Rij-impressie KTM 690 Duke 2016
Als het om ééncilinders gaat, hoef je ze bij KTM niets wijs te maken. De 690 Duke staat inmiddels alweer een aantal jaar eenzaam aan de top, maar voor 2016 staat een flinke update op het programma. Een nieuw blok, veel elektronica, een nieuwe TFT-cockpit en wij mochten er exclusief al even aan ruiken.
De ééncilinders van KTM verkopen uitstekend. Niet zo gek, want ze hebben nagenoeg geen concurrentie. Bijna 70 pk uit 690 cc longinhoud, daar durft geen enkele andere fabrikant zich aan te wagen. En om dat zo te houden, hebben de rusteloze Oostenrijkers het motorblok nog eens volledig op de schop genomen. Met grotere zuigers, maar een kortere slag kan het nu nog hogere toerentallen aan. Grotere kleppen zorgen voor meer vermogen, en een in de cilinderkop ondergebrachte tweede balansas moet vibraties tegen gaan. De longinhoud blijft 690 cc, veel meer wil Thomas Kuttruf, perschef van KTM, nog niet kwijt.
Kuttruf gaat me voor met een 1290 Super Duke, en ergens voel ik me in het nadeel met de lichte single. Hoe moet ik hemelsnaam bij die dikke twin in het spoor blijven? Het antwoord op die vraag volgt snel, want de gemodificeerde 690 gaat er als een raket vandoor. Onder de 3.000 toeren is er al bruikbare punch voorhanden, maar na de volgende 1.000 toeren begint het pas echt. En dan blijft dit beest maar draaien en draaien, pas boven de 8.500 toeren neemt de ijver wat af. En Kuttruf? Die is eigenlijk nauwelijks sneller. Temeer daar er hier in de omgeving van Mattighofen, de thuisbasis van KTM, haast alleen maar bochtige wegen zijn. Die kent Kuttruf natuurlijk op zijn duimpje, maar daar draait ook de nieuwe 690 zijn hand niet voor om.
De speelse lichtvoetigheid waarmee de 690 Duke op de straat zijn lijnen trekt, is uniek te noemen. Net iets meer dan 160 kilo volgetankt, ongeveer 74 pk vermogen, relatief smalle banden en een breed stuur, wat kan een bochtenvreter zich nog meer wensen? Niets. Het is zonder meer een bijzonder sensationele machine en mijn grijns wordt steeds breder. Er is in het verleden misschien maar één single geweest, die net zo gecultiveerd draaide als deze nieuwe 690: het 750-DR-Big-blok van Suzuki. Dat had ook twee balansassen, maar was zwaar en slechts 50 pk sterk. Het KTM-blok loopt echt voorbeeldig. Het blijft natuurlijk wel een ééncilinder, wat onder andere betekent dat je niet moet proberen om in de zesde versnelling door het stadsverkeer te rollen. En ook niet in vijf, maar eerder in vier. Veel schakelen dus, maar ook dat doet de KTM uitstekend.
Gas, koppeling, remmen; perfect. Alles is op dynamiek ontwikkeld en werkt zeer licht. Wat meer remvermogen zou echter niet verkeerd zijn. De combinatie met de enkele schijf in het voorwiel voelt toch wat wollig aan, glasheldere feedback krijg je in ieder geval niet. Dan zou de R-versie in beeld komen, die wat sportiever en rijker is uitgerust dan deze basisversie en onder andere krachtigere remmen en betere veerelementen krijgt.
Nieuw en veel beter van vorm is het zadel. De extreem ontspannen zitpositie is goed gekozen. Daarnaast heeft de 690 Duke nu een behoorlijk elektronicapakket met drie rijmodi, tractiecontrole en een TFT-kleurendisplay, dat zich automatisch aanpast aan veranderende lichtomstandigheden, maar wat wiebelig in zijn behuizing zit. Een echt prototype dus. Ook lijken de controlelampjes van de knipperlichten in het display vergeten te zijn. Die hebben hier een plek naast het display gekregen. Afijn, we gaan verder over een stuk snelweg. Ik pers de 690 Duke helemaal uit en dat resulteert in een snelheid van rond de 200 km/uur, fantastisch voor een éénpitter.
Zo op het eerste oog heeft KTM alles goed gedaan met deze nieuwe 690 Duke. Meer punch, betere manieren, rijkere uitrusting en meer comfort. Het succesverhaal van de Oostenrijkse single gaat verder, dat kan bijna niet anders. We kijken uit naar het uiteindelijke productiemodel!