Eerste Test Yamaha MT-09 Tracer
Met de komst van de MT-09 afgelopen jaar lanceerde Yamaha een compleet nieuwe driecilinder krachtbron. Die slanke driepitter moet de basis vormen onder een compleet nieuw platform, waarvan we in en rond het Spaanse Malaga kennismaken met de tweede afgezant, de MT-09 Tracer. Een machine, door Yamaha ‘action tourer’ gedoopt, die met zijn semi-avontuurlijke looks de erfenis van de vroegere TDM-lijn lijkt te dragen. Of de Tracer ook zo’n veelzijdig karakter heeft? Tijd voor – eh – actie!
Hokjes zijn ontzettend handige dingen. Waarom? Nou, je kunt er zo makkelijk van alles in stoppen en ze houden alles keurig overzichtelijk, geordend en afgebakend. Dat vinden wij Hollanders nu eenmaal erg aangenaam. Onze politieke partijen hebben we graag naar kleur gerangschikt, tv-sterren delen we graag naar categorie in en ook motorfietsen rijden we bij voorkeur graag een afgebakend hokje in. Motoren zonder enige vorm van stroomlijn bij de nakeds, machines met veel pk’s en een ultrasportieve jas bij de sportmotoren, hoogpoters met avontuurlijke schouderpartij bij de allroads, zware jongens met een brede en hoge ruit en kofferset bij de toermachines; zo past er op ieder potje wel een dekseltje. Althans, dat was lang de normale gang van zaken. Inmiddels lijken de potjes haast niet meer aan te slepen. Politieke partijen versplinteren sneller dan een luciferstokje in allerlei obscure splinterpartijen, tv-sterren lijken er tegenwoordig ook buiten de gekende A-, B- en C-categorieën te zijn en ook bij onze zo vertrouwde ‘motorhokjes’ wordt er meer en meer buiten de lijntjes gekleurd. ‘Funbikes’, ‘power cruisers’, ‘dual sports’, ‘dual purpose’; het zijn zomaar wat dwarsstraten waarmee het motoridioom de laatste jaren is uitgebreid.
En daar voegt Yamaha nu dus de term ‘action tourer’ aan toe. Dat predicaat krijgt de nieuwe MT-09 Tracer opgeplakt, een machine die zijn nagenoeg volledige technische basis deelt met de naakte MT-09, maar die gezien zijn tophalf-stroomlijn zeker geen naaktloper is. Die stoere tophalf met brede schouders en mooi daarop aansluitende standaard handkappen oogt op zijn beurt weer behoorlijk avontuurlijk, maar ook een pure allroad is de Tracer zeker niet. Daarvoor missen onder andere de wielen een paar inches in omtrek en zijn de veerwegen te kort. En voor die-hard avonturiers hebben de Japanners immers al de XT660Z Ténéré en de XT1200Z Super Ténéré in huis.
Dat nieuwe etiket leek Yamaha klaarblijkelijk wel op zijn plek voor deze nieuwkomer, die we kort door de bocht misschien wel kunnen beschouwen als de natuurlijke (en langverwachte) opvolger van de vroeger TDM – wie kent hem nog? Een veelzijdige machine dus, al bekt dat – toegegeven – net even wat minder vlot. Als er – puur en alleen ter duiding uiteraard – dan toch een hokje bijgehaald moet worden, dan zou dat eerder de hoek zijn waarin zich bijvoorbeeld ook machines als de Suzuki V-Strom 1000, Kawasaki Versys 1000, Triumph Tiger 1050 Sport, KTM 1050 Adventure bevinden. Een gemêleerd gezelschap dat weliswaar overwegend de robuuste looks van een allroad heeft, maar verder in alle opzichten voor de volle honderd procent op straatgebruik is gericht.
Zo’n 70% van zijn genen deelt de Tracer met de MT-09, maar dat de nieuwkomer allesbehalve een MT-09 met wat extra kuipwerk is, merk je al direct bij het plaatsnemen. Alles is allemaal beduidend ruimer uitgevoerd. Het stevig gepolsterde zadel is niet alleen 30 millimeter dikker, maar is tevens 20 millimeter breder en langer en loopt naar voren wat smaller toe, waardoor je ook met wat kortere benen nog makkelijk de voeten aan de grond kunt zetten. Ook achterop is het goed toeven, want het duozadel is maar liefst vijf centimeter langer dan dat van de MT-09. De zithoogte is met 845 millimeter bovendien een aanzienlijke 30 millimeter hoger dan de 815 mm van de MT-09. Het zadel is daarnaast in een handomdraai makkelijk te verhogen tot een flinke 860 millimeter. Met een stel lange onderdanen kom je dan in ieder geval niet in de knoei met de uitsparingen in de tank, die met 18 liter inhoud overigens vier liter meer meet dan die van de MT-09. Heb je het liever wat lager, dan kun je ook voor een lager zadel en een aangepast linksysteem van de achterschokbreker kiezen waardoor je op een heel toegankelijke 815 millimeter komt. Het conisch gevormde stuur is wat hoger breder en ligt uitstekend in de knuisten. Ook kan het door het omdraaien van de stuurklemmen (à la XJ6) 10 millimeter naar voren worden verplaatst. Al met al een ontspannen rechtop-ensemble, en ideaal voor een dag lang kilometervreten.
Na een druk op de knop komt de driepitter vlot tot leven, en dat gaat uiteraard gepaard met het inmiddels van de MT-09 bekende, karakteristieke en vooral aanstekelijke triple-geluid. Iets meer dan het stationair toerental is al voldoende om heerlijk soepel met het Spaanse ochtendverkeer mee te glijden. Als na een tijdje de teugels gevierd kunnen worden, geeft de 115 pk sterke Tracer zonder morren en uiterst soepel gehoor aan het adagium ‘action’. Soepel is ook het juiste woord voor de eerste helft van het toerenbereik. Maar energiek en nagenoeg trillingsvrij doorhalen in de richting van de toerenbegrenzer ondergaat de driecilinder niet bepaald als een straf. Daarbij worden de trommelvliezen getrakteerd op een inspirerend vuig triple-concert van in- en uitlaatgeluid, waarbij de Tracer van tijd tot tijd ook nog eens heerlijk uit het korte uitlaatstompje blubbert bij het afsluiten van het gas. Het Nieuwjaarsconcert van de Wiener Philharmoniker is er niets bij. Kortom, een fantastisch verslavend blok, ideaal voer voor de deskundigen van de Jellinek-kliniek. Maar dat wisten wel al van de MT-09
Anders dan die MT-09 is de Tracer wel standaard voorzien van tractiecontrole, een niet al te snel ingrijpend systeem dat net als bij de FJR1300 en de Super Ténéré werkt met wielsensoren. Bovendien is het uitschakelbaar, wat ruimte laat voor wat ‘spielerei’. Over elektronica gesproken: de nieuwe Tracer beschikt net als de MT-09 over drie motormappings, die al rijdend eenvoudig vanaf het stuur zijn te selecteren. In de A-modus is de gasrespons het meest fel en direct, de Standard-modus kent een meer vriendelijke respons en in de B-modus laat de gasreactie zich van zijn allervriendelijkste kant zien. Overigens zijn de mappings niet identiek aan die van de MT-09, maar speciaal op de Tracer toegesneden. Het heel felle A-modus van de MT-09 heeft de Tracer dus niet, ‘standje A’ is aangenaam pittig maar tegelijkertijd heel beheersbaar. De meer toeristisch ingestelde rijder wordt prima bediend met de Standard-modus. De B-modus lijkt met name in de regen bruikbare kompaan, maar is onder droge omstandigheden door het ‘elastiekerige’ gevoel niet echt een optie. De gasrespons is in alle settings uitstekend, alleen in de directe A-modus laten lastwisselingen zich nog lichtjes voelen. Maar dat is geen moment storend. Opvallender was het feit dat de versnellingsbak niet altijd even trefzeker was bij het opschakelen van twee naar drie. Dat kan evenwel ook aan de nog behoorlijk frisse kilometerstand van de testmotoren hebben gelegen. Verder schakelt de zesbak licht en soepel.
Bij lagere toerentallen voelt de Tracer net even wat minder energiek aan dan de MT-09 en lijkt de vermogensafgifte wat gelijkmatiger en meer lineair. In ieder geval minder extravert dan de triple van de MT-09. Die indruk zou aan de ene kant door het veel bredere inzetgebied te verklaren zijn, maar kan ook een gewichtskwestie zijn. Volgetankt zet de Tracer namelijk 210 kilo op de schaal. Een nette waarde voor een 900 met stroomlijn, maar het is bijna twintig kilo meer dan de rijklaar 191 kilo wegende MT-09. Desalniettemin is het in zijn klasse een van de lichtste machines.
Nuttige en aangename zaken die het leven aan boord vergemakkelijken zoals de standaard middenbok, handkappen, tophalf met LED-verlichting, de grotere benzinetank en het forsere en dik 13 centimeter langere subframe (dit laatste met het oog op rijden met een duopassagier en veel bagage) leggen nu eenmaal gewicht in de schaal. En dat merk je ook in het bochtenwerk, waarin dat gewicht en het hogere zwaartepunt zich manifesteren. Het speels lichtvoetige en haast overijverige stuurkarakter van de MT-09 heeft de Tracer niet meegekregen. Maar dat is in dit geval zeker geen nadeel. Integendeel zelfs, want mede ook door het brede aluminium stuur laat de Tracer zich bijzonder gewillig en zeer vanzelfsprekend door het bochtenwerk leiden. Onder de streep lijkt het stuurgedrag zelfs meer volwassen, neutraler en meer in balans dan bij zijn naakte evenknie.
Een kleine kanttekening is er voor wat betreft de standaard gemonteerde banden, Dunlop D222´s. Met name in koude staat zijn gripgevoel en feedback van vooral de voorband niet ideaal. Deze voelt dan ´hard´ aan, wat het vertrouwen in met name het kortere bochtenwerk niet ten goede komt. Nu waren de testomstandigheden ook niet perfect, met in de ochtenduren een temperatuur die amper boven het vriespunt uitkwam en veel stof en vuiligheid op het wegdek. Maar ook in de warmere middag werd het gevoel over de voorband er niet heel veel beter op. Hoe dat onder betere omstandigheden uitpakt, zullen we bij een latere test nog eens moeten ondervinden. De Dunlops raken aan de andere kant dan weer niet snel onder de indruk van remmen onder hellingshoek, waardoor de Tracer steeds mooi zijn lijn houdt en niet of nauwelijks een oprichtmoment kent.
De veerwegen voor en achter zijn met respectievelijk 137 en 130 millimeter identiek aan die van de MT-09, maar voor gebruik op de Tracer kregen de veerelementen hardere veren en een stuggere demping. De achterzijde is daardoor wat hoger komen te staan, waardoor de geometrie met een balhoofdhoek van 66° en een naloop van 103 millimeter in zijn totaliteit net even wat handelbaarder maakt. Alhoewel de vering, met name aan de voorzijde, in eerste instantie een tik hard aanvoelt, is het comfort van hoog niveau. Lange oneffenheden in het asfalt worden haast achteloos weggeslikt, maar ook de hardere klappen op slecht wegdek worden heel behoorlijk opgevangen. De remmen komen overeen met die van de XT1200Z en de FJR1300 en staan absoluut hun mannetje. De radiaal gemonteerde vierzuiger stoppers happen niet overdreven giftig in de beide 298mm-schijven, zijn goed doseerbaar, vertragen resoluut en worden in de rug gesteund door het standaard ABS. Dat heeft nieuwe settings gekregen, maar regelt een tikje grof af.
Standaard, het woord is al een aantal maal gevallen. De standaard uitrusting van de nieuwe Yamaha MT-09 Tracer is rijk. We noemden al de mooi op het neusje aansluitende handkappen, het verstelbare stuur en zadel en de standaard aanwezige middenbok, maar ook een verstelbare ruit hoort tot de basisuitrusting. Deze kan zonder gebruik van gereedschap over een hoogte van 30 millimeter in drie standen worden versteld en ondanks de smalle vorm wordt het bovenlichaam op effectieve wijze beschut. Ook de LED-koplampen kunnen zonder gereedschap met twee goed bereikbare stelwieltjes eenvoudig in hoogte worden versteld. Ook een 12V-aansluiting is standaard aan boord en het van de XT1200Z afgeleide en overzichtelijke dashboard is al voorbereid op de montage van de optionele handvatverwarming. Optioneel is ook een set ruime zijtassen, waarvan de ophangpunten al standaard – daar is ‘ie weer – in beide zijden van het kontje zijn geïntegreerd.
Een bijzonder complete uitrusting, een heerlijk bullig blok, strak stuurgedrag, opvallend veel comfort, een nette afwerking en na een dikke 250 kilometer zonder een centje pijn afstappen; een optelsom die de Yamaha Tracer tot een enorm veelzijdige machine maakt. ‘Action’ en ‘Tour’, de Tracer is het om het even en beheerst beide kunstjes, dus een specifiek hokje is niet eens nodig. En dan komen we automatisch weer bij die vermaarde TDM uit. De Tracer is zondermeer een zeer geslaagde moderne interpretatie van dat succesnummer, maar is bovenal een even geslaagde verbreding als welkome uitbreiding van de MT-familie. Eentje die naast zijn potentie ook het prijskaartje heeft om in korte tijd ook tot een succesnummer uit te groeien: € 10.999,-.