MotoGP-test Phillip Island

Na de MotoGP-test in Phillip Island werd meer dan eens de verwachting uitgesproken dat de strijd om de wereldtitel in 2017 gaat tussen Marc Marquez en Maverick Viñales. Die wel erg vroege aanname werd gevoed door het feit dat net als tijdens de testen in Valencia en Sepang Viñales en Marquez de snelste tijden klokten. En ook in die volgorde. De nieuweling in het Yamaha-fabrieksteam zette de als twaalfde gefinishte Valentino Rossi nadrukkelijk in de schaduw.

In de Yamaha-pitboxen heerste een wat wisselende stemming na afloop in Phillip Island. Men had gehoopt om in Australië een definitieve beslissing te kunnen nemen omtrent de keuze van het chassis, maar dat besluit werd uitgesteld tot de laatste test in Qatar. Ook het in Sepang met instemming begroete alternatief op de vleugelloze stroomlijn werd na de eerste dag al geparkeerd. Het goede nieuws was de vorm van Maverick Viñales. Hij zette niet alleen een fantastische rondetijd neer, maar tijdens twee runs van 21 ronden (de Australische GP telt 27 ronden) etaleerde hij op de afsluitende dag een voortreffelijk raceritme. Dat Viñales met tevredenheid terugkeek op de test, was dan ook niet verwonderlijk. Op zijn geliefde Phillip Island begon teamgenoot Valentino Rossi op dag 1 achter Marquez nog met een tweede tijd, vanaf de tweede dag – toen hij zijn 38e verjaardag vierde – leek de Italiaan achteruit te fietsen. Een lange run pakte niet goed uit en pogingen om het gedrag van de M1 met oude banden te verbeteren, slaagden evenmin. “De machine is goed en het blok ook, maar in Sepang ging het duidelijk beter”, gaf een vermoeide Rossi toe na zijn uiteindelijke twaalfde tijd. Daarmee was hij de derde Yamaha-man: rookie Jonas Folger maakte op de Tech3 Yamaha grote indruk met een vierde tijd. De Duitser pakte na een crash op de slotdag verrassend snel de draad weer op.

De enige die in Phillip Island met Viñales onder de 1.29 wist te duiken, was Marc Marquez. De wereldkampioen reed in drie dagen maar liefst 271 ronden , ruim 1.200 kilometer. Op de slotdag kreeg Marquez ter ere van zijn 24e verjaardag van Honda een vergrootglas als cadeau, een hint dat de altijd hardnekkig doorvragende Spanjaard nu zelf ook in zijn data op zoek kon naar problemen. Daar waren er niet veel van. Marquez maakte een definitieve keuze wat betreft Honda’s nieuwe big bang-blok, hoewel hij nog wel toegaf te moeten wennen aan het minder explosieve karakter. Enige bron van zorg hield Marquez wel. “We hebben een basis-afstelling gevonden voor de elektronica, maar ik voel me nog niet geheel op mijn gemak”, aldus Marquez. Teamgenoot Dani Pedrosa miste een groot deel van de tweede dag vanwege een keelontsteking, maar op de afsluitende dag klokte hij de derde tijd. Pedrosa’s raceritme was echter minder imponerend dan dat van Viñales en Marquez. Achter vierde man Folger lijkt Cal Crutchlow’s vijfde tijd te bevestigen dat Honda er beter voor staat dan bij aanvang van 2016.
Op de zesde plaats was dankzij Suzuki-coureur Alex Rins de derde van de zes fabrikanten te vinden. Rins’ snelste ronde op de laatste was enigszins een uitschieter, maar wel was duidelijk dat hij zich – ondanks een crash op de slotdag – zich steeds beter begon te voelen op de GSX-RR. Motorisch was er bij Suzuki niet veel te testen, wel stuurde het team Rins de tweede dag de baan op met een nieuw stroomlijndesign dat het verbod op wings moet componseren. Met de interne wings, hoger geplaatst dan op de Yamaha, vertoonde de Suzuki in ieder geval minder neiging tot wheeliën, had Rins gemerkt. Teamgenoot Andrea Iannone was met een dertiende tijd de laatste die in Phillip Island binnen een seconde van snelste man Viñales bleef. Iannone voelde zich in Australië minder goed op de Suzuki dan tijdens de Sepang-test die hij als tweede afsloot. Hij gebruikte de nieuwe stroomlijn niet. Ook Aprilia presenteerde op dag 2 een speciale stroomlijn die de verloren downforce moest compenseren. Aleix Espargaro was gematigd positief, en zijn tiende tijd na drie dagen illustreerde Aprilia’s progressie.

Phillip Island is een circuit waar Ducati het sinds het vertrek van Casey Stoner eind 2010 structureel moeilijk heeft gehad, met in de laatste zes GP-seizoenen alleen een podiumplaats voor Andrea Iannone in 2015. Ook tijdens deze wintertest konden de Italianen niet de gehoopte doorbraak forceren. Alvaro Bautista verraste op de GP16 van het Aspar Team op de tweede dag nog met een vierde tijd, maar na drie dagen was Andrea Dovizioso met een zevende tijd de beste Ducati-vertegenwoordiger. “Het verschil zonder wings is hier groter dan in Sepang”, stelde Dovizioso vast. “Daarom moeten we de balans nog verbeteren. We gaan vooruit, maar ik ben niet helemaal happy.”
Dat gold ook voor Jorge Lorenzo, die op dag 1 als elfde begon en op dag 3 als achtste vertrok. Met enig sarcasme vertelde hij dat hij op 95 procent van het circuit te kort kwam; alleen op het rechte stuk had Lorenzo geen klachten. Met name het bochtengedrag en de andere aanpak die de GP17 daar vraagt vormden aandachtspunten voor de vijfvoudig wereldkampioen. Ook vertelde teammanager Davide Tardozzi dat het team er nog aan werkte om Lorenzo’s positie op de Ducati comfortabeler te maken. “Toch hebben we een flinke stap voorwaarts gezet”, vond Lorenzo zelf. “Jammer genoeg kon ik de laatste dag de softe band niet gebruiken toen de omstandigheden ideaal waren. Dat zou nog wel een paar tienden hebben gescheeld.”
Nadat Yamaha, Suzuki en Aprilia tijdens de eerste testen hun aerodynamische alternatieven toonden, is de verwachting dat Ducati dat vanaf 10 maart bij de laatste voorseizoenstest in Qatar doet. Op het circuit waar zowel Ducati als Lorenzo zich goed voelen, wordt meer van het team verwacht.