Eerste indruk: Kawasaki Versys 1100
Ongeveer dertien jaar geleden vormde Tenerife het decor voor de presentatie van de eerste ‘grote’ Versys, de 1000. Destijds best een gewaagde stap van de groenen, want een hoogpotig rijwielgedeelte gedijde het best, zo was de algemene opinie, in combinatie met een koppelrijke twee- of, vooruit dan maar, driecilinder. Inmiddels heeft de allround toerder zijn gelijk dubbel en dwars bewezen en met deze 1100 krijgt het Versys-boek er nu een nieuw hoofdstuk bij!
Een bijzonder aantrekkelijk hoofdstuk, mag wel gezegd worden. Als er één aspect van de Versys 1000 altijd al is bewierookt, dan is het wel de massieve trekkracht en het enorm elastische karakter van de vier-in-lijn in het voorronder. Nu Euro5+ voor de deur staat leek het Kawasaki echter een goed idee om de 1.043cc viercilinder eens extra goed onder handen te nemen.
Zoals de nieuwe modelnaam al doet vermoeden schroeven de Japanners de cilinderinhoud door een drie millimeter langere slag (nu 59 mm) op tot exact 1.099 cc. Verder kreeg het blok een aangepast gasklephuis, 45 mm langere middelste inlaatkelken en aangepaste nokkenassen met iets minder kleplift (beide ten faveure van meer koppel in het lage- en midden toerengebied), een iets hogere compressie, aangepaste mappings en wat meer vliegwielmassa.
Resultaat van al die inspanningen is niet alleen een flink hoger maximum vermogen, dat groeit van 120 naar 135 pk, maar belangrijker nog wel een beduidend hoger maximum koppel van 112 newtonmeter (was 102 Nm), dat al bij 7.600 toeren voorhanden is. Om het extra vermogen en koppel optimaal te kunnen benutten zijn ook de overbrengingsverhoudingen van de vijfde en zesde versnelling licht aangepast, en zijn nu zowel de primaire als secundaire overbrenging (42 : 15 i.p.v. 43 : 15) iets langer.
Waar de Euro5+-update in potentie een blok compleet van alle fut kan castreren, heeft Kawasaki dat zeer efficiënt weten te omzeilen met alle aanpassingen. Het bekende, bijna turbine-achtige karakter dat de 1000 al tentoon spreidde, kent de 1100 ook. Ongelooflijk hoe makkelijk, krachtig en lineair de rijklaar toch 255 kilo wegende toermachine van de plaats komt. Alsof er een dikke scheepsdiesel aan boord is, maar dan wel eentje met uiterst verfijnde manieren. Lichte trillingen bij pak ‘m beet 6.500 toeren, zijn ‘m nog altijd niet vreemd, maar deze melden zich maar in een heel kort bereik en zijn bovendien zeker niet storend. Als je al gedurende langere tijd in dat bereik wilt rijden, dan moet moet je constant 170 km/uur in de zesde versnelling rijden, wat hier ten lande dan weer een tikkie buiten de wettelijke kaders valt. De 1100 kan dat overigens wel uiterst comfortabel, want de riante ruit van de SE-versie die we reden, doet zijn werk zelfs in de laagste stand enorm goed.
Dat surfen op een golf van koppel is bekend terrein voor Versys viercilinder eigenaren, nieuw is echter dat de 1100 bovenin een heel stuk sterker is geworden en bijzonder energiek door klimt tot aan de toerenbegrenzer. Met name sportieve rijders plukken dus de vruchten van de vermogens- en koppelplus.
Naast de motorische update, pakte Kawasaki ook nog wat andere zaken aan. Standaard zit er bijvoorbeeld nu een USB-C-aansluiting op het stuur, en ook de quickshifter kreeg een upgrade. Wat allemaal precies en welke uitwerking dat allemaal heeft op de nieuwe Versys 1100, die er meteen in drie versies komt (standaard, S en SE), lees je in MotoPlus 21/2024. Info: www.kawasaki.nl