+ Plus

Interview Anita Kwinkelenberg

Het klinkt als de middeleeuwen, maar het is toch echt 1973 als de KNMV Anita Kwinkelenberg de toegang tot het startveld keihard ontzegt. De reden? Kwinkelenberg is vrouw en die ziet de KNMV liever niet op de circuits. “Zo’n bloedende vrouw op de baan is geen reclame voor de sport.”

Waarschijnlijk weet je nog exact wat er door je heen ging toen Gerd Müller in de 43ste minuut van de WK-finale voetbal 2-1 voor West-Duitsland scoorde. Dat sportieve onrecht voelt als de dag van gister, maar 1974 is ook het eerste jaar dat een vrouw in Nederland officieel aan een NK-wegracewedstrijd deelneemt. Dat de vrouwen zo op achterstand stonden ten opzichte van mannen voelt veel langer geleden, maar geloof me: het is toch echt half april 1974 als een Nederlandse vrouw voor het eerst deelneemt aan een solo-wedstrijd van de KNMV. De naam van deze baanbrekende debutante: Anita Korevaar.

Een halve eeuw later straalt diezelfde Anita in alles uit dat je ook als zeventigplusser zo oud bent als je je voelt. De achternaam Korevaar is ondertussen ingeruild voor Kwinkelenberg, maar er is nog altijd prima contact met haar ex-man die de motorsport in haar leven introduceerde. Aan pit ontbreekt het de Noord-Hollandse overduidelijk nog altijd niet. Je ziet ook nu nog dat Kwinkelenberg geen katje was om zonder handschoenen aan te pakken en de KNMV heeft dat geweten ook. De wens om te racen was zo sterk dat het volgens haar inspireerde tot een enorm potje “doordrammen.”

Kwinkelenberg benadrukt vijftig jaar later nog maar eens dat haar strijd tegen de KNMV alleen voortkwam uit haar racewens en niet om de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen te slechten. Stond ze dan als vurige twintiger niet op de barricaden voor vrouwenrechten? Verbrandde ze dan niet demonstratief haar beklemmende korset zoals de Dolle Mina’s? “Die Dolle Mina’s waren me veel te veel anti-man en dat was ik niet. ‘Baas in eigen buik’ was ook dat man-onvriendelijke geleuter. Mannen en vrouwen kunnen het samen heel gezellig hebben,” zegt Kwinkelenberg met een ondeugende oogopslag waarvan zelfs de grootste machoman blosjes op zijn wangen krijgt.
Kwinkelenberg voelde ook niet de behoefte om op alle vlakken te concurreren met mannen: “Fysiek kunnen we niet aan ze tippen, dat is gewoon zo.” Als coureur wil Kwinkelenberg de strijd wel aan gaan met haar mannelijke collega’s: “In alle bescheidenheid denk ik wel dat ik competitief was. Steengoed ben ik nooit geweest, het echte fingerspitzengefühl ontbrak en de duwstart nekte me altijd. Toch stond ik in Nivelles wel mooi op het podium. Het was in de regen en dan was ik op mijn best. In de regen hoef je niet angstig te zijn, maar dat lukte mij beter dan andere rijders.”

Als energieke dertienjarige rijdt Kwinkelenberg haar eerste meters op een motorfiets. Op een 350cc Horex van een vriend crosst ze rondjes op een boerenerf. De dag dat ze zestien wordt koopt ze een brommer van haar zuurverdiende spaarcenten. Zonder genade dondert haar vader die dezelfde dag weer net zo hard weg. Een meisje op een brommer hoort nu eenmaal niet. Dat diezelfde vader haar als dertienjarige onder het motto “Hé rooie, achter het stuur!”, wel auto laat rijden zegt iets over de foute status van tweewielers in die tijd.
Maar de sensatie van snelheid trekt aan Kwinkelenberg als een glas bier aan volkszanger André Hazes. Op haar achttiende komt dus eerst het motorrijbewijs in haar leven en vervolgens Jan Korevaar. Behalve begenadigd sleutelaar is Korevaar een prima coureur die het meermaals tot Nederlands kampioen schopt en kersverse vrouw Anita vergezelt hem elk weekend naar de circuits. “Dat was knotsgezellig. We trokken op met een vast groepje en als je vrijdag iets later arriveerde, hadden ze al een plaatsje voor je vrij gehouden. Aan de racerij heb ik meer dan genoeg vrienden overgehouden. Ik hielp Jan met alles, draaide zijn motoren warm, hielp wat met sleutelen en bracht de motoren naar de keuring. Iedereen kende me, ook de KNMV.”

De KNMV leert Kwinkelenberg in de daarop volgende jaren beter kennen dan het wil, de Noord-Hollandse wil namelijk zelf racen. Tegen beter weten in waagt ze in 1968 als achttienjarig broekie een eerste poging om een nationale racelicentie te halen. Kansloos; tot september 1971 is het voor vrouwen namelijk verboden. Met een standaard startbewijs kunnen ze weliswaar op sommige circuits racen, maar Kwinkelenberg wil een nationale racelicentie om op elk circuit en tegen iedere tegenstander te rijden. “Met een standaard licentie zegt de KNMV in wezen dat ze je niet goed genoeg vinden voor stratencircuits. Dat vond ik mezelf wel.” Kwinkelenberg begint ‘de bond’ daarom te bestoken met brieven.

Gewetensvraag: wat was er belangrijker voor Kwinkelenberg, racen of de KNMV op de knieën krijgen? “Racen”, luidt het zonder enige vorm van twijfel uitgesproken antwoord. “Laten we het niet groter maken dan het is”, gaat ze verder. “Ik ging niet de barricaden op om tegen de KNMV of mannen in het algemeen te strijden, maar om te kunnen racen.”
Vanaf 1968 bestookt Kwinkelenberg de KNMV met brieven. Ze vraagt bijvoorbeeld om advies hoe ze het verkrijgen van een racelicentie moet aanpakken. Bij de bond in Arnhem hanteren ze eerst een ontmoedigingsbeleid door simpelweg haar brieven niet te antwoorden. Na 1971 is dat lastiger omdat het vrouwen dan in principe is toegestaan om een licentie te halen. Toch slaat de KNMV telkens weer de deur lomp voor haar neus dicht. “Voor KNMV-voorzitter Ben Majoor was het duidelijk: het gaat gewoon niet gebeuren een vrouw op een motor. Bloed op de baan is geen reclame voor de motorsport.”

Uiteindelijk gaat de KNMV toch overstag. “De KNMV was mijn gezeik gewoon zat. Die lieten mij naar Hilvarenbeek komen om praktijkexamen te doen en hoopten dat het me niet zou lukken. Het lukte wel. Het was pas echt gezeik geworden als ik ook nog eens zo goed zou zijn geweest als Wil Hartog.”
Het is niet alleen Kwinkelenbergs ‘gezeik’ waardoor de KNMV overstag gaat, het is ook de druk die langzaam opbouwt. Kranten en bladen als Story hebben het verhaal van Kwinkelenberg opgepikt en omarmd. Had ze het de kranten en bladen misschien stiekem ingefluisterd? “Nee, het verhaal van de eerste vrouw die een racelicentie wilde halen, werd langzamerhand bekend. Mijn haar was rood en lang, ik was twintig kilo lichter dan nu en ik zag er leuk uit, dat deed het allemaal goed in de kranten. Bovendien kwam het Jaar van de Vrouw er aan in 1975 en dat zou nog meer publiciteit genereren. Dat gaf alles bij elkaar zoveel druk op de KNMV dat ze me niet langer konden negeren.”

In 1973 staan voor het eerst drie vrouwelijke deelnemers aan de cursus wegrace. Eentje hield er zo’n beetje direct mee op en de derde zakte op het examen. Kwinkelenberg staat er het eerste raceseizoen alleen voor als snelle vrouw. Van de eerste wedstrijd weet Kwinkelenberg niet zo veel meer. Ze moet zenuwachtig zijn geweest in Oirschot om haar Ducati 450 aan te duwen, stond die wel goed tegen de compressie aan? Verder spelen de zenuwen haar geen parten. “Ben Majoor vertelde me dat ik eventueel geholpen mocht worden met de duwstart, maar dat was natuurlijk mijn eer te na.” De reacties van de mannelijke coureurs konden niet meer van elkaar verschillen. “Er waren kerels bij die er flink van baalden als dat ‘rooie wijf’ sneller had getraind. Weet je wie altijd enorm positief is geweest? Boet van Dulmen. Boet gaf me ooit zelfs zijn eerste prijs omdat hij vond dat ik meer recht had op een prijs. Wat een geschikte peer was dat.” Wil Hartog reageerde duidelijk gereserveerder. “Leuk wat je doet, tot je naast me staat als directe concurrent”

Op het startveld stond Kwinkelenberg rijen achter de ‘Witte Reus’, zijn angst was ongegrond, maar als het om beroemdheid ging stond Kwinkelenberg op polepositie. “Mensen zetten je op een voetstuk en eerlijk gezegd was ik ook wel een rolmodel. Toch heeft het me niet veranderd. Mijn hele leven al ben ik een stabiele trut, een viertakt met veel vermogen onderin. De beroemdheid overviel me ook niet, die zag ik al van ver aankomen. De aandacht was leuk en het was nog leuker dat er heel veel leuke zaken op me afkwamen. Toch bleef ik altijd met beide voeten op de grond staan. Doe lekker gewoon ook al vragen mensen om je handtekening. Dat stond me ook altijd zo tegen aan Wil Hartog.”

In 1975 stijgt Kwinkelenbergs beroemdheid tot nog grotere hoogten. Het is het Jaar van de Vrouw en Honda wil dat commercieel uitbuiten door een vrouwenteam te laten meedoen de 600 kilometer van Zandvoort. Tweede coureur Els Metselaar mag met haar standaard racelicentie op het duincircuit rijden en daarmee is het tweemans-team compleet. “Voor die langeduur-wedstrijd hebben we flink getraind. Vooraf waren er namelijk protesten van fabrieksteams die bang waren voor rijdende chicanes. Daarom hebben we getraind om zo te rijden dat we overal een metertje ruimte gaven zodat we ingehaald konden worden. Dat is verdomd lastig, het vraagt om totaal ander lijnen.”
Met rondjes 2.03 is het damesteam inderdaad flink trager dan de rondjes 1.47 die de toppers draaien, maar dat doet niets af aan hun populariteit. “Volgens de KNMV trok het evenement de helft meer bezoekers, iedereen wilde het met eigen ogen zien. We zijn zelfs bij Avro’s Sportpanorama op tv geweest. De hele dag filmen voor een item van vier minuten dat we zelf niet zagen omdat we heel vroeg naar bed moesten.”

De Le Mans-start wordt een hilarische ervaring: “Door een haag van journalisten moest ik naar mijn motorfiets lopen. Alsof ik Agostini zelf was. Uiteindelijk eindigden we met de dertiende plek ook nog eens hoog in de einduitslag, dat had niemand verwacht. Wij gingen gestaag door terwijl de rest met pech of door crashes uitviel.”
De uiterst professionele voorbereiding werpt uiteindelijk zijn vruchten af. Honda had kosten noch moeite gespaard om goed voor de dag te komen met het vrouwenteam. “Cees Bouwmeester was al die tijd onze persoonlijke coach. Toen Els een beetje bang werd omdat de voetsteunen de grond raakten, stapte Cees op de motorfiets en reed in een paar rondjes de steunen flink korter voor de nodige extra bodemspeling.”

Vooral in haar beginjaren is Kwinkelenberg een aandachtmagneet. Niet zo vreemd als roodharige vrouw in een mannenbolwerk die ook nog eens haar vrouwelijkheid niet wegstopt. Integendeel: op haar lichtblauwe motorpak is bijvoorbeeld een donkerblauwe bikini gestikt. Op haar helm draagt ze het Venussymbool (het internationale vrouwenteken) tot ze hoort dat de weekmakers in de stickers haar valhelm verzwakken. Kwinkelenberg is niet te beroerd om in petticoat staand op twee racemotoren te poseren voor een foto in de krant. Sponsoren staan – ondanks haar bescheiden resultaten – dan ook in een rij. Lookwell maakt de opvallende raceoverall, Dunlop sponsort de banden en een agrarisch bedrijf steekt haar per wedstrijd een som geld toe. Een motorspuiter spuit haar motor dan weer lichtblauw en topt die kleur af met special-paint palmbomen.

Kwinkelenberg begint in de halve-liter-klasse en rijdt later ook in de 750cc. “Toen ik met die 750 op Assen viel, wilde Ben Majoor direct weer zijn gelijk halen. ‘Zie je dat het geen klasse voor vrouwen is’. Dat ik nog altijd de aandacht van de media had, bleek wel toen er voor de volgende wedstrijd een paginabrede kop in de krant stond ‘Anita Kwinkelenberg niet aan de start’. Alsof er geen Van Dulmens en Hartogs bestonden.”
Na tien seizoenen stopt Kwinkelenberg met racen. Het is een combinatie van dingen die haar daartoe aanzet. “Ik belemmerde mijn man Jan in zijn kunnen. Hij had al het onderhoudswerk aan de motoren en ik kreeg alle aandacht terwijl hij om titels streed. Bovendien viel ik in die periode een keertje.” Zonder een centje pijn stopt Kwinkelenberg, maar ze blijft de sport wel volgen. De sport waar vrouwen nog decennia lang standaard op het tweede plan komen. Pas dit jaar, exact een halve eeuw na het racedebuut van Kwinkelenberg, stelt de FIM een wereldkampioenschap voor dames in.

Gerelateerde artikelen

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

Compacttest Can-Am Pulse/Origin

12 december, 2024

Can-Am en motorfietsen, dat was toch ooit? Inderdaad, ooit produceerde de Canadese firma best succesvolle ...
Roadtrip – Everest Challenge

Roadtrip – Everest Challenge

12 december, 2024

Zegt de Everest Challenge u iets? Wij introduceren het sportieve fenomeen in de motorwereld met twee gemotoriseerde ...