Mijn Trots – Chris de Wilde
« Terug naar Mijn TrotsMinder gewicht, meer vermogen. Voor Kris De Wilde is het haast een levensmotto. Het zit hem in het bloed. Dat was al zo met de brommers die hij vroeger rondstuurde en dat is niet anders met alle motoren die deze Belg inmiddels heeft gehad. Er bleef geen machine standaard. Ook deze KTM Duke 2 niet, die hij in 2002 nieuw kocht en in zeven jaar tijd van voor tot achter verbouwde. De machine leverde De Wilde een derde plek op in de wereldwijde ‘Pimp your KTM’ verkiezing. Met recht een bijzonder beestje dus. “Die zoektocht naar meer pit zat er als kind al in. Mijn eerste bromfiets was Sachs met twee handversnellingen die al snel plaats moest maken voor een Zündapp met drie versnellingen in een Flandria-frame. Daar zat dan weer een tank van een Puch op en crossbanden en een crossstuur. Dat verbouwen zat er toen al in en is eigenlijk naadloos mee verhuisd met de overstap naar motoren. Ik moet al ruim tien motoren hebben verbouwd toen ik in 2002 deze KTM Duke 2 nieuw kocht.Ook bij deze machine stond voor aankoop al vast dat er weer iets speciaals van gemaakt moest worden met meer vermogen en minder gewicht als uitgangspunt. In de eerste winter dat ik de KTM had, heb ik hem volledig gedemonteerd en weer gemonteerd. Alles wat niet perse noodzakelijk was heb ik er af gelaten en verder heb ik waar mogelijk stalen onderdelen vervangen door lichtere materialen. Een aantal dingen heb ik uit het accessoireprogramma van KTM gehaald, zoals de Akrapovic titanium uitlaat, het open luchtfilterkastdeksel, het magnesium koppelingsdeksel en het carbon voorspatbord. Ook zijn de meeste standaard bouten vervangen door titanium exemplaren. ’t Zijn maar grammetjes, maar toch. Op de accu pakte ik meer winst, want dat werd er een uit de luchtvaartindustrie, ruim een kilo lichter. De standaard remschijven heb ik meteen maar vervangen door Braking schijven en de standaard axiale rempomp door een radiale Brembo PR16 met Goodridge remleidingen en aluminium banjobouten.Het bodywork van de Duke heb ik in dezelfde periode door een vriend laten namaken in licht polyester. Die heeft ook het spuitwerk gedaan. Ik ben zelf meer de sleutelaar, altijd op zoek naar meer vermogen. Daar ben ik in de tweede winter mee aan de slag gegaan. De cilinderkop is compleet gemodificeerd met grotere inlaatkleppen en een wildere nokkenas met verstelbare noktiming en de standaard carburateur heb ik vervangen door 42 millimeter flatside exemplaar met acceleratiesproeier. Ook is de luchtfilterkast toen nog verder opengewerkt. Hij heeft sindsdien nog niet op de bank gestaan, maar ik gok dat ik nu tussen de 62 en 65 pk aan het achterwiel heb. Niet gek met slechts 125 kilo gewicht toch? Dat is standaard 155 kilo. Het vermogen is in ieder geval te bruusk om de Duke in zijn eerste versnelling op het achterwiel te zetten. In de tweede is het kinderspel, zonder koppeling.In 2006 sloeg helaas het noodlot toe, toen ik met de KTM onderuit ging tijdens een ritje. Daar heb ik zelf veel geluk bij gehad, maar de Duke had veel schade. Het voorwiel lag bijvoorbeeld in drie stukken. Ben daarna weer twee jaar bezig geweest om hem op te bouwen zoals ‘ie er nu bijstaat. Ook dit spuitwerk heb ik na het ongeval laten maken met zwart en matzwart aan de beide zijkanten en oranje accenten aan voor- en achterzijde. Eigenlijk is ‘ie pas sinds 2009 klaar en je kunt rustig stellen dat ik er meer aan gesleuteld heb dan op gereden. Wensen zijn er nog te over. Zo wil ik graag nog een slipper clutch monteren, een aluminium achterframe en als het even meezit een zitje van polyester.Maar ik ben er nu al bijzonder tevreden mee hoor. Het mooiste compliment kreeg ik na mijn derde plek in de Pimp your KTM-verkiezing van KTM zelf. Ze gaven me de titel ‘KTM designer avant la lettre’. Kijk, en da’s een hele eer.”