Waar moet je op letten bij benzine?
Wat moet ik tanken met mijn motor? Wanneer en hoe veroudert benzine? Helpen additieven? En wat heeft vitamine E ermee te maken? Wij geven de antwoorden.
Vier- of tweetakt, carburateur of injectiesysteem, één- of zescilinder, V4 of boxer – al deze motorblokken hebben allemaal ten minste één ding gemeen: niets werkt zonder benzine. In verbrandingsmotoren worden brandstof en lucht samengeperst door de zuiger en vervolgens ontstoken – en poef, de chemische energie die is opgeslagen in de benzine komt vrij. Als een motor regelmatig draait, loopt dit complexe en tegelijkertijd eenvoudige systeem relatief soepel: er komt benzine binnen die de leidingen, sproeiers en het brandstofsysteem voortdurend spoelt, waardoor er alleen kleine afzettingen achterblijven als afvalproduct van de verbranding.
Welk octaangetal is geschikt voor mijn motor?
Natuurlijk kan niet elk motorconcept en elke motorfiets over één kam worden geschoren, vooral omdat een moderne supersport heel andere eisen stelt dan een oude tweetakt-enduro. Deze laatste is bijvoorbeeld relatief ongevoelig voor het octaangetal en zou waarschijnlijk zelfs nog rijden op benzine onder de Europese norm van minimaal 95 octaan.
Onder het door de fabrikant voorgeschreven octaangetal gaan zitten, is echter niet verstandig, vooral niet bij motoren met een hoog vermogen. Ervaring met benzine in de praktijk: een KTM RC8 in een een van onze testen had al na drie kilometer vol gas een gat in de zuiger met benzine met een octaangetal van 95 in plaats van Super Plus 98. Een hoger octaangetal betekent meer klopvastheid, d.w.z. een meer gecontroleerde en preciezere ontsteking van het mengsel. In het geval van de RC8 leidde dit tot spontane, ongewenste vlamfronten in de motor, die botsten met de gewone, wat resulteerde in enorme drukpieken.
Benzine moet echter niet alleen op het juiste moment ontbranden, maar, veel belangrijker, het moet überhaupt ontbranden. In een bereik tussen 30 en 200 graden Celsius verdampen of koken de verschillende koolwaterstoffen, waardoor het benzine-luchtmengsel over een breed temperatuur- en werkingsgebied kan ontbranden. Tijdens een koude start zijn vooral de vluchtige bestanddelen van de benzine bijzonder noodzakelijk – in de winter nog meer dan in de zomer. Vluchtig betekent: over een langere periode ontsnappen gasvormige moleculen geleidelijk uit de benzine, diffunderen uit een kunststof benzinetank, en zoeken via de ontluchting hun weg uit uit een metalen benzinetank. Staat een motor lang stil, dan is dit een belangrijke verouderingsfactor, benzine wordt specifiek zwaarder (minder lichte componenten), de ontvlambaarheid neemt af.
Waar moet ik rekening mee houden bij lange stilstand?
Tijdens de winterstop, vooral bij lage temperaturen – en daar zijn de experts het nog over eens – is dit het minste probleem. Dus waar moet rekening mee worden gehouden bij stilstand, wat gebeurt er met de benzine in de tank, hoe en waarom moeten er tegenmaatregelen worden genomen? In principe is benzine een product met een beperkte houdbaarheid. Veroudering treedt in zodra de benzine de raffinaderij en dus de plaats van herkomst verlaat. Volgens benzineproducent BP heeft haar premium benzine Ultimate een houdbaarheid van ongeveer een jaar als deze op de juiste manier wordt opgeslagen.
Liqui Moly, een fabrikant van motorolie, smeermiddelen en additieven, schat de houdbaarheid van de meeste brandstoffen korter in en waarschuwt voor potentieel problematische signalen van veroudering na slechts drie maanden opslag. De hamvraag is hoe de benzine precies wordt opgeslagen. De hoeveelheid licht en lucht en de temperatuurschommelingen waaraan de benzine wordt blootgesteld, spelen hierbij een rol. Daarom kunnen mineraaloliemaatschappijen geen exacte houdbaarheidsdatum opgeven, omdat ze benzine onverpakt en niet in verzegelde verpakkingen verkopen.
Is het brandstofverbruik hoger met E10?
Een andere belangrijke factor is het type benzine dat wordt gebruikt. Bij BP verschillen bijvoorbeeld de Euro 95 en Ultimate 98 in hun octaangetal, maar ook – belangrijk voor de opslag – tussen E5 en E10. Deze cijfers duiden op het aandeel zogenaamde bio-ethanol, d.w.z. bijgemengde alcohol, gemaakt van hernieuwbare grondstoffen.
Over het algemeen wordt gezegd dat de goedkopere en milieuvriendelijkere E10-brandstof (minder CO2!) tot een hoger brandstofverbruik leidt. Een test van ons in 2011 over 30.000 kilometer bevestigde dit tot op zekere hoogte: het motorpark dat E10 tankte, verbruikte iets minder dan één procent, ongeveer 0,06 liter per 100 kilometer meer. In dit opzicht zou het prijsvoordeel ten opzichte van E5 nog steeds positief zijn.
Het probleem met ethanol in brandstof zit hem ergens anders in – en dat brengt ons terug bij de opslag. Het is algemeen bekend dat alcohol erg lang houdbaar is, als je bijvoorbeeld kijkt naar de jaargangen van wijn of whisky in je drankvoorraad. Toch is het schadelijk voor brandstof als deze lange tijd wordt opgeslagen. Ethanol is hygroscopisch, d.w.z. het onttrekt vocht uit de omgevingslucht.
Welke benzine moet ik tanken voor langere periodes van stilstand?
Voor overwintering is het essentieel om ethanolvrije benzine te tanken, of in ieder geval E5, geen E10! Het doel is niet om zoveel mogelijk water in de benzine te binden, maar om te voorkomen dat het überhaupt in de tank komt. Er kan dan roestvorming optreden, vooral in oudere metalen tanks en bij langdurige stilstand. Corrosie tast metalen onderdelen in het brandstofsysteem aan.
Mengsels van ethanol en water hebben een zeer agressief effect. Ze zijn specifiek zwaarder dan benzine, zinken naar de bodem en kunnen als ‘oplosmiddel’ de naden van metalen tanks beschadigen door roestvorming.
Ook zou je kunnen overwegen om een lang houdbare high-end brandstof in de tank te gooien bij een langere periode van stilstand. In de regel zorgen deze benzines ook voor een schonere verbranding en minder uitstoot schadelijke stoffen. Je koopt ze bij de betere motorzaak, maar je betaalt er uiteraard wel een stukje meer voor dan voor reguliere benzine aan de pomp.
Is oude benzine in de tank schadelijk?
Premium brandstoffen bevatten geen ethanol, ook al moeten tankstations dit op de pomp aangeven vanwege mogelijke kleine sporen. Dus je portemonnee opentrekken voor dure ‘premium benzine’? Het klopt dat er altijd wat lucht in de benzine komt door tankventilatie en dergelijke. Toch helpt tot de rand toe vullen om deze ‘tankademhaling’ te minimaliseren. Er is dan geen holte tussen de benzine en de binnenwand van de tank, er komt minder zuurstof bij de benzine en er kan minder condensatie ontstaan. Voor de winterstalling geldt dit in principe voor alle soorten benzinetanks.
Tijdens langdurige stilstand bestaat het risico dat de brandstof door het kunststof heen diffundeert en er componenten uit oplost – het is daarom beter om ‘kunststof tanks’ volledig leeg te maken en te conserveren voor een periode van lange stilstand. Zelfs als metalen tanks zeer lange tijd niet worden gebruikt, kan het de moeite waard zijn om ze volledig droog op te slaan, hoewel dit ook betekent dat alle onderdelen van het brandstofsysteem moeten worden geconserveerd en ingevet. Als het echter maar oom een paar koude maanden gaat, zoals natuurlijk meestal het geval is, moet je een carburateur (indien aanwezig) zeker leegmaken. Deze is bijzonder gevoelig voor corrosie en afzettingen. Dus open de aftapplug en vang de uitstromende benzine voorzichtig op of leeg de vlotterkamers met de benzinekraan dicht en draaiende motor.
Voor de duidelijkheid: als benzine ouder wordt, verdampen eerst de laagkokende stoffen die belangrijk zijn voor een koude start. De onvermijdelijke luchttoevoer in het brandstofsysteem zorgt er ook voor dat er zich water in de tank verzamelt – het risico hierop is het kleinst met ethanolvrije benzine. Water bevordert corrosie en kan de tank en de leidingen beschadigen.
Wat gebeurt er wanneer zuurstof in contact komt met brandstof?
Het derde ongewenste proces is oxidatie. Er kunnen twee soorten verbindingen ontstaan wanneer zuurstof in contact komt met brandstof: onverzadigde verbindingen in de brandstof, olefinen genaamd, kunnen reageren met zuurstof uit de lucht. Aan de ene kant kunnen kleine hoeveelheden corrosieve zuren worden gevormd en aan de andere kant worden polymeren gevormd, d.w.z. verbindingen met lange ketens die niet langer oplosbaar zijn in de brandstof. Deze harsachtige drab kan leidingen, carburateurs of injectiesystemen verstoppen. Restaurateurs kennen dit vervelende fenomeen als gomvorming.
Nu zijn er twee manieren om deze risico’s te beperken: afwachten, vertrouwen op de juiste voorbereiding zoals goede opslagomstandigheden en het mogelijke gemopper accepteren als de motor in de lente weer wakker wordt. Aangezien niemand precies kan zeggen wanneer brandstof in de tank begint te oxideren, wanneer en hoeveel water corrosie veroorzaakt, kan deze methode heel goed werken. Vooral als je je motor maar een paar weken stalt.
De tweede optie is actieve preventie. Ter vergelijking: zelfs een ongesmeerde ketting draait op de een of andere manier, maar zeker niet voor altijd. Oude brandstof werkt misschien nog, maar de vraag is hoe de conditie van de motor en de benzine in de loop der jaren verandert. Bij een eenvoudige Yamaha SR500 ontbrandde E5-benzine al na anderhalf jaar stilstand niet meer: de tank moest eerst helemaal leeg.
Helpen additieven in benzine?
Afwachten of voorzorgsmaatregelen nemen? Experts zeggen vaak: neem voorzorgsmaatregelen. Dus gooi de tank vol met een premium benzine voordat de motor in de stalling gaat en voeg bij voorkeur nog een benzinestabilisator toe. Een corrosiebeschermer vormt een dunne moleculaire laag op de (metalen)oppervlakken en beschermt deze. Antioxidanten, een beetje vergelijkbaar met vitamine E voor mensen, vertragen de veroudering van de benzine. In premium benzines zit vaak al corrosiebescherming en soms ook antioxidanten en reinigende additieven. Maar meestal in een lagere concentratie. Als er vervolgens additieven aan de tank worden toegevoegd, kunnen negatieve interacties of zelfs overdosering niet worden uitgesloten. Dit kan weer leiden tot afzettingen in het brandstofsysteem.
Wat dan? Een terechte vraag. Het is duidelijk dat mineraaloliemaatschappijen geen extra middelen aanbevelen. Anders zouden ze wel zeggen dat hun eigen product voor verbetering vatbaar is. Uiteindelijk is er noch een norm voor benzinestabilisatoren, noch een precieze lijst van wat ze bevatten. De Europese norm voor brandstoffen DIN EN 228 stelt: “Het gebruik van additieven is toegestaan om de kwaliteit te verbeteren”. Er zijn echter geen testprocedures om de “neiging tot afzetting” te bepalen.
In de handleiding van de huidige 790 Duke raadt KTM bijvoorbeeldaan: “Voeg brandstofadditief toe tijdens de laatste tankbeurt voordat je de motor buiten gebruik stelt.” Yamaha doet hetzelfde met de huidige MT-09: “Vul de brandstoftank en voeg brandstofstabilisator toe.” Hoewel het betreffende samenwerkingsmerk wordt aanbevolen, worden andere merken niet per se uitgesloten, maar wordt alleen verwezen naar de hoge kwaliteit van de producten. Het is daarom essentieel om voor gebruik de handleiding van de motor goed door te lezen om het risico te vermijden dat je eventueel je garantie kwijtraakt als deze additieven verboden zijn!