+ Plus

Oud vs. nieuw – Honda Transalp

Honda blaast oude succesnummers succesvol nieuw leven in. De wijze les van al die reïncarnaties? Ook met een ander motorconcept voelt een 2023-model vertrouwd hetzelfde aan. De Transalp is een lichtend voorbeeld. Zo anders en toch zo hetzelfde.

Om een 2023-Transalp überhaupt met een oud exemplaar te kunnen vergelijken, moet je eerst een oud exemplaar opduikelen. Dat lijkt geen enkel probleem. De Transalp kent al zijn hele leven indrukwekkende verkoopcijfers. Je zag en ziet ze letterlijk op elke straathoek. Als ook de Transalp-club zich meer dan coöperatief opstelt bij een speurtocht naar een oudje lijkt het een makkie. Alleen doet er zich één probleem voor: er gaat bijna geen Transalp meer standaard door het leven. Het toont het gevarieerde gebruik van deze klassieker onder de crossovers. Een enkeling zag in de Transalp een mooie basis voor een offroadfiets, maar de meeste rijders transformeerden hem met koffers, hoge ruiten, comfortadels en meer extra’s tot een comfortabele reismotor of een trouwe knecht voor alledaagse ritjes. Hetzelfde lot staat ook de 2023-Transalp te wachten. Dat hebben oud en nieuw alvast gemeen. Honda heeft niet voor niets een aantal accessoirepakketten voor de XL750 samengesteld.

René Dame is zo’n paradijsvogel die in zijn Transalp een mooie basis zag voor een offroadfiets. In zijn schuur schittert een woest ogende machine die rechtstreeks uit Parijs – Dakar lijkt te zijn geplukt. Lange veerwegen (XR500 voorvork), 650-blok (XRV650) 24L-benzinetank voor marathon-etappes (Africa Twin XRV650) en zaken als Acerbis plastic, Renthal stuur en een eigenbouw voorkant (op basis van KTM 620 Adventure) maken hem af. Het eigengebouwde woestijnschip transformeert de daarnaast geparkeerde XRV650 tot een brommer.
Het is duidelijk dat we niet voor deze zelfbouw zandhaas komen, we zijn hier voor de tweede Transalp, die van echtgenote Ria. Die lijkt op het eerste gezicht compleet standaard, maar ook deze machine kent zijn aanpassingen. De meest opvallende valt vreemd genoeg pas op na lang twijfelen aan mezelf: “Heuh, de Transalp stond toch hoger op zijn benen?” Inderdaad ja, we hebben hier te maken met een verlaagd exemplaar. Ria rijdt niet zoveel kilometers meer en dan voelt een lagere motorfiets net iets vertrouwenwekkender.

De Transalp is een mengelmoesje waarvan het blok liefst 180.000 kilometer levenservaring heeft. Dame nam er 160.000 voor zijn rekening in zijn eerste Transalp. Bij dat kilometeraantal kocht hij een XRV650-blok en monteerde dat in het rijwielgedeelte van zijn Alp. Het oude blok verdween onder de werkbank. Daar kwam het pas in 2007 onder vandaan toen Dame een schade Transalp kocht. Het frame en de achterbrug zijn krom, de rest nog prima in orde en daarmee bouwt hij een tweede Transalp voor zijn Ria. Het is het model dat we hier rijden.
Dame schuift de klus steeds voor zich uit, maar ooit moet ook de offroad-Alp weer terug naar originele staat. “Het idee speelt al drie jaar, maar het blijft tot nu toe bij een idee. Toch pak ik het ooit echt op want een oude Transalp wordt tegenwoordig weer gewaardeerd. Ze gingen een paar jaar terug voor oud vuil de deur uit, maar het loont weer om ze mooi te maken. Ondertussen ben ik binnen de Transalp-club wel zo’n beetje de enige die op zo’n oud ding rijdt.”

Omdat Dame net zo nieuwsgierig is naar de nieuwe Alp als ik naar de oude, gaan we al snel op pad. Zelfs een ervaren motorrijder en rijinstructeur heeft dan direct zijn eerste verrassing te pakken. De rechter laars glijdt niet gracieus over het blauwe zadel, maar treft lomp het polyester van het kontje. De Transalp lijkt in de loop der jaren een stukje gegroeid. Dat is hij niet, alleen is het oudje in dit verhaal zoals gezegd verlaagd. De blauwe zadels van de oude en de nieuwe Alp staan oorspronkelijk beide op 850 mm. Verrassing: de oer-Alp heeft met 200 millimeter veerweg zelfs tien millimeter meer dan zijn 2023-opvolger. Achter wint de nieuwe het met de hakken over de sloot; 190 in plaats van 187 millimeter.

Onderweg naar de eerste fotolocatie is Dame met veel bezig, maar niet met het opletten op het overige verkeer zoals hij zijn riijschoolklantjes altijd op het hart drukt. “Die benzine-injectie grijpt veel te direct aan en ik moest even uitzoeken hoe het zit met de rijmodi”, legt hij uit bij de eerste stop. Dat het wisselen van de rijmodus direct lukt zegt iets ober de logische bediening van de knoppen. Rijders die vaker met een moderne injectie-fiets rijden hebben minder klachten. Het valt hen alleen onder zeer listige omstandigheden op dat het blok wel eens pittig oppakt. Dat… doet de XL600V dus niet. Het zijn zeker niet alleen de carburateurs die daarvoor verantwoordelijk zijn, het zijn eerder de magere 50 pk en de tamme wijze waarop de Transalp ze afgeeft. “Met bijna twee ton op de teller hebben waarschijnlijk ook wel wat van de vijftig paardjes de stal verlaten,” vergoelijkt Dame zijn trotse bezit.

Qua blokkarakter weet Honda het oude gevoel niet een-op-een over te brengen naar de nieuwe. De staande twin klinkt en voelt door de verzette kruktappen dan wel als een V-twin, maar is duidelijk potenter. Het is een wedstrijdje armpje-drukken tussen een peuter en Rico Verhoeven. Bovendien verschillen de twee in karakter. De 600 moet het hebben van zijn fluwelen power onderin en in het middengebied. Waarom zou je hierop in hemelsnaam doortrekken in toeren? De 750 toont juist aan de bovenkant van het toerenbereik zijn kracht. Gevoelsmatig lijken de oude (XRV750) en nieuwe (CRF1000L) Africa Twin qua karakter iets meer op elkaar.

In de kleurstelling Ross White (ook al heeft de oude Transalp ‘foute’ aluminium wielen in plaats van gouden) lijken de 600 en 750 Transalp in ieder geval wel sprekend op elkaar. In eerste instantie althans. “Jammer dat ze die typerende uitlaatjes niet hebben gekopieerd”, merkt Dame terecht op. De nieuwe heeft inderdaad minder een eigen gezicht dan de oude. In het grijs of zwart is het zelfs de zoveelste middenklasse allroad. Eentje met erg veel gelijkenissen met andere moderne Honda’s. In 1998 stonden een Hornet en Transalp nog mijlenver van elkaar, tegenwoordig zie je erg veel familietrekken terug bij het duo. Aan de andere kant: deze vorm van kostenbesparing levert wel een aangenaam prijskaartje op.

Viel Dame in 1990 voor het aparte uiterlijk van de machine? Het blijkt iets minder idyllisch: “Ik had mijn Kawasaki GPZ600 in de prak gereden. Een Suzuki DRZ650 RS leek me wel wat en was financieel haalbaar, maar die was niet leverbaar volgens de motorzaak. Hij kon wel direct een Transalp leveren. Dat leek me een nog betere deal; twee cilinders in plaats van een. Zonder een meter te hebben gereden heb ik ‘ja‘ gezegd. Proefrijden zat er even niet in, ik strompelde nog op krukken door het ongeluk.”
Dame heeft de aanschaf geweten. Zijn vrienden op supersports 600 lachten hem jarenlang uit. Hij was plots de opa in het gezelschap van de hipsters. Dat het imago van de Transalp vanaf dag één suf is doet en deed hem niets. Toch is het ook weer niet zijn dwarsigheid of een langzaam groeiende verliefdheid op zijn ‘damesfiets’ dat Dame de XL600V trouw bleef. “In die jaren had ik niet zo veel geld, daarom ben ik maar met de Transalp blijven rijden. Alles kwam op de eerste plaats behalve de Transalp. Op een gegeven moment heb je hem dan zo lang dat hij niet meer weg mag. Ook – ik zeg het maar eerlijk – omdat hij ondertussen helemaal niets waard meer was.”

Bij zijn eerste rit op de Transalp doet Dame in 1990 dezelfde ervaringen op als ik nu in 2023. De zitpositie is aangenaam rechtop, ontspannen en geheel des Honda’s goed uitgedacht. Hetzelfde geldt voor de XL750, die levert eenzelfde – zij het een iets actievere – zitplek. Dit zijn kilometervreters waarop je je direct thuisvoelt. Al noemt Dame het blauwe zadel van de 1989-Alp het grootste nadeel van de Honda. “In no-time heb je een houten kont. Als het over oncomfortabele zadels gaat spant het zadel van de Transalp de kroon onder de allroads.” Het grootste voordeel benoemt Dame in een adem door: “Een Transalp is oerbetrouwbaar. Die doet het altijd.”
Het sturen voelt al net zo vertrouwd op beide modellen. Natuurlijk staat het oudje op flink genopte banden en heeft hij ook de nodige levensjaren wat de stuurprecisie niet ten goede komt, maar je voelt desondanks de stuurpotentie. Oud en nieuw delen balans en stuurgemak, zo lang het allemaal niet te hard gaat. Hetzelfde geldt voor de remmen. De enkele schijf vooraan en de trommelrem achteraan kwijten zich goed en doseerbaar van hun taak. Tot ik iets te lang als toerist om me heen kijk en vol in de ankers moet als gids Dame vlak voor mijn neus links afslaat. Dan merk je direct dat de remkracht niet meer van deze tijd is.

Bij de introductie van de nieuwe XL750 noemde een van de Honda-ingenieurs het een ‘Transalp on steroids.’ Het is exact wat deze gezamenlijke rit uitwijst. We rijden overduidelijk met twee familieleden. Een duo dat bovendien de typische Honda-waarden uitdraagt. Alleen remt de nieuwste veel harder, heeft hij een krachtiger blok en stuurt hij strakker. Over zaken als een dashboard praten we niet eens. Meer dan drie decennia leeftijdsverschil en vooruitgang laten zich niet zomaar wegpoetsen. Al laten Transalp-genen zich evenmin uitpoetsen. Zelfs een 2023-model met staande twin heeft volop overeenkomsten met een V-twin uit 1989. Als scheelt het kleurtje Ross White een slok op een borrel in de beleving.

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Honda X-ADV

Eerste Test Honda X-ADV

14 november, 2024

Bijna tien jaar na zijn introductie is de X-ADV nog altijd een unieke verschijning. Ligt de concurrentie te slapen ...
Overzicht redactiemotoren

Overzicht redactiemotoren

3 oktober, 2024

Motorrijden is emotie en in dat licht beschenen komt deze Sportster S goed beslagen ten ijs. Niet alleen omdat het ...
Alpenmasters 2024 – Mid Sports

Alpenmasters 2024 – Mid Sports

12 augustus, 2024

Clip-ons en een haarspeldbochten-eldorado klinkt op het eerste gezicht niet als een combinatie die veel rijplezier ...