Interview: Casey Stoner
Casey Stoner meldde zich in Estoril weer terug na een afwezigheid van negen weken en drie races, fitter ogend en vier kilo zwaarder dan na de race in Donington. Wat hij moest verwachten, wist hij niet helemaal, gaf de Australiër toe. Het werd een indrukwekkende tweede plaats, voor Ducati misschien nog wel belangrijker dan voor hem zelf, schatte hij in. Zijn opmerkelijkste uitspraken van de eerste en laatste dag van een bewogen weekend. Donderdag: te midden van tientallen mediavertegenwoordigers doet Stoner zijn verhaal. Ogenschijnlijk ontspannen. Maar de onduidelijkheid blijft echter. “We gingen na Donington terug naar Australië om meer duidelijkheid te krijgen. Maar de oplossingen vonden we niet en toen zeiden mensen om me heen, m’n vader en m’n vrouw, ‘nu is het genoeg’. We besloten toen om drie races over te slaan. Nooit meer dan die drie. Dat was al heel moeilijk voor mij, ik heb er dagen over nagedacht. Dit is mijn leven, dit is wat ik altijd heb gedaan. Ik heb ook alleen de uitslagen van de races bekeken, niet de wedstrijden zelf. Te moeilijk. Je wilt er bij zijn, je wilt mee doen. Maar we waren niet competitief genoeg om mee te doen voor de winst. En dat wilde ik juist wel. Het is voor veel mensen moeilijk te begrijpen, maar ik moest weg van de sport om weer op te knappen. Niet vanwege problemen met Ducati. Ik dacht dat iedereen inmiddels wel weet wat voor relatie ik heb met Ducati. Ik heb al een contract voor 2010 en ik weet dat de fabriek blij is met de manier waarop ik werk. Mijn grootste criticus ben ik zelf, alle druk komt van mij, niet van het team. Zonder de druk die ik mezelf opleg, zou ik nooit de rijder geworden zijn die ik nu ben. Ik heb even gedacht dat ik mezelf te veel onder druk zette, maar nu besef ik dat het een medisch, dieper liggend probleem is. Nu wil ik me voorbereiden op 2010. Als blijkt dat ik in de komende races niet mee kan doen om de overwinning, moet ik dat maar gewoon accepteren.De eerste maand na Donington was complete rust. We hebben eerst iets geprobeerd met m’n dieet. Toen zijn we met een lichte fietstraining begonnen. Daarna hebben we weer wat oefeningen ingebouwd en meteen liep ik weer tegen diezelfde muur aan. Ik was bang dat ik iets aan m’n hart had, maar dat is niet zo. M’n hartslag komt niet boven een bepaald aantal, hoe erg ik me ook inspan. Misschien komt dat omdat m’n lichaam de voedingsstoffen die ik gebruik niet opslaat. Doktoren kwamen er achter dat ik een lage bloeddruk en een melkzuurintolerantie heb. Maar ik heb nu het gevoel dat ik fitter ben dan de laatste races die ik heb gereden.”Zondag: een stralende Stoner “kan lopen en praten”, voelt zich goed na zijn tweede plaats in de race. Hij was zondagochtend snelste in de warm up.“De races in Le Mans (vijfde, FW) en Mugello (winst, FW) verdoezelden het probleem dat ik had. Vandaag maakte ik in het begin een fout en klapte mijn voet van de rechter voetsteun. Daarna klapte die een aantal keren dubbel. Soms ging ik wijd in een bocht, omdat ik m’n voet nergens neer kon zetten. Misschien had ik in het begin van de race wat meer kunnen pushen, maar Jorge was erg snel. Maar het voelt goed om dit te kunnen. Er waren zoveel mensen die zeiden ‘het zit in z’n hoofd, er is niks aan de hand’… Mensen wisten gewoon niet hoe ziek ik was. Na de kwalificatie wist ik dat de problemen voorbij waren. Ik heb wel het hele weekend last van m’n armen gehad, maar vooral omdat ik bijna vijf maanden geen fysieke training heb kunnen doen. In de warm up heb ik ook veel gereden, ik voelde een bepaalde vermoeidheid opkomen en ik dacht ‘oké, nu ga ik weer kapot’, maar het ging niet verder dan dat gevoel. Dus ik wist ‘het is voorbij’. In de race voelde ik het ook wel, maar het was niet diezelfde vermoeidheid die ik eerder had gevoeld. Daar was ik ontzettend blij mee, ik zat te grijnzen in m’n helm. Nu gaat het goed en nu wil ik voor Australië weer meer gaan trainen om fitter te worden.”“De goede ontvangst hier was fijn, maar tegelijkertijd vraag je je af waarom mensen zeiden wat ze zeiden, zo zwart-wit. Drie dagen na de race in Brno waren er al lui die zeiden dat ik zou stoppen. Er werden dingen gezegd waar ik om moest lachen, maar inderdaad, ik heb me ook wel opgewonden. Daarom was het goed om de critici de mond te snoeren. Weet je, iets wat me echt geraakt heeft, is wat Kevin Schwantz heeft gezegd (de 500 cc-wereldkampioen van 1993 vond dat Stoner door had moeten rijden en voegde er aan toe dat er mogelijk problemen waren tussen Ducati en haar topcoureur, FW). Ik heb altijd veel respect gehad voor Schwantz, hij was altijd één van mijn favorieten. Journalisten vragen altijd maar aan oud-rijders hoe zij dingen zien. Maar wat hij zei, geeft weer eens aan dat ervaring helemaal niks zegt. Dat geldt ook voor Jeremy McWilliams die wat riep. Wat weten die mensen er verdomme nou van?! Er zijn te veel mensen met meningen, terwijl ze de situatie niet kennen. Het is ook frustrerend om zelfs van mensen die ik goed ken te lezen dat ze dachten dat ik niet terug zou komen. Vanaf het begin was de bedoeling om drie races rust te nemen en dan terug te komen. Mensen wisten gewoon niet hoe ziek ik was. Voor een deel ben ik nu ook wel opgelucht, maar het is als fie