Rij-impressie Yamaha MT-09 Tracer en TDM850
Een miskende trendsetter, dat was de Yamaha TDM toen deze in 1991 op de markt verscheen. Zelfs de meeste motorbladen verschilden destijds van mening over de categorie waarin deze nieuwkomer moest worden ingedeeld. Crossover zouden we vandaag de dag zeggen. Een terugblik in de toekomst.
Ach het verleden, dan moeten we toch weer de Fransen de schuld geven. In ieder geval deels. Die waren in de jaren tachtig op zoek naar het beste. De beste motorrijders uit alle takken van motorsport bijeen brengen. Met dat doel voor ogen knoopten ze sportbanden onder crossers en daar ging de hele bende mee van start op een geasfalteerd circuit, afgewisseld met korte offroad-secties. Supermoto was geboren, maar dat wist toen nog niemand.
Het spektakel zorgde in ieder geval voor de nodige reuring op de ontwikkelingsafdeling van Yamaha. Zoiets moest toch ook naar de straat te vertalen zijn? Iets met meer cilinders en sportief, en gezegend met iets meer toereigenschappen en comfort. Het idee was in ieder geval geboren. Belangrijk voor het concept was een motorblok, waarvan de zuigers ten minste als een tweecilinder tussen het bovenste en onderste dode punt op en neer zouden dansen. Alleen zo zou het juiste vermogen gerealiseerd kunnen worden om het nietsvermoedende sportieve gasten enorm lastig te maken op speels slingerende secundaire wegen. En dat dan aangevuld met een hoogwaardig rijwielgedeelte, de meest moderne remmen en wielen in 17 inch tot 18 inch formaat. Het geheel moest worden afgerond met formidabele windprotectie en een rechte en comfortabele zit voor zowel rijder als passagier. Ondoordacht doordacht; speels serieus; aanstekelijk sportief, maar ook rationeel technocratisch. Een beetje zoals een nieuwe, brandende liefde, die de ontluikende romance meteen extra kracht bijzet met een levensverzekering en een sluitende hypotheek. Dat alles zou deze nieuwe Yamaha in zich moeten verenigen.
De ontwerpen stroomden richting papier, Yamaha Japan keurde het een na het andere ontwerp af en uiteindelijk was de tweetakt TDR250 geboren. Dat eerste schot was geen voltreffer. Vanaf 1991 ging het stukken beter met de viertakt TDM850. Dat was de geboorte van een uiterst succesvolle crossover-bike, alhoewel deze categorie in die tijd helemaal nog niet bestond. Het motorwereldje vond het destijds in ieder geval lastig om de TDM te plaatsen. In testen uit die tijd werd het type 3VD vaak aangeduid als ‘interessant allround-talent’, niet echt sexy. De vergelijking met een wollen onderbroek dringt zich zelfs wat op. Zo’n ding is weliswaar hygiënisch en warm, maar is nu niet bepaald lustopwekkend. En de TDM zou toch een soort van lust op moeten wekken en een nieuwe beleving van lol op twee wielen moeten zijn. Kans verkeken?
In tegendeel: we schrijven inmiddels het jaar 2015. De TDM als 900 heeft nog tot 2012 in het Yamaha-gamma gezeten, daarna was het voorbij. Tot eind 2014 de MT-09 Tracer opdook. Is dit de legitieme opvolger van de TDM? Een testrondje met beide machines door een uitdagende omgeving moet antwoord op die prangende vraag geven.
Naast de Tracer maakt de TDM, bouwjaar 1997, een haast knorrend geluid. Kenners weten nu genoeg: typeaanduiding 4TX, het blok loopt niet langer als een echte parallel-twin met een ontstekingsinterval van 360 graden, maar heeft 270 graden verzette kruktappen voor een pulserend V-twin-gevoel. De TDM heeft altijd gretig gebruik gemaakt van donorblokken. Na het opgeboorde blok uit de Super Ténéré mocht de TRX zijn blok doneren. En dat blok deed de universele TDM bijzonder goed, gaf de machine echt karakter en wist zelfs op het emotionele vlak te kietelen. De kans was dus zeker niet verkeken. Kriebels in de buik en zorgeloze techniek – eindelijk kwam het samen in de TDM. Voor deze combinatie was de 850 van de bouwjaren 1991 tot 1995 domweg te gelijkmatig, te turbineachtig wat vermogensafgifte betreft.
Bij de Tracer is het gedaan met twee cilinders. Wat bleef, was de modulaire bouwwijze. Niet alleen de MT-09-drieling vond zijn weg naar de Tracer, ook grote delen van het rijwielgedeelte komen overeen. Op deze basis ontstond met de Tracer een volledig nieuwe motorfiets. Verschoond van overijverige nervositeit en gezegend met een vertrouwenwekkende stabiliteit en geweldige stuurprecisie. Als de TDM kon spreken, had de twin de driepitter direct van repliek gediend: “Ja, en wat is daar precies nieuw aan? Dat hoorde meer dan twintig jaar lang tot mijn beste eigenschappen.”. Goed, sorry, laten we maar gaan.
Wat direct opvalt, is dat in ergonomische zin alles op zijn plek valt. Zowel bij de oude als de nieuwe Yamaha. Okay, het niet originele hoge stuur van Magura is de TDM niet echt van dienst als het om het juiste gevoel over het voorwiel gaat, maar verder? Ook de 850 brengt je al ontspannen onder op zijn zadel. Als vanzelf vallen de voeten op de voetsteunen. Goed over nagedacht, toen al. Deze erfenis heeft de Tracer naadloos overgenomen. De driecilinder is daarnaast net nog even sportiever en directer. De TDM voelt een stuk voluptueuzer aan. Dat verschil is ook op de weegschaal zichtbaar. Het wijzertje blijft bij de tweecilinder 4TX pas bij 234 kilo stilstaan, bij de Tracer 20 kilo eerder. Dat verschil merk je. En alhoewel de TDM op naar huidige maatstaven smalle banden rolt (110/80ZR18 en 150/70ZR18), stuurt hij niet zo licht en met name niet met dezelfde feedback als de Tracer door het bochtenwerk. Wie inmiddels een lange motorcarrière achter de rug heeft, kent ongetwijfeld de Michelin Macadam. Deze banden vroegen destijds al flink wat opwarmtijd en blonken niet bepaald uit onder natte omstandigheden. Dat deze rubbers nu al bijna vijftien jaar met de TDM door stad en land rijden, maakt de prestaties er niet beter op.
Voor ons komt dat neer op minder sport, meer toer. Daarbij dwalen onze gedachten een beetje af. Prijsvraag: wanneer verscheen de eerste TDM-concurrent van een ander merk? De wolken en het landschap trekken voorbij, onze hersenen kraken. We moeten diep graven. Een overzicht vind je in het aparte kader in dit verhaal. Maar terug naar het hier en nu. De Tracer bepaalt het tempo en stuurt lichtvoetig van de ene naar de andere kronkel. Dat geeft al snel veel vertrouwen. Deze machine heeft wat in zijn mars. Er komen vooral deugden naar voren, die ook de TDM al kenmerkten. Het rijwielgedeelte spreekt heel fijngevoelig aan. Het reageert misschien niet altijd even perfect in alle situaties, maar het verwent met rijkelijk veel comfort. Wie niet altijd met bloedspoed onderweg is, zal dit zeker weten te waarderen. “Dat heb ik toch gezegd”, werpt de TDM tegen. Klopt, dat was in de jaren negentig al zo. Op een ander vlak is de vooruitgang beter merkbaar. De Tracer houdt je middels een digitaal display op de hoogte van essentiële zaken als snelheid, toerental en brandstofvoorraad, de TDM moet het met klassieke ronde klokken doen. Dankzij elektronica kan de Tracer meer: meer weergeven, verschillende rijmodi aanbieden en zelfs zuinig rijden in het eco-gebruiksgebied. De 4TX verbruikte weliswaar minder dan de 3VD-versie, maar er stroomt nog altijd makkelijk 5,5 liter benzine per honderd kilometer door de carburateurs (1 op 18,2). De Tracer onttrekt over dezelfde afstand 4,8 liter aan de tank (1 op 20,1). Daar worden de portemonnee en het milieu blij van. En de TDM, omdat Yamaha met de Tracer het Crossover-segment verder heeft verfijnd en dat ook nog eens voor een bijzonder scherpe prijs. De prijs van € 10.999,- is haast een statement en exact dat bedrag kostte een TDM in 2006 ook al.
En diezelfde TDM trekt onverstoorbaar zijn baantjes aan de zijde van de Tracer, waarbij met name ook het naar huidige maatstaven onderhoudende blok indruk maakt. Helemaal onderin de toerenkelder sputtert de twin wat tegen, maar vanaf 2.000 toeren hangt het blok heerlijk aan het gas en draait het gewillig toeren. Dat tovert al snel een dikke grijns op het gezicht. Dat doet het blok van de Tracer ook. De driecilinder kan bijna alles, en lijkt ook overal zin in te hebben. Een prachtding! Maar terugkijken naar vroeger blijft interessant. Zo slaagt de TDM er in om de Tracer wat uitrusting betreft deels te overtroeven; de veervoorspanning achter is namelijk heel makkelijk met een snelspanner verstelbaar. Maar de TDM doet haast op geen enkel gebied ouderwets aan en is verfrissend modern gebleven.
Langzaam rollen beide machines uit. De TDM lijkt duidelijk van het uitstapje te genoten te hebben. Nog even een paar liter benzine in de tank en een liefkozende poetsdoek en hij is weer klaar voor de volgende rit. Dat heeft de twin wel verdiend. De Tracer is, zoals verwacht, in alles beter dan de TDM en is in die zin een waardige opvolger. Maar de driecilinder moet zijn plek in de crossover-geschiedenis nog verdienen. Dat gaat niet makkelijk worden, aangezien er anders dan vroeger veel meer concurrentie is in deze klasse tot 1.000 cc. De TDM ziet het gelaten aan en lijkt haast zichtbaar te genieten van dit late stukje erkenning van zijn capaciteiten.