MotoGP 2012 preview
Vergeet alle getreuzel en geneuzel met die saaie 800’s, in 2012 is spanning verzekerd! Maar veel van die spanning gaat zich in het komende MotoGP-seizoen naast de baan afspelen. De MotoGP is namelijk al bezig de wat verdere toekomst dan 2012. Oh, en Casey Stoner is dit jaar trouwens de favoriet voor de MotoGP-titel. Dit jaar met dikke duizends. De nieuwe reglementen die in de loop van het voorgaande seizoen werden opgesteld, zorgden voor ophef en hoon maar oogstten ook lof. Want iedereen kan zien dat ‘het zo niet verder kan’ met de klasse die zich wenst te beroepen op de prestigetitel ‘belangrijkste motorsportklasse’. Vorig jaar kende een MotoGP-race zeven maal dertien finishers en het dieptepunt werd bereikt in Phillip Island toen onder leiding van Casey Stoner tien rijders werden geklasseerd. Met laatste man Karel Abraham op twee ronden. Gefeliciteerd. Het is echter simpel om luid te roepen dat er wat moet veranderen, minder eenvoudig is om de wonderformule te presenteren die de MotoGP – de klasse die een steeds kleiner wordende groep constructeurs ziet als het ideale proefterrein voor wat later op straat te zien is – weer het aanzien geeft die het had en verdiende. Pak de ‘klassefoto’ van 2003, het eerste jaar dat alle MotoGP-rijders op een viertakt zaten, en je telt 23 koppen die rijden op Honda’s, Yamaha’s en Ducati’s maar ook op Aprilia’s (de driecilinder Cube!), Protons (een zelf ontwikkelde V5 van het Roberts Team), Kawasaki’s en Suzuki’s. Die laatste vier fabrikanten zijn inmiddels afgehaakt, waarbij Suzuki na de Valencia-GP onder een weinig overtuigend ‘we will be back’ afscheid nam. Kop van Jut alias Dorna-baas Carmelo Ezpeleta lanceerde voor 2012 de Claiming Rule Teams en de losse flodders van WK Superbike-promotor Paolo Flammini konden niet voorkomen dat de van productiemotoren afgeleide 1000 cc-blokken in een prototype chassis vanaf 2012 welkom zijn om het op te nemen tegen de exotische prototypes van Honda, Yamaha en Ducati. De CRT’s mogen twaalf blokken gebruiken in een seizoen en in een tank mag 24 liter worden gegoten; de prototypes moeten het doen met zes blokken en 21 liter. De startlijst van 2012 is langer, maar kwalitatief helaas zeker niet sterker. Tijdens de laatste grote test voordat het seizoen op 8 april begint in Qatar gingen vertegenwoordigers van de fabrieken met Dorna’s Ezpeleta in gesprek om zich nu al te oriënteren op 2013 en daarna. Kostenbesparing is het toverwoord in die onderhandelingen. Besloten is al dat de gewichtslimiet van 157 naar 160 kilo gaat; vorig jaar was die nog 153 kilo. Ezpeleta wil in navolging van de Moto2, de nieuwe Moto3-klasse, het WK Supersport en nu ook het WK Superbike volgend jaar maar één machine per rijder toestaan. Bovendien zouden niet langer zes maar vijf blokken mogen worden gebruikt. Het plan om slechts een machine in de box te hebben staan, is niet nieuw, maar toen Mike Trimby van de IRTA (de vereniging van teams) enkele jaren geleden soortgelijke ideeën opgooide, werden die niet opgevangen. Nu iedereen overgeschakeld is op ‘survival mode’, lijkt de tijd rijp om door te pakken. Deze besparing zou ook leiden tot indirecte kostenreductie als minder monteurs (die toch ook betaald moeten worden) en lagere vervoerskosten. Ook tegen het blokkenquotum lijken constructeurs weinig protesten in te brengen. Anders is dat met het maximale toerental dat Ezpeleta heeft voorgesteld. Om een toerental te vinden waar alle fabrieken zich in kunnen vinden zal nog enkele praatsessies kosten. Een overbodige luxe lijkt het niet te zijn nu meerdere rijders met de nieuwe 1000’s topsnelheden van 360 km per uur verwachten. Een belangrijk ander item is de maximale leaseprijs van 1 miljoen euro voor een satellietmachine. Wetende dat Honda voor dit seizoen ruim 3 miljoen rekende voor een RC213V is het te verwachten dat Ezpeleta ook hier een flink praatpunt heeft. Belangrijk zal zijn om vast te stellen wat er voor die prijs verwacht kan worden; een ‘all in-tarief’ zit er voor een dergelijk bedrag mogelijk niet in. Interessant is dat de Spanjaard ook een maximale aanschafprijs van 750.000 euro voor CRT-machines wil hanteren. Ezpeleta heeft een verleden van het oplaten van massa’s proefballonnen en na het vijandelijke prijsschieten bleek er door het creëren van onderhandelingsruimte altijd wel wat over. Of die geschiedenis zich gaat herhalen in deze economisch zware tijd, valt te bezien. Daarnaast is het veel te kort door de bocht om Ezpeleta te blijven zien als de man die als enige verantwoordelijk is voor de teloorgang van de klasse en nu, met de klok op vijf voor twaalf, slechts handelt uit eigenbelang. Onvermijdelijk zal echter de discussie oplaaien of door de verdere versobering of afvlakking van de reglementen twee wereldkampioenschappen als de MotoGP en het WK Superbike nog wel naast elkaar kunnen blijven bestaan. Door aanstaande veranderingen kun je 2012 bijna bestempelen als een overgangsjaar. Een jaar ook waarin zonder twijfel veel gevloekt en gescholden gaat worden op te langzame CRT-rijders. Tijdens de testen in Sepang en – in mindere mate – in Jerez waren de verschillen tussen de fabrieksmannen en enkele debuterende teams soms zorgwekkend groot. Bovendien poetsen coureurs als Ivan Silva (acht GP-starts, Spaans kampioen Formula Extreme), Yonny Hernandez (vorig jaar 21e in de Moto2), de jonge Danilo Petrucci (Italiaans Superstock-kampioen) en ook James Ellison de allure van de klasse niet op tot een schijnend geheel. Kijk niet vreemd op als op enig moment volgend seizoen een topper pleit voor een soort superlicentie. Sommige teams en motoren staan ook nog aan het begin van hun ontwikkeling – en niemand weet hoever die zal reiken. Duidelijk is wel dat Randy de Puniet en zijn teamgenoot Aleix Espargaro bij het Power Electronics-team van Jorge Martinez met de ART, een Aprilia RSV4 in een stijver frame met meer geometrische speelruimte, een al bijna volgroeide volbloed racer in handen hebben. De Puniet gaat er misschien wel meer plezier mee beleven dan op de Ducati GP11 waarmee hij zich vorig jaar van race tot race sleepte. Menigeen in de paddock ziet de fraaie ART als een handige manier van Aprilia om terug te keren in de MotoGP zonder dat zij als constructeur gezien worden. “Je mag je afvragen of ze überhaupt wel in één van de klassen horen”, vindt Ronald ten Kate, refererend aan Aprilia’s ‘lone wolf’-status in het WK Superbike vanwege het tegen het prototype aanschurende imago van de RSV4. Ten Kate zal zelf ook dit jaar te zien zijn in de MotoGP dankzij een samenwerking met het team van Fausto Gresini. De Italiaan zet Alvaro Bautista op een nieuwe RC213V en heeft voor Michele Pirro een frame laten maken bij het Britse FTR en bij Ten Kate betrekt hij de stevig opgepepte Honda Fireblade-blokken. In Jerez kon Pirro pas voor het eerst serieus testen met een machine die fraai oogt, maar nog zeer veel werk behoeft. Ook Colin Edwards, bijgestaan door de Nederlandse crewchief Kor Veldman, weet dat hij op de Suter/BMW van Forward Racing (ook nog actief in de Moto2) een lange weg heeft te gaan. Samen met Mattia Pasini (Speed Master ART), Michele Pirro, James Ellison (Paul Bird Racing, ART), Ivan Silva en Yonny Hernandez (beiden op een BQR-Kawasaki) kwam hij niet aan de snelste tijd die Moto2-coureur Claudio Corti enkele dagen eerder had geklokt. Hoe spannend, pijnlijk of boeiend de gebeurtenissen rond de Claiming Rule Teams en hun rijders ook is, de meeste aandacht zullen Casey Stoner, Jorge Lorenzo, Dani Pedrosa, Ben Spies én Valentino Rossi voor zich opeisen. Stoner was tijdens de drie testen de snelste coureur, terwijl Lorenzo aantoonde dat de Yamaha in dit nieuwe tijdperk een gevaarlijker tegenstander voor de Honda’s lijkt te worden dan vorig jaar. Dat wordt ook onderstreept door de vooruitgang die Cal Crutchlow boekte en de dingen die Tech3-nieuweling Andrea Dovizioso inmiddels heeft laten zien. Ook Ben Spies is blij met de extra 200 cc aan boord. Bron van enige zorg is de elektronica, het beperken van wheelies en het aanvaardbaar oppakken van het vermogen. Pas op de laatste dag in Jerez brak bij Valentino Rossi een glimlach door toen de crew teruggreep op de ervaringen die men tijdens de eerste Sepang-test had opgedaan. Dat ook de GP12 met het aluminium frame een hardnekkige neiging tot onderstuur vertoont, lijkt een karaktertrek te zijn waar Rossi mee zal moeten leren leven. Zijn optimistische commentaren na afloop lijken daar ook op te duiden. Toch waarschuwde de negenvoudig wereldkampioen voor te veel optimisme: Stoner, Lorenzo en Pedrosa hebben momenteel een nog te grote voorsprong, aanpikken bij Spies en Crutchlow is het eerste doel. En moet hij serieus oppassen voor teamgenoot Nicky Hayden en misschien zelfs Hector Barbera? Hayden liet weten dat de GP12 met al zijn eigenzinnigheden toch de beste Ducati is waarmee hij ooit reed, Barbera sprak de ambitie uit dat hij dit jaar wil besluiten in de top 6 waarbij hij een podiumplaats niet als een utopie ziet. Karel Abraham berijdt de vierde Ducati in het veld. Ducati zag door het vertrek van Martinez’ team en het inkrimpen van Pramac Ducati de klantenkring slinken van zes naar vier coureurs. Bij Honda is de clientèle eveneens in die mate verkleind, maar het zal beslist interessant zijn om te zien waar Moto2-wereldkampioen Stefan Bradl (LCR/Honda) en ex-Suzuki-rijder Bautista na achttien races op de nieuwe RC213V staan. Met de wetenschap dat bij alle fabrieksteams en ook bij Tech3 de rijders aan hun laatste contractjaar beginnen, is duidelijk dat er dit jaar veel op het spel staat. Dat bedoelen we ook met spanning verzekerd. (kader) EXTRA UITGAVE: DE MOTOPLUS SPORTSPECIAL – (cover bijplaatsen) Voor wie dieper in de wegracewereld wil duiken is er nu de MotoPlus Sportspecial met naast fantastische foto’s ook interviews met onder meer Wilco Zeelenberg, Jasper Iwema, Ronald ten Kate, Hans Spaan. Superstock 600-coureur Michael van der Mark en KNMV-bondscoach Barry Veneman. Verder zetten we alle circuits en MotoGP-coureurs op een rij, besteden we ruim aandacht aan de Moto2 en beschouwen we de nieuwe Moto3-klasse nader. Uit vijf jaar ‘800 cc-MotoGP’ kozen we de tien meest spectaculaire races. Honderd pagina’s, honderd procent wegrace – vanaf nu in de winkel. Bijschriften Opener Casey Stoner was tijdens alle wintertesten de snelste en is de onbetwiste favoriet in de MotoGP. ART De Aprilia RSV4-Superbike is met een ander frame omgeturnd tot een MotoGP-machine. Randy de Puniet was er al redelijk snel mee. Lorenzo Jorge Lorenzo schiet binnendoor bij Mattia Pasini op de ART van Speedmaster. Dat zal dit jaar nog wel vaker gebeuren. Dovi_crutchlow Cal Crutchlow is gelukkig met de 1000 cc-Yamaha, zijn nieuwe teamgenoot Andrea Dovizioso groeit in zijn rol. Rossi Pas op de allerlaatste testdag brak de zon een heel klein beetje door voor Valentino Rossi op de Ducati GP12. Reserve – edwards_veldman De Nederlander Kor Veldman (midden) is de crewchief van Colin Edwards. Die rijdt dit jaar op een Suter/BMW.