Mijn Trots – Herko van Beek
« Terug naar Mijn TrotsAan sommige aankopen lijkt geen touw vast te knopen. Waarom koopt een racegekke supersportieveling in hemelsnaam een motorfiets met koffers? Het antwoord is net zo logisch als opmerkelijk.
“Exact tien jaar geleden was ik hier met mijn Suzuki TL1000. Nooit gedacht dat ik hier ooit nog eens zou staan op een motorfiets met zijkoffers. Hiervoor heb ik allemaal sportieve motoren gehad, dit is de eerste waar dat niet voor geldt en het is super fijn. Al veertig jaar lang volg ik de wegrace op e voet en bezoek ik overal wedstrijden. Laats ben ik met mijn zoon naar de wedstrijden in Hengelo geweest. Super gezellig, vroeger ging ik op de brommer, nu met mijn familie. We hadden een B&B geboekt en onze tandenborsteltjes gingen mee in de zijkoffers. Makkelijker dan dat kan niet.”
“Terwijl ik op een beurt van mijn eigen motorfiets stond te wachten, viel deze motorfiets me in een lange rij van immense Multistrada’s op. Hij zag er fantastisch uit en dat spreekt deze poetser enorm aan. Liever een tien jaar oude motor die perfect is dan een nieuwe met een krasje. Mijn motoren krijgen iedere zaterdag, ook al is er niet op gereden, een poetsbeurt. Die koffers vond ik vreemd genoeg niet eens wennen, maar zelfs leuk. Mijn interesse was gemaakt en ik ben direct een testrit gaan maken. Bij de derde bocht was ik al verkocht. Hij mag dan wel koffers hebben, maar er zit nog meer dan genoeg Ducati voor mij in deze motor. Voor zo’n nieuwe Monster geldt dat veel minder. Die eenzijdige swingarm is heel mooi, de kofferophanging is onzichtbaar en praktisch is hij ook. De spiegels zijn goed, de middenbok is ideaal en de motorfiets is lekker handelbaar. Ik heb er alleen wheelstriping op gedaan, dat is echt een must voor een motorfiets. Verder valt er niet veel aan dit model te veranderen, hier maak je geen caféracer van. De rest is dus helemaal standaard, hoef ik dit keer ook niet bang te zijn dat ze me aanhouden voor geluid. Het verbaast me ook dat een motorfiets met een hoog stuur en zijkoffers mijn trots is, maar het is echt zo.”
“Dit is mijn eerste motorfiets met een stuur in plaats van clip-ons. Ik heb veel van die sportieve 400’tjes en tweetakt 125’tjes gehad. Dat rijdt ontzettend leuk en voor mij hoeft het allemaal niet zo zwaar. Dat doet me niets, zo hard rijd ik toch niet. Dat ik nu voor een Hyperstrada kies heeft niets met lichamelijk verval te maken. Ik ben vrij sportief en heb nooit last van rug of polsen gehad, maar toch waardeer ik het wel dat deze motorfiets iets praktischer is dan mijn vorige motoren. Daarom pak ik hem waarschijnlijk ook zo vaak. Al sinds de jaren negentig ben ik gefascineerd door Ducati. Toen ik de dikke rode superbikeracers van mannen als Polen, Mertens, Roche en Lucchinelli zag en hoorde was ik verkocht. Alleen kon ik er nooit eentje kopen. Op Harley na heb ik zo’n beetje alles gereden, maar de onbetaalbare Ducati bleef trekken. Een Monster 620 was niet duur en het klinkt als een cliché, maar het leefde direct. Helaas legde ik het richting Assen genadeloos af tegen mijn broers en daarom moest er iets snellers komen. Dat werd een 749. Die is te extreem voor de openbare weg en niet handelbaar genoeg, maar de looks zijn fabuleus. Ook met die 749 heb ik zelf nooit raceplannen gehad. Ik volg alle racesport, maar ik heb niet het talen, nooit gehad ook, ik ben er te voorzichtig voor. Wel kan ik me enorm verkneukelen op een VIP-arrangement bij RW-Racing. Ik doe aan alle prijsvragen mee en in 2013 won ik twee kaarten bij de Tros. Mocht ik bij de TT op de startgrid staan. Denk maar niet dat de rest van de gasten er ook bij waren. Die was allemaal druk bezig voor VIP te spelen in de Viplounge.”