkelt cameraman Claudio op een lichte Russische tweetakt overal moeiteloos doorheen. Soms is licht gewoon beter.
Licht wordt de lucht in ieder geval. Die wordt donkerder dan donker en de buien op de weerradar zijn dieprood. Ze maken het traject alleen nog maar blubberiger. Wandelaars en fietsers laten collectief verstek gaan en dus is er ook niemand om ons te verdoemen of om de Royal Enfield juist te complimenteren. De enige die echt een hekel aan ons heeft is een intens valse herder vlak in de buurt van gevangenis Veenhuizen. Hij bijt daadwerkelijk een van ons. Stel dat op dezelfde plek met je kleinkinderen achterop langs fietst… Daar moet je toch niet aan denken.
Uiteindelijk rijden we niet de hele route. Nat en koud besluiten we eerder terug te rijden naar camping De Boekelter. Een tankstop wordt met behulp van warme chocomel een opwarmstop. Ondanks de modder die we door de hele zaak lopen, blijft de dame achter de toonbank super vriendelijk. De angst vooraf voor onaardige reacties blijkt nergens op gestoeld. In het benzinestation wordt het zelfs ronduit gezellig, maar de medewerkster blijkt dan ook een zoontje te hebben die met een 65cc rijdt en zelf zet ze offroadritten uit. Heerlijk zo onder gelijken.
De volgende dag verliest de Himalayan vijf kilo modder, maar niets van zijn aantrekkingskracht. Er bestaan misschien betere offroad-machines, maar niet knuffelbaarder en hulpvaardiger voor gewone stervelingen.