Harley-Davidson Fat Bob
Laag, minimalistisch en een vette voorband, het is al jaren het basisrecept onder het succes van de Harley-Davidson Dyna Fat Bob. Voor dit modeljaar kreeg de FXDF een kleine make-over.
De meest in het oog springende verandering is het wulps uitgevoerde achterspatbord, die het Bobtail-spatbord aflost. Tegelijkertijd is het een verwijzing naar de FX Superglide uit 1972, maar het roept ook herinneringen op aan bijvoorbeeld een Suzuki GSX1100E uit de vroege jaren tachtig. Het prikkelt in ieder geval de zinnen, net als de speelse achterlichten met LED-circkels en revolver-look.
En verder? Het zadel heeft een meer comfortabele vorm en een sportief overtrek met contrasterende naden. Aha! En de diagonale bestickering op de tank moet juist voor een dynamisch effect zorgen. Okay! Veel onderdelen zijn in dit nieuwe modeljaar in diep zwart uitgevoerd: luchtfilterhuis, de onderzijde van de vorkpoten, accucover, klepdeksels en de kroonplaten. En de uiteinden van de beide uitlaatdempers zijn niet langer schuin maar recht afgezaagd.
De Fat Bob rolt op zwarte 16 inch lichtmetalen schijfwielen. Ze zijn voorzien van zilverkleurige velgringen en een gelaserd opschrift. Net als voorheen ligt er om het achterwiel een 180-band en voor een 130. Het zijn echter geen Michelins meer maar Dunlops. Alles voelt heerlijk degelijk aan, van de metalen spatborden tot aan de dikke hendels. De bekabeling van de armaturen is mooi clean in het verchroomde Drag Bar stuur weggewerkt. Dat stuur is ver naar achteren gebogen en conisch van vorm. Bijzonder mooi: uitsparingen in het achterste hitteschild geven zicht op de rvs uitlaatbochten er onder.
Toerenteller en versnellingsindicator zitten verstopt in een LCD-scherm op de tank. De voetsteunen zijn ver naar voren geplaatst, waardoor de benen behoorlijk gestrekt moeten worden. Het 69 centimeter lage zadel heeft een echte Dragster-look maar biedt veel ondersteuning. Een passagier komt er traditiegetrouw een stuk bekaaider af. Het blok klinkt goed, tenminste met de Amerikaanse uitlaten. Doffe klappen, maar zeker niet te luid. De versnelling vallen met een luide klap op hun plek, dat schijnt zo te horen. De zwarte 1.7 liter V-twin reageert zacht maar direct op het gas. Heerlijk onderhoudsvriendelijk is de tandriemaandrijving.
De Twin Cam 103 is goed voor 79 pk en 132 newtonmeter koppel, meer dan genoeg om de rijklaar 321 kilo Amerikaan met elan voort te bewegen. En bovendien ligt de Fat Bob als een huis op de weg. De voorvork is zacht gedempt en overwegend comfortabel. De extreem korte achterschokbrekers (veerweg 55 millimeter!) zitten stukken eerder aan hun grens. Op mooi egaal wegdek is dat geen probleem, maar hobbels verteren ze stukken minder goed.
De Harley vraagt wat nadruk op het stuur om een bocht aan te snijden, maar is verder verrassend wendbaar voor zo’n kolos en blijft keurig op de lijn. Grondspeling? Is er, maar uiteraard in beperkte mate. De drie schijfremmen, standaard voorzien van ABS, ontpoppen zich als een betrouwbare partner en zijn zeker niet van het bijterige soort. En oh ja, de kleuren ‘Amber Whiskey’en ‘Sand Cammo Denim’ zijn ook nieuw, Je wordt er best vrolijk van om er ‘long and low’ op uit te trekken.