Column Noortje MP 06-2012
Mijn motor-winter-gebikkel heeft even geduurd, maar de vorst in januari was me echt teveel. Ik ben afgehaakt, maar tijdens de winterstop kriebelde het wel. Ik verlangde naar metaal tussen mijn knieën en ook bij mijn vriendje merkte ik ‘motoronrust’. Op de bank met een MotoPlus kijkt hij met een intense, verliefde blik naar de nieuwe Tiger 1200. Ik vermoed dat het moment zich een keertje gaat aandienen dat leven zonder Triumph Tiger ondenkbaar wordt… Dit niet te overtreffen verlangen volg ik met lichte verbazing. Mijn lieve vriendje smacht echt naar een andere motor. Eentje met een nog mooier motorblok, die nog soepeler loopt en klinkt als een snorrend katje. Het eigenaardige is dat hij dit bij de vorige motor ook had en vermoedelijk na de Tiger ook ooit weer zal krijgen, omdat motoren immers altijd weer mooier worden. Het bijzondere vind ik dat het verlangen echt is en verdacht veel weg heeft van gepassioneerde liefde. Ik heb dat niet, ik verlang niet naar een andere motor. Ik ben gewoon tevreden en blij met mijn Honda CBF600. Soms lonk ik wel naar een Honda Transalp of een BMW F650, maar meer dan lonken is het niet. Soms voel ik wel dat ik misschien wel wat meer power zou willen, maar dat is puur praktisch en de gedachte blijft nooit lang. En zo belandden we op een zondagmiddag in een interessante discussie over motoren of liever gezegd over hoe anders we ons verwonderen over motoren en motorrijders. Zo vraagt hij zich af hoe het toch komt dat Nederlandse motorrijders vooral op zware motoren rijden en zelden op motoren met 125, 250 of 400 cc. Hij peinst hier al geruime tijd over en heeft nog geen sluitend antwoord kunnen vinden. Misschien worden motoren in het buitenland wel vaker gebruikt in het stadsverkeer waardoor een lichte motor makkelijker is. Misschien is het puur cultureel bepaald. Ik ben verbijsterd. Het is nog nooit in me opgekomen om deze vraag te stellen, het is me nooit eerder opgevallen dat in het buitenland een ander motorgebruik zou zijn dan hier. Wel dat in het buitenland mensen op de motor mooier gekleed gaan dan hier. Mogelijk omdat wij ons moeten kleden op alle weersomstandigheden en bij voorbaat alle kleren een maat te groot kopen zodat er een lekker dikke trui onder past, plus een goed gevoerde col. Misschien omdat wij het ons niet zo aantrekken als we ons weer in zo’n hobbezak-broek hijsen. Tijdens de discussie raakt onze wijn langzaamaan op en we bekeken elkaar opeens met andere ogen. Nooit gedacht dat als we dagdroomden over motoren onze gedachten zo een heel andere richting op zouden gaan. Nog zo’n voorbeeld: mijn vriendje schijnt regelmatig zijn hoofd te breken over het feit dat nog niet alle motoren voorzien zijn van een cardan. Een cardan? Ik verslikte me bijna in mijn toastje met garnalensmeersel. Hij legde geduldig uit wat cardan is en wat je met een cardan moet en vooral dat het veel smeerwerk scheelt. Dit laatste argument, zo merkte hij subtiel op, was iets waar hij vooral mee te maken had omdat hij immers onze kettingen altijd keurig smeert. Begrijpelijk dat een mens dan gaat piekeren over cardans en cardanassen. Tijdens het luisteren merkte ik dat ik worstelde met dit voor mij nieuwe woord in combinatie met lidwoorden. Rijdt een motor op een cardan of met een cardan? Zit een cardan in of aan je motor. Of juist eronder? We kletsten lekker door over het verschil tussen ketting en cardan en zelfs tijdens het eten van de pastaschotel worden we beiden in beslag genomen door alle voor- en nadelen op een rijtje te zetten en ons te verbazen dat hij hier juist wel over nadacht en ik juist helemaal niet. Bij het toetje was het mijn beurt om diepe gedachten te onthullen. Ik vertelde over mijn zoektocht naar motorstickers met vrolijke bloemetjes. Dat ik het zo leuk zou vinden als mijn motor wat vrolijker en fleuriger zou zijn. Ook vertelde ik dat ik het meest worstelde met de donker ondergrond van de motor waardoor fleurige kleurtjes wat somber worden. Hij geloofde zijn oren niet. Zonde om stickers op te plakken! Hoe moet je je motor dan weer verkopen, wie wil er nu een stoere motor met bloemetjes? We lachten en bedachten niches om juist motoren met bloemetjes tot mode-item te verheffen, tot een ‘must have’. Tegen de tijd dat we de borden in de afwasmachine zetten en samen gezellig voor de kachel kropen bedachten we dat we één motordagdroom gelijk hebben: samen op onze motoren, koffers gepakt, de horizon tegemoet, de wereld verkennen met alleen onze liefde en de vrijheid. En dan de aftiteling ‘They lived happily ever after…’