Vergelijkingstest BMW R1300GS – S1000XR: veelzijdige motoren
Afzonderlijk van elkaar zijn de BMW R1300GS en S1000XR gewoon goede motoren, maar hoe verhouden ze zich tegenover elkaar? Om dat uit te zoeken gaan we op pad met het sterk contrasterende, maar veelzijdige duo!
Hoe flikt die boxer het toch? Waar verstopt de GS zijn achttien kilo extra gewicht ten opzichte van de XR? Hoe kan hij zo lichtvoetig aanvoelen? Deze vragen dringen zich iedere keer aan ons op als we weer eens van de ene op de andere motorfiets zijn over gestapt. Een directe vergelijking van rijwielgedeelte helpt weinig om antwoorden te vinden. De vering van het duo steekt daarvoor te verschillend in elkaar: de karakteristieke Telelever van de GS gedraagt zich bij het insturen onder remmen nu eenmaal totaal anders dan de upside-down vork van de XR. De wielbasis en naloop van de XR zijn langer dan die van de GS, maar de verschillen zijn klein.
Zoals bij alle complexe systemen maakt het samenspel van een bijna onbeheersbaar aantal parameters het verschil: gewichtsverdeling, stijfheid hier, elasticiteit daar, massamomenten van de wielen en de draairichting van de krukas om er zo maar een paar te noemen. Vergeet daarbij de ergonomie ook niet. De manier waarop de rijder zit, met name de smalle tank tussen de knieën en de riante hoeveelheid bewegingsvrijheid, dragen in hoge mate bij aan de opwindende rijervaring op de GS. Dit is een groot voordeel van het boxerontwerp: essentiële motoronderdelen zoals de cilinderkoppen zijn zo geplaatst dat ze de rijder niet hinderen.
Verschillen zijn er dus genoeg tussen de BMW’s, maar zijn er ook nog overeenkomsten? En welke van de twee is nu eigenlijk de betere? Je leest de uitgebreide vergelijkingstest in MotoPlus 01/2025!