Interview wankeldokter Roland van Cauter
Roland van Cauter werd op het Brusselse motorsalon in 1976 op slag verliefd op de Suzuki RE5 Wankel. En twee jaar later had hij er één. En 33 jaar later rijdt hij nog steeds op zo’n wankelmotorfiets!Uit de twee uitlaten van de enkelschijf Suzuki RE5 wankelmotor komt een fraaie, sonore roffel. Draai je het gas open dan neemt de roffel toe en zonder enige motortrilling gaat de wijzer van de toerenteller naar 7.000 toeren per minuut. Met zijn 65 pk biedt de Suzuki geen acceleratie die de armen uit je lijf rukt, al moet je natuurlijk ook niet vergeten dat we het hebben over een machine uit het midden van de jaren zeventig van de vorige eeuw. De RE5 waar ik naar sta te luisteren is eigendom van de Vlaming Roland van Cauter, de man die door de jaren heen een reputatie opgebouwd heeft van ‘wankel-dokter’, al gaat die benaming hemzelf toch ietwat te ver. “Ik ben geen wankel-expert, wel een Suzuki RE5 wankel-expert. Ze zeggen dan wel dat ik een goeroe ben als het om wankelmotoren gaat, maar dat is teveel eer. Iemand vroeg me onlangs nog of ik naar een Norton-wankelmotor kon kijken, maar zo’n Norton wankelmotor is echt heel anders dan die van Suzuki. Daar weet ik evenveel of weinig van als jij. Een Van Veen is ook zoiets. Die is weer heel anders. Maar van een Suzuki RE5 weet ik wel het een en ander. Je begint zo’n motor echt wel te kennen na dertig jaar.”Van Cauter viel in 1976 voor de Suzuki wankelmotor, het jaar dat die in Europa gelanceerd werd. De jaren zeventig van de vorige eeuw kenmerkten zich niet alleen door de komst van de viercilindermotor in lijn van Japanse makelij, maar ook door de eerste wankelmotorblokken in motorfietsframes. Het Duitse Hercules was het eerst met zo’n wankelmotor, Suzuki was een goede tweede met de RE5. Later volgden de Van Vaan Wankel en de Norton. Maar het was eigenlijk niet de wankelkrachtbron, die Van Cauters interesse voor de RE5 wekte. Hij vond de motor gewoon een heel fraaie tweewieler, dat wankelblok was in eerste instantie een bijkomstigheid.“Ik weet het nog precies. Er stonden twee RE5’s op een verhoging, een rode en een blauwe. Pure glitter en glinstering. Ik was verzot op die motor. Dat dashboard alleen al…. Er was een ‘digitale’ aanduiding van de versnelling waarin de motor stond. Dat was toen nog nooit vertoond. Ik heb er toen meteen een folder van mee genomen, terwijl ik pas zestien jaar was. Toen ik achttien werd, wilde ik absoluut zo’n motor hebben. En ik kende iemand die er een had en ermee gevallen was. Hij wilde er dus weer vanaf,” aldus Van Cauter. Het was december 1977 en Roland moest er 15.000 Belgische Franks voor neertellen, omgerekend in euro’s ongeveer 375 euro). De nieuwprijs van zo’n wankel-Suzuki was destijds 124.000 frank (3.000 euro), maar het moet gezegd, er waren wel enkele problemen met de bewuste RE5: het motorblok liep niet meer en door een crash was het karakteristieke dashboard en de koplamp kapot. Maar de machine werd gekocht en niet veel later hoorde hij van een andere Suzuki RE5 met schade, die net over de Nederlandse grens te koop stond, in ‘s Gravenpolder bij Goes. “Het motorblok van die – met 13.000 kilometer erop – was nog goed ”Die heb ik dus ook gekocht, voor 18.000 frank. Of beter 1000 gulden, want dat moest ik toen betalen. Maar zo kon ik er van twee weer één goede bouwen.”Van Cauter reed daarna in een kleine zeven jaar 132.000 kilometer met zijn RE5, maar door de hoge rijkosten zette hij de motor in 1984 stil: “Het was echt een lopende rekening geworden, er was altijd wel wat mee….”De RE5 bleef zijn eigendom, maar stond vergeten in een stil hoekje, terwijl Roland zijn motorhobby jarenlang met een Honda CB750 beleefde. “In 1989 trok de Suzuki weer mijn aandacht. Ik wilde hem toen weer eens aan het lopen maken en dacht om nostalgische redenen aan restaureren. Maar dat is niet te doen. Onderdelen waren moeilijk te vinden en als je ze tegenkwam, waren ze heel erg duur.”Roland besloot van tactiek te veranderen en een andere RE5 te zoeken. “Na een zoektocht in de Benelux en Duitsland via advertenties in motorbladen – internet bestond toen immers nog niet – zag het er niet goed uit voor mijn project. Ik zette terloops zelf maar een advertentie in een lokaal Antwerps reclameblad. En enkele dagen later werd ik gecontacteerd door iemand die hemelsbreed nog geen twee kilometer bij mij vandaan woonde en een RE5 te koop aanbood! Ik er naar toe en tot mijn verbazing merkte ik dat het dezelfde motor was die ik vijf jaar eerder te koop had zien staan in Roeselare. En ik wist dat daar een nagelnieuw blok in zat.” Voor ongeveer 1200 euro had hij weer een wankelmotor, die hij met onderdelen van zijn eigen RE5 in originele staat bracht en waarmee hij dus sinds 1992 rijdt. Volgens zijn eigen zeggen zelfs behoorlijk probleemloos. Zijn eerste wankel-Suzuki maakte hij in de loop der jaren trouwens ook weer rijklaar.De Suzuki-RE5 is nooit een verkoopsucces geweest. De Japanners hebben de motor nog tot in 1977 geproduceerd en volgens Van Cauter zijn er destijds in België in totaal 53 van dergelijke wankelmotoren aan de man gebracht zijn. Daarvan zijn er nu nog slechts vijf die regelmatig de weg op gaan. Maar wat is toch het aantrekkelijke van deze Suzuki wankel? Roland Van Cauter’s antwoord is verrassend: “Zijn onvolmaaktheid! Die motor is volmaakt in zijn onvolmaaktheid. Ik ben er pas nog mee naar Zuid-Frankrijk gereden. Het was warm weer, dus de RE5 wilde maar 100 km/uur lopen. Het was zo warm dat de motor last had van vapourlock. De benzine verdampte al voordat hij in de carburateur aangekomen was. Maar,” zo voegt hij eraan toe, “ondanks al zijn tekortkomingen laat hij je toch nooit in de steek. Het is toch vrij simpele techniek, je krijgt ‘m altijd wel weer aan de gang. Ik heb tegenwoordig ook nog een Honda Transalp. Die machine loopt werkelijk perfect en is zo goed, dat het rijden zelfs weer een beetje saai wordt. Bij de wankel gebeurd er elk ritje wel iets, maar toch kom je er altijd mee thuis.”Rolands RE5 ziet er nog fraai uit. Het blok is imposant, evenals de radiateur van de waterkoeling. De RE5 was trouwens een van de weinige watergekoelde motoren in die tijd, naast de Suzuki GT750 en de Honda GoldWing. De wielbasis is met 1500 mm ook niet gering en je zit ver weg van het hoge stuur. Over het blok zegt Roland: “Dat is gewoon heel veel verpakte lucht. Het zou allemaal veel compacter kunnen. Aan de basis van deze Suzuki Rotary ligt het blok van de NSU ro80, een auto die zijn tijd destijds ver vooruit was. Suzuki heeft het patent van NSU gekocht en gewoon de ro80-motor gekopieerd en geperfectioneerd. Met het grote verschil dat de NSU twee rotoren had en Suzuki stelde zich tevreden met de helft ervan. Bijzonder is trouwens dat diezelfde NSU-patenten ook door Citroën werden gebrukkt voor hun wankelmotor. En die Citroën-wankel werd weer toegepast in de Van Veen wankelmotor. Zo zie je dat de RE5 en de Van Veen uiteindelijk toch weer bij elkaar komen.”Toch steekt Van Cauter zijn bewondering voor de vernuftige wankelmotor niet onder stoelen of banken: “Ik heb vooral bewondering voor de techniek ervan. Je kunt echt uren naar deze wankelmotor kijken en dan nog ontdek je steeds weer nieuwe details. Dat heb ik met moderne motoren absoluut niet.. Tegenwoordig zit alles sowieso achter plastic.”Het wankelprincipe leunt een beetje tegen de tweetakt aan. In plaats van een op en neer bewegende zuiger, draait er een driehoekige rotor rond een centrale as. En drie keer per omwenteling vind er een verbranding plaats, vandaar dat het geluid van een wankelmotor wel wat weg heeft van een reguliere zescilinder.Omdat de rand van de rotor langs de kamerwand glijdt en daar ook moet afdichten, vraagt dat extra smering. “Daarom moet er ook altijd wat olie bij de benzine. Sommige wankels liepen op tweetaktbenzine, andere, zoals deze Suzuki, hadden een aparte oliepomp, net zoals bij de GT-tweetakten van Suzuki. Die oliepomp injecteerde een klein beetje olie in het inlaatkanaal, afhankelijk van de stand van het gashendel. Je mag in een wankel echter geen gewone tweetaktolie gebruiken, want die is niet bestand tegen de hoge temperaturen in de wankelmotor. Dat gaat niet goed. Er mag eigenlijk alleen speciale Castrol of speciale olie van Suzuki zelf in.”Het topvermogen van de RE5 is met 65 pk niet geweldig, maar de motor heeft volgens Van Cauter wel veel koppel. Als de rotor één keer rond is geweest, zijn er immers al drie verbrandingen geweest en heeft ook de centrale as al drie omwentelingen gemaakt. Per asomwenteling is er dus een verbranding. Het nadeel van de wankel is echter het tamelijk hoge benzineverbruik, wat vooral komt omdat de vullingsgraad van de verbrandingskamer zeker bij lage toerentallen slecht is. Daardoor komt de helft van de benzine onverbrand in de uitlaat terecht, want er is een grote overlap tussen inlaat en uitlaat. Ook de bijzondere uitlaten op de Suzuki hebben daarmee te maken. Aan de voorkant van de uitlaatbochten zit een luchthapper. Die moet extra lucht in de uitlaat brengen om voor een naverbranding te zorgen. Bij hogere toerentallen is er minder sprake van onverbrande benzine, dan klopt de totale afstelling beter.“De motor trekt heel goed bij het uitkomen van haarspeldbochten. Er is een constant vermogen beschikbaar,” aldus Van Cauter. “Het verbruik ligt op 6,5 liter op 100 kilometer (1 op 15) en dat stijgt bij flink gasgeven naar 9 liter op 100 kilometer (1 op 11). Maar als ik met Suzuki de weg op ga, dan is het minstens voor 50 kilometer. Even een boodschap doen met de RE5 is er niet bij. Je moet ‘m echt goed op temperatuur laten komen, dus korte ritten zijn niet aan te bevelen.”In de loop der jaren heeft Van Cauter ook veel documentatie verzameld over de RE5. Hij had het geluk dat de Belgische Suzuki-importeur bij hem om de hoek is gevestigd, waardoor hij via goede contacten daar veel brochures, folders en werkplaatshandboeken (met in elk boek met de balpen aangebrachte verbeteringen!). “Ik heb zo ondermeer een dealerfolder gekregen en de officiële promotiefilm van dertien minuten waarop je kunt zien hoe de RE5 gemaakt werd.”Met al zijn documentatie werd Van Cauter steeds meer de vraagbaak voor iedereen die iets over de RE5 wil weten. “Uiteindelijk kreeg ik destijds via de importeur ook de gegevens van de 53 kopers van een RE5 in België. En zo heb ik de huidige bestaande RE5’s dus terug gevonden. Ik heb gewoon iedereen op de lijst nagebeld. Zo kwam ik in contact met andere RE5-rijders, of hoorde dat de RE5 er nog steeds was, maar al jaren niet meer liep. Of ik die toevallig niet aan het lopen kon maken, want een gewone dealer wilde er niet aan beginnen. Bleek er gewoon vuil in de carburateur te zitten. Ik had hem in één dag weer in orde en die man rijdt er nu al weer zes jaar mee rond, zonder problemen.”[[kasten]]DE GESTOLEN RE5De eerste Suzuki RE5 die Roland Van Cauter in zijn bezit had, is dertien jaar geleden uit zijn garage gestolen. “Daar was ik wel ziek van. Het was mijn eerste motor en ik had er veel mee rondgereden. Ik heb de papieren toen wel bewaard, je weet immers maar nooit. En een half jaar geleden tikte ik op een occasionsite een zoekopdracht ‘RE5’ in en bleek er inderdaad eentje te koop te staan. Ik keek naar de foto en dacht meteen: dat is die van mij! Ik ben meteen naar de politie gegaan en heb een proces verbaal op laten stellen. De motor is nu in beslag genomen en staat nu bij de politie. Hij zag er nog precies zo uit, als hij destijds bij mij in de garage stond. Er is in al die tijd geen meter mee gereden.” Van Cauter moet nu echter wachten tot de ambtelijke molens hun werk hebben gedaan om die Suzuki weer in zijn bezit te kunnen krijgen.[[streamer]]“DE RE5 IS VOLMAAKT IN ZIJN ONVOLMAAKTHEID.”“BIJ EEN WANKEL GEBEURD ER ELK RITJE WEL IETS, MAAR TOCH KOM JE ER ALTIJD MEE THUIS.”[[BU]]Nicht alle Bilder mussen rein. 1 x statisch Mann und Mashcine1 x actionbild2 x den Motor1 x dashboardBU 9917Voor de naverbranding zat er vooraan de uitlaten een luchthapper, waarmee frisse lucht in de uitlaatdemper terecht kwam.BU 9924“Je kunt echt uren naar deze wankelmotor kijken en dan nog ontdek je steeds weer nieuwe details,” aldus Roland van Cauter.BU 9922Het bijzonder dashboard, dat werd afgesloten met een klep zodra de motor van contact werd gezet.