Rij-impressie LSL Clubman Roadster
Betoverend mooi! Accessoirefabrikant LSL heeft een Triumph Bonneville omgetoverd in een kekke retro-roadster. Het klassieke jasje ontmoet in deze uitvoering moderne veerelementen en geweldige remmen. Kortom, een totaalpakket waarmee je niet alleen kunt flaneren, maar ook lekker vlot onderweg kunt zijn. Een motorfiets moet meer zijn dan een machine, althans als we de Clubman-brochure van LSL mogen geloven. En dat klopt. De aanhoudende trend in de retro-klassieke hoek bevestigt dat. Al deze motoren willen met elkaar verbinden wat motoren vroeger altijd al deden: er goed uitzien en ook in de praktijk dynamisch zijn. Pak als voorbeeld de Rickman-Metisse-Triumph 500 (de rode motor op de foto’s), een terreinfiets uit de jaren zestig. Met zijn noppenbanden, het frameconcept van de gebroeders Rickman en het vlakke, heldere en tot een minimum beperkte lijnenspel weet deze Brit ook vandaag de dag de zinnen nog aangenaam te prikkelen. Een prachtige wedstrijdmachine, die in talrijke wedstrijden over onverhard terrein podiumplaatsen wist te behalen. De nieuwste creatie uit de LSL-smederij in het Duitse Krefeld baseert zich in principe op dezelfde filosofie van schoonheid en dynamiek. Ook deze LSL-Clubman T860 Roadster beheerst het kunstje om, binnen bepaalde grenzen, lekker ontspannen door bos en woud te woelen. Niet alleen de Pirelli MT90 banden om de elegant zwart geëloxeerde 18 inch draadspaakwielen maken dat soort uitstapjes mogelijk, ook aan een detail als het ver van de voetsteun gepositioneerde schakelpedaal herken je de terreincapaciteit van deze LSL-special. Onaangenaam bijeffect: zelfs met schoenmaat 45 tast je bij normaal gebruik en in een normale zithouding nog wel eens in het luchtledige. Maar het mooie is dat een koper deze ombouw helemaal naar eigen smaak kan individualiseren en of hij/zij dus gefreesde en scherp getande of zowel naar achteren als naar boven verzette voetsteunen wil hebben. Dat laatste ligt voor de hand, want wie een ruim € 9.000,- kostende Triumph Bonneville, de basis voor de Clubman T860 Roadster, voor nog eens een extra € 9.600,- wil laten verfraaien, zal er uit voorzorg waarschijnlijk niet snel het terrein mee in duiken. Als er al mee gereden gaat worden, dan zal dat eerder tijdens een zondags flaneerrondje over piekfijne secundaire wegen zijn. Maar aan de Clubman zal het niet liggen, die is tot veel meer in staat. Lekker vlot sturen bijvoorbeeld. De 865 cc metende twin is na een druk op de knop vlot wakker en dat geldt ook voor de buren. Want met het hoog gepositioneerde ZARD uitlaatsysteem laat het standaard gebleven Triumph-blok met 360° krukasverzet zich in vocale zin best gelden. Laten we zeggen op het randje van dat wat nog acceptabel is. Naast het indrukwekkende donkere keldergeluid wordt dit systeem gekenmerkt door achter de rechter cilinder duidelijk naar binnen afbuigende bochten. Hierdoor worden de rechterknie en binnenbeen van de berijder slechts in standje twee gebraden in plaats van standje drie bij vergelijkbare andere systemen. De textielbroek van ondergetekende moest er in ieder geval aan geloven en zorgt inmiddels voor een stukje extra ventilatie van het rechterbeen. Het vlakke maar goed gepolsterde zadel is een verademing voor ieder achterste, terwijl het Fat Bar-stuur prima in de hand ligt en zodoende zorgt voor een rechte maar geenszins passieve zitpositie. Alleen nog even het rem- en koppelingshendel van LSL naar de persoonlijke voorkeur afstemmen en we kunnen vertrekken. De geometrie is gewijzigd: de balhoofdhoek meet nu 64 graden in plaats van 63, de naloop bedraagt dientengevolge 97 millimeter (Bonneville: 106 mm) en de wielbasis is met 20 millimeter afgenomen naar 1.470 millimeter. Dit alles met het doel om de handelbaarheid op een hoog niveau te houden en de rechtuitstabiliteit verbeteren. Of dat geholpen heeft? De koppelsterke twin trekt er al praktisch vanaf stationair toerental pittig aan, maar is op deellast wat rukkerig. Het huwelijk met het uitlaatsysteem lijkt dus nog niet helemaal perfect. Goed, even een tikje terug in de goed schakelende vijfversnellingsbak en de Clubman schiet een uitdagend kronkelend bochtenlabyrint in. Heerlijk stabiel kiest de LSL-creatie zijn weg, zonder daarbij ook maar een moment nerveus aan te voelen. Ook korte passages op de snelweg met 180 km/uur op de klok verteert deze fiets prima en dat geeft vertrouwen. De Clubman laat zich lekker licht in een hellingshoek drukken en al snel duik je dieper en dieper het bochtenwerk in, langzaam op zoek naar de limiet. De stugge setting van de volledig instelbare Öhlins achterschokbrekers is weliswaar niet heel rugvriendelijk, maar sluit naadloos aan op het concept en staat een pittige rijstijl op hobbelig wegdek toe, zonder dat de motor daarbij oncontroleerbaar onder je begint te dansen. Ondanks de in verhouding een tik te zachte voorvork betrap je jezelf er al snel op dat je in een mum van tijd vergeten bent dat je niet met sport- maar semi-terreinbanden onderweg bent. Maar deze geven gelukkig heel goedmoedig de grens van dat dynamische stuurgedrag aan. Hetzelfde geldt voor de remmen. De CNC-gefreesde en middels een staalomvlochten remleiding aangestuurde Brembo remklauw bijt met enthousiasme in de enkele wave-remschijf. Dankzij het heldere drukpunt laat de Clubman zich heerlijk remmen, in theorie althans. De voorband laat namelijk licht dribbelend weten wanneer het blokkeerstadium zich aandient. Niet tot op het randje remmen dus. Het zou toch zonde als de Scrambler-koplamp sneuvelt of het matgrijze spuitwerk een asfalthandtekening krijgt. Een Roadster als deze moet immers van twee markten thuis zijn: hij moet mooi zijn, maar zeker ook dynamisch. De Rickman was het vroeger (en nog steeds) en ook deze Clubman is er mee behept. TECHNISCHE GEGEVENS Luchtgekoelde tweecilinder lijnmotor, 865 cc, 50 kW (68 pk) bij 7.400 tpm, 69 Nm bij 5.800 tpm, stalen buizenframe, telescoopvoorvork, enkele schijfrem voor, schijfrem achter Ø 320/255 mm, zithoogte* 810 mm, rijklaargewicht volgetankt* 214 kg. LSL-OMBOUW LSL-kroonplaten met 41-mm-Bonneville-voorvork, verkort voorspatbord, 320-mm-wave-schijfrem, staalomvlochten remleiding, X01 Fat Bar stuur, LSL-Brake-Box, verstelbare LSL-hendels, LSL-spiegels, gefreesde koplamphouder, Scrambler koplamp met helder glas, gefreesde LSL-voetsteunen en duovoetsteunen, Extreme-zadel, Extreme-achterspatbord met Neo-Lucas-achterlicht, halogeen knipperlichten, aluminium voortandwielcover, aluminium kettingscherm, zwart geëloxeerde spaakwielen, ZARD uitlaatsysteem, matgrijze lak. Ombouwprijs (incl. montage): € 7.950,- Optioneel: CNC gefreesde Brebmbo remklauwen P4 30/34, € 670,-; Öhlins achterschokbrekers S36 PR1C1L (volledig instelbaar), € 980,-. Info: www.lsl-motorradtechnik.de [BU’s] [opener zonder BU] [details van boven naar beneden, van links naar rechts] Minimalistisch: Daytona-combi-instrumentarium, separate bedieningsknop links, LED-controlelampjes onder – er ontbreekt niets. Ingepast: de remvloeistof bevindt zich in een mooi vaasje. Jammer alleen dat het bevestigingsbeugeltje wat goedkoop aandoet. Bedekt: door gebruik van een verfijnd gemaakt aluminium cover kun je het voortandwiel en de ketting zien draaien. Weggefreest: in het voorwiel omarmt de CNS-gefreesde Brembo remklauw een 320 millimeter wave-schijfrem. Gatenkaas: het met een geperforeerd deksel afgedekte luchtfilter is een geslaagd stijlelement. De slordige afdichting wat minder. Verwisseld: het vlakke zadel, het korte spatbord en het Neo-Lucas-achterlicht passen zo op iedere Bonneville. Klasse!