Interview Henk Hellegers
Wanneer dertien rijders op jouw materiaal starten in de Dakar-rally, dan begint dat wel een beetje ‘big business’ te lijken. Maar Henk Hellegers schudt het hoofd. “Als ik dik wilde verdienen met hetzelfde aantal uren, dan had ik beter vrachtwagenchauffeur kunnen worden.” Maar de grote man achter Team Honda Europe heeft een beeld voor ogen: “Als iemand waar ook ter wereld met een Honda de Dakar wil rijden, moet hij bij ons in Vorden zijn.” Henk Hellegers ontdekte zo’n zeven jaar geleden – ‘Ik was eigenlijk een Yamaha-man’ – dat een Honda 450 terreinmotor een ideale basis vormde voor een echte rallymachine. De Vordenaar had destijds al een grote fascinatie voor de Dakar ontwikkeld. Dat begon met jaarlijkse trips naar de start, daarna kreeg hij als veringexpert via zijn eigen bedrijf en via Reiger Racing Suspension ook professioneel te maken met rallymotoren, de WRC en de hele 4×4-scene. Hij ontdekte de Dakar-rally als nieuw werkterrein en in 1999 stopte hij met zijn bedrijf HT Suspension, om zich volledig op de ontwikkeling van een buggy met een Honda V6-blok (voor voormalig motortopper Thierry Magnaldi) te storten. Hellegers bleef echter vooral een motorman en richtte daarom later het vizier weer op twee wielen. Vanaf 2005 werkt hij nu fulltime aan zijn eigen projecten, waarbij de continue evolutie van rallymotoren de belangrijkste rol speelt. Zelf reisde hij al veertien malen mee met het circus, maar hij reed de rally nooit zelf op de motor. Toch hefet hij een motocross-achtergrond en hij reed wel als enige Europeaan ooit een Baja 1000 uit. “Ik weet dus wel hoe het is om een rallymotor te rijden. En ik weet wat er nodig is voor een rally als de Dakar”, aldus Hellegers. In Frankrijk vond Hellegers jaren geleden een kit, waarmee hij de Honda CRF450X kon ombouwen tot rallymachine. “Ik wilde toen de ontwikkeling van een rallykit al in eigen hand houden. In de Dakar moet je namelijk een soort controlfreak zijn. Afhankelijk zijn van andere mensen kan dodelijk zijn”, weet Hellegers. “De oorspronkelijke kit week in mijn ogen ook te veel af van de originele enduro-Honda. Wij wilden het zo simpel mogelijk houden, zonder poppenkast. Met een goede balans en een goede handelbaarheid. Vergelijk de fietsen van 2005 maar eens met die van 2012 en dan is er echt sprake van een revolutie. Iedereen zegt dat onze motor zo rank is. We proberen ook zo veel mogelijk originele Honda-onderdelen te gebruiken, omdat die echt niet te verbeteren zijn. De elektrische installatie is wel een uitdaging en weinig mensen hebben daar echt kaas van gegeten. We hebben een separaat systeem naast de Honda-elektronica, met een parallelle kabelboom voor de navigatie, het iritracksysteem en het roadbook. Maar elk jaar loop je wel ergens tegenaan, ondanks alle testen en voorbereiding. Dat kan irritant zijn, maar je weet dat het gebeurt. Niet alleen bij ons, ook bij de concurrentie.” In het buitengebied van het Gelderse Vorden werken in een verbouwde boerderij gedurende het hele jaar drie mensen fulltime voor Hellegers, terwijl er in de aanloop naar de Dakar inclusief de part-timers negen mensen bij de voorbereiding van mens en materiaal betrokken zijn. Eén van hen is Mirjam Pol, jarenlang een Nederlandse topper in het Dakar-damesklassement en nu assistent-teammanager van Hellegers. Als we een kijkje nemen in de werkplaats van Hellegers, stapt ook negenvoudig zijspancross-wereldkampioen Daniel Willemsen binnen, die in januari voor de derde keer start in de Dakar-rally, nu in het Honda-team van Hellegers. In de werkplaats ligt het boordevol met rallyspullen. Op de grond staan zo’n tien CRF450-blokken, her en der omringd door tanks, schokbrekers, voorvorkpoten en uitlaten. Op bokken ondergaan twee enduromachines de transformatie tot Dakar-motoren. “De rally win je in de werkplaats”, aldus Hellegers. Op het erf staan twee grote trucks en een aantal assistentiewagens. Nog niet het volledige wagenpark, legt de teambaas uit. “We gaan dit jaar met drie trucks en drie assistentieteams”, zegt hij met gepaste trots. “Mijn idee is een beetje zoals bij Ten Kate: als je wilt racen met een Honda, kom je al snel in Nieuwleusen uit. En ik wil dat mensen van waar ook ter wereld, die de Dakar willen rijden met een Honda, hier in Vorden terechtkomen.” In de afgelopen jaren prepareerde Hellegers’ team al rallyfietsen voor prominente rijders als Thierry Betthys (in 2007 achtste op een Honda ‘made in Vorden’), Henk Knuiman, Jurgen van den Goorbergh, Zé Helio, Paulo Goncalves. Ook de Chileen Francisco Lopez zat tijdens zijn Dakar-debuut in 2007 op een Hellegers-Honda. Hij haalde het einde niet door een steen in de ketting. “Toen bleek dat hij al voor de start had getekend voor KTM, vond het niet zo heel erg dat hij uitviel.” Vorig jaar introduceerde Hellegers de drievoudig Baja 1000-winnaar Quinn Cody in de Dakar. De Amerikaan werd negende en was daarmee de beste nieuwkomer. “Ik had in 2009 contact met Johnny Campbell en dat was voor mij toch een soort idool dankzij zijn vele Baja-overwinningen”, vertelt Hellegers. “In Europa waren wat mij betreft toch moeilijk goede rijders te vinden en ik heb toen Johnny gevraagd of hij niet geïnteresseerd was. Hij wees me toen op Quinn. Voor de Dakar van 2011 kregen we het op het laatste moment voor elkaar.” Terwijl vorig jaar het team maar uit vier rijders bestond, is de uitbreiding voor de 2012-Dakar tot dertien rijders en een volgerskaravaan van bijna twintig mensen op zijn minst indrukwekkend te noemen. Hellegers’ bedacht een concept waarbij hij zijn gezelschap in tweeën splitste. “We hebben nu een topteam met drie rijders en dan de zogenoemde teamrijders. Dat zijn jongens die wij van A tot Z begeleiden, met als doel om ze naar de finish te brengen. Ik ben tot dit concept gekomen omdat ik mensen de mist in zag gaan, enkel en alleen omdat ze de Dakar niet kennen.” Cody, de pas 22-jarige Sam Sunderland (‘een toekomstig opvolger van Coma en Despres’, volgens Hellegers) en de Boliviaanse ‘helper in nood’ Juan Carlos Salvatierra vormen het topteam. Hellegers ontkent niet dat het binnenhouden van de Amerikaan geld kost. “Vorig jaar reed Quinn gewoon tussen de andere rijders en dat was geen ideale situatie. Dat wilde ik niet meer en daarom hebben we deze constructie bedacht. Het klopt dat de teamrijders als het ware ‘meebetalen’ voor Cody, maar voor mij zijn alle jongens echt even belangrijk. Ik vind het geweldig hoe in Drenthe voor Geert Mulder een heel dorp op de kop staat. En dat de lokale bakker en de slager bijdragen in zijn budget. Vorig jaar hadden de eerste Russische finisher in de Dakar en daar kan ik net zo van genieten als van Quinn Cody, die in de top 5 rijdt. Marc Coma deed ruim 51 uur over de rally, wij hadden een rijder uit de Oekraïne die dik 106 uur onderweg was. Die rijdt als het ware twee Dakars! Uiteindelijk werkt iedereen er knuppelhard voor.” Door het inzetten van Cody is het volgens Hellegers bovendien niet mogelijk om rijk te worden van de Dakar. “Dan had ik beter alleen maar met de teamrijders aan het werk moeten gaan. Maar ik heb toch die drive, ik wil binnen vijf jaar op het podium staan, ik wil de grote jongens verslaan. Daarom hebben we juist die splitsing tussen topteam en teamrijders met elk een eigen teamstructuur. Ik houd me met de toprijders bezig en met het aansturen van de monteurs, Mirjam is er voor de teamrijders. Met Quinn hebben we vorig jaar ingezet op een driejarenplan. Dit jaar mag de lat wat hoger. We rijden met een blok dat vrijwel standaard is, maar Quinns motor wordt in Amerika geprepareerd. Wij zijn hier verantwoordelijk voor de opbouw, in Amerika verzorgen ze de vering en halen ze wat meer snelheid uit het blok. Via Honda USA komen er namelijk wat speciale spullen bij de fabriek vandaan. Maar ik ben er van overtuigd dat onze klantenmotor ook goed is voor de top 15.” De nu gekozen opzet van zijn Honda Europe team weerspiegelt volgens Hellegers ook hoe de Dakar in elkaar zit met rijders van wereldklasse die in dezelfde wedstrijd starten als de hobbyrijder die een droom najaagt. Dat diverse rijdersveld zorgt er echter ook voor dat het onderlinge niveau enorm uiteenloopt. “De criteria worden scherper”, zegt Hellegers, in Nederland ook actief als agent van de organiserende ASO. “Zoals het was ten tijde van Thierry Sabine kan niet meer. Het is niet te verantwoorden om iemand met enkel een kaart in de zak de Dakar-rally in te sturen. Bovendien willen we geen berichten in de krant over dodelijke slachtoffers. Maar nog steeds vind ik de rally selectief genoeg. Er zouden moeiteloos 230 motorrijders kunnen worden ingeschreven, maar de organisatie beperkt het tot ongeveer 170 deelnemers in verband met de veiligheid.” Of hij zelf al geïnteresseerden heeft geweigerd? “Jazeker. Het blijft toch een risicovolle sport. Het is bovendien ook prettig als je met elkaar overweg kunt. Met geld is veel te koop, maar dat niet. Je gaat toch drie weken samen op een hele moeilijke vakantie. Voor mij is de Dakar dan ook pas geslaagd als iedereen in goede gezondheid terug is. Met graag zo veel mogelijk rijders aan de finish.” [[kaderstuk]] DE NEDERLANDERS IN DE DAKAR Op zondag 1 januari beginnen naast de gedoodverfde favorieten Marc Coma en Cyril Despres op KTM en de gevaarlijke outsiders Helder Rodrigues (Yamaha) en Francesco Lopez (Aprilia) ook nog twaalf Nederlandse deelnemers aan de Dakar. De startplaats is dit keer het Argentijnse Mar del Plata en na het doorkruisen van Argeninië en Chili finisht de rally op 15 januari na veertien etappes en 8.363 kilometer voor het eerst in het Peruaanse Lima. Het ‘Dutch dozen’ in het kort: 15. Frans Verhoeven (45), Sherco – Sherco Rally Raid Eerst was het Yamaha, daarna KTM en BMW en nu zit Verhoeven voor zijn zevende Dakar als fabrieksrijder op een Franse Sherco. Na een sterke vierde plaats in de Rally van Marokko mikt drievoudig etappewinnaar Verhoeven mikt minimaal op een top 5-klassering. 18. Henk Knuiman (43), KTM – WIM Motors Dakar Begint aan zijn achtste Dakar. Hoopt zijn achtste plaats van 2000 te verbeteren of te evenaren. 48. Hans-Jos Liefhebber (41), KTM Liefhebber begint ook al weer aan zijn vierde Dakar en nu verplicht op een 450. Het wordt een hele kluif om zijn 24e plaats van 2010 te verbeteren. 57. Daniel Willemsen (36), Honda – Team Honda Europe Brak in september bij de laatste zijspancross-GP als nieuwe wereldkampioen nog zijn pols. Wilde in zijn derde Dakar eerst met een quad starten, maar koos toch voor een tweewieler. Werd in zijn debuutjaar 2007 48e en in 2009 21e. Gaat nu voor het Marathon-klassement. 74. Erik Kofman (38), KTM Ex-wegracer verruilde voor zijn tweede Dakar zijn Aprilia RXV 450 voor een KTM. Haalde vorig jaar ondanks veel tegenslag als 73e de finish bij zijn Dakar-debuut. 119. Ebert Dollevoet (45), Honda – Team Honda Europe Deed eerder mee op een KTM (2003), een BMW (2005) en Honda (2009), maar finishte toen niet. Vier keer scheepsrecht? 141. Wouter van der Beek (42), Aprilia – Flevo Dakar Team De uienhandelaar uit Flevoland zei vorig jaar mogelijk in een truck of op een quad te stappen als hij de finish haalde. Dat lukte niet, dus gaat Van der Beek in de herkansing op een Aprilia. 152. Ronald ter Beek (44), Honda – Team Honda Europe Het belangrijkste voor de man uit het Overijsselse Hengelo is finishen in zijn eerste Dakar. Hoopt zoveel mogelijk geld op te halen voor KiKa. Sponsorde eerder Willemsen. 165. Geert Mulder (41), Honda – Team Honda Europe Oud-autocrosser wist zich tijdens de Dakar Pre Proloog in Valkenswaard gesteund door een bus vol plaatsgenoten uit het Drentse Annen. Viert tijdens zijn eerste Dakar zijn 42e verjaardag. 177. Marco van Geel (40), Honda – Team Honda Europe Rijdt al twintig jaar enduro’s en legde zich vanaf 2009 toe op rally’s. Werd in 2010 tweede tijdens de Heroes Legends en begint nu aan zijn eerste Dakar. 178. Jan van Woerkum (55), Honda – Team Honda Europe Nu Jaap van der Kooy niet mee doet, is debutant Jan van Woerkum de senior van de Nederlandse Dakar-delegatie. Eerder drie maal deelnemer van de Heroes Legends. 186. Jan van Gerven (29), Honda – Team Honda Europe Rookie en ‘broekie’ van de Nederlandse deelnemers. Finishte eerder dit jaar onder meer dankzij een etappe-overwinning als zevende tijdens Dresden-Breslau. [[streamers]] IN DE DAKAR MOET JE EEN CONTROLFREAK ZIJN DE TEAMRIJDERS BEGELEIDEN WIJ VAN A TOT Z MET ALS DOEL ZE NAAR DE FINISH TE BRENGEN DE DAKAR-RALLY WIN JE IN DE WERKPLAATS JE GAAT DRIE WEKEN SAMEN OP EEN HELE MOEILIJKE VAKANTIE
