Mark van Rossum – Ducati Hypermotard Special
« Terug naar Mijn TrotsAl van jongs af aan is Mark van Rossum (38) in de weer met brommers en scooters, waarbij hij zich ontpopt als rasechte autodidact op het gebied van tunen. Een standaardmotorfiets is aan de zelfstandig ondernemer dan ook niet besteed: “Ik wil altijd iets hebben wat een ander niet heeft.” Iets dat met deze Ducati Hypermotard Special in ieder geval is gelukt!
“Vanaf twaalf of dertien was ik al bezig met brommers, vooral met opvoeren, dat zat er al heel vroeg in zeg maar. Ik heb aan scootersprint gedaan en tot m’n 23e heb ik ook een beetje hobbymatig gecrosst. Toch heb ik mijn motorrijbewijs relatief laat gehaald, een jaartje of vijf geleden pas. Ik werkte destijds als monteur in tuninggarage waar alleen maar gasten met Ducati’s kwamen en die hebben mij besmet met het Ducati-virus. Natuurlijk wil je dan zelf ook rijden, dus toen heb ik alsnog het motorrijbewijs gehaald. Qua motor wist ik ook meteen al welke kant ik op wilde. Niet zomaar iets kopen, maar zelf iets bouwen. Met een standaardfiets heb ik namelijk helemaal niets, ik wil altijd iets hebben wat een ander niet heeft. Het idee was om een heel pittige naked bike te bouwen. De kracht van een superbike in een naked. En omdat het natuurlijk een Ducati moest zijn, kwam ik bij een Hypermotard uit. Door het crossen heb ik denk ik een beetje liefde ontwikkeld voor dit soort wat hogere modellen. Het is eigenlijk een soort van crossmotor op steroïden, de Hypermotard. Daarbij heb ik gekozen voor het frame van een 1100, die bekenden van me hebben meegenomen uit Italië. Ik wilde er namelijk de vierklepper van een 749 in leggen. Dat past redelijk goed, al heb ik er wel iets aan moeten verlassen. Of verstevigen beter gezegd. Vervolgens heb ik de boel eerst helemaal rollend gemaakt. Er zit een achterbrug van een 1098 in, met de wielen van een Multistrada. Dat is niet het enige dat ik van een Multistrada heb geleend trouwens, de Öhlins voorvork komt van een 1200S. Normaal is deze elektronisch geregeld, maar ik heb de elektronica afgekoppeld. Hij staat nu standaard in de Sport-stand, maar via de computer kan ik de demping aanpassen, de stelmotoren zitten er namelijk nog gewoon in. De achterschokbreker is ook van Öhlins en die komt volgens mij van een ST4, al weet ik dat niet zeker. Deze heb ik bij HK Suspension helemaal speciaal voor deze motor met mijn gewicht laten maken. Eigenlijk had ik het rollend maken redelijk snel klaar, de geometrie bepalen was wel even puzzelen, maar verder was vooral een kwestie van bestaande onderdelen aanpassen en wat met spacers en pasbussen werken. Het blok heb ik ook zelf ingebouwd, en daarna heeft een uitlatenboer er een op maat gemaakt uitlaatsysteem onder gebakken. Het was veel passen en meten, soms letterlijk millimeterwerk. Zoals bij het koelsysteem, maar op zich wel goed te doen. De elektronica alleen, dat was echt een ramp. Het heeft me in totaal drie kabelbomen gekost voor ik eindelijk het after market dashboard werkend had. Vanaf het begin van de bouw duurde het denk ik twee jaar voor ik er voor het eerst mee kon rijden. Alleen had het blok er al wat kilometers opzitten en bleek ook de elektronica totaal niet betrouwbaar. Het blok sputterde, knalde en soms stopte ‘ie er gewoon mee, wilde vervolgens ook niet meer starten. Dat gebeurde een paar keer en daar kreeg ik zo de stront van, dat ik afgelopen jaar op een gegeven moment de hele kabelboom eraf heb geknipt. Er moest een volledig nieuw blok in. Getuned, met nul kilometer op de teller, niet meer dat gedonder. Toen heb ik een 999S blok in kratten gekocht, alles gestraald en gespoten en de boel vervolgens bij Van den Biggelaar neergedonderd. Die heeft het blok helemaal voor me getuned en opgebouwd, zelf heb ik de kabelboom gemaakt. Daar had ik inmiddels ook wat meer kennis over opgedaan en wist nu dat ik de elektronica van een 1198 moest nemen, omdat dat dat het meest stabiel is. Het 999 blok is het meest stabiele blok, betrouwbaar en bovendien goed te tunen, maar de elektronica die erbij hoort is bagger. Dus heb ik de elektronica van de een met de hardware van de ander gecombineerd, dat is met een heel klein foefje te doen. En nu is ‘ie motorisch perfect, hij heeft 151 pk aan het achterwiel, maar veel belangrijker, hij is helemaal stabiel, ook elektronisch. Grotendeels is ‘ie nu wel klaar, al zijn er nog wel wat wensen. Bij 160 à 170 km/uur neigt ‘ie tot een tankslapper, dus er moet zo snel mogelijk een stuurdemper op. En ik wil nog van die hele dure, zigeunergouden Marchesini wielen, net als een carbon kontje zonder die vleugeltjes. Dat krijgen we ook wel weer pas. Ik ben wat dat betreft niet zo van advies vragen, maar gewoon zelf proberen. Lukt het de eerste keer niet, dan de tweede keer wel. Ik heb met die 749 drie kabelbomen verkloot, maar uiteindelijk kom ik er wel. En van je fouten leer je het meest!”