Hugo Pinksterboer – Youtube-nonsens
Ruim vier jaar geleden had ik het hier nog over het gevoel voor humor, de fijne commentaren en de heldere blik van YouTuber Ryan F9. Je voelt ‘m al aankomen: mijn enthousiasme is inmiddels flink getemperd, als ik het voorzichtig zeg.
Mijn twijfels begonnen toen Ryan Kluftinger een motorfabrikant beschuldigde van het monteren van merkbanden met een gereduceerd profiel, om zo de kosten te drukken. Mijn twijfels? Eén is dat de kosten van de daartoe benodigde mallen vermoedelijk hoger zijn dan wat het bedrijf zou besparen; twee is dat ik niet verwacht dat een bandenfabrikant z’n reputatie voor zo’n truc te grabbel zou gooien. Eén van ’s mans andere video’s inspireerde me tot een column over de vraag of je op de motor je linker- of je rechtervoet aan de straat zet (zie ook MotoPlus 11/2021). Rechts, zoals ik de meeste motorrijders zie doen, inclusief mijzelf? Dat is dus FOUT, volgens Kluftinger, die in toenemende mate zijn meningen als feiten presenteert. Daarvan kan je je afvragen hoe kwalijk dat is. Probeert hij je niet gewoon te prikkelen, zoals hij dat ook doet in zijn aflevering ‘You’re Using the Wrong RPM’? Misschien wel, maar prikkelen ontslaat je niet van de verplichting om je publiek op z’n minst serieus te nemen en bij voorkeur ook compleet te informeren. En daar gaat het dus mis. Natuurlijk: je snelle viercilinder wordt niet blij als je ‘m bij 1.000 toeren al naar z’n volgende versnelling schopt, maar moet je je hoogste drie versnellingen dan maar afplakken? Over andere discutabele uitzendingen ga ik het hier niet hebben. Op de volgende na.
Op 3 april – niet twee dagen eerder, checkte ik – kwam Kluftingers meest eh, prikkelende aflevering online: ‘Why I Stopped Wearing Motorcycle Body Armour’. En geloof het of niet: hij betoogt hier echt dat protectoren onzinnig zijn. Hij droeg ze twintig jaar, gewoon omdat iedereen dat deed. “En omdat helmen hard, koplampen helder en protectoren veilig zijn. Dat was in elk geval mijn gevoel. En dat was fout”, zoals hij zijn relaas begint. Goedemorgen. Vertel? Hij stelt terecht dat Level 1 protectoren de voor certificering vereiste impact tot 18 kiloNewton (kN) moeten terugbrengen. Voor de “even more annoying” Level 2 protectoren is dat 9 kN. Maar daar koop je helemaal niks voor, aldus Kluftinger, want een bot breekt al bij een impact van 4 kN. Dus weg met die dingen. Hij heeft er toch alleen maar last van, zoals hij met zijn uitspraak over die Level 2’s aangeeft. Opvallend, want met motorkledingwinkel Fortnine als werkgever had die beste Ryan toch wel eens een goed passend pak moeten kunnen scoren. Een joggingpak zit vast comfier, maar mijn protectoren hebben me nooit in de weg gezeten.
Om zijn gelijk te bevestigen, citeert Kluftinger losjes uit een tiental onderzoeken naar de effectiviteit van motorkleding in het algemeen en protectoren in het bijzonder. Ik geef het toe: als je die geïsoleerde uitspraken zo hoort, zou je bijna gaan twijfelen. Toch val ik liever niet op een slechts door textiel of leer beschermde knie, elleboog of rug. Zelfs als protectoren volgens Kluftinger slechts aan minimale, in samenwerking met de motorkledingindustrie (ja, wie anders: Unox? Philips?) opgestelde eisen zouden voldoen: “Protectoren beschermen vooral de motorkledingbranche”, is zijn boodschap. Gelukkig wordt zijn als altijd uiterst overtuigend gebrachte verhaal in de vele commentaren glashard onderuit geschoffeld. Een hele rits ervaringsdeskundigen, drie motorrijdende medici, een collega van een van de geciteerde onderzoekers, ze zijn het allemaal met elkaar eens: laat die protectoren in godsnaam zitten. “Helaas is Ryan F9 ons ontvallen”, schrijft er een. “Hij droeg geen protectoren. Dit is zijn kloon, Ryan F10.” Kluftinger heeft een kleine 2 miljoen volgers. Dik kans dat een deel daarvan blind doet wat de man zegt. Hij is bekend, dus hij heeft gelijk. Toch? Met die hierboven genoemde afleveringen nam ik al afstand. Nu passeerde hij een nieuwe grens. Beschuldig dan liever een fabrikant van bandenfraude: daarmee beschadig je hooguit die fabrikant, maar niet zijn botten.