Alpenmasters 2024 – Adventures XL
Zowel de Honda Africa Twin als de BMW boxer-GS (in diverse generaties) behoort tot de motoren die je heel veel tegenkomt in de Alpen. Sinds dit jaar is de Africa Twin er voor het eerst met een 19-inch voorwiel en de BMW GS voor het eerst met 1.300cc-blok. Welke van deze twee gaat door naar de finale?
De BMW R1300GS heeft geen gemakkelijke taak: hij moet in de voet- c.q. wielsporen treden van de uiterst succesvolle R1250GS en diens voorgangers. De R1250GS werd in 2020 tot Alpenkoning gekroond en dat is ongetwijfeld ook de doelstelling van de 1300, hoewel hij als ‘meest sportieve GS ooit’ bij het koperspubliek tot nu toe niet louter bejubeld werd. Zoals wij zelf in de directe vergelijking met de 1250 konden vaststellen, schoot het tot nu toe altijd veelgeprezen comfort van de GS er bij de nieuwe generatie een beetje bij in. En dat is een aspect waarin de Honda Africa Twin (sinds dit jaar met kleiner 19-inch-voorwiel) zoals bekend juist uitblinkt. Kan deze grote Japanse adventure wellicht de deur naar de finale voor de neus van de R1300GS dichtslaan?
Qua gebruiksvriendelijkheid alvast niet, dat is al duidelijk voordat de motoren überhaupt gestart zijn. Voor het aanpassen van de motormapping, tractiecontrole, ABS enzovoorts heb je in het verwarrend opgebouwde menu van de Honda zowat een IT-studie nodig, en om de knoppen op het stuur trefzeker te bedienen een pilotenopleiding. Het configureren van een rijmodus naar je persoonlijke voorkeur is ongeveer even gecompliceerd als de volledige typeaanduiding van deze motor: Honda CRF1100L Africa Twin Adventure Sports ES DCT. Hiermee vergeleken is niet alleen de naam van de BMW R1300GS een stuk gemakkelijker, maar ook de logische menustructuur van de BMW-elektronica een weldaad. Ook al geeft de nieuwe multifunctionele tuimelschakelaar voor het regelen van bijvoorbeeld de hoogteverstelling van de ruit of de handvat- en zadelverwarming toch ook wel enige verwarring.
Na een aantal minuten is het dan toch gelukt om de Honda en BMW te configureren en kunnen we beginnen aan dat waar het om gaat: het rijden. Om de met DCT (Dual Clutch Transmission) uitgeruste Africa Twin in beweging te zetten, hoef je noch een koppelingshendel in te trekken, noch een schakelpedaal te bedienen (beide niet aanwezig), maar enkel links op het stuur op de knop ‘D’ te drukken en gas te geven. De Honda laat vervolgens automatisch subtiel de koppeling opkomen en rijdt vloeiend weg. De bullige paralleltwin met 1.084 cc inhoud heeft er weinig moeite mee dat de elektronica er haast mee heeft om naar de hoogste versnelling te schakelen. Totaal relaxed tokkel je dus onder een laagtoerig geblaf richting de bergpas. Daar aangekomen treden echter al de eerste moeilijkheden op, want om uit een haarspeldbocht fatsoenlijk te kunnen accelereren, zit je telkens minstens een versnelling te hoog. Als je overschakelt naar de Sport-modus van het DCT, schakelt het systeem echter pas onnodig laat op, wat het rijcomfort niet bepaald ten goede komt. Gelukkig heb je ook de mogelijkheid om zelf te schakelen met de flippers op het stuur. Dat werkt op paswegen het beste, zeker als je bergaf ook de motorrem wilt (en moet) benutten.
Als je er eenmaal aan bent gewend om in de hele krappe hairpins met het gas en de achterrem de trekkracht te doseren, gaat ook dat krappe keren goed en zonder lastwisselreacties. Een werkelijk voordeel heb je hier van het DCT echter niet, vooral niet in vergelijking met de aandrijflijn van de BMW R1300GS. Diens boxermotor met Shiftcam-systeem loopt al vanaf stationair vloeiend rond en gaat zo zachtmoedig op het gas, dat je ook in krappe hairpins nooit de koppeling hoeft te gebruiken. Als je vervolgens het gas verder opendraait om de motor op te richten, wordt de boxer van heel zachtmoedig al snel machtig sterk. Het is indrukwekkend hoe hard de 1,3 liter grote twin er al vanuit lage toerentallen aan sleurt. Bij de acceleratiemetingen bergop met passagier tilt de R1300GS als enige van alle motoren in deze 2024-Alpenmasters spontaan het voorwiel op. Bovendien zijn er geen kantelmoment, cardanreacties of storende trillingen, en ook al schakelt de versnellingsbak erg grof en luidruchtig: de totale aandrijflijn van de BMW zet die van de verhoudingsgewijs tamme Honda in de schaduw.
Zo duidelijk ligt het echter niet bij het stuurgedrag. Althans niet nadat we de op Metzeler Karoo 4-noppenbanden aangeleverde Honda hadden overgezet op de standaard gemonteerde Bridgestone A41’s. Op de grof geprofileerde 50/50-banden (zoals op de foto’s te zien) had de Honda gewoon geen kans gehad, aangezien die noppenbanden op asfalt niet zijn opgewassen tegen de 265 kilo plus rijder. Op straatbanden daarentegen gaat de Africa Twin lichtvoetig de bocht om, en ondanks het zeer zacht afgestemde elektronisch geregelde veersysteem is ook de feedback prima in orde. Als je met de Africa Twin soepeltjes de pas beklimt, ontstaat er in het zadel een ontspannen gevoel. Een heel direct of zelfs sportief gevoel mag je daarbij echter niet verwachten.
Bij de R1300GS daarentegen wel! Wendbaar en neutraal laat hij zich op zijn Metzeler Tourance Next 2-banden omgooien van de ene in de andere bocht, en hij beklimt elke pas sneller en moeitelozer. Rijdend voelt hij duidelijk lichter aan dan de weegschaal aangeeft (256 kilo met volle tank). Bergaf heeft hij bovendien voordeel van zijn Telelever-voorvork, waardoor de voorkant niet induikt tijdens remmen, waarbij de GS bergaf ook beter stuurt dan ooit tevoren (die remmen vertragen trouwens uitstekend en het ABS regelt fijn af). Ook in de zachte veringmodus ‘Road’ is de GS precies op zijn lijn te prikken. In deze modus is het comfort groot, ook al zijn scherpe hobbels in het harde zadel voelbaar.
Op de werking van de hulpelektronica valt bij beide dikke adventures niks aan te merken; tractiecontrole en ABS werken allebei op hoog niveau. Bij de GS is het aan te raden om de door een radarsensor aangestuurde ongevalswaarschuwing te deactiveren. Bij het rijden op deze bergwegen met haarspeldbochten ziet het systeem anders telkens weer een gevaar dat er niet is, en gaat het zelfstandig in de ankers onder begeleiding van een hele discoverlichting op het dashboard. Dit op de snelweg zinvolle systeem gaan we voor de finale dus uitschakelen, want daar gaat de GS heen, na een duidelijke winst op punten tegen de Africa Twin. Zal de 1300 de volgende Alpenkoning met boxermotor worden? Acht tegenstanders zullen daar zo hun bezwaren tegen hebben.
Conclusie
Op paswegen is het blok van de R1300GS een machtig wapen. Er is in de hele 2024-Alpenmasters geen motorblok met meer punch en vloeiender lastwisselingen. Daarbij tilt de nieuwe Evo-Telelever-voorvork de stuureigenschappen bergaf naar een heel eigen niveau. De comfortabele Africa Twin heeft bij ontspannen toeren zijn voordelen, maar wordt in totaliteit toch ruim geklopt.