Bandentest: Bridgestone AT41
Bij de introductie van een band draait het logischerwijze om zaken als: grip, tractie, levensduur en werkelijk altijd om de hoogst geheime hightech compound. Bridgestone voegt bij de AT41 een nieuwe component toe: marketing. Met een verbazingwekkend resultaat.
Kijk naar de AT41 en welke gedachten komen direct in je op? Inderdaad; die van lange avontuurlijke reizen door verschroeiend hete landen. Trips waarbij enorme stofwolken achter jouw motorfiets hangen en waarbij achter elke bocht gevaar of juist avontuur lonkt. Het ouderwetse Camel-Trophy gevoel als het ware. Dat is precies wat Bridgestone ons voorschotelt tijdens hun ‘From ocean to desert-tour’. Ofwel van het mondaine San Sebastian tot aan de droge woestijn van Bardenas en terug. Heen- en terugreis zijn samen goed voor 650 kilometer verbazing over de schoonheid van dit deel van Spanje en over de nieuwe band. Niets is namelijk wat het lijkt.
Bij de ontwikkeling van een nieuw profiel staan voor ontwikkelaars normaal zaken als waterafvoer en grip centraal, maar Bridgestone voegt daar de component marketing aan toe. Dat ruige en stoere noppenpatroon dient namelijk maar een doel: avontuurlijke gevoelens bij de rijders van allroads aanslingeren. Tot zo ver niets vreemds: er zijn meer grofgenopte banden waarbij je direct wegdroomt. Alleen rijdt 99 procent van de mensen met zulke banden onder hun motoren amper of helemaal niet onverhard. Ze houden alleen zielsveel van de ruige uitstraling die het woeste rubber hun motorfiets geeft. Laten we eerlijk zijn: allroads knappen er ook echt van op. De AT41 is geknipt voor de categorie mensen die vooral op straat rijdt, maar die graag anders doet voorkomen. Deze band heeft de uitstraling van een ruige jongen, maar is een straatband met keurige manieren. De ideale schoonzoon met het voorkomen van de bad guy.
Bridgestone positioneert de AT41 tussen de A41 (met een regulier straatprofiel) en de AX41 (die met zijn enorme noppen over echte offroadcapaciteiten beschikt). Wie verwacht dat de nieuwkomer qua prestaties ook ongeveer tussen de A41 en AX41 bungelt heeft het mis; de AT41 schurkt niet alleen tegen straatband A41 aan, hij overtreft hem zelfs op sommige vlakken. Soms als alle zekerheden wegvallen snap je even niets meer van het leven. Hoe kan een band met zo’n noppenprofiel net zo goed presteren als een pure straatband? Het antwoord op die vraag blijf ik je schuldig, maar dat er niets van is gelogen weet ik wel.
De compound van de band is gelijk aan die van de sport-toerband T32, dat verklaart iets van de grip. De droge eigenschappen van de A41 en AT41 zijn volgens Bridgestone gelijk. Ook offroad doen ze – ondanks het stoere uiterlijk van de nieuwe band – niet veel onder voor elkaar. Bridgestone drukt het duo een 80% onroad / 20% offroad-stempel op, maar blijf toch vooral ver weg van vette klei en modder. Zoek zoals wij liever de kurkdroge wegen op van Noord-Spanje. Op een punt overtreft de nieuwkomer de A41: de prestaties in de regen. De vele regelmatig geplaatste groeven verhogen de waterafvoer. Toch blijft het opmerkelijk dat deze band net zo presteert als de uitgedokterde straatband A41. Eventuele verschillen kunnen zich mogelijk voordoen – blijkt na wat navragen – bij het remmen en de stabiliteit. Om maar direct met de deur in huis te vallen; in de praktijk hebben we daarvan niets gemerkt.
De voorband (in vier typische allroad-maten) bestaat uit één compound, voor de achterband (vijf maten) gebruikt de Bridgestone de zogenaamde 3LC-constructie. De hardere compound in het midden van de band verlengt de levensduur, de zachtere compound aan de schouders verhoogt de bochtengrip. Verdere typische Bridgestone-technieken zijn de: RC Polymer technologie die de silicadeeltjes gelijkmatig over de band verdeelt voor een goede natte grip en levensduur. Bij de High Tensile Super Penetrated Cord vormen meerdere in rubber gecoate staaldraden samen één koord. Dat is goed voor een extra stabiliteit op hoge snelheid, schokdemping en levensduur. Overigens gebruikt Bridgestone een enkele karkasdraad om de band lichter te maken. De Silica Rich Compound verhoogt de grip bij koude banden of regen.
Dat werkelijk helemaal niets is wat het lijkt, blijkt als onze voorrijder vanaf de eerste meter als een speer uit de startblokken schiet. Wat op het eerste gezicht een charmante Française lijkt, blijkt een snelheidsduivel die al haar hele leven racet, bij de 24-heures van Le Mans op het podium stond en deelname aan de Isle of Man overweegt. Dat ze noodgedwongen als Gaston Rahier wegrijdt, maakt het verhaal alleen maar mooier.
Mooier dan de route die Bridgestone ons voorzet, wordt het niet. Op dag één rijden we met de lichte allroads (Yamaha Ténéré 700, KTM 890 Adventure, Husqvarna Norden en BMW F850GS) over de mooiste en immer kronkelende wegen. Soms korte bochten, dan weer overzichtelijke snelle lange slingers, maar bijna altijd op asfalt van topkwaliteit. Op naar schatting drie haarspeldbochten na, hadden we overal ons rijbewijs kwijt kunnen raken. De benzineconsumptie van de T7 bewijst de pittige gemiddelde snelheid. Waar mijn eigen Ténéré 700 bij slome Hollandse snelwegritten goed is voor 1:25 loopt dat hier op naar 1:15. Het doet de banden werkelijk he-le-maal niets. Niet een keer doet zich ‘een momentje’ voor. Bocht uit zweven de voorwielen van de KTM en Husqvarna regelmatig iets boven de grond, maar de achterbanden behouden altijd hun grip. Het insturen en het steeds dieper inleunen gaan voorspelbaar en gelijkmatig. Grip, stuurprecisie en gevoel; alles is er in overvloed. De bejubelde natte eigenschappen komen amper aan bod. In het toverachtige bos van Peñas de Aya liggen sommige stukken weg er nat bij, maar dat is voor de voorrijdster geen argument om het gas te lossen. Terecht, de banden geven ook hier geen krimp en behouden hun innige relatie met het asfalt.
Dag twee gaat over net zulke fraaie wegen als de heenweg. Alleen zitten we niet meer op lichte allroads, maar op de dikke jongens als de: BMW R1250GS. KTM 1290 Adventure R, Honda Africa Twin, Ducati Multistrada V4 en de Harley-Davidson Pan America. Mogelijke angst dat deze pk-pakhuizen met hun scherpe tanden de noppen van de banden afscheuren kan bij het oud-vuil. Ook bij de 170 pk van de Ducati of 160 pk van de KTM vinden de AT41’s altijd grip. De traction control maakt overuren, maar het motorische geweld lijkt de Bridgestones amper te deren. Ook tot op stevige hellingshoeken blijven ze grip bieden en ook op de dikke fietsen is de voorspelbare stuurkarakter van de banden een heerlijkheid.
Natuurlijk doen we ook een paar stoffige onverharde wegen aan. Het levert mooie plaatjes op, maar eerlijk gezegd slecht een Honda Goldwing dit soort gravelwegen ook nog. Toch doet het niets af aan het avontuurlijke en vrije gevoel dat zich op dat soort verlaten stoffige wegen meester van je maakt. Als we na een supersonische terugreis van zo’n driehonderd kilometer weer eindigen bij de ‘ocean’ is dat vol euforie. De verstikkend warme motorjassen mogen uit, flessen water gaan gulzig naar binnen terwijl we intens gelukkig zien hoe de blauwe zee in wit schuim kapot slaat op de rotsige kust. Met de AT41 verkoopt Bridgestone niet alleen een motorband, maar ook een goed verhaal. Dit is meer dan zwart, rond en rubber, deze band belichaamt waarnaar zo velen van ons naar op zoek zijn. Dat de AT41 vervolgens onder alledaagse omstandigheden meer dan prima presteert, lijkt een bijvangst, maar dat is het niet voor een avontuurlijk ogende band die voor 99% zijn kilometers op asfalt wegmaalt.