The snake: gevaarlijkste bocht van Amerika
Van boven gezien kronkelt een vijf kilometer lang stuk van de Mulholland Highway zich als een slang door de Zuid-Californische heuvels. De weg, bekend van vele You Tube filmpjes, eindigt met een bocht waarin talloze motorrijders crashen. Waarom eigenlijk? Ken Snyder ligt op de loer. Hij houdt een hand als een trechter aan zijn oor en kijkt door de lens van zijn filmcamera. Hij lacht. Accu’s vol, volop zon. In de lucht klinkt het vette grommen van een dikke V8 en het krijsende geluid van een hoogtoerige motorfiets. Dat belooft vuurwerk. Met een beetje geluk schiet de 55-jarige cameraman vandaag weer een spectaculaire film, wat weer brood op de plank oplevert. Snyder, die onder het pseudoniem ‘Rnickeymouse’ al ontelbaar veel video’s via You Tube heeft verspreid en die bij elkaar al 100 miljoen keer zijn bekeken, staat net als ieder weekend in de zogenaamde ‘Edwards Corner’, de laatste bocht van een weggedeelte dat van culttrefpunt ‘Rock Store Café’ tot aan een kleine bergketen slingert. Het is een bocht waarin veel motorrijders crashen. Maar Snyder is niet alleen. Aan de andere kant van de weg ligt fotograaf Paul Herold met zijn camera in de aanslag. Waar Ken Snyder een leuk extraatje overhoudt aan zijn crashfilmpjes kan Paul aardig van zijn in het weekend geschoten fotomateriaal leven. De 55-jarige maakt van iedereen die de bocht doorkomt een professioneel ogende foto en verkoopt deze via internet. 18.000 foto’s per weekend zijn geen zeldzaamheid. Zijn online catalogus bevat inmiddels zo’n 550.000 foto’s en dat komt overeen met 6,5 terrabyte! Iedere dinsdag zijn de nieuwste foto’s – met watermerk om diefstal te voorkomen – op www.flickr.com te zien. Wie altijd al eens een haarscherpe en kwalitatief uitstekende bochtenplaat van zichzelf heeft willen hebben, kan bij Paul terecht voor het origineel. Kosten: tussen de € 12,- en € 24,- per foto. Maar ook Paul en Ken zijn niet alleen in de Edwards Corner, waar ook een parkeerplaats is met een prachtig uitzicht op de Santa Monica Mountains. Hier hangen in een weekend een paar duizend motorrijders rond om te zien wie het elegantst of snelst door de Edwards Corner duikt. Maar in de handen klappen voor andermans kunsten doet hier niemand, hoogstens wordt er op het asfalt geklapt. “Ik heb hier al de meest waanzinnige crashes gezien”, vertelt Paul. “Het knalt hier ieder weekend.” Dat er desondanks niet veel fout gaat, komt aan de ene kant door de strenge politiecontrole op de snelheidslimiet van 45 mph (73 km/uur) en aan de andere kant door de goede leren kleding met protectoren die het merendeel van de rijders draagt. “In de jaren tachtig hebben we de Snake al eens kortstondig moeten sluiten voor het verkeer”, bromt John Young, een County Sheriff uit Los Angeles, die beroepsmatig op een BMW R1200RT rijdt en in zijn vrije tijd op een Ducati Hypermotard. “In die tijd werden hier veel illegale races verreden, waar veel doden bij vielen. Daar moest iets aan de worden gedaan.” Ondanks de vele valpartijen staan de ‘cops’ de activiteiten in de slangenbocht oogluikend toe. “Als ze hier rondhangen, kunnen ze ergens anders in ieder geval geen kwaad doen”, is de mening van Ken Dunkwell, een rijder die de Snake al meer dan 20 jaar berijdt en veel feiten over de beroemde weg kent: vier kilometer lang, 21 bochten. Feiten, die – toegegeven – niet heel spectaculair klinken. “Maar veel van die gasten die hierboven stof vreten of het asfalt polijsten zijn onervaren”, vertelt Ken en wijst in de richting van een nabijgelegen militaire basis. ‘Daar komen veel jonge knapen terecht als ze twee of drie jaar aan het front in Irak of Afghanistan zijn geweest. Die jongens hebben jarenlang op het randje geleefd en wie het heeft overleefd krijgt van de Amerikaanse regering een mooie bonus. Daarvan koopt een deel zich een dikke 1.000 om er vervolgens compleet respectloos mee om te springen. Ze denken blijkbaar alleen: Hey, eindelijk weer thuis, hier kan me niets overkomen.” Naast Ken staat een man met een gebroken been, die nadrukkelijk zijn hoofd schudt. Nee, dat is blijkbaar maar de halve waarheid die Ken vertelt: “De slang is een moordenaar, vooral in de Edwards Corner.” Tja, dan rest er maar een mogelijkheid: zelf proberen! De snel geritselde Fireblade is precies het juiste gereedschap voor zo’n eerste kennismaking. Hup, het leren pak aan en die geasfalteerde slang op, die opvallend genoeg weinig spectaculair begint. En dicht bos maakt de eerste bochten onoverzichtelijk, waardoor je ze eigenlijk blind instuurt, in de eerste versnelling. Het asfalt biedt veel grip, waarna de bochten breder worden en dus overzichtelijker. Tweede, derde versnelling en je zit al boven de maximum toegestane snelheid. Remmen dus. Maar bij voorkeur niet zo als in die video van Snyder die al 5,5 miljoen keer is aangeklikt. Hierin zie je iemand op een Kawasaki ZX-R door een bochtencombinatie komen en nog een fietser inhalen. Dan zoomt de camera uit, om te stoppen bij een politiewagen die aan de kant van de weg is gestopt. Dan verschijnt de Kawasaki-rijder om de hoek, ziet de politiewagen, remt hard, gaat vervolgens over het voorwiel onderuit en ramt bijna de politieauto. Het hele ritje is binnen vier minuten voorbij. Vanuit een rechterbocht gaat het tenslotte richting de Edwards Corner. Hier vallen ze normaal gesproken dus bij bosjes. Hartkloppingen. Gas open onder lichte hellingshoek en de blik op de geleiderails die aan de rechterzijde uit de grond komt. Onwillekeurig schiet er een andere video voorbij, waarin iemand op een Triumph Street Triple in toertempo komt aangereden, waarschijnlijk schrikt van Paul met zijn camera en van een paar andere toeschouwers, vergeet in te sturen, remt en in die geleiderails eindigt. De motor blijft op het asfalt liggen, terwijl de rijder in de bosjes naar beneden rolt. Spectaculair. Gelukkig had de beste man geen ernstige verwondingen. Maar nu begint ‘ie, de gevaarlijkste bocht van Amerika. Wat aan de binnenkant aansnijden, maar de beide doorgetrokken gele strepen niet raken, want die bieden nul grip onder hellingshoek. In eerste instantie zie je niet veel, want de bosjes verhinderen het zicht op het verdere verloop van de bocht. De radius is perfect, alsof ‘ie met een passer is getekend. In het midden bocht houdt de geleidende rails op. Constant gas blijven geven, tweede versnelling en omhoog de bocht doorkijken. Een snelle blik op de parkeerplaats. Pff, het barst van het volk en de motoren en ook Paul staat er met zijn enorme camera. Je zou er inderdaad van schrikken. Maar je krijgt ook een enorme drang om je te bewijzen tegen al die mensen die je staan aan te gapen. Hoe dan ook, in het laatste deel van de bocht vindt 80% van alle crashes plaats. En dat heeft niets met een gebrek aan grip te maken. Je bevindt je nog onder hellingshoek en ziet het rechte stuk al dat richting de bergpas voert. Het zonnetje verblindt enigszins, maar belangrijker is dat de bocht in het laatste kwart wat knijpt en buigt naar binnen af. Waarschijnlijk zien minder ervaren rijders uitsluitend het rechte stuk en geven ze gas. Te veel gas. Onder hellingshoek. Highsider. Lowsider. Slow-sider. Ongeacht hoe je deze valpartijen ook wilt noemen, het resultaat is in alle gevallen een hoop schroot, schaafwonden en een vreselijk geluid. En voor Ken Snyder weer een nieuwe video, die uitstekend te vermarkten is. [bu’s] [p. 106] Cult trefpunt ‘Rock Store Cafe’: een waar Mekka voor mensen met benzine in het bloed en een ontmoetingsplek voor de sterren. [p.107 links van boven naar beneden] Julieta en haar CBR: “Knietje aan de grond? Geen probleem.” Politie-BMW: altijd op alles voorbereid. Politie-officier John rijdt beroepsmatig een BMW R1200RT en rijdt privé een Ducati Hypermotard. Dat is te zien. [p. 107 rechts van boven naar beneden] Fotograaf Paul Herold herkent de voertuigen aan hun geluid. Cameraman Ken Snyder: “Dit is goede business.” Altijd aanwezig: agenten van Russ Brown – verzekeringen en advocaten, speciaal voor motorrijders. [p. 108 boven] Een geveerde, speciale stoel, flitser op de helm: fotograaf Paul Herold in actie. [kader] ROCK STORE CAFE AMERIKA’S CULT MOTORTREFPUNT Het ‘Rock Store Cafe’ is hét adres voor iedereen die altijd al eens met sterren als Arnold Schwarzenegger, Brad Pitt of John Travolta ongecompliceerd een bak koffie heeft willen drinken. Hier, aan de Mullholland Highway, aan de start van het stuk weg dat door de lokale bevolking als ‘The Snake’ wordt aangeduid, zijn de motorgekke sterren haast kind aan huis. Geen wonder, want de ‘Rock Store’ ligt op slechts een half uurtje rijden van Hollywood. Ooit begon het in de jaren veertig als pompstation, waarna het in 1961 transformeerde tot een typisch Amerikaans Tante-Emma-winkeltje. In 1963 werd de zaak overgenomen door Ed en Vern Savko. De hartelijkheid van Ed en Vern, die altijd tijd hadden voor een praatje, trok al snel veel auto- en motorfans aan, die in de weekends over de Mulholland Highway reden en trek hadden in kop koffie of een burger. Tegenwoordig is ‘Rock Store Cafe’ een van de oudste motortrefpunten in Amerika en staat het volgens de ‘Los Angeles Times’ bekend als het ‘Mekka voor motorrijders’. Wie een weekend in L.A. doorbrengt, moet absoluut even stoppen bij ‘Rock Store’’, want het is er altijd feest. Of je op twee of vier wielen komt, maakt niet uit. De ouderwetse charme van het oude pand is behouden gebleven, de burgers smaken er geweldig, de bediening weet wat gastvrijheid is en de koffie wordt gratis bijgevuld. Een enorme ruimte in het café dient als een soort museum. De wanden zijn bedekt met honderden foto’s, waarop veel prominenten te zien zijn, die de ‘Rock Store’ ooit hebben bezocht. Buiten op de parkeerplaats staan niet zelden voertuigen die je normaal gesproken alleen in musea, op het circuit of in streng bewaakte garages van filmsterren zult aantreffen. Het mooie hieraan: hier treffen alleen mensen met benzine in het bloed elkaar. Van massatoerisme is hier geen sprake. En of het nu Jay Leno is, die hier met zijn turbinemotor stopt, of Steve McQueen’s zoon Chad met zijn Triumph – je kunt de sterren hier niet alleen van dichtbij meemaken, maar ze zelfs vriendschappelijk op de schouder kloppen. [bu’s kader] John is in de ‘Rock Store’ een soort manusje van alles en vertelt graag over de sterren die altijd graag langskomen. Meer info via www.rock-store.com.