Racen voor een prikkie (2)
In onze zoektocht naar circuitplezier voor een beperkt budget lieten we in het vorige nummer ons oog vallen op een Kawasaki ZXR750R uit 1991. Na een rappe, maar grondige revitalisatie van onze oudere jongere mag onze WK Superbike homologatiespecial van weleer haar proeve van bekwaamheid afleggen op het beruchte Belgische stratencircuit van Chimay, want wat is nu een betere stresstest dan deelname aan een competitie?Oldtimers hebben al jarenlang een grote schare fans en voor youngtimers, motoren van twintig tot veertig jaar oud, is het enthousiasme groeiende. Dat blijkt wel uit de Post-Classic Endurance die sinds een paar jaar verreden wordt tijdens de Open Trophy races op het Belgische Chimay. Deze race is opgedeeld in twee klassen: één voor motoren van minimaal dertig en eentje voor motoren van minimaal twintig jaar oud. De ideale aanleiding dus om een Kawasaki ZXR750R uit 1991 aan te schaffen en tot op het bot te modificeren (zie MotoPlus 19). Middels deze raceklasse iss het niet alleen mogelijk om goedkoop circuitplezier te beleven, maar ook het resultaat van alle inspanningen te testen in competitieverband. We werken ons met een aantal technische partners een slag om de Ninja te prepareren, want er zaten slechts acht dagen tussen de aanschaf van de ZXR en de kwalificatietraining. Ronduit weinig, zeker als er ook nog onderdelen besteld moet worden. Dat werd knap spannend, maar ach, de beste prestaties worden veelal geleverd als de druk op de ketel staat, nietwaar. Gelukkigerwijs vielen alle puzzelstukken op hun plaats en konden we zaterdagochtend aan de kwalificatie beginnen. Die was erg kort, want een half uur betekent een kwartier per rijder en Chimay is nu niet bepaald een baantje om eens even de stoere bink uit te hangen. Ik kreeg er in ieder geval het betere Isle of Man gevoel bij, vooral door de combinatie van blinde bochten over heuveltoppen en landweggetjes. Oh ja, de bomenrijen, stoepranden, historische panden en vangrails als vangnet completeerden dat plaatje aardig. Gelukkig is de baan korter, de lay-out iets eenvoudiger en daardoor sneller te leren dan Man. Tijdens de kwalificatie is de baan nog nat met een smal droog spoor, afgewisseld met natte plekken onder de bomen. Regen, droog, alles was beter geweest dan dit. De overlevingsdrang zorgt voor een slechte kwalificatieplaats. Veel slimmer is het feit dat er weinig zinnigs te zeggen valt over het rijwielgedeelte. Aan de ene kant een compliment, aan de andere kant een gemiste kans om te verbeteren. Gelukkig presteert het blok fantastisch, prima gasreactie, goed vermogen van 6.500 tot 13.000 toeren en niet onbelangrijk: het blijft heel. Dat laatste lijkt een open deur, maar aangezien het een twintig jaar oude krachtbron betreft met 40.000 kilometer op de klok, waar ‘een broer van’ hoge compressie zuigers in gemonteerd heeft en dat ding nu goed op zijn donder krijgt, zijn er nogal wat onzekerheden. De preparatietijd was te kort om het motorblok te demonteren, dus daar moest een servicebeurt volstaan. Afijn, alles werkt naar behoren en een achtste plek is ons deel, van de vijftien deelnemers in onze klasse. Voor de tweede kwalificatie gaat het heftig regenen en dus worden regenbanden gemonteerd. Best een stressvol klusje, zo zonder tweede set wielen en zonder bandenapparaat. Soms moet je doen waar je het beste in bent, dus ik kijk geamuseerd toe. Enfin, monteur/tweede rijder David cheft dat toch binnen een half uur, met blote handen, enige krachttermen en wat handgereedschap en we zijn precies op tijd om aan de tweede kwalificatie te beginnen. De enige andere aanpassing is het verwijderen van de stuurdemper om de stuurprecisie te vergroten. Een drijfnatte baan levert uiteraard geen betere rondetijd op, maar alles verloopt wonderwel goed en dat resulteert in de vierde tijd van die natte training. Diezelfde zaterdag is het aan het eind van de middag tijd voor de eerste van twee `endurance` races van een uur, met daarin dus de verplichte rijderwissel. De tweede wordt op zondag verreden. Het gemiddelde van de twee races bepaalt de einduitslag. Nieuwe Bridgestone R10’s worden gemonteerd en verder wijzigen we niets meer, domweg omdat de kwalificatietrainingen geen input hebben opgeleverd, op één puntje na. De ZXR kochten we met een verouderde ovale BOS uitlaatdemper, maar de fabrikant was zo vriendelijk om een van hun Superbike-dempers ter beschikking te stellen. Die dingen zijn bijzonder kort en dun en vanaf dat moment huilde de Kawa zoals Kawa’s horen te huilen. Briljant, wat een liefdesverklaring aan toerentallen! David zal starten en ook voor hem staan de eerste ronden nog in het teken van de baan leren kennen en rustig het tempo opbouwen. Fouten zijn hier uit den boze! Zijn start is okay, hij behoudt zijn positie. In de eerste ronden komen enkele plaatselijke helden met een duidelijk overschot aan circuitkennis voorbij en de rest van het team is bijzonder benieuwd of hij zijn hoofd koel weet te houden. Dit lukt wonderbaarlijk goed, zijn rondetijden dalen gestaag en hij kan daadwerkelijk aanhaken en weer terugkomen naar die achtste positie. Na een half uur komt hij de pitstraat binnen en voor de zekerheid vullen we zeven liter benzine bij. We hadden het brandstofverbruik niet goed kunnen testen voorafgaand aan de race en ook de natte trainingen gaven hiervan een onvoldoende strak beeld. Daarna kan ik de baan op en ook ik moet eerst een raceritme zien te vinden. In het droge blijkt nog veel meer dan op een natte baan dat de vier zogeheten busstop-chicanes elk hun eigen specifieke aanvalsplan behoeven: voor de ene moet je de motor loeihard in laten rollen om nog fors te remmen voor de twee chicane, de volgende kun je als het ware als een snelle S-slinger rijden en voor weer een andere moet eerst heel hard geremd worden, waarna de tweede chicane hard accelererend genomen kan worden. Best gaaf gedaan! Gestaag dalen de rondetijden en worden een paar rijders ingehaald. ‘Gemakshalve’ gingen we van een strategie uit waarbij ik rijders ging inhalen en dat pakt zowaar goed uit. Na enkele ronden begint het licht te regenen en da’s niet tof. Ik duw toch behoorlijk door, voel dat de Bridgestone R10’s het eigenlijk boven verwachting blijven doen, ook op een behoorlijk natte baan. Als ik met nog twee ronden te gaan op het pitbord kijk, zie ik dat ik op P4 rijd, slechts drie seconden achter P3. En die P3 heb ik in zicht en ik zie dat hij een gripprobleem heeft. Ik ruik een podium, trek er nog eens extra hard aan en weet in de laatste ronde daadwerkelijk naar die derde positie te rijden. De eerste manche leert dat het rijwielgedeelte fijnafstelling behoeft: de banden tekenen te weinig, in de snelste ronden treedt iets te veel veerbeweging op en de stuurprecisie in de langzame chicanes moet beter. De bandenspanning wordt voor en achter met 0,2 bar verlaagd, de rijhoogte achter 4 millimeter verhoogd en de ingaande demping voor en achter iets harder ingesteld. Een dag later is het stralend weer en is het circuit kurkdroog. David start wederom met een Le Mans-start, waarbij hij – voorzichtig uitgedrukt – zeker niet als laatste weg is. Hij kan direct zijn positie handhaven en zelfs een plek naar voren rijden. De Kawa tettert het uit van plezier. Overigens een wonder dat we niet wegens het geluid uit de wedstrijd worden gehaald, maar dat blijkt hier toch iets anders te werken dan in Assen. Na 25 minuten komt hij iets eerder binnen dan verwacht, wat enige stress oplevert maar weinig tijdverlies. De ZXR reageert briljant op de subtiele wijzigingen en nu begint het zowaar op een racemotor te lijken. Eén van de zorgen voorafgaand aan deze expeditie was het remvermogen, want daaraan worden extreem hoge eisen gesteld op dit soort ‘vierkante’ stratencircuits. Voor zaten nog de originele schijven toen we de Kawa kochten, maar wel hele verse en die waren bovendien gecombineerd met de zeszuiger remklauwen van de eerste generatie Suzuki GSX-R1000. Dat remsysteem hebben we gehandhaafd, maar het is wel gedemonteerd geweest en van nieuwe rubbers en EBC remblokken voorzien. Deze hebben nogal wat tijd nodig om in te lopen, maar uiteindelijk blijken ze op dit stratencircuit echt heel goed te functioneren. Afijn, ik snijd na de rijderswissel door het veld, maar de twee snelste machines zijn ver weg. De baan leer ik steeds beter kennen en vanuit de vierde chicane komend, volgt een stuk richting een zeer flauwe rechterknik, genaamd La Maladrie. Deze knik is blind, met aan beide zijden vangrails en ligt precies bovenop een milde heuveltop. Maar naarmate de aanvliegsnelheid oploopt blijkt het goed te functioneren om voor de heuveltop en te shortshiften naar de zesde versnelling en de bocht iets te vroeg in te knikken, zodat de ZXR bovenop die heuveltop recht op de baan staat. Dan komt het voorwiel op bijna-topsnelheid daadwerkelijk los, terwijl ik plat op de tank lig. Briljant met een gouden randje! Eerder repte ik over het betere Isle of Man gevoel en dat doe ik nu nogmaals. Toch rijden er na deze euforie nog steeds twee teams voor ons. Maar plotseling komt er een zwarte Suzuki 600 in het vizier en loop ik stevig in. Zodra ik aan zijn achterwiel zit, wordt de rijder blijkbaar wat nerveus, want in de laatste bocht van de voorlaatste ronde trekt hij de Soes met een ellenlange zwarte streep van zijn achterband finaal onderuit. Zo beland ik op de tweede plek en dat is ook de plek die we uiteindelijk in de eindrangschikking behalen. Saillant detail is dat startnummer 37 de snelste rondetijd laat noteren en da’s een mooi presentje. Het podium bracht de laatste komische noot van dit prachtweekend met een zonnige uitkomst, want behalve bloemen, een zoen van de Trophy-mademoiselle en de bekers ontvingen we stevige flessen Chimay Blue bier, oftewel: Belgische Champagne! Missie geslaagd, want de Kawasaki lijkt beter dan nieuw.[kaders]CIRCUIT VAN CHIMAYOp de website www.circuit.be is de historie van het stratencircuit van Chimay te vinden. Het dorpje Chimay is wereldberoemd in België vanwege het trappistenbier en dat toont men vol trots op elke straathoek. De roemruchte geschiedenis van dit circuit reikt terug tot 1926 en tot en met 1991 was de lengte ruim tien kilometer. Tot 1972 waren chicanes afwezig, waardoor het circuit bekend stond als een ‘terminally fast road track’. Om de veiligheid acceptabel te maken, is het circuit in 1992 ingrijpend gewijzigd. Het is nu ingekort tot een lengte van 4,4 kilometer en bevat 5 ‘dubbele’ chicanes om de snelheid wat te drukken. Gedurende het hele jaar worden er diverse auto- en motorsportevenementen georganiseerd. Een mooi excuus voor een lekkere toerrit, want Chimay ligt ongeveer honderd kilometer onder Brussel, in de uitlopers van de Ardennen en dat is ongeveer 270 kilometer vanaf Utrecht.OPEN TROPHYDit jaarlijkse evenement in Chimay omhelst alle klassen uit het Belgische wegracekampioenschap, waaronder de Superbike, Supersport, Junior 600, Monobikes, Supermoto en zijspannen. Daarnaast maakt Chimay deel uit van het uitdagende IRRC kampioenschap. IRRC is een afkorting voor International Road Racing Championship en omvat enkel races die op stratencircuits worden verreden, waaronder het Gelderse Hengelo en het briljant snelle Frohburg. Alle info hierover op www.irrc.eu.