Olie verversen
Vers bloedHet volgens onderhoudsschema verversen van de motorolie en het vervangen van het oliefilter is erg belangrijk voor de levensduur van het motorblok. Rij je minder dan de voorgeschreven interval, ververs dan jaarlijks, aangezien olie ook in een stilstaande motor verouderd. Olie smeert niet alleen de bewegende delen in motorblok en de versnellingsbak, maar verzorgt ook de koeling, de reiniging, de afdichting en bescherming ervan. De moderne olie is zo gemaakt dat het het rondzwervende vuil in een motorblok opneemt. Daardoor vervuilt die olie dus en moet het regelmatig ververst worden. Meestal is dat om de 6000 km, sommige merken hanteren tegenwoordig 10.000 km. In de autowereld, waar de olievoorraad natuurlijk groter is en de olie ook specifiek voor het motorblok of voor de versnellingsbak is (bij motorfietsen is er doorgaans één olie voor beide onderdelen) gaat men wel tot 25.000 of 30.000 km. Met het wisselen van de olie wordt meestal ook het oliefilter verwisselt. Dit filter zit in het smeercircuit en haalt het ergste vuil uit de olie, voordat dit naar de lagers wordt gepompt. Rij je minder dan de voorgeschreven kilometers per jaar, dan is het verstandig om éénmaal per jaar olie en filter te wisselen. Eenmaal gebruikte olie veroudert namelijk en loopt sterk in kwaliteit terug. In dit geval is het het beste om d eolie in het najaar te wisselen, voordat je de motor weer op stal zet. Zo bescherm je de draaiende delen van het blok optimaal tijdens de stilstand. Besluit je om zelf olie te verversen, dan is de aanschaf van enkele handige hulpmiddelen aan te raden. Deze kleine investering heb je snel terug verdiend, bovendien werkt het schoon en prettig. In een olieopvangbak kun je zonder morsen de afgewerkte olie opvangen. In het midden zit een kleine verhoging, waar het oliefilter op kan uitlekken. Ook kun je hier de carterplug op leggen, zodat je deze later niet uit de afgewerkte olie hoeft te vissen. Er bestaan ook aftapschalen, die meteen dienst doen als afvoer-jerrycan; handig voor wanneer je de afgewerkte olie naar het milieudepot van de Gemeente moet brengen. Olie veroorzaakt schade aan het milieu, zet daarom voor het geval je toch olie morst wat grit klaar, of leg op zijn minst een aantal oude kranten onder de motor. Deze absorberen de olie als er iets mis mocht gaan. Meestal past een normale steek- of ringsleutel op de caterplug. Maar er zijn ook pluggen met een inbus- of vierkant gat. Met een universele carterplugsleutel lukt het praktisch altijd. Soms is het een probleem de juiste hoeveelheid olie af te meten. Je kunt hiervoor het beste een olievulkan met maataanduiding gebruiken. Een trechter is ook bijzonder makkelijk. Ze zijn met rechte en flexibele tuit verkrijgbaar, eventueel voorzien van een zeefje. Bij sommige merken heb je een speciale sleutel nodig voor het oliefilter. Soms zit dit oliefilter achter een dekseltje, bij andere is het een losse, tegen het blok geschroefde, patroon. Daarbij is het raadzaam om een riem- of kettingsleutel te gebruiken, die om de buitenkant van het patroon knelt. Schaf voor je begint ook eerst de benodigde hoeveelheid juiste motorolie aan. Dit betekent olie met de juiste viscositeit en juiste kwaliteit. Zonder al diep op dit begrip in te gaan, kun je stellen dat olie met een hoge viscositeit “dikke” olie is. Deze olie is globaal geschikt voor hoge belasting, lage toerentallen en hoge temperaturen. Het vermindert lekkage door keerringen, klepgeleiders en zuigerveren. Olie met een lage viscositeit is “dunne” olie, deze is geschikt voor hoge toeren, hoge snelheid, lagere weerstand en lagere temperaturen. Hoe hoger de viscositeitindex hoe minder de eigenschappen van de olie veranderen onder invloed van temperatuur. De viscositeit bij een lage temperatuur is te herkennen aan een getal met daarachter de letter W (de meest gebruikte zijn SAE: 0W, 5W, 10W, 15W, 20W). De viscositeit bij een hoge temperatuur is te herkennen aan een getal (de meest gebruikte zijn: SAE: 30, 40, 50). De waarden bij een lage en hoge temperatuur worden gecombineerd en op de verpakking gezet. Je krijgt dan combinaties als: SAE: 5W30, 10W40, 15W40, 20W50. Bij de meeste motorfietsen draait niet alleen het motorblok, maar ook de versnellingsbak en de koppeling ook in één en dezelfde motorolie. Juist vanwege deze eigenschap kun je niet zomaar een universele auto-olie van de bouwmarkt in een motorfiets stoppen. Dat levert gegarandeerd problemen op, vooral met de koppeling en versnellingsbak. Kijk daarom altijd in je instructieboekje wat de exacte specificatie van de olie moet zijn. Of laat je hierover goed voorlichten bij je dealer, dan weet je zeker dat er op dit vlak niets mis kan gaan. Koop daar ook een nieuw oliefilter en een nieuwe afdichtring voor de carterplug. Soms heb je ook een nieuwe pakking nodig voor het oliefilter-deksel. Laat voor je begint de motor eerst warmdraaien, zodat de olie vloeibaarder wordt en de vuildeeltjes in de olie gaan zweven. Op die manier komt het vuil beter met de olie mee naar buiten. Warme olie zal ook gemakkelijker uit het carter stromen Zet je motor op de midden- of de zijstandaard. Bij sommige merken dienen kuipdelen verwijderd te worden. Plaats een schone opvangbak op wat kranten onder het carter. Schroef nu eerst de olievuldop los voor de luchttoevoer tijdens het aftappen van de olie. Verwijder nu de aftapplug [1] en laat de olie in de opvangbak stromen [2]. Zorg dat je je bij het aftappen niet brandt aan de uitlaatpijpen, aan het motorblok of aan de hete olie zelf. Het is dus verstandig om bij elke keer dat je de olie ververst ook het oliefilter te vervangen, deze is immers vervuild met het vuil en slijpsel uit het blok en zou de verse olie versnelt vervuilen. Controleer of de opvangbak ook goed onder het filter staat en draai dan de oliefilterpatroon los met het juiste gereedschap. Heb je dit niet, dan kun je in geval van nood een schroevendraaier dwars door de patroon steken en dit als handvat gebruiken. Soms zit het filter achter een dekseltje [3]. Wanneer je dat deksel hebt verwijdert, kun je het filter zien zitten er eruit trekken [4 en 5]. Gun de olie even de tijd om volledig uit het blok te stromen en reinig vervolgens het montagevlak van het oliefilter. Het is verstandig de rubber-afdichtringen op het filter even met een in de (nieuwe) olie gedoopte vinger in te vetten, zodat de montage soepel verloopt en de rubbers zich lekker kunnen zetten tegen het carter [6]. Draai het nieuwe patroonfilter niet te vast; handvast is in principe ok. Zit het filter achter een dekseltje, dan moet je de rubber-afdichting of de papieren pakking van dit dekseltje ook vervangen en het dekseltje weer voorzichtig vast schroeven. Ook hier geldt: vast is vast! Plaats een nieuwe afdichtring op de aftapplug [7] en schroef de aftapplug weer in het carter. Zet hem vast met het voorgeschreven aanhaalmoment. Pas ook hier goed op dat je de schroefdraad niet beschadigd door de zaak te vast te willen draaien. De aftapplug zit doorgaans in het (broze) aluminium gedraaid en moet dus niet met woest geweld aangedraaid worden. Vul vervolgens het carter met de juiste hoeveelheid nieuwe motorolie [8]. De hoeveelheid wordt opgegeven in het instructieboekje, maar staat vaak ook op het motorcarter zelf. Vertrouw je het niet, peil dan tussendoor de olie eens. Wanneer de nieuwe olie aan het peil staat, monteer je de vuldop, start de motor en laat deze rustig enkele minuten warm draaien. Let er wel op dat het oliedruklampje na een paar tellen uitgaat, nadat het nieuwe oliefilter zich heeft gevuld met olie. Controleer na een paar minuten draaien het oliepeil (soms moet je er nog wat bijgieten omdat de olie nu alle kanalen en het oliefilter weer gevuld heeft. Let ook even op op lekkages rond het filterhuis en de aftapplug. Monteer tot slot de eventuele verwijderde kuipdelen. Voordat je de afgewerkte olie inlevert bij een milieu-inzamelpunt van de gemeente, is het raadzaam om de afgewerkte motorolie aan een nauwkeurige inspectie te onderwerpen. Als je de olie in een schone bak op hebt gevangen, kan de aanwezigheid van metaalsplinters of andere ongerechtigheden gemakkelijk worden opgemerkt. Raadpleeg bij twijfel altijd je dealer. Tekst Tonny van der Spoel, m.m.v. Arjan Brouwer Trading | Foto’s: Rein van der Zee