GP Wegrace Maleisië en Qatar
In Sepang werd Enea Bastianini de zevende winnaar in 2023, een week later ging Fabio Di Giannantonio in Qatar de boeken in als de achtste van dit seizoen. De twee Ducati-coureurs zorgden in de slotfase van het seizoen voor daverende verrassingen, hoewel de meeste aandacht toch uitging naar de tweestrijd tussen Pecco Bagnaia en Jorge Martin. Met alleen nog het weekend in Valencia voor de boeg liep in Qatar het verschil tussen de twee op tot 21 punten.
Twee weken voor de Grand Prix van Maleisië eerder startte de nummer 3 van 2022 als laatste op de grid in Thailand. In Sepang stond Enea Bastianini, via de ‘sluiproute’ van Q1, prominent op de eerste rij naast Pecco Bagnaia en Jorge Martin. Waar hij zich in de Sprint nog keurig in dienst stelde van Bagnaia, dook de 25-jarige Bastianini een dag later in de eerste bocht binnendoor toen Bagnaia en Martin vooral probeerden elkaar af te troeven. De voormalig Moto2-wereldkampioen eiste de kop op en bezweek niet onder de druk van de sterke Alex Marquez. De eerste racezege sinds de Aragon vorig jaar markeerde een onwaarschijnlijke wederopstanding voor de coureur die al in de tweede ronde van de eerste Sprint van 2023 vier weekenden op de blessurebank terecht kwam en na een startcrash in Barcelona nog eens drie wedstrijden moest toekijken.
Vóór de Maleisische Grand Prix was Bastianini zeer bescheiden negentiende in de tussenstand. Zijn eerste zege voor het fabrieksteam kwam op een belangrijk moment. Op zaterdag liet Ducati’s Sporting Manager Paolo Ciabatti nog eens weten dat het niet ondenkbaar zou zijn dat Jorge Martin als 2023-wereldkampioen Bastianini in het fabrieksteam zou kunnen vervangen. “Het is simpel”, vond de winnaar zelf, die in Misano juist werd bevestigd voor 2024. “Ik was tot nu toe altijd langzaam, maar ik weet waarom. Het is moeilijk om uit te leggen hoe ik me voel, maar dit was een kleine boodschap naar Ducati.”
De switch van een ouderwetse voetrem naar een duimrem en het vinden van een andere setting van de ‘engine brake’ waren belangrijke modificaties die er voor zorgden dat Bastianini zijn oude vorm weer leek te hebben hervonden. Op zondag ging hij voor eigen kansen. Zorg om een te hoge bandentemperatuur en bandenspanning – de spanning van de voorband moet reglementair de helft van de race boven de 1,88 bar zijn – speelde daarbij eveneens een rol. Toch kreeg Bastianini net als Bagnaia een eerste waarschuwing; een volgend vergrijp levert een straf van drie seconden op.
Alex Marquez werd op anderhlve seconde tweede, terwijl hij op woensdag nog met koorts op bed had gelegen. Hij vertrok met 32 punten als weekendtopscorer uit Sepang en met een tweede plaats als evenaring van zijn beste GP-resultaat. “Ik heb alleen de fout gemaakt dat ik Enea in het begin niet heb aangevallen, misschien wachtte ik te veel af”, overpeinsde Marquez.
Pecco Bagnaia besliste het duel met Jorge Martin in zijn voordeel. De Spanjaard probeerde het twee maal, maar beide keren had de regerende kampioen een fraai antwoord. Bastianini en Marquez bleven echter buiten bereik. “Ik ben blij”, glunderde hij. “Het duel met Jorge kostte me wat tijd en daarna heb ik gepusht om bij deze tweede gasten in de buurt te komen, maar dat was heel riskant. Het belangrijkste was om voor Jorge te finishen. Ik finishte de afgelopen races wel voor hem, maar dan had hij telkens problemen. Dit was de eerste keer sinds Oostenrijk dat ik sneller was.”
Martin baalde vooral van het feit dat oplopende bandenspanning hem niet in staat stelde te rijden zoals hij wilde. “Achter Pecco worstelde ik er mee en het nam daarna niet meer af”, aldus de coureur die al in Thailand die ‘gele kaart’ kreeg.
Het gehoopte en ook verwachte duel tussen Bagnaia en Martin bleef in Qatar echter uit. Vanaf de vijfde startplaats, naast Bagnaia, raakte Martin bij de start volledig uit balans en verloor een aantal posities. Terwijl Bagnaia direct voor polesitter Luca Marini naar de kop denderde, moest Martin proberen om zich vanaf de achtste plaats naar voren te vechten. Maar aangekomen op de zesde plek, trad het verval in. Met teamgenoot Johann Zarco als secondant kwam de regelmatig met het hoofd schuddende Martin net voor Marc Marquez binnen als tiende; zijn slechtste finish van het seizoen.
Martin was witheet. “Het lijkt er op dat ik verleerd ben hoe ik moet rijden”, begon hij cynisch. “Bij de start spinde de achterband direct al. Hij voelde aan als steen. Dat gebeurt normaal als de baan smerig is – dat was op die plek niet – of als de band op is – en dat was hij niet, want hij was nieuw. Ik probeerde het te managen, maar ik had het gevoel dat de achterkant continu kon wegbreken. Jammer dat het na zo’n spannend seizoen zo beslist gaat worden, dat de kans me gestolen wordt. Want ik dacht dat ik wereldkampioen kon worden, maar nu wordt het moeilijk.” Al snel besefte Martin dat het verder verkleinen van de achterstand op Bagnaia onmogelijk zou zijn. Hij legde de schuld bij Michelin. “Het is onacceptabel dat een kampioenschap wordt beslist door een niet werkende band. Pecco zei het na de Sprint (Franco Morbidelli sprak over dezelfde klachten; red.) en hoewel het mij nog niet eerder overkwam, was het vandaag raak. Ik kan alleen maar trots zijn dat ik gefinisht ben, want ik dacht dat niet zou lukken.” Michelin liet weten ‘de data te analyseren’.
Toch profiteerde Bagnaia niet maximaal van Martins tegenslag.
e zeer sterke Fabio Di Giannantonio, in Sepang slechts negende door buikklachten, nam zijn glanzende vorm van de trainingen en kwalificatie ook mee in de race. Vanaf de vijfde van 22 ronden schaduwde hij Bagnaia en vier ronden voor het eind dook hij zelfs fraai binnendoor bij de WK-leider. Toen die aan het eind van het rechte stuk wilde counteren, werd hij in Di Giannantonio’s slipstream gezogen. De extra snelheid zorgde er bijna voor dat hij de Gresini-coureur ramde. Dat kon Bagnaia nog net voorkomen; wel moest hij rechtuit, maar zijn voorsprong op derde man Marini was voldoende. Het maakte wel de weg vrij voor Di Giannantonio, die op een één jaar oude GP22 Gresini Racing de tweede opeenvolgende overwinning schonk in Qatar. Vorig jaar verraste Bastianini met zijn eerste MotoGP-zege in Qatar, nu greep Di Giannantonio zijn kans – in een razendsnelle race, een halve minuut sneller dan Bastianini’s racerecord van vorig jaar. “Ongelooflijk. Ik ben nu relaxed, omdat ik niet snap wat er is gebeurd”, glom Di Giannantonio, die in de Moto3 en Moto2 ook slechts drie GP’s won. Na de race in Maleisië vreesde hij dat een deur naar 2024 voor hem werd dichtgegooid, toen Repsol Honda niet in hem geïnteresseerd bleek en ook Mooney VR46 andere keuzes leek te gaan maken. “Ik was kwaad en toen heb ik thuis gezegd ‘in Qatar ga ik winnen’. Iedereen zei dat ik dat niet moest roepen, maar ik had het gevoel dat het moest kunnen. Het was niet makkelijk, maar het is gelukt.” In zijn gevecht met Bagnaia was hij voorzichtig. “Pecco heeft eerder in dit soort situaties gezeten en vecht voor de wereldtitel, dus ik wilde geen domme dingen doen. Van de ene kant spijt het me voor hem dat ik heb van vijf punten heb beroofd, maar dit was mijn kans.”
Met zijn zesde tweede plaa
s in 2023 was Bagnaia ‘happy, maar niet voor honderd procent’. “Ik deed wat ik gisteren al van mezelf verwachtte maar wat toen niet lukte”, aldus Bagnaia. “Ik pushte vanaf de start en het was een lekker gevoel dat ik de pace had en kon leiden. Maar ik ben niet happy dat ik dezelfde fout maakte als in 2021 met Johann Zarco (ook met een mislukte remactie in de eerste bocht; red.). Normaal leer ik van mijn fouten. Ik had niet verwacht dat de slipstream zo zou werken. Maar Diggia was fantastisch. Ik had zijn pace wel verwacht, maar ik had niet verwacht dat de race zo snel zou zijn. Hij was de hele tijd dichtbij en hij had wat extra’s.” Na de narrow escape aan het eind van het rechte stuk besloot Bagnaia op zeker te gaan. “Ik schrok heel erg en het zat me een paar ronden flink dwars. Toen dacht ik ‘een tweede plaats is vandaag ook helemaal oké’.”
Zijn met veertien punten gegroeide voorsprong op Martin was geen reden om in Valencia voor de verdediging te kiezen. “Vorig jaar (toen de Italiaan 23 punten voorsprong naar Spanje kwam; red.) had ik het daar heel moeilijk met de situatie. Ik wist niet wat ik kon verwachten, nu wel. De beste manier om om te gaan met de druk is om je te concentreren op een zo goed mogelijk resultaat.” In Valencia kan de Ducati-coureur de eerste ‘back-to-back’-kampioen worden sinds Marc Marquez.
SPRINTKONING MARTIN
Bij de introductie van de Sprints werd al voorspeld dat die korte races op het lijf waren geschreven van Jorge Martin. Hoewel het niet elke race raak is, blijkt de praktijk niet anders. In Sepang maakte Alex Marquez indruk met de snelste tijd op vrijdag, een dag later raakte hij niet van de kook toen een eerste poging kopstarter Pecco Bagnaia te passeren mislukte. Ook de als tweede gestarte Martin Marquez kwam voorbij, waarna een scherpe counter van de Gresini-rijder Martin deed hoofdschudden. Bagnaia’s eerste pole sinds Barcelona kreeg een toch wat tegenvallend vervolg. Halverwege de race verdrong Marquez Bagnaia van de leiding, terwijl ook Martin direct mee ging. Dat Bagnaia niet nog verder afzakte, had hij te danken aan teamgenoot Enea Bastianini. Die zorgde er ook voor dat Brad Binder geen opening vond om aan te vallen. Luca Marini pakte als negende het laatste punt. Een week later startte Marini voor de tweede keer dit jaar verrassend vanaf pole. De Mooney VR46-rijder pakte ook direct de kop, maar achter hem ontbrandde het vuurwerk tussen Bagnaia en Martin, beiden vanaf de tweede rij gestart. Martin was brutaler, wurmde zich langs Bagnaia maar ging even later wijd. Daarvan profiteerden Bagnaia en ook Marc Marquez. Vier ronden later leidde Martin. Zijn snelheid en gedecideerde inhaalacties op Marquez, Bagnaia en daarna ook Alex Marquez en Marini stonden in schril contrast van de vertwijfeld naar een goede setting zoekende Martin in de trainingen. Fabio Di Giannantonio bleek nog Martins gevaarlijkste opponent, maar de als tweede gestarte Gresini-rijder kwam net te kort om Martin van ziijn achtste Sprint-zege af te houden. Marini hield Alex Marquez achter zich, Bagnaia had als vijfde de handen meer dan vol aan Maverick Viñales. Martin halveerde zijn achterstand op Bagnaia tot zeven punten.