Producttest 8 sets handvatverwarming
De winters zijn al lang niet meer wat ze geweest zijn. Sneeuw zien we nooit meer, maar onherbergzame temperaturen komen een enkele keer nog wel eens voor. Daartegen kunnen motorrijders zich prima wapenen. Verwarmde handgrepen houden handen warm en dus comfortabel. Hier zijn acht exemplaren en een speciale oplossing in een laboratoriumtest.
Even onder ons: die winters van ons stellen toch niets meer voor. Soms is er wat nachtvorst, maar de laatste winters verliepen zo goed als sneeuw- en ijsvrij. Waarom neem je dan nog de moeite om je motorfiets in de winter uit de verzekering te gooien? Is dat alleen om de inruilwaarde van de motor te behouden? Begrijp wel dat je jezelf door deze zelfopgelegde motoronthouding geselt op mooie herfst-, zachte winter- of lentedagen. Precies, dat slaat nergens op.
Weet je wat wel ergens op slaat? Jouw motorfiets prepareren op gebruik bij slecht en koud weer. Daarvan profiteer je ook op de slechtste zomerdagen nog. Veel werk vraagt het niet: verwarmde handvatten als seizoensverlengers of ter verhoging van het comfort zijn in mum van tijd gemonteerd. Veel merken en modellen zijn verkrijgbaar als OE (Original Equipment) of als onderdeel van uitrustingspakketten. We bekijken acht verwarmde handvatten en een speciale oplossing die warme handen garanderen. Het testveld ziet er als volgt uit: vijf klassieke verwarmde handgrepen met extreem weinig installatiewerk omdat de aan/uit-schakelaar direct op of in het handvat is geïntegreerd. Dan hebben we drie modellen met externe aan/uit en handmatige temperatuurregeling. Toto slot hebben we een set verwarmingspatronen die vrijwel onzichtbaar in het stuur worden gemonteerd en vanzelfsprekend is dat iets meer werk.
Tot de eerste behoren de klassieke optionele handvatrubbers Daytona 89820 en KOSO HG 13. Ze worden vergezeld door verwarmde handvatten van Kawasaki, Suzuki en Yamaha. Dat zijn originele accessoires die op verschillende modellen van elk individueel merk passen. De verwarmde handvatten van CLS, Oxford Hot Grips Advanced Touring en Saito CR-10 zijn uitgerust met een externe temperatuurregelaar en dat vraagt iets meer montageruimte op het stuur. Verwarmingspatronen van Coolride – direct in het stuur te monteren – ronden het testveld af en bieden verschillende voordelen. Ze zijn onzichtbaar, beschermd tegen beschadiging en de originele handvatrubbers kunnen worden gebruikt.
Vooral dat laatste is geweldig; dit contactpunt tussen rijder en motor is belangrijk. Het gripgevoel heeft een niet te verwaarlozen invloed op rijders. Te dikke handvatten kunnen voor problemen zorgen bij sportrijders op het circuit of bestuurders van dikke allroads. Exemplaren met een grote diameter kunnen als oncomfortabel worden ervaren of ze kunnen zelfs kramp in de handen veroorzaken. Alleen bestaat er niet iets als een ‘normale’ diameter. Als we op onderzoek uitgaan in onze garage blijkt dat de diameter van de gashandvatten varieert van 30,8 millimeter op een BMW S1000 RR mét verwarmingsfunctie tot iets minder dan 33 millimeter op een Aprilia 660 Tuono zonder verwarmingsfunctie. Diverse testers beschouwen de 34,6 millimeter van een KTM Duke 790 al als ‘veel te dik’. Iets minder dan twee millimeter verschil in diameter kan vervelende gevolgen hebben. Zo vielen de handen van de auteur voortdurend in slaap op zijn privémotor met verwarmde handvatten. Het probleem werd opgelost door over te stappen op dunnere, niet-verwarmde handvatten. De diameters van de testhandvatten staan bij de gegevens.
Naast de diameter zijn warmteafgifte en bediening belangrijk. We registreren onder laboratoriumomstandigheden de warmteafgifte, warmteontwikkeling en maximale waarden bij de testafdeling van Magura. De test maakt duidelijk dat de fabrikanten zeer verschillende technische benaderingen hebben voor het probleem van warme vingers. De meest gebruikelijke is het gebruik van verwarmingsdraad. Die wordt ofwel rondom aangebracht of in lussen parallel aan het stuur. Daytona en Saito gebruiken verwarmingsmatten, die goed zichtbaar zijn met een warmtebeeldcamera. De warmteverdeling in het rubber is – ongeacht de verwarmingsdraad of -mat – goed op alle handvatten.
Een ander aspect is het benodigde vermogen en dus het stroomverbruik van de handvatverwarming. Dit ligt als het goed is binnen een bereik dat moderne dynamo’s niet overbelast. Ook youngtimers moeten een extra 20 tot 50 watt aankunnen. Alleen de exemplaren van Coolride trekken 4,8 ampère in de maximale stand. Dat komt overeen met 68 ampère bij 14,2 volt. Maar een motorrijder gebruikt dit niveau niet permanent omdat zijn handen dan te warm worden. Ook deze waarden vind je bij de gegevens.
Ook interessant, maar in deze test irrelevant, is de manier waarop de handvatten de temperatuur regelen. Simpel gezegd regel je de gewenste temperatuur op twee manieren. Ofwel er wordt een constante stroom getrokken en de stroom die niet nodig is voor verwarming wordt ‘verbrand’ in een weerstand. De tweede methode ‘klokt’ de stroomafname. Hoe langer de pauzes tussen de ‘stroomstoten’ des te koeler het handvat. Of andersom: des te korter de pauzes, des te warmer.
Relevanter dan dit theoretische uitstapje zijn de montage, de aansluiting op de boordnetvoeding en de speciale kenmerken van de verschillende systemen. Coolride, KOSO en Oxford zijn voorbeeldig als het gaat om montagematerialen. Deze producenten leveren zelfs de griplijm mee. Coolride, CLS, Suzuki en Kawasaki scoren punten voor hun uitgebreide montage-instructies. Daytona en KOSO presteren zwakker op dit punt want ze bieden slechts minimale montage-instructies in het Engels. Behalve Saito, hebben alle handvatten een geïntegreerde spanningsmeter om de accu te beschermen. Ze kunnen zelfs zonder grote problemen rechtstreeks op de accu worden aangesloten. Wij raden echter aan om ze aan te sluiten via een geschakelde positieve kabel. Die van de claxon, bijvoorbeeld omdat deze A) gezekerd is, B) dicht bij het stuur zit en C) zelden wordt gebruikt.
CLS en de Coolride patronen verdienen een speciale behandeling. Laten we bij CLS beginnen. Hier maken de verwarmde handvatten van Oxford slechts een klein deel uit van een comfortpakket. Die bestaat verder uit een kettingsmeerapparaat en een extra stroomaansluiting. Bij CLS wordt met een knop op het stuur het temperatuurbereik/verwarmingsintensiteit vooraf als basisinstelling ingesteld. Een temperatuursensor – gemonteerd in de buurt van het stuur – detecteert de omgevingstemperatuur en regelt automatisch de warmte in het handvat volgens het ingestelde temperatuurbereik. Het systeem regelt extreem snel en nauwkeurig. Dat blijkt uit een experiment waarin we de temperatuursensor door middel van ijsnevel razendsnel afkoelen.
Naast CLS registreert Kawasaki ook de omgevingstemperatuur. Het kan de verklaring zijn voor de wat lage verwarmingscapaciteit. De enige tekortkoming van het CLS-systeem is de vrij omvangrijke kabelboom die op de motor moet worden aangebracht.
Ook de Coolride patronen verwarmen heerlijk, maar ze zijn niet zonder nadelen. Om de stroomkabels van de in het stuur gelijmde verfwarmingscartridges door te voeren, moet er een gat in worden geboord. Hierdoor komt de goedkeuring te vervallen. Navraag bij Coolride leert dat zij de mogelijkheid hebben om de cartridges in de papieren te laten schrijven, mits de installatie bij hen wordt uitgevoerd. Bij losse stuurhelften is de installatie minder problematisch.
En wat blijft er uiteindelijk onder de streep over? Bevinding nummer één: bijna alle handvatverwarmingen verwarmen de handen uitstekend en verhogen het rijcomfort. Bevinding twee: het hoeven echt niet de OE-handvatten van motorfietsfabrikanten te zijn. Ook andere fabrikanten weten het vuurtje goed op te stoken.