+ Plus

Eerste Test Husqvarna Norden 901 Expedition

Waar de reguliere Husqvarna Norden 901 met 70% het zwaartepunt nog duidelijk op het asfalt heeft liggen, verdeelt de nieuwe Expedition zijn capaciteiten evenredig over on- en offroad. En dat brengt je volgens de fabrikant net even een stapje verder, omdat het deuren opent die voor de reguliere Norden gesloten blijven. In Zuid-Afrika gingen we op ontdekkingsreis met deze nieuwe avonturier!

Precies 120 jaar nadat in Zweden de eerste gemotoriseerde tweewielers van de band rolden, komt Husqvarna met deze nieuwe Norden 901 Expedition. Een afgeleide van de afgelopen jaar geïntroduceerde Norden 901, die op zijn beurt weer stevig wortelt in de 890 Adventure van moederbedrijf KTM. Frame, blok, elektronica, dit alles deelt de Husky één op één met zijn twee halfbroers, en toch kiest de Norden wel een soort van eigen weg. De gulden middenweg in vergelijking met de reguliere Adventure en de veel meer op offroad gebruikt getrimde R-uitvoering om precies te zijn. Langere veerwegen dan de standaardversie, maar kortere dan de R. Daarnaast is het Pirelli STR schoeisel een echte 50/50 band, terwijl het rubber van de R het zwaartepunt naast het asfalt heeft liggen en dat van de reguliere 890 juist erop. En dan is er nog de zithoogte, die zich precies tussen dat van de beide KTM’s in nestelt. Niet uitgesproken de wegkant op, maar ook niet hardcore terrein, zoals je misschien wel zou verwachten Husqvarna dat doorgaans tot de knieën in de modder staat. Een merk ook dat een beetje extremen nooit heeft geschuwd, maar juist omarmt. Werp even een korte blik op het modelgamma en je kunt haast niet anders dan concluderen dat woorden als gemiddeld, doorsnee en gematigd niet in het vocabulaire van deze van origine Zweedse firma voorkomt.

In dat licht beschenen is de Norden 901 een beetje een vreemde eend in de bijt. Hij heeft weliswaar een eigenzinnig, avontuurlijk en ook wel een beetje brutaal voorkomen, maar mist een beetje dat rauwe, extreme randje waar Husqvarna om bekend staat.
De nieuwe Expedition is wat dat aangaat veel meer uitgesproken en zoekt met zijn sterk verbeterde offroad-capaciteiten zijn heil vooral in ongerept gebied. Niet heel opmerkelijk natuurlijk, de definitie van expeditie luidt namelijk ‘een (wetenschappelijke) ontdekkings- of onderzoeksreis, die vaak naar vreemde en afgelegen gebieden leidt’, en dan zou het natuurlijk best sneu zijn dat het eerste de beste geitenpad het avontuur al een halt toeroept…

Om die deur naar het ruige achterland te openen, kreeg de Norden 901 Expedition in eerste plaats een set WP XPLOR veercomponenten aangemeten, met zowel voor als achter een rijke 240 millimeter veerweg. Zowel de dikke, stijve Ø 48 mm voorvork als schokdemper zijn volledig instelbaar, waarbij achter de ingaande demping qua high- en lowspeed instelbaar is. Op de voorvork gaat het aanpassen van de demping (ingaand linker vorkpoot, uitgaand rechter) heel gemakkelijk dankzij stelvleugeltjes bovenop de vorkpoten. De bereikbaarheid van de met een piggyback-reservoir uitgevoerde achterschokdemper is echter een heel stuk minder. Zeker voor een reismachine is het aanpassen van de veervoorspanning middels een goed bereikbare stelknop, zoals de standaard Norden die ook daadwerkelijk heeft, eigenlijk een must. Op de Expedition moet je daarvoor echter helaas een beroep doen op het (uitgebreide) setje boordgereedschap.

Met vering alleen ben je er uiteraard niet, zo kreeg de Expedition ook een extreem robuuste aluminium carterbeschermer aangemeten, evenals een hogere ruit voor verbeterde bescherming tegen de elementen en een middenbok voor het vergemakkelijken van (ketting)onderhoud en bepakken. À propos bepakken, standaard zitten er een paar waterdichte softassen met praktische rolsluiting op, die elk achttien liter aan bagage wegslikken. Klein minpuntje, de tassen versterken optisch het avontuurlijke karakter van de fiets, maar bleken in de praktijk iets minder robuust dan ze eruit zien. Bij verschillende exemplaren lieten namelijk de naden los waarmee de tas zelf op de montageplaat was bevestigd. De waterdichtheid komt dus gelukkig niet in het geding, maar er wordt ongetwijfeld nog even kritische gekeken naar deze constructie.

Verder is de uitrusting ten opzichte van de standaardversie ook nog uitgebreid met handvat- en zadelverwarming, evenals een GPS-steun boven het overzichtelijke en uiterst informatieve TFT-dashboard. Deze beschikt op de Expedition trouwens over uitgebreide connectivity mogelijkheden, met onder meer turn-by-turn navigatie en smartphonebediening via stuur.

En dan is er ook nog het best wel uitgebreide hoofdstukje genaamd elektronica. De standaard rijmodi Street, Rain en Offroad zijn op de Expedition uitgebreid met een vierde Explorer-modus, die op de basisversie nog optioneel is. De drie basismodi zijn voor geconfigureerd, de Explorer-modus kun je helemaal naar eigen smaak inrichten qua gasrespons, ABS-modus en tractie-controle setting. Het ABS voorziet daarbij in een speciale Offroad-modus, waarbij het achter is uitgeschakeld en voor sterk verminderd ingrijpt. Bovendien is het systeem in deze modus ook niet hellingshoekafhankelijk. Ook de tractie-controle heeft een speciale Explorer-modus, waarbij de hoeveelheid wielspin negenvoudig instelbaar is. Het regelniveau kun je tijdens het rijden heel makkelijk aanpassen middels de knoppen op het linker armatuur, waardoor je dus heel snel de voor jezelf passende setting kunt vinden.

En om alvast op de feiten vooruit te lopen, dit systeem werkt geniaal. Zo konden we eigenhandig ervaren tijdens een tweedaagse testrit die Husqvarna had georganiseerd in de buurt van het Zuid-Afrikaanse Kaapstad. De prachtige omgeving rond de Houwhoek Pass vormde het decor voor de eerste kennismaking, die niet geheel onverwacht grotendeels over het onverhard voert. De eerste optische indruk van de Husky is daarbij meer dan prima. De afwerking is domweg goed met prachtige, hoogwaardige details en componenten en lakwerk passend bij het avontuurlijke karakter. Het uiterlijk is ook opvallend anders dan dat van de nogal polariserende KTM Adventure R met zijn ‘hangende wangen’. Door onder meer de in de voorpartij geïntegreerde koplamp oogt ‘ie gewoon een stuk harmonieuzer, al blijft dat natuurlijk ook een kwestie van persoonlijke smaak.

De test begint zoals ook een lang weekend begint, met het pakken van de tassen, aangezien de nacht ergens op een camping wordt doorgebracht. De in totaal 36 liter bagageruimte is ruim voldoende voor een paar dagen weg, en voor verdere trips pak je gewoon een grote tas achterop de vlakke achterzijde met uitstekende mogelijkheden voor het bevestigen van bagagehaken. Vervolgens worden rem- en koppelingshendel even afgesteld, wordt rijmodus Street geselecteerd (eerste deel voert over het asfalt) en we kunnen los. Met 875 mm lijkt de laagste van de twee zithoogtes me prima om mee te beginnen. Die zithoogte lijkt extremer dan ‘ie is, dankzij de smalle taille kun je namelijk prima met beide benen bij de grond, al is het met een lengte van 1.90 meter natuurlijk ook wel makkelijk praten.

De eerste kilometers voeren onder meer door het indrukwekkende Groenlandberg Nature Reserve en als vanaf de allereerste meter overtuigt het 889 cc metende blok voor de volle honderd procent. Onder de drieduizend toeren gebeurt er weliswaar niet veel, maar eenmaal daarboven is het één groot feest. De paralleltwin met 285° krukas – waardoor ‘ie een beetje het karakter van een 75° V-twin heeft – is sterk onderin, loopt goed door tot hoog in toeren (breed bruikbaar werkgebied tussen de pak ‘m beet 3.000 en 8.500 toeren kortom) en maakt de sier met uiterst soepele draai-eigenschappen. Ook fraai, elk van de beschikbare mappings heeft een merkbaar eigen karakter, maar in allemaal is de gasaanname spot-on en de vermogensopbouw voorspelbaar, ook in de meest gretige Rally-stand. De twin bewijst bovendien dat 105 pk gewoon ruim voldoende is, op het asfalt, en zeker ernaast!

De zitpositie op de Expedition is ontspannen en de bescherming tegen de elementen goed. Een beetje afhankelijk van de lengte hadden sommige rijders in meer of mindere mate last van turbulenties rond de ruit of de rand van de ruit, die in het blikveld zit. Ik persoonlijk niet, maar desondanks zou een hoogteverstelling wel prettig zijn, die zit er alleen helaas niet op.
Op het asfalt laat twin zich heel makkelijk aan de hand nemen, zonder overdreven speels te zijn, wat gezien de wielmaten en lange veerwegen ook niet heel verwonderlijk is. Hij stuurt daarentegen heel neutraal en loopt, ook in de bochten, als op rails, zo stabiel. Zou je rijwielgedeelte een stuk steviger afstellen, en die reserves biedt de vering ruim, dan is er op gebied van lichtvoetigheid nog wel het een en ander te winnen, maar ook in de basis set-up zijn de stuureigenschappen ronduit goed. De remmen ook, al blinken deze niet uit in gretigheid en vraagt met name de voorrem om de nodige daadkracht wil je hard vertragen. Het stof en vuil van de gravelpistes die we tussendoor aandeden, zal daar overigens ook wel aandeel in hebben gehad.

Gravelpistes dus, die vormden de eerste offroadervaring. Over de brede wegen kun je extreem ontspannen en hard boenderen met de Husky. Zelfs kilometerslange wasborden filtert de vering volledig weg, bijna alsof je over een lakenstrak circuitje rijdt. Met de Slip Adjuster in stand 2, 3 of 4 stuur je de achterzijde daarbij moeiteloos en volledig gecontroleerd als een volleerd drifter door het bochtenwerk. Ook de up/down quickshifter werkt erg goed, al vraagt het schakelpedaal wel om een resolute voet, zeker tussen de één en twee. Wie achteloos tegen het pedaaltje tikt, wordt vaak getrakteerd op de neutraalstand.

Naast de brede gravelpistes staat er op dag twee ook extremer terrein op het programma. Voor vertrek alleen eerst twee ergonomische aanpassingen: het stuur staat voor de staande rijhouding wat aan de lage kant en gaat daarom omhoog, net als het zadel, dit puur om eens te proberen. De eerste aanpassing is perfect, het hogere zadel niet. In de hogere stand komt het zadel namelijk ook iets naar voren, waardoor een v-vormig kuiltje ontstaat tussen rijder- en passagierszadel, precies daar waar het achterwerk balanceert. Erg irritant. Bovendien loopt het zadel naar achteren al vrij snel breed uit, waardoor het in de hoge stand ook de benen in de staande houding iets uit elkaar duwt. Zowel zittend als staand bevalt de lage stand daarom veel beter.

Dwars door de Hottentots Holland Mountains gaat het over smalle single-tracks en behoorlijk uitdagende rotspaden omhoog richting de Hanskop. Geulen ter grootte van een bescheiden beek, keien groter dan voetballen, zand waarin je tot de enkels wegzakt; uitdagend is een understatement voor wat het terrein ons voor de voeten gooit. Van de 240 millimeter veerweg voor en achter wordt dankbaar gebruikt gemaakt en ook de zogenaamde hydro-stop in de voorvork, die dankzij een extreem progressieve werking in het laatste deel van de veerweg doorslaan voorkomt, bewijst hier zijn meerwaarde. Met 214 kilo is de Expedition weliswaar niet zwaarlijvig, maar een lichtgewicht offroadje is weer het andere uiterste. Toch gaat het ‘m bijzonder goed af. Het voorwiel rolt doelgericht over dikke stenen, de achterzijde laat zich zowel met gas als rem goed sturen en de elektronica werkt uitstekend. Dat schept vertrouwen. Mits de goede rijmodus is ingeschakeld tenminste. Op meerdere testmotoren schakelde de Street-modus zichzelf ongewild in, bij ondergetekende gebeurde dat ongemerkt net voor een fikse klauterpartij omhoog. Nu stond het zweet me al op de rug, maar een gevoelsmatig volledig wegvallende aandrijving in een nogal hachelijke klim, blijkt de transpiratiekliertjes tot een ongekend werkethos op te kunnen zwiepen. Een bug waar Husqvarna nog even naar moet kijken dus!

Conclusie
‘Een stap verder’ noemt Husqvarna de nieuwe Norden 901 Expedition zelf en zowel subjectief als objectief is daaraan geen woord gelogen. Wie niet alleen op asfalt rijdt, maar ook écht offroad wil gaan met zijn motorfiets, wordt met de XPLOR vering (meer afstellingsmogelijkheden, meer reserves) op z’n wenken bediend. Daarnaast kan de Expedition ook nog bogen op een bijzonder rijke uitrusting, die zowel de reiscapaciteiten als rijervaring naar een duidelijk hoger plan tillen. Kwestie van je spullen pakken en letterlijk de hele wereld ligt voor je open. De beperkende factor in het verhaal ben je zelf, de Expedition kan het allemaal wel aan. Of de € 1.210,- meerprijs ten opzichte van de reguliere Norden het geld waard is? De vraag stellen, is ‘m beantwoorden…

Gerelateerde artikelen

Eerste Test Husqvarna Vitpilen 801

Eerste Test Husqvarna Vitpilen 801

14 november, 2024

De uitbreiding van het merk Husqvarna binnen het Pierer-imperium vordert gestaag. Na de nogal radicale 701 Vitpilen ...
Alpenmasters 2024 (3) – Finale

Alpenmasters 2024 (3) – Finale

19 september, 2024

Bij de Alpenmasters is het als bij een EK of WK voetbal: iedereen wil uiteindelijk door naar de finale. Acht ...