Mijn Trots – Bas Briene en zijn RS250 Rossi-replica
« Terug naar Mijn TrotsEen Ducati 748SP, dat is de enige viertakt die Bas Briene heeft gehad. Verder kruisten uitsluitend tweetakten zijn pad. Een Aprilia RS125, een RS250 in een paars/rode Reggiani-uitvoering, een Suzuki RG500 en deze bijzonder geslaagde RS250, met engelengeduld nagenoeg exact zo gemaakt als de machine waarmee Valentino Rossi reed tijdens de Grand Prix van Mugello in 1999. Het moge duidelijk zijn, Bas Briene heeft niet zoveel met dertien-in-een-dozijn-motoren en dat is allemaal uit gekkigheid ontstaan.
“Net als voor veel anderen is het met brommertjes begonnen. Lekker knoeien met 50 en 70 cc’tjes. Vastlopers en meer van die ellende. Het werd serieus toen ik een jaar of vier terug zelf een roterende inlaat voor een Zündapp maakte en hem tot een klassiek racertje ombouwde. Dat ding liep dik 120 km/uur. Er zat wel een motorkenteken bij, maar het klopte natuurlijk van geen kant. Ik reed er ook met samengeknepen billen mee naar mijn werk. Dat doe je twee keer, maar daarna laat je hem wel staan. Dan is het leuke er af, zo werkt dat een beetje bij mij. Klaar is klaar. Voor mij zit de lol meer in het sleutelen en het mooi maken. De centen kan ik daarna goed gebruiken om aan een nieuw project te beginnen. Je koopt eens wat, verkoopt weer wat, zo gaat dat.
En zo houd je links en rechts ook wel eens wat over. Ik had paar RS250-blokken en de laatste raakte ik maar niet kwijt. Het was een nagenoeg nieuw blok, dus ik besloot er een rijwielgedeelte van RS250 bij te zoeken. Maar toen had ik met de spullen die ik nog had liggen uiteindelijk een motor met een zwarte tank, oranje kont en twee Harada-zijpanelen. Dat zag er niet uit. Aan de hand van een
Minichamps-schaalmodelletje ben ik toen met dit Rossi-design aan de gang gegaan.
De juiste stickers waren het moeilijkst te vinden. Via internet vond ik in eerste instantie een setje, maar dat was het net niet. Niet compleet, niet aan de maat. Ik wilde zo dicht mogelijk bij het origineel blijven. Het startnummer ‘46’ waar Rossi destijds op Mugello mee reed, was bijvoorbeeld zwart met een rood randje. Het nummer uit de stickerset had wel een rood randje, maar was wit van binnen. Tja, dat hoef ik dan niet. Bij een lokale stickerboer heb ik het nummer na laten maken en de ‘Radio Deejay‘- en ‘Valenti Peace and Love’-stickers heb ik weer laten maken bij iemand uit Apeldoorn, die daar enorm bedreven in is.
Het spuitwerk heb ik helemaal zelf gedaan. Daarmee ben ik trouwens ook door schade en schande wijs geworden, want het spuitwerk van die Zündapp had ik tot twee keer toe verknoeid. Op de tank daarvan had ik een heel mooi finishvlag-motief met een rood randje gespoten. Zag er subliem uit, maar toen ik de blanke lak er op aanbracht, vrat het de andere lak weg. Nou, toen heb ik heel even met hem gesproken, met de rug naar hem toe. Nog een keer geprobeerd, met dezelfde lak en een andere blanke lak, gebeurde het opnieuw, alleen langzamer! Uiteindelijk contact gezocht met een specialist en die stuurde me kosteloos drie potjes verf op met de mededeling: ‘Probeer het, ik weet zeker dat het lukt, maar wees zo eerlijk om ze te betalen als het lukt.’ Ik aan de gang, en inderdaad, het bleef zitten. Ik heb direct betaald en meteen ook een assortimentsdoos aangeschaft, haha. Ach, zo leer je steeds meer.
Het kuipwerk is gedeeltelijk thuis en in een cabine gespoten. Alles is eerst neongeel gespoten, op de zijpanelen na. Daar heb ik eerst de wit/blauwe banen opgezet. Met behulp van maskers van airbrush-folie is vervolgens het groen er op gespoten, links en rechts gespiegeld. Maar het geel werkte als een magneet op kleine vliegjes. Die gingen er in zitten. Als er nog geen blanke lak op zit, kun je dat nog wel wat bijwerken, maar daarna ben je de Sjaak. Via een buurvrouw kwam ik in contact met een man in de buurt met een spuitcabine. Daar heb ik de blanke lak mogen doen. Al met al een enorm karwei, met dagen, nee weken werk. Maar zonder dit soort contacten red je het niet, dat is goud waard.
Hij is nu klaar. Het blok is nagenoeg standaard gebleven, maar ik heb het wel tot de laatste schroef uit elkaar gehad en opnieuw in elkaar gezet. Alleen de sproeierbezetting is heel ruim en er zitten crossfilters van foam in om er meer lucht in te krijgen. En het uitlaatsysteem is niet standaard, maar dat levert wel een stukje vermogenswinst op. Verder heb ik alles er bij om hem straatlegaal te maken, maar eigenlijk hoort ‘ie in de woonkamer te staan.”