GP Wegrace Motegi, Japan
Met een comfortabele voorsprong van 66 punten op Jorge Martin sloot Pecco Bagnaia de zaterdag van de Grand Prix van Catalonië af. Nu, drie Grands Prix en zeven races later, kijkt de regerend kampioen met een minder gerust gemoed naar de tussenstand. Met zijn derde Grand Prix-overwinning en zijn vijfde Sprint-zege van het seizoen naderde Jorge Martin in Japan tot op drie punten.
Dertien van zijn veertien Grand Prix-overwinningen behaalde Jorge Martin op een droge baan. Behalve die laatste, zijn uiterst knappe zege in de Grand Prix van Japan. Kort voor de start van de race op Motegi begon het te regenen, maar iedereen vertok op slicks. Vijftien van de twintig rijders doken na één ronde al naar binnen; op de steeds natter wordende baan waren regenbanden de enige optie. Terwijl Pecco Bagnaia na de machinewissel bij het uitrijden van de pitlane zat te knoeien met zijn pitlimiter zette Martin de achtervolging in op de vijf rijders met slicks. “Zijn zelfvertrouwen is ongelooflijk”, zei goede vriend Aleix Espargaro na Martins overtuigende Sprint-zege op zaterdag. “Hij zit in een bubbel”, meende teamgenoot Johann Zarco. “Alles lukt.” Desondanks verkeek Martin zich in de derde bocht op zijn rempunt en zag meteen zes man langszij komen. Maar in de zesde ronde loste Martin de verrassende kopman Espargaro af en vanaf diezelfde ronde kreeg hij ook Bagnaia achter zich aan. Terwijl de als zevende gestarte Marc Marquez na een afwachtend begin Marco Bezzecchi van de derde plaats verdrong, behield Martin na twaalf ronden een voorsprong van 1,4 seconden op Bagnaia. Bij start-finish staken Bagnaia en Marquez de hand op; door de zware regen en aqauplaning maanden zij de wedstrijdleiding tot ingrijpen. Direct werd de rode vlag gezwaaid. Vijftig minuten na de eerste start verlieten de rijders de pitlane voor een wedstrijd over andermaal twaalf ronden. In de opwarmronde was echter duidelijk dat de omstandigheden beslist niet verbeterd waren en opnieuw toonde de racedirectie de rode vlag – nu als teken dat de race niet hervat zou worden. Martin bewees dat hij niet alleen op de droge baan razendsnel was, maar dat hij ook zonder training in de regen niemand hoefde te vrezen. Voor de 25-jarihe Spanjaard was dat mogelijk de grootste winst van de Japanse Grand Prix, naast de volle 25 punten die de wedstrijdleiding reglementair toekende. Bagnaia verdiende zijn eerste ‘regenpodium’ in de MotoGP, maar leverde wel weer vijf punten in. Marquez pakte zijn eerste podium sinds de Grand Prix van Australië, zo’n seconde voor Bezzecchi en Espargaro.
Martin stond achter de beslissing van de wedstrijdleiding om de wedstrijd na de eerste start te staken en ook het uiteindelijk niet herstarten steunde hij. “Ik was erg kwaad, want toen we weer naar buiten werden gestuurd was het zicht erg slecht”, aldus de Prima Pramac-coureur, die net als de andere rijders pas in pitlane besefte dat de race in het steeds donker wordende Motegi definitief niet zou worden herstart. “Toen was ik super blij! Het voelt niet als een overwinning omdat het geen hele raceafstand was, maar natuurlijk zijn de punten het belangrijkst”, was Martin eerlijk. “Ik voelde me supersterk in de regen, maar ik had een flink ‘moment’ en daardoor viel ik terug. Maar daarna had ik een waanzinnige exit en een goede drive uit de bochten. Daardoor kon ik veel rijders inhalen. Dat gaatje van een seconde op Pecco was cruciaal voor de overwinning.”
In de laatste zeven opeenvolgende races, drie GP’s en vier Sprints, finishte de Spanjaard telkens in de top 3. “Ik denk dat we zo door moeten gaan: proberen te winnen, proberen vooraan mee te doen en om te genieten van het moment”, vond de voormalig Moto3-wereldkampioen.
De geklopte Bagnaia had op meer ronden gehoopt om zijn achterstand op Martin te kunnen verkleinen. “Want ik denk dat we door ons bandenmanagement aan het eind heel competitief hadden kunnen zijn”, verwachtte de Italiaan. Maar ik ben tevreden.”
De steeds intensere strijd om de wereldtitel betitelde Bagnaia als ‘interessant’. “Het kan een fantastisch gevecht worden. Het is ook moeilijker. Jorge heeft het momentum, maar we hebben dit weekend iets gevonden (Bagnaia’s remproblemen leken opgelost, red.) wat ons zaterdag (in de Sprint) hielp en ook vandaag was het een stuk beter. Onze tijd komt wel weer.”
Op zijn eerste podium van het jaar had hij lang moeten wachten, gaf Marc Marquez toe. De omstandigheden hadden hem geholpen, beaamde hij, op een circuit waar hij eerder drie MotoGP-races won en drie maal wereldkampioen werd. Na de machinewissel worstelde de Honda-coureur aanvankelijk. “Maar toen was ik vooral bezig met het managen van de banden”, legde Marquez uit, nadat hij teruggevallen was van de tweede naar de zesde plaats. “Toen het echt natter werd, begon ik aan te vallen en ik werd sneller.” Marquez was vol lof over Martin en Bagnaia. “Een geweldige race van twee man die vechten voor het kampioenschap. Het is niet makkelijk om in hun situatie de risico’s te nemen die zij namen. Maar vandaag genieten wij ook van dit podium.”
Fabio Quartararo werd een seconde achter Raul Fernandez tiende en wond zich na de race vooral op over de begintijd van de Japanse Grand Prix, die vanwege tv een uur later startte dan gebruikelijk. De invallende duisternis stond daarna mede een herstart in de weg. Een kleine vijf seconden achter de balende Quartararo werd Yamaha’s testrijder Cal Crutchlow dertiende, ondanks – net als Raul Fernandez en Maverick Viñales – een Long Lap Penalty vanwege een incorrecte machinewissel. De 37-jarige Crutchlow reed zijn eerste GP in bijna elf maanden en reed met een M1 die voorzien was van een eerder door Quartararo en Franco Morbidelli afgewezen uitlaatsysteem en een Honda/KTM-achtig aeropakket. In de race was het kontje van de machine voorzien van een KTM-achtige vierhoekige spoiler. Als immer was Crutchlow uitgesproken, over de machine maar ook over de rijders. “Wat mij betreft is er te veel de nadruk gelegd op de aero”, vond de Brit die eerder in Aragon en Motegi testte. “Ik geloof dat ik hier met een stroomlijn zonder aero sneller zou zijn dan met een stroomlijn mét. Iedereen probeert elkaar te imiteren voor bijvoorbeeld de downforce.” Volgens Crutchlow zou de nadruk moeten liggen op de ontwikkeling van het blok en de elektronica en dan pas de aerodynamica. “De machine moet soepeler worden. Yamaha weet dat, maar het probleem is: actie. Ik geloof dat ze weten wat nodig is, maar er iets aan doen, is een ander verhaal. Maar ik geloof dat dat gaat gebeuren. Er komt een punt dat we stappen gaan zetten. Ik heb aan het begin van het jaar al gezegd dat dit blok wat mij betreft niet het goede was, maar Fabio en Franco kozen dit en nu hebben we problemen. Het is erg agressief en we kunnen de grip niet genereren.”
Ook liet Crutchlow niet na om onderdelen op zijn Yamaha af te wijzen. “Er zitten veel spullen op waar ik nee tegen had gezegd tijdens de testen, maar we hebben data nodig. De andere rijders zeiden ook nee, maar er zitten ook spullen op die zij nog niet hadden geprobeerd, zoals de aero. Met zoveel downforce is de machine heel moeilijk te rijden. De balans ontbreekt, hij is zó zwaar aan de voorkant. Ik heb een betere acceleratie, maar ik verlies met remmen, omdat de voorkant te laag is. Daardoor heb je last van blokkeren, en bocht in en het omgooien zijn dan lastig. Die uitlaat, het lijkt alsof ik op een elektrische motor zit. Je hoort ‘m niet. Fabio gooide hem er al daarom ook al na drie rondjes af. Maar de vermogensafgifte wordt er wat vriendelijker door en dat zoeken we. Het is niet de grote stap. Die moet van het blok komen.”
Crutchlow kreeg een nieuw driejarig contract aangeboden, maar twijfelt of hij zijn werk als testrijder wil voortzetten. “Het huidige testplan is niet goed genoeg, dat weten ze ook. Dit jaar was er een periode van veertien weken dat ik vrij was. Daarna had ik na een test in Sepang negen weken vrij. Toen drie testen in twee weken, veertien weken en weer drie teste in weken. Zo werkt het niet. We moeten regelmatiger op de motor zitten, dat is ook goed voor de engineers. En zo boek je progressie. Dus hopelijk komen ze met een beter plan en dan neem ik een beslissing.”