Het BAS Dakar Team
Om succesvol te zijn in Le Dakar moet je het toeval uitsluiten. Het Hollandse BAS World KTM Racing Team doet dat zo secuur dat KTM het promoveerde tot satellietteam. Teammanager Bart van der Velden heeft de uitdagende taak om tijdens Le Dakar vele ballen tegelijk hoog te houden.
Mensen roepen het te pas en te onpas, maar zou je het ook echt doen? Zou je ergens waar het erg schoon is daadwerkelijk van de grond eten? Bij Van der Velden Motoren durf ik hardop ‘ja’ te zeggen. Uitgerekend op de plek waar ze motoren prepareren voor de stoffigste rally ter wereld is de zaak brand- en brandschoon. De glanzende vloeren symboliseren de smetteloze motorpreparatie van het BAS World KTM Racing Team: “Problemen tackelen we in de werkplaats, niet in de woestijn.”
Op het moment van bezoek is het alarmfase 1. Door de verplaatste rally van Andalusië heeft het team minder voorbereidingstijd voor de preparatie van de Dakar-motoren dan gebruikelijk. Op dertig november moet alles klaar zijn en het opbouwen van één motorfiets neemt zo’n 35 à 40 uur in beslag. Doe dat maal veertien… (acht voor het team en zes huurmotoren) Geconcentreerd trekken de monteurs Leon van Bakel en Sjoerd van Lieshout de KTM’s tot op het laatste boutje uit elkaar en monteren dan alles weer met de grootste zorg. Ze smeren kopervet waar nodig en borgen met Loctite en borgdraad waar nodig. Een klassementsrijder wil zijn klassement niet om zeep zien gaan door een losgetrild boutje en een avonturier wil zijn droom ook niet in rook zien opgaan door een los moertje.
Van iedere soort heeft het BAS World KTM Racing Team er dit jaar vier. Vier toppers in spe die voor het klassement gaan of zich in de kijker willen rijden en vier avonturiers die beginnen aan het avontuur van hun leven en simpelweg de finish willen halen. Zoveel rijders levert automatisch veel sleutelwerk op en het liefst had teammanager Bart van der Velden zich bij de monteurs gevoegd, maar dat kan meestal simpelweg niet. Hij moet de regie houden, vluchten boeken, verzekeringen regelen, papierwerk doen, telefoontjes plegen, veel telefoontjes plegen. “Ik word eerlijk gezegd minder moe van het onderhoud van vier motoren dan van het regelwerk, maar dat is nu eenmaal mijn rol in het team.”
Het team bestaat tijdens Le Dakar – inclusief Van der Velden – uit zeven man. Het voltallige personeel van Van der Velden Motoren wordt voor de monsterrally aangevuld met drie extra personen. Wie de grote motorzaak in zich opneemt beseft waarschijnlijk niet dat de rally-activiteiten zo’n driekwart van de inspanningen vragen. Van der Velden sleutelt al vanaf zijn dertiende en start in 2008 een motorzaakje waar hij twee à drie dagen aan offroadmotoren sleutelt. De nadruk ligt altijd op enduromotoren omdat er in de cross en bij straatmotoren al teveel concurrentie is. In 2010 neemt Van der Velden een motorzaak over en wordt het een fulltime baan. In 2011 gaat hij als monteur mee met het Bas Dakar Team. Dat is toen nog van de gebroeders Van Heertum van Bas Trucks en pas vijf jaar geleden neemt Van der Velden het team over. Toen hij voor het eerst meeging had hij de motoren niet zelf opgebouwd, maar stelde dat wel als eis voor een volgende keer. Aan verrassingen heeft de Brabander een bloedhekel en touwtjes heeft hij liefst zelf in handen. “Dakar is drie weken tot het gaatje en dan moet het kloppen.”
Verrassingen uitsluiten is het handelsmerk geworden. Dingen preventief vervangen voordat het midden in een etappe naar de knoppen gaat. Koppelingshendels redden het maximaal drie dagen. Dan is het draad van de boutjes die het hendel vast houden weggevibreerd. Voorwielen? Een dag. Carbon carterplaat? Hoogstens vier dagen. Remblokken zijn dagelijks aan de beurt, de remklauwen wekelijks. Vreemd genoeg gebeurt er amper iets met de blokken die per Dakar toch zo’n 125 uur tot de stuit worden opengetrokken. “Dagelijks vervangen we de olie en alle filters, maar meer is niet nodig. Wel lezen we de olie goed. Als er veel ijzerslijpsel in zit, kun je voorspellen dat een versnellingsbak mogelijk op het punt staat om kapot te gaan. Dan kun je er voor kiezen om hem te vervangen en een kwartier straftijd te incasseren.” De dagelijkse servicebeurt duurt in het begin van de rally gemiddeld 2,5 uur en daar komt naarmate de race vordert een uurtje bij.
De nauwkeurigheid waarmee het team werkt heeft het dus een voorkeursbehandeling van KTM opgeleverd. Het is de kraamkamer van talent waarin de Oostenrijkse fabrikant veel vertrouwen heeft. Bij het BAS World KTM Racing Team kunnen ze in een rustige omgeving wennen aan rallystress en schurken ze toch tegelijk tegen de top aan. Het team behaalde al etappeoverwinningen en stond tijdelijk aan de leiding.
Van fulltime sleutelaar heeft teammanager Van der Velden zich ontwikkeld tot het brein achter zijn team. Het sportieve plan komt bij hem vandaan. Al staat daar meestal maar een punt op: rustig blijven! “Ik blijf maar inpraten op jonge rijders. Dat ze vijf procent trager moeten rijden, daardoor geen fouten maken en dan vijftien procent sneller zijn. Voor fouten kan ik niemand behoeden, maar ze moeten veertien dagen lang risico’s uitsmeren.”
Van der Velden herkent met zijn tien jaar ervaring ook direct de sterke en zwakke eigenschappen van een rijder en handelt daar dan naar. “Mason (Klein, red.) kan briljant navigeren en ziet daardoor alle gevaren vooraf aankomen. Qua fouten en valpartijen gebeurt er nooit iets met hem en daardoor hebben we hem op een crosstraining gedaan. Het moet namelijk nog harder kunnen gaan.” Over snelheid gesproken: Van der Velden heeft liever een vijf procent snellere motorfiets dan een vijf procent betrouwbaardere rallymotor. “Dat is gratis tijdswinst, hoeven die jongens alleen maar voor te zitten en de gaskabel gespannen te houden. Maar door de maximum snelheid van 160 km/uur die we vanaf dit jaar hebben is het minder belangrijk dan voorheen.”
Naast alle sleutelaars is er ook een belangrijke rol weggelegd voor Bart Nelissen, de fysio van het team. Van der Velden dicht hem een cruciale rol toe. “Veertien dagen Dakar red je echt niet meer op een boterham met jam. Een fysio die waakt over de fysieke conditie van zijn rijders is zo belangrijk; alleen daardoor kunnen die jongens zo geconcentreerd blijven. Die jongens gaan veertien dagen tot het gaatje en ze rijden op plekken waar ze nog nooit zijn geweest waarbij ze het gevaar van een papiertje moeten aflezen. Een rijder heeft het ooit wel eens het slechtst betaalde baantje genoemd gezien de risico’s die er aan verbonden zijn.”
Als het BAS World KTM Racing Team zijn werk ook dit jaar weer zo goed uitvoert dat de toprijders tegen het podium aanschurken bestaat de kans dat KTM ze het jaar erop aan het fabrieksteam toevoegt. Waar Nederlandse voetbalclubs nog wel eens balen van het feit dat grote voetballanden alle Hollandse topspelers wegkopen, doet het Van der Velden niets. Integendeel zelfs: “Als jonge jongens doorstromen naar het fabrieksteam is het plannetje gelukt.”