+ Plus

Alpenmasters 2024 – Modern Classics

Modern classics combineren, zoals de naam al aangeeft, retro-charme met moderne techniek. Het resultaat is doorgaans: toegankelijke motoren met een goedmoedig karakter. Dat zijn prima ingrediënten voor lekker sturen in de Alpen, dus naar dit treffen keken we vooraf met extra nieuwsgierigheid uit.

Een eindje voorbij Trafoi, aan de voet van de Passo dello Stelvio. Met name in de vrij matig geasfalteerde en nekverdraaiende krappe haarspeldbochten ben je dankbaar voor elke kilo minder motorfiets. Fijn dus dat onze twee vertegenwoordigers van de categorie ‘modern classics’ echte lichtgewichten zijn. De nieuwe Triumph Scrambler 400X zet met volle tank 183 kilo op de schaal. De Husqvarna Svartpilen 401 gaat daar zelfs nog duidelijk onder, met een afgetrainde 165 kilo.

Qua concept liggen ze zelfs nog een stuk dichter bij elkaar dan bij het gewicht. Beide motoren hebben een net geen 400 cc metende eencilinder onder de tank, ze vallen binnen de regels voor het A2-rijbewijs en ze benutten het daar toegestane maximale vermogen vrij goed, zeker de 45 pk sterke Svartpilen 401. Ze worden zelfs grotendeels in dezelfde fabriek gebouwd. En nee, dit is geen typefout! KTM produceert al geruime tijd haar 390-modellen en nu ook de Svartpilen in India, bij Bajaj, dat sinds kort ook partner is van Triumph.

Ondanks dat deze motoren in dezelfde fabriek worden geassembleerd, hebben ze echter totaal verschillende karakters. Het blok van de Svartpilen is de Euro5+-conforme LC4c-eencilinder van KTM, nu 399 cc zoals ook gebruikt in de 2024 390 Duke. In de RC390 en 390 Adventure zit nog steeds het 373cc-blok met kortere slag. De eenpitter draait graag toeren en trekt vanaf zo’n 5.000 toeren enthousiast richting de begrenzer bij circa 10.300 toeren. Commando’s van het gashendel worden nauwkeurig en direct omgezet in actie en hij verteert ook een laagtoerige rijstijl verrassend goed. Qua elektronica doet de kleine Husqvarna bovendien weinig onder voor zwaardere motoren: hij heeft twee rijmodi en een hellingshoekafhankelijke tractiecontrole die in twee niveaus is in te stellen.

De Scrambler 400X is een stukje bescheidener. Eén rijmodus moet voldoen om ook de hobbelige bergwegen in deze Alpenregio te bedwingen. Dat doet de Scrambler iets rustiger aan dan de Svartpilen, wat echter geen grote verrassing is. De even grote eencilinder levert volgens opgave 5 pk minder dan de Svartpilen en hij moet 18 kilo meer meeslepen. Zijn 40 pk’s zijn echter ruim voldoende om zelfs op steile klimmen nog probleemloos in te halen. De 398cc-eencilinder is een nieuw ontwikkeld blok en hij ontplooit zijn vermogen merkbaar meer lineair dan de LC4c van de Svartpilen. Met name onder de 5.000 toeren is de Triumph duidelijk sterker, maar hij bouwt bovenin ook eerder af. De Scrambler piekt volgens opgave bij 8.000 toeren (in onze meting zelfs al bij 7.700), terwijl de Svartpilen vol doorgaat tot dik 10.000 toeren, met een mooi brede top (zie grafiek). Het Triumph-blok excelleert juist onderin en hij loopt voor een eencilinder ook opvallend mooi rustig en welgemanierd bij lage toerentallen.

Nu echter snel weer naar wat hogere toerentallen. Als je deze lichte neo-retro-motoren vlot over een pas wilt jagen, moet je ze wel op toeren houden. Door hun korte gearing en relatief dicht op elkaar liggende versnellingen moet je veel schakelen, wat ook logisch is: je doorloopt hier in de bergen al een veel groter deel van het totale snelheidsbereik dan op motoren met dik over de 100 pk. Bij de Svartpilen wordt het vele schakelen geholpen door een quickshifter, compleet met autoblipper voor terugschakelen! Bij de Scrambler ligt de klemtoon bij ‘modern classics’ meer op het tweede woord, hij doet het gewoon zonder quickshifter.

In het algemeen doet de Triumph alles iets kalmer aan dan de Husqvarna en mikt hij vooral op rijcomfort. Dat zie je ook terug in de zachtere vering, die zeker op ons huidige testterrein zeer aangenaam en rug- en zitvlak-ontzienend is. De Husqvarna is duidelijk steviger geveerd en gedempt, maar geeft wel meer gevoel in de voorkant. Op grond van het brede stuur zou je kunnen denken dat de Scrambler zich wat makkelijker laat insturen dan zijn opponent, maar het tegendeel is waar. Vooral bij het bocht in gaan voelt de Triumph wat bokkig aan, hij wil met de rem erop liever rechtdoor dan de bocht in, terwijl de Husqvarna gewillig en zonder weerstand plat gelegd kan worden. Eenmaal plat gelegd liggen beide motoren strak in de bocht zonder de bocht verder in te willen vallen. De Scrambler heeft wel iets meer druk op het stuur nodig om hem op de gewenste lijn te prikken.

Wanneer we bergaf in de ankers gaan, vertraagt de Husqvarna behoorlijk, de remmen zijn goed doseerbaar en het drukpunt blijft zelfs bij lange afdalingen constant. De voorrem van de Scrambler voelt daarentegen wat vaag aan. Je moet het remhendel met alle vier vingers stevig inknijpen en dan sta je alsnog later stil dan op de Svartpilen. Daar is ruimte voor verbetering. Qua ergonomie is er echter weinig op de Triumph aan te merken: het bredere stuur en het hogere zadel zorgen voor een rechte zithouding en maken de Triumph heel comfortabel. De Husqvarna is sportiever, met een voorwielgeoriënteerde, compacte zitpositie en smaller stuur. Het is vooral je persoonlijke smaak die bepaalt wat beter is. Als we echter droog naar de feiten kijken, weet de Svartpilen over de hele linie te overtuigen. Het pittige blok met de uitgebreide elektronische voorzieningen, het lichtvoetige en stabiele stuurgedrag en niet in de laatste plaats het betere remsysteem leveren de Husqvarna de eindzege op en daarmee een plek in de finale.

Conclusie
Triumph’s kersverse Scrambler 400X maakt zondermeer een prima debuut in de categorie van A2-geschikte modern classics. De jonge Brit is echter nog wat nat achter de oren; hij heeft bepaalde grillen als een ietwat tekort schietend remsysteem en een niet helemaal optimaal stuurgedrag (wat met andere banden of wat kleine aanpassingen aan de vering wellicht verbeterd kan worden). Husqvarna’s geoptimaliseerde Svartpilen 401 voelt daarentegen goed doorontwikkeld aan. Hij stuurt heel gemakkelijk, draait gretig toeren en biedt daarbij ook een uitgebreider totaalpakket.

Gerelateerde artikelen

Direct meer lezen? Neem een jaarabonnement
  • Direct toegang tot het digitale archief met meer dan 350 magazines.
  • 24 uitgaven per jaar
  • Elke twee weken thuis in de bus
Direct toegang aanvragen
Een jaar MotoPlus voor slechts 55,-