Mijn Trots – Ric en Marianne van der Grinten

« Terug naar Mijn Trots
Sinds ze elkaar leerden kennen en zij haar motorrijbewijs haalde, hebben Ric en Marianne een compleet motorleven in pakweg vijftien jaar ingehaald. Alleen in de eerste vier maanden reden ze al 16.000 kilometer bij elkaar, zij op een ranke BMW F650GS en hij op een dikke Moto Guzzi Jackal 1100.

Ric: “Ik ben altijd al een beetje een avonturier geweest, nieuwsgierig naar alles achter de horizon. Toen ik een jaar of veertien was, zei ik tegen mijn moeder: ‘Ik wil de zee een keertje zien, mag ik je fiets lenen?’. We woonden in het Brabantse Bergeijk en mijn moeder dacht dat ik een grapje maakte en dat ik na een rondje om de kerk wel terug zou zijn. Maar ik trapte met een tentje achterop, de Michelin-kaart van mijn vader en twee boterhammen in de tas via Tilburg en Breda richting Hoek van Holland. Dat leek me het dichtst bij om de zee te zien. Op een gegeven belde ik dorstig en hongerig bij een boer aan. Die belde voor de zekerheid toch maar mijn moeder. Maar ik wilde toch door. Hij gaf me wat eten en drinken mee en uiteindelijk zag ik bij Hoek van Holland voor het eerst de zee. Een dag later ben ik terug gefietst.

Die drang om voorbij de horizon te kijken is daarna niet meer verdwenen. Toen ik op mijn zestiende brommer mocht rijden, werd de wereld ineens nog weer stukken groter en reed ik op een oude Spart, die ik voor een paar gulden had gekocht, helemaal in m’n eentje naar Normandië. Ik had 25 gulden bij en toen dat op was, ben ik op het strand liedjes op m’n banjo gaan spelen om wat geld te verdienen voor de terugreis.

En op m’n achttiende werd die wereld nog weer groter met het motorrijbewijs. Ik kon opeens nog verder in kortere tijd. In die periode heb ik veel motoren gehad, maar toen ik voor het eerst op een Moto Guzzi stapte was ik meteen verkocht. Dat gevoel, dat schuddebuiken van het blok, onbetaalbaar. Die dingen hebben koppel en dat trek me meer dan snelheid en pk’s. Deze Jackal heb ik 23 jaar geleden nieuw gekocht. Ik heb er altijd wel andere motoren bij gehad, maar deze koester ik als geen ander. En niet veel later kwam Marianne in m’n leven.”

Marianne: “Ik reed toen nog een Suzuki TSX-brommer en had die bij Ric in onderhoud. Ter compensatie, want ik wilde altijd al graag motorrijden of vrachtwagen, want ik had een voorliefde voor grote voertuigen. Het werd een motor. De TSX hebben we verkocht om een motor te kunnen kopen, een BMW F650GS. We zijn meteen heel veel samen gaan rijden om ervaring op te doen. In de eerste vier maanden al bijna 16.000 kilometer. De Moezel, de Eifel, Luxemburg; we zijn overal geweest in die korte tijd. Ik was natuurlijk al wat ouder toen ik het rijbewijs haalde, en daardoor was ik aanvankelijk wat onzeker om te gaan rijden. Toen we voor het eerst in de Eifel reden, kwamen de buikschuivers me links en rechts voorbij en raakte ik wat paniek. Maar Ric heeft me daar als een fantastische ‘instructeur’ doorheen gesleept en me echt leren rijden. Nu ben ik nergens meer bang voor en gooi de GS overal tussen als het moet.”

Ric: “Zeker in die beginfase hebben we in heel korte tijd heel veel ritten gemaakt in binnen- en buitenland. Eigenlijk hebben we een heel motorleven in vijftien jaar ingehaald. In het begin hebben we ook heel veel gekampeerd, maar door de rugproblemen van Marianne doen we dat niet meer en pakken we bijvoorbeeld een pensionnetje.”

Marianne: “Ik heb verschillende hernia’s gehad en een zenuwbeschadiging, dus met name opstappen wordt steeds wat moeilijker. Als ik eenmaal in het zadel zit, is er niets aan de hand. Er komt natuurlijk een keer een einde aan, maar daar wil ik nu nog niet aan denken. Zo lang ik jong in m’n kop blijf, blijf ik motorrijden. En wat mij betreft op dezer GS. We hebben er in het begin best wat technische problemen mee gehad, maar die heb ik met de mantel der liefde bedekt. Het klinkt misschien gek, maar ik praat zelfs tegen deze motor en heb er echt een diepe band mee. Deze gaat nergens anders meer heen!”

Ric: “Dat geldt ook voor de Guzzi, al zou ik er stiekem nog wel een BMW K75 S bij willen hebben. Dat was een van de fijnste motoren die ik heb gehad en waarvan ik spijt heb dat ik hem heb verkocht.”