Dakar Rally 2017
Voor de zestiende opeenvolgende maal won een KTM-coureur de Dakar Rally. Toen 2016-winnaar Toby Price geblesseerd uitviel, nam Sam Sunderland de honneurs op voorbeeldige wijze waar. Met dank aan Honda, dat een cruciale fout maakte toen haar vier fabrieksrijders in de vierde etappe tankten op een ongeoorloofde plaats. Het uur straftijd kostte Joan Barreda èn Honda de eindoverwinning. Robert van Pelt werd met een 43e plaats de beste Nederlander.
Wedstrijdleider Marc Coma kondigde voor aanvang van de 39e Dakar aan dat de 2017-editie de zwaarste zou worden in Zuid-Amerika. De voormalig rallywinnaar hield woord, zonder dat hij daar altijd zelf de hand in had. De rally werd namelijk geplaagd voor extreme weersomstandigheden, waarbij niet alleen de temperaturen uiteen liepen van net boven het vriespunt tot meer dan 45°, ook moesten de aanvankelijk 143 starters afrekenen met mist, hagelbuien, de gevolgen van het rijden op grote hoogte, onweer – de Sloveen Ivan Jakes werd zonder gevolgen getroffen door de bliksem – en zeer zware regenval. Coma en Dakar-directeur Lavigne schrapten twee etappes en pasten twee andere aan. Op de route naar het Argentijnse Salta waren door heftige regen en een aardverschuiving wegen weggeslagen en onder de bevolking in de omgeving van Volcan vielen ook doden te betreuren. De Dakar-organisatie bood de autoriteiten medische hulp en materieel aan
Vooraf beloofde Coma ook al dat navigatie een belangrijkere rol zou spelen. Het werd deelnemers niet meer toegestaan om gebruik te maken van smart phones met GPS. Hierdoor was er ditmaal geen enkele topper die niet minimaal één keer verkeerd reed.
Niet alleen de extreme weersomstandigheden eisten hun tol, ook de onderlinge strijd tussen de snelste rijders leverde slachtoffers op. Toby Price brak in de vierde etappe zijn been op vier plaatsen en in het ziekenhuis werd de Australiër ook nog eens door enkele toevallen getroffen. Ook Pablo Quintanilla, de nummer 3 van vorig jaar en nu kanshebber op de overwinning, verdween twee dagen voor het einde uit de race met een hersenschudding na een zware val.
Sam Sunderland werd uiteindelijk de jubelende winnaar van een slopende Dakar. Sunderland maakte in 2012 zijn Dakar-debuut in het toenmalige Honda-team van Henk Hellegers, die in hem een toekomstig Dakar-winnaar zag. De weg naar de top ging voor de in Dubai woonachtige Engelsman met veel vallen en opstaan. Zijn eerste Dakar was al in de tweede etappe voorbij door elektrische problemen. Een jaar later moest hij verstek laten gaan vanwege een armbreuk tijdens de laatste test voor de rally. In 2014 won Sunderland zijn eerste special, maar weer haalde hij de finish niet. Bij zijn derde Dakar-start pakte hij weer een etappezege, voordat hij uit de wedstrijd crashte. In 2016 ontbrak hij omdat hij twee maand voor de start bij ene training in Marokko zijn dijbeen en sleutelbeen brak.
Maar dit jaar verscheen een andere Sunderland aan de start: “Ik ben rustiger geworden en probeer niet zo snel meer met grof geweld fouten te herstellen”, meende de nummer tweede in het WK Rally, achter Quintanilla.
Voor het eerst in al zijn Dakar-deelnames kwam Sunderland niet alleen verder dan de vierde etappe, hij won de vijfde special en nam toen ook de leiding over in de tussenstand. Sunderland maakte slechts (navigatie-)fouten als zijn grootste concurrenten dat ook deden. “De eerste keer finishen en dan meteen winnen, dat is onwerkelijk”, glunderde de eerste Britse Dakar-winnaar. “Ik heb geleerd om te herkennen wanneer ik niet moet pushen. Tijdens momenten van onzekerheid maak je juist fouten. Door alles wat ik heb meegemaakt, weet ik dat het rallyrijden niet om het nu draait, maar om wat er de komende dagen gaat gebeuren. Als het niet gaat zoals je wilt, moet je verstandig zijn en dat accepteren. Daar draait het om in de Dakar.”
Sunderland finishte met een voorsprong van 32 minuten op zijn teamgenoot Matthias Walkner. De Oostenrijker reed zijn derde Dakar en finishte voor de eerste keer, nadat hij vorig jaar zijn heup brak en bij zijn debuut ziek uitviel. Walkner won een etappe, maar verloor drie maal kostbare tijd door navigatiefouten. Gerard Farres Guell zorgde voor een onverwachte 1-2-3 voor KTM. In zijn tiende Dakar behaalde de 37-jarige Spanjaard zijn beste resultaat. Farres Guell, eerder waterdrager bij Aprilia voor Francesco Lopez en bij KTM voor Marc Coma, bivakkeerde vanaf de eerste dag in de top 10 en sloeg in de laatste special een aanval af van Adrien Van Beveren. De Yamaha-rijder reed een sterke tweede Dakar, maar maakte in de laatste dagen kapitale fouten. In de tiende etappe werd zijn agressiviteit afgestraft door valpartijen en navigatiefouten en een dag later liep de 26-jarige Franse strandcross-specialist tegen een minuut straftijd op omdat hij te hard reed in een speedzone. Daardoor begon hij met 48 seconden achterstand aan de slotspecial en samen met Farres Guell klokte hij toen de snelste tijd. Die enige Yamaha-etappezege kon voor Van Beveren niet vergoeden dat hij toch de derde plaats had verspeeld. Vanaf de vierde dag moesten Van Beveren en ditmaal anonieme collega Helder Rodrigues het overigens stellen zonder hun secondanten Rodney Fagotter (technische problemen) en Alessandro Botturi (gecrasht).
De Honda-kopmannen Joan Barreda en Paulo Goncalves tekenden voor de vijfde en zesde plaats in de eindstand. En dat terwijl Honda met Barreda eigenlijk de beste man van deze Dakar in de gelederen had. De 33-jarige Spanjaard won vier specials en finishte als vijfde op 43.08 minuten van Sunderland. De vierde etappe nekte echter Barreda en zijn teamgenoten Goncalves, Ricky Brabec en Mickael Metge. Na afloop van de special kregen zij een uur straftijd omdat ze tankten buiten een daartoe aangewezen plek. Dat kostte de beter dan ooit rijdende Barreda dus uiteindelijk de winst, en Goncalves de tweede plaats. Het Honda-management riep dat de beschrijving in het reglement op meerdere manieren uitgelegd kon worden en zei dat ze met hun vijf dagzeges ‘de morele Dakar-winnaar’ waren. Maar voor die claim kun je natuurlijk geen brood kopen…
De Nederlandse inbreng in de Dakar was dit jaar zeer bescheiden. Slechts Robert van Pelt, Maikel Verkade en debutant Arjan Bos haalden de finish in Buenos Aires en voor de resterende vijf starters viel het doek al eerder. Voor Jurgen van den Goorbergh was een tweede opeenvolgende overwinning in het kistklassement inzet van zijn negende Dakar-start. De Bredanaar bouwde daarvoor een KTM-enduromotor om tot rallymachine. “Deze is 23 kilo lichter”, aldus de 47-jarige allrounder. “Ik ben er van overtuigd dat de motor sterk genoeg is om de rally uit te rijden en dat het iets is voor de toekomst: goedkoper en lichter. Er is al interesse van andere rijders.”
De rally eindigde voor Van den Goorbergh al op de vierde dag na een ongelukkige val tijdens de derde etappe. Een hersenschudding en vier gebroken ribben maakte verder rijden onmogelijk. “Ik heb nog een poosje achter de quad van Kees Koolen aangereden, om minder te hoeven focussen op het navigeren, maar ik kon hem op een gegeven moment echt niet meer bijhouden”, baalde JvdG, die na de val enige tijd buiten bewustzijn was geweest. “Ik had de motor nog aardig kunnen repareren. Die gaf geen klap verkeerd. Alleen het baasje kon niet verder.”
Robert van Pelt kon dat wel, maar nog niet eerder had de 23-jarige Ridderkerker een zwaardere Dakar meegemaakt. “Wat een mafkezen zijn wij. Ik ben kapot”, stamelde de gesloopte Van Pelt. “Ik ben blij dat alles het heeft gehouden en dat we het einde hebben gehaald.” Van Pelt, die grif toegaf niet de handigste te zijn, had het ook vooral mentaal zwaar gehad. Kort voor de start van de rally besloot hij om budgettaire redenen om toch mee te doen als kistrijder in plaats van in een team met monteurs die je motor onderhouden. De beslommeringen die dat met zich meebracht, hielden Van Pelt in zijn hoofd meer bezig dan hij had gehoopt en de tranen na afloop waren dan ook veelzeggend. De hitte in de eerste rallydagen kreeg vat op hem en meerdere malen viel hij letterlijk van zijn machine van vermoeidheid. Aanvankelijk hoopte Van Pelt dat de nieuwe navigatieregels in zijn voordeel zouden zijn, maar ook hij kwam enkele malen in de knoei; een verbetering van de 23e plaats die zijn vader Rob ooit behaalde, bleek te hoog gegrepen. Van Pelt finishte uiteindelijk als 43e en vierde in het kistklassement.
Maikel Verkade finishte zeven plaatsen lager en zat er ook helemaal doorheen. “Ik kan wel janken”, aldus de vrijwel altijd lachende Verkade, die ook in zijn tweede Dakar niet keek naar de klassering, maar naar de finish. “Deze was écht zwaar.”
Die mening deelde ook Arjan Bos. De hitte speelde ook de 40-jarige paprika-kweker flink parten in zijn eerste Dakar. Bos voelde ook de effecten van de hoogte en viel tijdens de vierde etappe ‘wel twintig keer’. De geschrapte vijfde etappe en de rustdag die daar op volgde, kwam mooi op tijd voor de Husqvarna-rijder. In de voorlaatste special moest hij het door een val zonder digitale kompas stellen en tot overmaat van ramp brak hij met de finish in zicht ook nog een sleutelbeen.
De beste Nederlandse prestatie kwam op naam van Kees Koolen. De in Vorden woonachtige Brabander won met de in eigen beheer gebouwde quad met een KTM 690-blok de vijfde etappe. Koolen kende echter ook problemen. Daags na de rustdag verloor hij vijf kwartier toen hij vast kwam te zitten en in de tiende special brak de ketting, waarbij ook de koppelingsbediening beschadigd raakte. Zijn waterdrager Bas Nijen Twilhaar sleepte hem ruim 140 kilometer door zwaar zand. Koolens zeventiende plaats in de eindstand – twee plaatsen voor Nijen Twilhaar – weerspiegelde duidelijk niet de mogelijkheden van de Barren Racer. In de wetenschap dat er al interesse was voor het nieuwe concept, kon zakenman Koolen echter tevreden terugkijken op deze Dakar.