Arnoud Snoeijer en zijn Chicane III
« Terug naar Mijn TrotsEen motor met naafbesturing van Nederlandse makelij? Zoiets kom je maar zelden tegen. In het geval van de ChiQane III helemaal, want daar bestaat er maar één van en die is in bezit van Arnoud Snoeijer. “Overal waar ik kom trek ik veel bekijks. Opvallend genoeg zijn het altijd mannen die naar me toe komen, nooit vrouwen.”
“Dat ik deze ChiQane III zo’n tien jaar geleden heb kunnen kopen, komt omdat ik in 2000 betrokken ben geweest bij de ontwikkeling van het tweede prototype. Ik studeerde destijds aan de HTS in Den Haag voor productontwikkelaar en zocht een bedrijf voor mijn afstudeerproject. Omdat ik altijd al een passie had voor motoren, wilde ik iets in die hoek vinden. Naar aanleiding van een artikel dat ik las over de ChiQane I besloot ik contact te zoeken met Roel van der Heide, de bouwer en eigenaar van ChiQane Motorcycles. Die zag dat wel zitten, dus was ik welkom in IJmuiden en heb ik ongeveer driekwartjaar met hem samengewerkt. Mijn focus lag daarbij op de kuipdelen. Uiteindelijk ben ik geslaagd en elders komen te werken, maar ondertussen ben ik wel steeds in contact gebleven met Roel. Want ja, het is toch een heel bijzondere motor. Op het moment dat ik de kans kreeg de ChiQane te kopen, hoefde ik dan ook niet lang te twijfelen. Ondertussen zat de machine al wel in zijn derde prototype-fase. De ChiQane II, waar ik dus aan gewerkt hebt, bestaat zelfs helemaal niet meer. Die is volledig uit elkaar gehaald. Een flink aantal onderdelen zijn gebruikt voor de ChiQane III, maar mijn kuipdelen helaas niet. Misschien wel jammer, maar dat maakt de motor niet minder speciaal. Het meest bijzondere aan de motor blijft immers de naafbesturing. En die werkt, kan ik uit ervaring zeggen, echt heel goed. Dat komt door het technisch vernuft en lef van Roel. Hij durfde destijds een motor te ontwerpen zonder conventionele voorvork. Helaas voor hem, bleek dat de consument die keuze wat minder makkelijk maakt, het gevolg is dat de ChiQane commercieel gezien nooit echt van de grond is gekomen. Zonde eigenlijk, want het rijdt heerlijk. Grote voordeel is ook dat de geometrie van de motor niet verandert als je remt. Hij duikt niet. Dat zorgt ervoor dat je ook in een bocht nog eenvoudig bij kunt sturen. Daarnaast heeft Roel een systeem ontwikkeld waardoor de naloop van de motor aan te passen is, wat inhoudt dat je het stuurgedrag van de machine perfect op je wensen kunt afstellen.”
“Of er dan helemaal geen nadelen zitten aan het rijden van zo’n unieke motor? Toch wel. Mocht ik een keer schade rijden aan mijn voorwiel of ophanging, dan kan ik niet even naar de garage om de hoek. Dat is dan ook de reden dat ik de afgelopen twee jaar al niet meer op het circuit heb gereden. Ik heb er toch een beetje schrik voor gekregen. Neem de voorvelg. Daar zijn in de tijd speciale mallen voor gemaakt bij Dymag in Engeland. Helaas is het bedrijf in de crisis failliet gegaan waardoor ze alle oude matrijzen van de hand hebben moeten doen. Gelukkig heb ik, toen ik de motor kocht, ook meteen alle 3D-cadtekeningen er van Roel bijgekregen. Maar als ik schade rijd, dan zal ik dus een compleet nieuwe mal moeten laten maken. Dan heb je het toch wel over een paar duizend euro. Als je het goed bekijkt is het eigenlijk best bijzonder dat je samen met de motor ook meteen alle kennis koopt, maar dat komt uiteraard ook wel een beetje omdat ik er gewerkt heb. Daarnaast weet Roel wel dat ik er geen andere dingen mee ga doen.”
“Het leuke aan de motor is daarnaast dat hij altijd enorm veel bekijks trekt. Soms zelfs zo veel dat je er haast een beetje gek van kan worden. En altijd mannen hé. Haast bij iedere tankstop kan ik mijn verhaal doen. Dat was zo’n drie jaar gelden, toen ik met de motor naar The Isle of Man was, helemaal erg. Overal waar ik kwam, trok ik direct bekijks. Af en toe moest ik zelfs even wachten tot mensen klaar waren met bewonderen voor ik weer verder kon rijden. Dan bleef ik maar een beetje op afstand staan, anders kon ik er meteen weer een kwartier kletsen. Nu, na tien jaar op de ChiQane te hebben gereden is het overigens wel een keer tijd voor wat anders. Dus als ik iemand vind die net zo gek is met de motor als ik, dan ben ik best bereid hem te verkopen. Niet omdat ik op de ChiQane III ben uitgekeken, maar meer omdat ik benieuwd ben naar de rest. Daarnaast is deze motor echt ontworpen als racefiets. Heerlijk voor op het circuit, maar voor een dagje Eifel niet altijd de meest optimale keuze. Als alternatief heb ik daarom ondertussen een oud offroadje gekocht, een Suzuki SP370 uit 1978. Echt heel wat anders.