+ Plus

Cotswolds, Groot-Brittannië

Je hebt een weekje de tijd en wilt wel eens een heel ander stukje wereld zien, zonder daarvoor ver te hoeven reizen? Dan zijn de Cotswolds in het zuidwesten van Engeland een echte aanrader. Een fenomenaal mooi gebied dat door zijn authentieke karakter regelmatig in films en TV programma’s voorbij komt. Zoveel charme, daar moeten we zelf ook eens heen!

De Cotswolds is een gebied in het zuidwesten van Engeland. Trek een denkbeeldige lijn tussen de plaatsen Bath, Oxford en Cheltenham en je hebt in grote lijnen de streek gedefinieerd. Op de kaart staat het aangeven als ‘Area of Outstanding Natural Beauty’, wat wil zeggen dat de streek beschermd wordt door een Engelse wet uit 1949, die in grote lijnen de nieuwbouw, modernisering van het landschap en aanleg van grote verkeersaders aan banden legt. Deze gebiedt bijvoorbeeld ook dat huizen die in de Cotswolds worden gebouwd of verbouwd, in de plaatselijk gewonnen honingkleurige natuursteen moeten worden opgetrokken. Ook de vorm van de gebouwen is aan strenge regels gebonden, men wil namelijk koste wat kost de charme en authenticiteit van toen behouden. Dat deze behoorlijk strikte regels het eigentijdse leven niet helemaal in de weg staan, is op het eerste gezicht misschien best verwonderlijk, maar het spreekwoord luidt niet voor niets dat waar een wil is, een weg is!
Om de Cotswolds te bereiken moet je natuurlijk eerst Het Kanaal over. Dat kan onder meer middels de ferry tussen Calais en Dover. Dagelijks vertrekken er 23 veerboten naar het zuiden van het Verenigd Koninkrijk, er is er dus altijd wel eentje die aansluit op je reisplannen. Vanuit Calais duurt het amper anderhalf uur voor de befaamde White Cliffs of Dover levensgroot voor je opdoemen. Het officieuze signaal dat je minicruise alweer ten einde is en je de motor weer kunt aanslingeren. Waarbij in eerste instantie een klein beetje voorzichtigheid wel geboden is, je moet immers even wennen aan het links rijden. Een kunstje dat je overigens snel door hebt, gewoon met de verkeersstroom mee vloeien en voor je het weet lijkt het alsof je nooit anders hebt gedaan!

Vanuit Dover gaat het eerst naar Woodstock, het meest oostelijk gelegen plaatsje van de Cotswolds op een uurtje of drie rijden. De verkeersdrukte op de ring van Londen kan soms wat roet in het eten kan gooien, maar veel langer zal de reis niet duren in dit land waar de tijd gevoelsmatig minder snel voorbij gaat, simpelweg omdat het allemaal wat gemoedelijker oogt. Dorpen en steden zijn veelal verschoond gebleven van schreeuwerige reclameborden, flikkerende neonpanelen, hoogbouw, architectonische experimenten en enorme fabrieken en supermarkten. In plaats daarvan wordt het straatbeeld gedomineerd door goed onderhouden, klassieke of ronduit antieke gebouwen, charmante pubs, gezellige winkeltjes, intieme pleintjes en oude, maar heel comfortabele hotels. Daarbij is het landschap verder verrijkt met een overdaad aan statige landhuizen, kastelen, grote boerderijen en een golvend heuvellandschap, waar de boer nog boer kan zijn. Als kers op de taart is het landschap gelardeerd met mooi, natuurlijk groen en kent men het begrip file enkel van horen zeggen.
Een ultieme motorbestemming kortom, waarbij de realiteit in dit geval fantastischer dan de verbeelding. Rijdend over de lommerrijke wegen en in de gezellige dorpjes en mooie steden merk je al snel dat alles in deze streek goed onderhouden wordt. Zwerfvuil is er niet en de huizen en tuintjes liggen er allemaal even strak bij. Bovendien is het eten en drinken van een gezonde, degelijke en smakelijke kwaliteit. Het massatoerisme heeft hier zijn intrede duidelijk nog niet gedaan, goede accommodaties vind je er dan ook voor eerlijke prijzen.
Met steden als Londen, Oxford, Birmingham en Bristol op een steenworpafstand, zal het vast geen verrassing zijn dat de meer goed bedeelde medemens uit deze steden de chaotische stadshectiek maar al te graag (tijdelijk) verruilen voor de rustige, landelijke Cotswolds. Ze volgen daarbij onder andere het voorbeeld van Charles, prins van Wales, en de hertogin van Cornwall, die in Highgrove House, nabij Tetbury, hun thuis hebben.
Net als heel Groot-Brittanië kent ook de Cotswolds een behoorlijk roerige geschiedenis, met vele ups en downs. De Kelten, Romeinen, Saksen, Middeleeuwen en een langdurige burgeroorlog hebben allemaal hun sporen achtergelaten in dit rurale, vruchtbare en rijke gebied. Wie de mooiste landschappen, steden en dorpjes van de Cotswolds wil zien, doet er goed aan in de bovenste helft – zeg maar de streek ten noorden van Cirencester -te bliojven. Hier is van alles te ontdekken en te zien. Je vindt er bijvoorbeeld het stemmige Chipping Campden. Het stadje heeft naar verluidt de mooiste hoofdstraat van de Cotswolds, en ter plaatse blijkt daarvan geen woord gelogen. Sterker nog, het zou zo maar de mooiste straat van Engeland kunnen zijn. Het jongste gebouw dateert van omstreeks 1700, het oudste heeft zonder twijfel de Middeleeuwen nog meegemaakt. De stokoude stenen markthal verraadt dat dit plaatsje in het verleden een belangrijke handelsplaats was.
De handel in wol, die de Cotswolds destijds op de wereldkaart zette, is echter al lang verdwenen. In het begin van de twintigste eeuw laaide het economische vuurtje van het stadje weer even op toen de Arts & Craft beweging er neerstreek. Tientallen gezinnen van bekwame vaklui streken er vanuit Londen neer en stichtten er diverse ateliers. Onder leiding van Charles Robert Ashbee maakten ze er tal van prachtige producten, waarvan de kwaliteit nu nog altijd boven elke vorm van twijfel verheven staat. Wil je de sfeer van een dergelijk atelier opsnuiven, bezoek dan het zilveratelier van de familie Hart in Sheep Street. De kleinzoon en de achterkleinzoon van de oprichter van het atelier, die in 1902 zijn deuren opende, vertellen je vol enthousiasme over het hoe het hier allemaal in zijn werk ging. Een aanrader!

We slingeren de Triumph weer aan en gaan weer op weg. Al snel blijkt dat Chipping Campden allesbehalve een op zichzelf staand plaatsje is. Tal van andere stadjes en dorpjes charmeren met hun gezellige straatjes, mooie huizen, sfeervolle pubs en geriefelijke hotels. De winkeltjes zijn vaak zo aantrekkelijk dat je er automatisch even voor stopt. Plaatsen die je zeker even moet aandoen zijn onder andere Broadway, Snowhill, Winchcombe, Northleach, Tedbury, Bibury, Aldsworth, Burford, Bourton-on-the-water, Upper Slaughter, Stow-on-the-Wold, Moreton-in-Marsh. Stippel zelf een mooie route uit langs deze plaatsen en neem de tijd om ze allemaal te verkennen, je zult er geen spijt van krijgen!
Verrassen de bovengenoemde plaatjes met hun eenvoudige charme, lange geschiedenis en architectonische schoonheid, de stad Bath doet je versteld staan door zijn grandeur en zijn savoir vivre. Gesticht door de Kelten door de directe nabijheid van warmwaterbronnen, namen de Romeinen maar al te graag dit aan de rivier Avon gelegen kuuroord over. Tal van archeologische vondsten, waaronder de beroemde baden, illustreren deze rijke historie. Het huidige gezicht van de stad wordt vooral bepaald door de stadsuitbreidingen uit de 17e en 18e eeuw. In die jaren was Bath een van de grootste steden van Engeland, de beau monde kwam er graag en de levenstandaard was er bijzonder hoog. Iets dat je nog altijd terugziet in het straatbeeld. Lange, brede straten met voorname herenhuizen domineren het beeld, dat verder wordt gecompleteerd met talrijke sierlijke gebouwen die destijds – en nu nog soms – dienst deden als theaters, balzalen, thearooms en hotels. Wil je de hele plaats goed en comfortabel verkennen, pak dan één van de ‘Hop On, Hop Off’ tourbussen die de stad permanent doorkruisen. Op die manier krijg je alle bezienswaardigheden voorgeschoteld zonder je volledig het leplazerus te lopen. De bustickets zijn de hele dag geldig, je kunt dus bij elke bezienswaardigheid uitstappen voor een uitgebreid bezoek.

Cirencester, de stad die de zuidelijke Cotswolds scheidt van de noordelijke, is weer een heel ander verhaal. Deze stad, die ook een Keltisch en Romeins verleden kent, heeft voor het grootste deel zijn middeleeuwse indeling behouden. De plaats wordt in vergelijking met Bath veel minder door toeristen bezocht en is alleen al daarom een bezoekje waard. Cirencester heeft vele verleidelijke troeven, zoals prachtige straatjes, fraaie gebouwen, een imposante oude kerk en een kasteeltuin die open is voor het publiek. Cirencester, dat in de Romeinse tijd Corinium heette en even groot was als Londinium (Londen), heeft in al die jaren niets van zijn voornaamheid en charme ingeboet. Een pracht van een stad.
Een plaatsje dat je als motorrijder ook zeker niet mag overslaan is het Cotswold Motoring Museum in Bourton-on-the-Water. Zoals de naam al laat vermoeden vind je er een stemmig tentoongestelde collectie van oude motoren en auto’s in een museum zoals je er alleen in Engeland aantreft. Van het plaatsje zelf kan overigens hetzelfde gezegd worden. De ondiepe Windrush rivier kabbelt traag en helder door het centrum van het stadje. De bruggetjes hebben er geen leuningen en één straat loopt gewoon dwars door de rivier. Een ‘ford’ noemt men dat in Engeland, wat zoveel betekent als ‘doorwaadbare plaats’. Oversteken, zeker met een motor, doe je pas nadat je het waterpeil hebt gecontroleerd! Vooral na een flinke regenbui kan dat wel eens tegenvallen…
Op gebied van grote herenhuizen en kastelen heeft de Cotswolds regio ook al een naam hoog te houden. Blenheim Palace, het landgoed van de familie Churchill, spant daarbij qua grootsheid zeker de kroon. Reserveer voor een bezoekje aan het landgoed maar het grootste deel van de dag, zoveel is er te zien. De majestueuze gebouwen, vele kunstschatten en uitgestrekte tuinen zijn een motorloos dagje echter helemaal waard.
Ook Berkeley Castle, Stanway House, Sudeley Castle, Kenilworth Castle en Thornbury Castle en tal van andere voorname huizen zijn een bezoekje meer dan waard. De rijke geschiedenis wordt er in begrijpelijke taal uitgelegd, de interieurs zijn ronduit schitterend en de omliggende tuinen zijn een haven van rust en schoonheid. Snowhill Manor, het huis waarin de excentrieke Charles Paget Wade zijn fantastische collectie curiosa heeft ondergebracht, is dan weer het schoolvoorbeeld van een oud, sfeervol Engels landhuis. Stuk voor stuk zijn het pareltjes die ervoor zorgen dat een bezoek aan de Cotswolds je lang bijblijft.
Ook Bibury is zo’n memorabele plaats. Aan de ene kant van de rivier de Coln staan de Arlington Mill en Arlington Row. Het oude fabriekje met het daarnaast gelegen huizenrijtje is na verluid het meest gefotografeerde object van de Cotswolds. Aan de andere kant van de rivier ligt het stemmige, verstilde dorpje van Bibury, dat door zijn ietwat achteraf ligging ontsnapt aan het gros van de kuddes Japanse toeristen, die in de voetsporen van de Japanse keizer Hirohito treden. Deze vorst bezocht in zijn jonge jaren Arlington en dat zorgt nu, tientallen jaren later, nog altijd voor een niet aflatende stroom aan oosterse toeristen.

Een ander pareltje is de Glostershire Warwickshire Railway. De GWSR is een 38 jaar jonge organisatie die een spoorwegtraject van 14 mijl met oude treinstellen en voornamelijk stoomlocomotieven beheert en uitbaat. Een reisje met deze treinen voert je terug naar de tijd toen reizen nog een echt avontuur was, de locomotieven nog dikke wolken rook en stoom uitbraakten, het schrille geluid van de stoomfluit klonk en de lucht vol was van de geur van verbrande kolen. Een comfortabel ritje zo vanuit een van de goed gerestaureerde wagons, wie het geheel echter vanuit een ander perspectief wil beleven, kan ook een plaatsje reserveren op het bestuurdersplatform van de locomotief. Hebben wij ook gedaan en het moet gezegd worden, zo wordt het reizen met een stoomtrein echt een onvergetelijke belevenis. De laaiende vuurgloed uit de boiler als de stoker de kolen erin schept, het schudden van de locomotief, het sissen van de stoom en het stampen van de zuigers onder je voeten; het lijkt nu allemaal heel idyllisch, de stokers en machinisten van voorheen waren echter bepaald niet te benijden.
Door de vele charmante dorpen en steden die je tijdens het rijden tegenkomt, zou je bijna het prachtige, zacht glooiende landschap vergeten waardoor de kronkelende wegen zich slingeren. Grote akkers met graangewassen wisselen af met groene weiden en grote bospercelen. Soms rij je kilometers lang langs een stenen muur die een landgoed afbakent. Vanaf de heuveltoppen heb je een prachtig uitzicht op de streek die een vruchtbare, rijke indruk maakt. Geen wonder dat de mens door de eeuwen heen hier altijd graag heeft willen wonen. Deze streek maant tot rust, en dat zowel op lichamelijk als geestelijk vlak.
De afsluiter van ons bezoek aan Cotwolds wordt gevormd door een bezoek aan Broadway Tower, waar we de wereld aan onze voeten zien liggen. Deze ‘folly’ staat op het op een na hoogste punt van de Cotswolds-heuvelrug, op 312 meter boven de zeespiegel. Het bouwwerk biedt een fraai uitzicht over het landelijke Engeland, een waardige laatste blik over deze werkelijk fantastische regio. De Cotswolds, je kunt het slechter treffen!

INFO COTSWOLDS
Cotswolds is een streek in het zuidwesten van Engeland. Het gebied is ongeveer 140 kilometer lang van zuid naar noord en plusminus 40 kilometer breed. Het hoogste punt, Cleeve Hill, ligt op 330 meter boven de zeespiegel. Het voornamelijk heuvellandschap van de Cotswolds is erkend als een ‘Area of Outstanding Natural Beauty’, buitengewoon mooi dus. Het wegennet bestaat grotendeels uit goed onderhouden tweebaans asfaltwegen. In de echt landelijke gebieden kan de wegbewijzering wat te wensen overlaten, een navigatiesysteem is daarom raadzaam.

Ligging: zuidenwesten van Groot-Brittannië
Grootste plaatsen: Bath, Oxford, Cheltenham en Gloucester
Afstand vanaf Utrecht: 600 km (Oxford, via Calais)
Graafschappen: Gloucestershire, Somerset, Warwickshire, Wiltshire, Oxfordshire en Worcestershire
Oppervlakte: 2.038 km² (iets kleiner dan Flevoland)
Inwoners: +/- 85.000
Hoogste punt: Cleeve Hill (330 meter)
Taal: Engels
Schrift: Latijn
Munteenheid: Pond Sterling (£)
Tijdsverschil: -1 uur

Klimaat: het grootste gedeelte van de Cotswolds ligt op geringe hoogte boven de zeespiegel en de westelijke ligging zorgt ervoor dat het er regelmatig regent. Het regent er echter nooit lang en de temperaturen zijn aangenaam. In de zomer heb je er gemiddeld 11 tot 12 regendagen per maand, terwijl de gemiddelde maximum temperatuur om en bij de 20 graden ligt.
Wetenwaardigheden: in Engeland betaal je met ponden sterling, die kun je simpelweg pinnen. Bijna overal kan je echter ook met je creditcard betalen. Tankstations zijn er meer dan ruimschoots aanwezig, in bijna ieder dorp is er wel eentje. Toch doe je er wel goed aan tijdig te tanken.
Engeland staat niet bepaald als culinair hoogstaand land te boek, toch kun je er over het algemeen prima eten. De meeste pubs serveren heerlijke barmaaltijden, die qua prijs/kwaliteit zeer aantrekkelijk zijn. De prijzen in de restaurants zijn even duur als in België of Nederland.
Overnachten: in de Cotswolds kan je voornamelijk terecht in hotels, vakantiewoningen en B&B’s. Campings zijn er wel maar, maar niet veel. Wil je per se kamperen, dan doe je er goed aan vooraf al te boeken.

INFO: WWW.COTSWOLDS.COM

Lees meer over

Triumph

Gerelateerde artikelen