Bougies vervangen
Nieuwe vonkenHet vervangen van bougies is een eenvoudige klus. Maar wel eentje die je met gevoel moet doen. Bougies steken met hun neus in de verbrandingskamer, om met hun vonk het brandbare mengsel te ontsteken. Bij 10.000 tpm moet die bougie ruim 80 keer per seconde vonken. Door dat vonken slijten de electrodes en dien je ze af en toe te vervangen. In het instructieboekje staat wanneer: bij oudere machines kan dat bijvoorbeeld om de 12.000 km zijn, terwijl modernere machines vaak wel 24.000 of 36.000 km met de bougies kunnen doen. Deze bougies zijn dan echter ook veel duurder. Soms kun je makkelijk bij de bougies, soms moet je de stroomlijn en/of de tank demonteren. Kijk voor je begint even goed hoe de bougiekabels lopen en zorg ervoor dat straks de juiste bougiedop weer op de juiste bougie komt. Markeer de bougiedoppen desnoods met een stift of een stukje tape. [1] Modernere motoren hebben steeds vaker in de bougiedoppen geïntegreerde bobines. Maak dan eerst de stekkertjes los, voordat je de bougiedoppen verwijdert. Trek vervolgens de bougiekappen los van de bougie. Vaak zit er vuil om en nabij de bougiekokers. Blaas dus met perslucht of met een fietspomp de directe omgeving van de bougies schoon. Als je de bougies er meteen uitschroeft, loop je de kans dat het vuil in de verbrandingskamer valt, met schade aan cilinder, zuiger en/of kleppen als gevolg. Vervolgens draai je de bougie eruit. [2] Leg de bougies neer in cilindervolgorde. Als een bougie defecten vertoont, weet je tenminste meteen uit welke cilinder deze komt. Controleer de bougie-elektroden op slijtage. Zowel de centrale als de massaelektrode moet scherpe, rechte zijkanten hebben en overal even dik zijn. Let op overmatige aanslag en beschadigingen aan de isolator rond de centrale elektrode. Als één van de bougies een duidelijk andere kleur heeft, is dat een teken dat de verbranding in die cilinder afwijkt door een mankement aan de carburatie of het ontstekingssysteem. Bekijk de staat van de bougie en meet de elektrodeafstand op door middel van voelermaatjes. [3] Als deze afstand niet goed is, kun je hem voorzichtig aanpassen: als hij te ruim is, tik je heel voorzichtig tegen de massaelektrode. Om de afstand te vergroten bestaat er speciaal gereedschap, maar met gevoel kan het ook wel met een kleine schroevendraaier, maar doe dit wel heel voorzichtig. Reinig gebruikte bougies met een speciaal koperen borsteltje. Als de bougies goed zijn, kun je ze weer monteren, maar als je twijfelt doe je er verstandig aan om ze te vervangen door nieuwe. [4] Controleer altijd wel goed of je de juiste bougies voor jouw motor hebt: er zijn duizend-en-één verschillende types qua schroefdraad, warmtegraad en lengte. En er is er eigenlijk maar ééntje die precies bij jouw motor past. Voordat je nieuwe bougies monteert, controleer je ook altijd de elektrodeafstand en stelt deze goed af. Kijk verder even naar de bovenkant: soms past de bougiedop op een stukje schroefdraad, soms heb je een klein adapterdopje nodig, die wordt meegeleverd met de nieuwe bougie (desnoods draai je hem van de oude bougie af). Elke bougie is voorzien van een speciale afdichtingring, waardoor hij gasdicht in de cilinderkop komt te zitten. Een likje kopervet op de schroefdraad zorgt ervoor dat de schroefdraad van de bougie makkelijk draait en je de bougie bij de volgende wissel weer goed los kunt maken. Tevens zorgt het kopervet voor een goede warmteafvoer naar de cilinder. Draai de bougies er bij voorkeur met de hand in: ze moeten soepel draaien totdat de afdichtingring tegen de cilinderkop aanligt. Alleen als het echt niet anders kan, gebruik je direct een bougiesleutel. Maar wees voorzichtig, want als je scheef begint, verniel je de kwetsbare schroefdraad. Nadat de bougies handvast zijn gedraaid, draai je ze vast met een bougiesleutel [5]. Vuistregel is dat een bougie op het moment dat de afdichtring aanligt nog een kwartslag aangedraaid moet worden, maar beter is het om ze met de juiste aanhaalspanning vast te zetten met een momentsleutel. Draai je de bougie te vast, dan kun je de schroefdraad vernielen, draai je hem niet vast genoeg, dan krijg je lekkage, vermogensverlies en een oververhitte bougie. Druk de bougiekap tot slot weer goed vast op de bougie, monteer alle onderdelen en laat de motor even lopen ter controle. Tekst: Tonny van der Spoel M.M.V. Arjan Brouwer Trading | Foto’s: Rein van der Zee