GP Wegrace Assen en Sachsenring
Acht podiums in negen wedstrijden en een voorsprong van 58 punten op de tweede man in de tussenstand: Marc Marquez liet een tweede plaats tijdens de Dutch TT volgen door een verwachte tiende overwinning op rij op de Duitse Sachsenring. “Na Barcelona is het een ander kampioenschap geworden. Ik denk dat de Yamaha’s van Viñales en Quartararo in de tweede seizoenshelft de snelste tegenstanders zijn”, meende Marquez. Cal Crutchlow, derde in Duitsland, wist het zeker. “Het kampioenschap is over.”
“Als Yamaha terug wil komen, moet het hier gebeuren”, zei Marc Marquez op zaterdag na de kwalificatietraining in Assen. Dat Petronas Yamaha SRT’s Fabio Quartararo op het Circuit van Drenthe dankzij een nieuw polerecord met 20 jaar en 70 dagen 0,14 seconde voor Maverick Viñales de jongste ‘back to back’-polesitter werd, zal bij Marquez’ bewering zeker hebben meegespeeld. Maar Marquez, zelf vierde op de grid, moet ook gezien hebben dat Viñales pace vanaf de eerste training indrukwekkend was – en ook de Yamaha-fabriekscoureur wist die vorm op zondag vast te houden. Gefrustreerd was de 24-jarige Viñales al een tijdje, getergd was hij vooral nadat hij samen met Andrea Dovizioso en Valentino Rossi in Barcelona door Jorge Lorenzo onderuit werd gekegeld – de derde keer in 2019 dat Viñales zonder schuld crashte. En hoewel hij in Assen nogal wat schoonheidsfoutjes maakte, Viñales moest en zou zich revancheren tijdens de Dutch TT. Nadat kopstarter Alex Rins vóór teamgenoot Joan Mir in de derde ronde jammerlijk crashte, leek Viñales zelfs moeite te hebben om zichzelf in de openingsfase in te houden. Elf ronden voor het einde, twee ronden nadat hij Marquez voorbij was gestoken, passeerde hij echter eindelijk de weer verbluffende Quartararo, die voor het eerst een MotoGP-race leidde – niet minder dan dertien ronden lang. Marquez volgde Viñales direct, maar tot een rechtstreeks duel kwam het niet. In de laatste drie ronden verdubbelde Viñales telkens zijn voorsprong op Marquez, van 0,6 naar 1,2 seconden, naar 2,4 en tenslotte 4,8 tellen bij de vlag. Het was Viñales’ eerste overwinning sinds Australië 2018. Bovendien werd hij de vierde winnaar in acht wedstrijden en na Ducati, Honda en Suzuki kon eindelijk ook Yamaha weer een overwinning bijschrijven. “Ik dacht dat in de laatste zeven, acht ronden de beslissing zou vallen”, vertelde de dolblije Viñales. “Ik maakte veel fouten en het was heel moeilijk om terug te komen. Inhalen was heel lastig, want de Honda (van Marquez, red.) was zó sterk. Maar uiteindelijk vond ik mijn ritme. Eindelijk konden we van vrijdag tot en met zondag de klus klaren. Lang kon ik niet rijden zoals ik wilde (de agressief sturende Viñales klaagde vaak over een gebrek aan gevoel aan de voorzijde en een gebrek aan grip, red.) maar hier had ik ook een goede kwalificatie en wist ik dat ik de kans had om te winnen.”
Marquez was dik tevreden met zijn tweede plaats, op wat volgens Marquez een moeilijk circuit was voor de Honda. Zijn keus voor de softe achterband leek een gok. “Dat kun je zeggen, maar voor mij was het een optie”, nuanceerde hij, om vervolgens uit te leggen dat hij tot zo’n tien ronden voor het einde hoopte met de snelle pace van de Yamaha’s mee te kunnen. Dat hij het in de laatste ronden lastig zou krijgen, had Marquez ingecalculeerd. “Met de harde achterband was ik sowieso te langzaam en liep ik het gevaar om met de langzamere Dovizioso en Morbidelli te moeten vechten.” Met winnen had Marquez zich in Assen niet bezig gehouden. “Vooral met het podium. Ik wachtte achter Quartararo en ik wachtte op Viñales, want ik wist dat hij een betere pace had. Toen hij ons inhaalde, ging ik meteen mee. Dit was de plek die we wilden hebben.”
Met zijn derde plaats pakte Quartararo niet alleen zijn tweede podium op rij, de rookie zorgde er ook voor dat er voor het eerst sinds de Duitse grand prix van 2018 weer eens twee Yamaha’s op het podium stonden. Toch was teammanager Wilco Zeelenberg er niet helemaal gerust op. “Na de warm-up vertelde hij dat hij zich niet goed voelde. Hij had veel last van stijve onderarmen”, aldus Zeelenberg. Na de Italiaanse grand prix, begin juni, liet Quartararo zich aan zijn rechter onderarm opereren vanwege ‘arm pump’. “Ik wist toen dat hij echt moeite zou moeten doen voor een podium. Door het wondvocht was die onderarm twee keer zo dik geworden.”
Quartararo, rijdend met pijnstillers, vocht bij het uitkomen van de langzame Strubben een aantal malen met een heftig schuddende Yamaha. “Het was een beetje mijn eigen schuld”, verduidelijkte de Fransman. “Toen ik achter Maverick en Marc zat, probeerde ik nog meer de binnenkant aan te houden. Toen ik achter hen zat en zag dat zij juist meer aan de buitenkant bleven en daardoor de machine veel stabieler werd, zei ik tegen mezelf ‘ik ben stom’.”
Met een vierde plaats in Assen verzamelde de als elfde gestarte Andrea Dovizioso evenveel punten als vorig jaar. Maar bedroeg vorig jaar zijn achterstand op winnaar Marquez 2,4 seconden, dit maal keek Dovi tegen een gat van 14 seconden aan. “Vierde worden is niet heel erg als je met de top 3 vecht”, en dat was niet het geval, wist Dovizioso na een sterke opening ook zelf.
Teamgenoot Danilo Petrucci leek op twee gedachten te hinken in een grillige race. “Tot zaterdag zat ik op één van de beste motoren waarop ik ooit reed, met de hogere temperaturen werd het heel moeilijk”, somberde Petrucci. Dat hij door een crash van Alex Rins klom naar de derde plaats in de tussenstand, had Petrucci volgens eigen zeggen ‘weinig te lachen’. “De laatste tien ronden waren een nachtmerrie. Ik had één kans om Dovi te passeren, dan had ik veel risico moeten nemen. Ik deed het niet. Dat was een slechte keus, want in de laatste bocht kwam Morbidelli me nog voorbij.”
Valentino Rossi miste op zaterdagochtend de kwalificatie voor de snelste tien rijders toen zijn beste ronde werd geschrapt. In de Q1-tijdtraining voor de overgebleven elf coureurs zette Rossi teleurstellend de vierde tijd, goed voor de veertiende startplek. In de vijfde ronde poogde de naar de elfde plaats opgeklommen Rossi bij het aanremmen van de Stekkenwal Takaaki Nakagami te passeren. De Italiaan gleed echter hard onderuit en nam Nakagami mee. De Honda-coureur liep een lastige enkelblessure op. Direct zocht Rossi de onfortuinlijke Japanner op en direct de schuld van de crash op zich nam. Voor de derde opeenvolgende race crashte Rossi, op drie circuits waar hij zich veel van had voorgesteld. “Het probleem was dat we heel langzaam waren”, aldus Rossi.
Een week na een spannende Dutch TT maakte Marquez zoals verwacht een ‘one man show’ van in Duitsland. Voor de tiende opeenvolgende keer claimde de 26-jarige wereldkampioen de pole – met een nieuwe recordtijd – en voor de tiende keer was hij voor niemand bij te houden, op weg naar Honda’s negende opeenvolgende MotoGP-overwinning op de korte Sachsenring. Marquez kan er zijn voorliefde voor linker bochten botvieren, met hellingshoeken die voor andere rijders onmogelijk zijn. Tijdens de trainingen werd een hoek van een onwaarschijnlijke 66 graden gemeten tussen het asfalt en de Spaanse evenwichtskunstenaar. “Het is niet omdat ik dat wil, maar het omdat onze machine dat nodig heeft om af te draaien”, aldus Marquez. Bewonderaar Cal Crutchlow, zevende in Assen, gaf toe dat dergelijke hellingshoeken voor hem onmogelijk zijn. “Dat is niet mijn stijl, dan val ik er gewoon af”, wist Crutchlow. “Marc rijdt beter dan ooit.”
Op weg naar zijn 75e grand prix-zege in zijn carrière liet Marquez een nieuw, van carbon covers voorzien frame staan, omdat hij de kans op crashen er mee groter achtte. “Soms is het verstandig om te gebruiken wat je kent.” Op de inmiddels vrijwel met hem vergroeide Honda RC213V pakte Marquez direct de kop, weerstond de eerste ronden de pushende Viñales, kreeg nauwelijks mee dat de te gretige Quartararo al in de tweede ronde crashte, gaf daarna ook de opgeklommen Rins geen kans en kwam na dertig ronden demonstratief met de armen over elkaar over de finish. “Het plan was om te leiden van het begin tot het eind en dat lukte”, vertelde Marquez over zijn simpele strijdwijze. Op de grid liet Marquez nog de harde achterband vervangen door een medium. “Dat was de goede keus, ik voelde me sterk vanaf het begin.”
De armen over elkaar impliceerden dat Marquez veel over had – ook op een circuit dat op zondag door lagere temperaturen en regen in de ochtend verraderlijk glibberig was geworden. “De eerste tien ronden heb ik gepusht, daarna heb ik tien ronden de banden gespaard en het klopt dat ik daarna wel wat over had. Maar aan het eind van de race zat ‘Austin’ in mijn hoofd (waar Marquez door een crash zijn enige DNF van 2019 scoorde, red.) en ik zei ‘het maakt niet uit’. Als ik drie of vier seconden voorsprong heb, is het genoeg. In Assen was de Yamaha de beste machine om te winnen, hier was de Honda dat.”
Een groot verschil met vorig jaar is dat Marquez veel minder crasht. “Van de buitenkant en volgens andere rijders zoals Cal lijkt dit misschien niet de makkelijkste machine. Maar je moet de sterke punten kennen en die benutten. Het lijkt er op dat we iets hebben ingeleverd met het chassis, maar het blok is sterker geworden en daardoor hoeven we met het remmen minder te riskeren. Het draait allemaal om de concentratie. Als je heel erg geconcentreerd bent, val je minder. Ik crash minder, maar ik heb meer saves. In de eerste bocht alleen al drie of vier keer. Tijdens de test in Barcelona ging ik onderuit omdat ik er met mijn hoofd niet helemaal bij was. Om de limiet van de Honda te vinden en zo hard te kunnen gaan, moet je volledig geconcentreerd zijn.” De ervaring van inmiddels bijna zes en een half MotoGP-seizoen helpt daarbij, meent Marquez. “Dat wil niet zeggen dat ik vorig jaar of het jaar daar voor niet geconcentreerd was, maar de ervaring helpt. Ik weet dat ik niet in elke ronde of elke training alles hoef te geven. Dat helpt.”
Viñales gaf grif toe al snel te hebben begrepen dat er voor hem op de Sachsenring weinig meer was te halen dan de tweede plaats. Vijftien ronden lang volgde hij Alex Rins, maar voor de tweede race op rij gooide de Suzuki-coureur veel punten te grabbel door ’twee of drie kilometer’ sneller de beruchte Waldmann Kurve te willen nemen. “Niet de beste plek om te vallen”, bleef Rins laconiek. “Marc was sneller, maar een tweede plaats was mogelijk geweest. Maar het klopt, twee wedstrijden sta ik met lege handen.”
Viñales vertelde met een hardnekkig volgende Crutchlow achter zich vooral defensief te hebben gereden. “Ik probeerde met Marc mee te gaan en daarna was het een kwestie van overleven.” Door een foutje in de slotfase verspeelde Crutchlow zijn kans op een tweede plaats. Dat hij zijn eerste podium sinds de openingsrace in Qatar liet noteren, was desalniettemin opmerkelijk. Enkele dagen na de Dutch TT blesseerde fietsfanaat Crutchlow zijn rechter knie toen hij na het afstappen van zijn wielrennersfiets uitgleed en met zijn knie hard op de stenen terechtkwam. Een breuk boven in zijn scheenbeen en een gescheurde voorste kruisband hinderde hem echter weinig. “na alles wat ik dit jaar inmiddels heb meegemaakt, is een podium goed”, memoreerde de 33-jarige Brit nog eens zijn crashes in Austin en Barcelona en zijn jumpstart in Argentinië. “Een paar ronden voor het eind werkten mijn banden niet meer en kreeg ik een flinke zwieper van achteren. Toen dacht ik ‘Maverick mag die tweede plaats hebben, ik heb een podium’. Maar als Rins niet was gevallen, had ik zeker aangevallen voor een podiumplek. Het was uiteindelijk een ‘race of survival’.” Marquez mocht hem dankbaar zijn, meende Crutchlow wel. “Maverick en ik hebben punten van zijn concurrenten afgesnoept. Hij is ons een bonus schuldig.”
Net als in Assen waren de Ducati’s veroordeeld tot een gevecht om de vierde plaats. Danilo Petrucci, ook volgend jaar in het Ducati-fabrieksteam naast Andrea Dovizioso, veroverde die plek na een strijd die de hele race duurde. “Het was een heel moeilijk weekend. We wisten dat we sterk waren, maar sterk voor de vierde of vijfde plaats”, aldus Petrucci. “We zitten op de grens van wat mogelijk is met de Ducati. Het podium was hier, net als in Assen, ver weg. Het gat (16,5 seconden, red.) wordt alleen maar groter. Ducati won in Qatar en in Mugello, maar het is onmogelijk om nu Marquez te volgen. We hebben iets nieuws nodig.” Op zaterdag crashte Petrucci met 200 kilometer per uur; een pijnlijke enkel plaagde hem in de race. “In de kwalificatie probeerde ik iets meer, maar ik eindigde in de muur.”
Petrucci startte als twaalfde, net voor teamgenoot Dovizioso. In de race hield hij Dovizioso, Jack Miller en Joan Mir op de Suzuki net achter zich. Dovizioso had op donderdag hoop op een podium, na de race oogde de nummer 2 in de tussenstand zowel gelaten als gedesillusioneerd. “Het was een heel moeilijk weekend, en in de race zie je de realiteit”, stelde de Italiaan vast. “Danilo en ik vechten om de vierde plaats, dat is het maximale. En we hadden nog geluk met valpartijen voor ons. Het gat is veel te groot. Net als Assen is de Sachsenring nietgoed voor ons, maar het verschil met de concurrenten is ook groter geworden. Marquez staat op een geheel ander level. Onze situatie is niet zo goed, maar dat verrast me niet. Binnen Ducati wordt hard gewerkt, maar vooral nu moeten we ons concentreren op het verbeteren van de ’turning’. Wij roken onze banden op, omdat de machine niet wil afdraaien en dat proberen we dan goed te maken door hard uit de hoeken te accelereren.”
Tussen de regels door gaf Dovizioso aan dat erin de tweede seizoenshelft geen wonderen mogen worden verwacht. “We hebben een strategie bepalen voor de toekomst, niet voor nu. Het gaat al zeven jaar zo, zo lang hebben we al dat zwakke punt, het is nu een kritisch moment. Het is niet zo dat wij slechter zijn dan vorig jaar, de concurrenten zijn sterker.” In een door frustratie gedreven monoloog gaf Dovizioso ook aan zich inmiddels zorgen te maken over de naderende Yamaha van Viñales en de Suzuki van Rins. “Het wordt moeilijk om tweede te worden in het kampioenschap. Maar tweede of vierde…. het maakt niet uit. We zijn al twee keer tweede geweest, we willen kampioen worden.”
Vrijwel elk raceweekend vertelt dat het stuurgedrag van de razendsnelle maar weinig wendbare Ducati in het DNA van de rode raket zit. Of dat DNA te veranderen is? “Alles is mogelijk. Maar wat mij niet duidelijk is, is waarom wij eigenlijk dit zwakke punt hebben.”
Was Dovizioso ingehouden boos over zijn vijfde plaats, de als achtste gefinishte Valentino Rossi zat met vragen. “Ik ben gefinisht, maar ik was niet sterk genoeg”, vond Rossi, gestart vanaf de elfde plaats en voor de zesde keer in negen kwalificaties de minste Yamaha-coureur. “Het was een belangrijk weekend voor ons. In Assen waren we snel (nadat hij in de warm-up iets gevonden had, red.) en we zochten hier de bevestiging. Helaas waren we niet snel genoeg. We moeten zien te begrijpen waarom. Vorig jaar was ik deze vijf races (Le Mans, Mugello, Barcelona, Assen en de Sachsenring, red.) sterk, nu hadden we het moeilijk. Ik voel me slecht op de motor en ik was 20 seconden langzamer dan vorig jaar (toen Rossi tweede werd achter Marquez, red.).”
De gekozen medium achterband betekende een beperking, maar Rossi’s problemen reikten verder. Want hoe was het mogelijk dat teamgenoot Viñales en rookie Quartararo wel snel zijn met een machine waarmee Rossi en ook Franco Morbidelli tegen problemen aan lopen? “ik weet het niet. Misschien heeft de motor een andere afstelling nodig. Zelf voel ik me goed en binnen het team werken we ook goed samen. Ik ben oud, maar vijf jaar geleden was ik ook oud. Maar ik zie geen reden dat ik niet meer gemotiveerd zou zijn. Met het team moeten we een oplossing vinden.”
In de vijf genoemde wedstrijden vanaf Le Mans tot en met Duitsland behaalde Rossi vorig jaar 79 punten, dit jaar slechts negentien. Zijn vijfde plaats in de tussenstand verloor Rossi aan teamgenoot Viñales. Na de zomerstop wordt het seizoen hervat in Brno, de plek waar Rossi 23 jaar geleden zijn eerste grand prix won. Zijn laatste zege is inmiddels 36 wedstrijden geleden.