Column Frank Weeink MP 15-2008
Nooit zo bij stilgestaan wat coureurs voelen als ze al na één rondje na de start binnen moeten komen, omdat de techniek hen in de steek laat. Nooit zo bij stilgestaan, dus. Tot de Bikers’ Classics. Eén rondje. Daar bij bleef het. En het leek zo mooi, die unieke kans om een ex-Renzo Pasolini Harley-Davidson te proberen. Bart Crauwels heeft niet zo veel met Pasolini, zegt hij als ik hem ontmoet op 20 mei. Ook nog eens Paso’s sterfdag, 35 jaar geleden! Nee, die motor, dáár gaat het Bart om. Tweecilinder tweetakt, luchtgekoeld, 96 kilo en 55 pk bij 11.200 toeren. Paso werd er achter Jarno Saarinen tweede mee in het 250 cc-WK van 1972, onder meer dankzij drie GP-overwinningen. “Er is er maar één van in de hele wereld.”Een paar dagen voor het feest op Francorchamps hoor ik van Bart dat hij er zelf niet bij kan zijn. Zijn neef Nico zal me technisch bijstaan en hij zal ook de eerste sessie op zaterdag rijden om te checken of de zich Harley-Davidson noemende Aermacchi fris is. De fiets heeft namelijk voor het laatst gelopen tijdens de Centennial Classic TT van 1998 en tot een interne inspectie is het helaas niet gekomen. Op vrijdag schud ik in het paddock van Francorchamps Nico de hand, een enthousiaste 24-jarige techneut, die zelf met een ex-Walter Villa Harley races rijdt in België, Duitsland en Engeland. Eerder die week heeft hij de Paso-machine aan de praat gemaakt. Klonk goed, zegt hij. Zaterdagochtend duwt hij de Harley aan en binnen tien meter knettert de tweetakt door het paddock. Niet tot ieders vreugde, zo blijkt. Als Nico met het oog op de toerenteller de fiets behoedzaam op temperatuur brengt, komt een mevrouw vragen of dat misschien ook ergens anders kan dan voor haar verkoopstand. Een half uurtje later is het tijd voor de eerste parade waarin Nico mee zal rijden. Zenuwachtig? Een beetje toch wel. De Harley loopt snel en verdwijnt uit het zicht. Maar al na één ronde komt Nico hoofdschuddend binnen. “Niet goed. Hij staat veel te rijk. Is zo niet mee te rijden. Ik moet andere sproeiers proberen. Dan weet ik vanmiddag meer.” We spreken af dat hij die tweede sessie na een paar ronden binnen komt om eventueel de machine aan mij over te geven. Een half uurtje voor de middagsessie neemt de spanning ernstig toe en neem ik de wijk naar het toilet voordat ik m’n pak aantrek. Als ik me na gedane zaken voorover buig om de wc door te spoelen zie ik nog net mijn Ray Ban in de peilloze donkere diepte verdwijnen… De andere sproeiers moeten verbetering brengen, verwacht Nico. Maar na drie ronden komt hij geërgerd binnen. “Hij wil niet, trekt niet door de toeren. Je mag het proberen, je merkt wel wat er aan de hand is. Dan het gas dicht en voorzichtig weer open.” Ik stap op, schakel de eerste versnelling in (rechts èn omhoog) en vertrek uit de pitlane. Man, wat trilt dat, denk ik als de toerentellernaald over de 9.000 gaat. Maar er zit goed gang in. Ik schakel over. Maar het gaat na Eau Rouge flink omhoog en de Harley valt terug in de toeren. Rechts en links flitsen mannen voorbij en ik zoek naar de goede versnelling en het goede toerental. Dan moet ik de eerste rechts-linkse insturen. De machine begint te schudden; Nico had al gezegd dat de voorvorkolie waarschijnlijk niet goed was. Maar erger: de machine komt niet meer boven de 7.000 toeren. Ik zie ze voorbij flitsen – en niet te langzaam: Wil Hartog. Christian Sarron. Carlos Lavado. Eugenio Lazzarini zelfs. In wat voor surrealistisch tafereel ben ik terechtgekomen? Nico komt op de 350 naast me rijden en probeert met handgebaren duidelijk te maken wat ik moet doen. Niets helpt en ik weet niet of het links of rechts moet zoeken. en ik pruttelend bereik ik – ongeschonden – de pitlane. “Voor morgen zet ik er andere bougies in”, zegt Nico. “Ik durf ‘m niet nóg armer te zetten. We hadden eigenlijk ergens een dagje moeten testen”, zegt hij. “Met de 350 ben ik ook een jaar bezig geweest voordat hij goed liep.” Hij baalt net zo als ik.Vroeg in de avond besluit ik dat ik het die zondag niet meer ga proberen. De verwachte regen (die uitblijft, zo blijkt later…), de gevoelige techniek, de tien jaren in stilte, de unieke status van de machine en de wetenschap dat de andere parademannen over nét wat meer circuitkennis beschikken dan ik zorgen er voor dat ik een voortijdige streep onder mijn Bikers’Classics-avontuur zet. “Wil je het morgen niet nog eens proberen”, vraagt Nico. Ik bedank er voor.Op het terrein naast de MotoPlus-bus zet de band een Stones-oudje in. “You can’t always get what you want.”Ik start de bus en vertrek. Frank WeeinkFoto’s Rein van der ZeeMotoPlus-redacteur Frank Weeink verslaat samen met Corné Klijn de GP’s voor RTL7 [[3 Bilder Ohne BU’s. Bild 3 ist reserve, nur wenn genugend Platz]]