+ Plus

Reizen Tibet

Tibet op de motorfiets? Door de politieke situatie aldaar is dit nagenoeg alleen te realiseren middels deelname aan een georganiseerde reis. Daarvoor in ruil krijg je dan echter wel diepgekerfde herinneringen in zowel hart als hersens. Souvenirs die je leven verrijken en altijd bij zullen blijven!Uitdrukkingsloze gezichten achter zonnebrillen. De vingers aan de trekker van hun automatische wapens. Vanaf de daken van de huizen rond het oude Barkhor plein in het historisch centrum van Lhasa, houden Chinese scherpschutters de massa onder zich in de gaten. Er kan elk moment geschoten worden, maar niemand stoort zich daar aan. Straathandelaren prijzen hun spullen aan, locals en toeristen zijn bij de kraampjes aan het afdingen. Arbeiders zingen tijdens het werk, soldaten marcheren stram in het gelid door de straten of staan, met het wapen schietklaar voor de borst, op wacht met de rugdekking van lexan schermen. Op de 60ste verjaardag van de Volksrepubliek doet China aan spierballenvertoon in zijn probleemprovincie Tibet. Voor de Jokhang tempel, de verblijfplaats van de heiligste boeddha, werpen honderden bedevaartsreizigers zich op de grond. In de tempel verdringen gelovigen en monniken elkaar in de met wierrook bezwangerde atmosfeer tussen heilige sarcofagen en vergulde Boeddhabeelden. De ruimte is gevuld met het neuzelende geluid van de oudste en meest populaire mantra van het Tibetaanse boeddhisme, ‘om mani padme hum’. Het heden valt uit elkaar in duizend bonte filmbeelden. Het geeft je kippenvel, je ervaart alles bijna letterlijk adembenemend. De motorfiets pakken is een prima manier om weer op adem te komen. De rijwind is als een turbo zuurstofboost voor neus en mond. Net voordat we tijdens onze acclimatiseringrit van Lhasa richting Namtso de 5.160 meter hoge Lhachen La bereiken, begint de motor van mijn Yamaha te stotteren. Vanaf de pas hebben we zicht op een meer dat als een gigantisch blauw oog in een troosteloos maanlandschap ligt. Op de achtergrond loeren de Himalaya reuzen. Het Namtso meer spiegelt felblauw op 4.718 meter hoogte. Voor de Tibetanen is het heilig, het water is brak en nergens ter wereld is een meer dat hoger ligt. De rit omlaag zit vol pittige bochten. Beneden kijken we met opengesperde ogen naar de nomadententen en de yak karavanen. Aan de rand van het meer proef ik voor het eerst yak boterthee. En voor de rest van onze reis ben ik verslingerd aan die Tibetaanse toverdrank. Reisgids Tom lacht erom, de ranzige smaak van het spul valt doorgaans bij Europeanen niet echt in de smaak te harden, blijkbaar ben ik een uitzondering. Gelukkig, want specifieke bestanddelen van de drank geven sherpa’s de kracht om bergen te beklimmen en mij de energie om zelfs de meest beroerde pistes te overwinnen. Mijn reisgenoten zijn ook helemaal onder de indruk, iedereen is het er unaniem over eens dat het hier ook met meer zuurstof nog steeds adembenemend zou zijn. Ons reisgezelschap is gemêleerd, bestaat uit uiteenlopende karakters. Karakters als Hein en Gert, vader en zoon, die keer op keer voor een opperbeste stemming zorgen op hun Chinese Jialings, vloeistofgekoelde 600cc eenpitters in een allroadachtig rijwielgedeelte. Overigens ook de motorkeuze van het eigenzinnige koppel Jan en Herman, terwijl de charismatische Harel uit Israël en onze beschermengel, de wandelende Tibet encyclopedie en reisleider Tom, op een BMW GS ten strijde trekt. Onze Chinese regelaar en manusje-van-alles Rick, een naam die hij puur voor ons westerlingen heeft aangenomen, geeft daarentegen de voorkeur aan de lange veerwegen van een Yamaha XT660Z Ténéré, net als Claudia en ik. Op de terugweg naar Lhasa passeren we Damshung, het wemelt er van de politiecontroles. Zonder Rick zijn taalvaardigheid en strategisch optreden hadden we geen kans om hier te kunnen reizen. In Tibet heb je voor elk traject een aparte vergunning nodig. Talloze keren moeten we onze papieren tevoorschijn halen en weer opbergen. Onze begeleiders Rick en Tashi spelen een thuiswedstrijd en hebben er zowat een dagtaak aan om alle papierwerk te verzorgen. De omgeving is echter zo indrukwekkend dat we alle ambtenarij zo weer zijn vergeten. Dat komt ook omdat we individueel reizen. We treffen elkaar telkens bij vooraf besproken locaties waar iedereen hoe dan ook stopt. Voor de rest zijn we vrij, is er geen groepsdwang. Naast onze route ligt de spoorbaan Peking-Lhasa. Dit toonbeeld van de Chinese modernisering voor Tibet ligt er sinds 2006. Het 4.046 kilometer lange prestigeobject heeft drie miljard euro gekost. De reis duurt twee etmalen en het hoogteverschil is vijfduizend meter. De trein heeft daarom zelfs zijn eigen zuurstofvoorziening. Leuk zo’n trein, maar wij kunnen beter onze gedachten bij de weg houden en letten op overstekende honden, schapen, geiten en zwijnen. Feestelijk geklede pelgrims met karren op grote wielen, waar hun hele hebben en houden op ligt, stromen naar Lhasa. Ze hebben er vaak bijna een jaar voor nodig om het prachtige, wereldberoemde Potala paleis te bereiken, de residentie van de verbannen Dalai Lama. Ze kamperen langs de weg, stoken hun kookvuurtjes in hun tenten en verdwijnen zo af en toe in de dieselroet van passerende vrachtauto’s. Eenmaal op de plek van bestemming lopen de pelgrims met de wijzers van de klok mee rond de Potala en Jokhang tempel, de ‘kora’ heet deze ommegang. Ze mompelen mantra’s en draaien onderwijl met hun ratelende gebedsmolens. Midden tussen deze religieuze tocht verkopen naar Tibet verbannen Chinezen, die intussen ongeveer een derde van het 690.000 inwoners tellende Lhasa vormen, wasmiddelen en goedkope elektronica. Het Potala paleis daarentegen is allesbehalve goedkoop. Wat de Chinezen na de culturele revolutie hebben laten staan of weer hersteld hebben is oogverblindend. Op de verschillende Boeddhabeelden, graftombes en stupas (bouwwerk voor de relieken van een Boeddhistische heilige) zit letterlijk tonnen aan bladgoud. De ene ruimte is nog overweldigender dan de andere. Geuren, kleuren, vormen, het gefocuste gevoel van gelovigheid waarmee alle Tibetanen van de wieg tot het graf mee zijn vervuld. Adembenemend. Tussen dat gewoel en gewemel stikt het van de Chinese politiespionnen die werkelijk alles in de gaten houden. Ze zijn vermomd als toerist, brandweerman of monnik en na een poosje pik je ze er zo uit. Tashi vertelt er voorzichtig over, maar heeft de tranen in zijn ogen. Eén onvoorzichtige, in het voorbijgaan opgepikte opmerking is ook voor hem genoeg om het gevang in te draaien. Een dag later zitten we op de dik besneeuwde top van de vijfduizend meter hoge Mi La pas in de provincie Kham. Vanuit de dichte sneeuwstorm duiken enorme kuddes yaks, nomadententen en nieuwsgierige kinderen op. We banen ons een weg het dal in en komen voor het middagmaal weer samen in Shungdor. Eindelijk weer yak thee. Na acht koppen zou ik voldoende energie en concentratie moeten hebben om via een rots- en kuilenpiste naar Bayi te gaan, zonder het pad te missen of overstekend gedierte te raken. De volgende dag stoppen we voor een klein klooster. We zijn de enige toeristen. Er heerst een rustige, gastvrije sfeer en de wens om de religieuze rust met de gasten te delen. Onze tweede stop is bij het prachtige Lamaling klooster, waar we het voorrecht hebben de 95-jarige Lama te bezoeken en zien hoe een kingsize steenbok een Chinese politiespion op de horens neemt. Op de rotsachtige parkeerplaats breekt de zijstandaard van Herman’s Jialing. De lokale smid klaart het klusje snel, iets dat hem bij een hightech fiets ongetwijfeld meer tijd had gekost. We gaan richting Langxian, en wel via de reusachtige zandduinen die de rivier omzomen. Vanaf hier is de piste een marteling voor zowel veerelementen als kniebanden. Tijdens onze rustpauze delen we onze lunch aan de rivieroever met een 93-jarige nomade. Zijn gezicht is net zo doorgroefd als de Himalaya zelf. Tanden heeft hij niet meer, maar bananen en sigaretten gaan er nog altijd prima in. De piste naar de Budrang La pas (4.910 meter) is slopend. Ik krijg nauwelijks nog adem, mijn Yamaha is amechtig en de Jialing van Herman rookt zwart. In een haarspeldbocht vol rolsplit en zand stuiten we op een enorme oplegger. Die manoeuvreert zich op de millimeter langs het diepe ravijn. Als het ding hier zou stranden, dan zou je hem alleen met een haakse slijper nog uit de weg kunnen ruimen. Wij komen zonder kleerscheuren beneden in de provincie Ü, het culturele en historische centrum van het land. Het dal van de Yarlung Tsanpo geldt als de wieg van de Tibetaanse beschaving. Het vormt de bakermat van het koninkrijk dat hier in de 7e eeuw ontstond. Tussen kleine akkers en zandduinen liggen talrijke kloosters en tempels, alsof ze er gewoon gegroeid zijn. In de verte lokt de volgende meer dan 5.000 meter hoge pas, de Kamba La, alweer. Ontelbaar veel haarspeldbochten en dan de doorbraak naar de andere kant, waar we worden getrakteerd op een landschap dat zo op een andere planeet had kunnen liggen. Het Yamdrok Yumtso meer en de verre zevenduizend meter hoge reuzen ontnemen ons het laatste beetje adem. De Kar La pas, tussen Nangartse en Gyantse, trekt de Yamaha niet meer op eigen kracht. Tom’s dikke GS Adventure wordt mijn sleepboot en trekt me naar het unieke uitzicht op de gletsjer van de 7.140 meter hoge Nojin Kangtsang. Tot aan Gyantse met zijn vesting en 35 meter hoge stupa pruttelt de eencilinder weer op eigen kracht. De rit door de woestijn langs de Nyang rivier en de reis over ‘De Straat van de Vriendschap’, die Lhasa met het Nepalese Kathmandu verbindt, verloopt gelukkig verder zonder problemen. Met de hoogste pas van onze reis, de 5.248 meter hoge Lhakpa La, heeft de XT het daarentegen wel weer moeilijk. Maar hij redt het. Even later zien we de totaal overweldigende Mount Everest, die de Tibetanen ‘Qomolangma’ noemen. Het lijkt een steenworpafstand, maar hij is nog altijd 160 kilometer verwijderd. Diezelfde afstand leggen wij af vanaf Tingri over een piste van steenslag, zand en rotsen. De honderd haarspeldbochten en 5.150 meter hoge Pang La pas maken het er ook niet makkelijker op. Bij een checkpoint verbieden de militairen ons zelfs te glimlachen, maar het vooruitzicht de Mount Everest Base Camp per motor te bereiken maakt alles goed. Het Rongbuk klooster is het trefpunt van de yak karavanen met rijst, tsampa en de begeerde brandstof yakmest. Door het weer getekende sherpa’s bewonderen Tom’s BMW, die hij voor de gelegenheid aan Claudia en mij heeft uitgeleend voor deze korte excursie. En onze droom komt uit. De grootste van alle bergen toont zich een half uur lang in al zijn schoonheid. Daarna verstopt hij zijn kop weer in sneeuwzwangere wolken en trekt er een kleed van mist over zijn flanken. In een tent van het basiskamp drinken we yak thee en eten rijst. Op de terugweg ligt de Lhakpa La weer op onze route. Mijn Yamaha doet zijn best en gaat als de brandweer. De 5.270 meter hoge pas krijgt hem niet klein, over de rolstenen bromt de eencilinder probleemloos verder naar de nog tweehonderd meter hoge liggende top, waar gebedsvlaggen klapperen in de wind. Het uitzicht is eindeloos, Everest, Lhotse, Cho Oyu en Maluku spelen zich in de kijker terwijl de kou door mijn combi snijdt. Vanaf pashoogte klauteren we de laatste meters verder naar de top, extra zuurstofflessen in de hand. Daar staan we dan op het dak van de wereld, voor altijd ademloos!________________________________________INFOHimalaya reuzen in een maanlandschap, monniken, kloosters, nomaden, pelgrims, yaks en woeste pistes. Voordat de Chinese moderniseringswoede hier een eind aan maakt, zou je eigenlijk een keer het Tibet in al zijn puurheid moeten ervaren. Uiteraard op de motor. ALGEMEENTibet intrigeert door zijn aangrijpende geschiedenis, diepreligieuze bevolking en afwisselende, immer spectaculaire landschappen. Het land op de hoogvlakte wordt door de hoogste bergen ter wereld omzoomd. Dat zorgde er eeuwenland voor dat de Tibetaanse cultuur zich autonoom kon ontwikkelen, maar diezelfde cultuur is wel beïnvloed door China en andere landen. Tussen 1950 en 1970 lijfde China de hoogvlakte geleidelijk in als Chinese provincie. Daarbij verbande China de geestelijk leider, de Dalai Lama, en zo’n 100.000 andere Tibetanen, waarna grotendeels het historisch en cultureel erfgoed van het land, inclusief een groot deel van de circa zesduizend boeddhistische kloosters, werd vernietigd. Naderhand zijn er wel weer een paar opgebouwd, omdat de Chinezen de toeristische waarde er wel van inzagen, en vanwege het feit dat ze de kracht van het Boeddhisme verkeerd hadden ingeschat en meer burgerlijke ongehoorzaamheid vreesden. Sindsdien doet de Chinese regering er alles aan om Tibet om te toveren tot een moderne maatschappij, inclusief het opdringen van haar eigen communistisch kapitalistische gedachtegoed. Dat zorgt uiteraard voor onvrede en uiteindelijk ook protesten onder de lokale bevolking, ondanks dat het op sommige vlakken ook wel een positieve invloed heeft. Desondanks blijft China haar gedachtegoed goedschiks of kwaadschiks opdringen, onder meer door het land te overspoelen met Han Chinezen. Het aandeel Tibetanen wordt daardoor steeds kleiner en daarmee ook hun invloed. Ondanks deze instabiele politieke situatie heeft het land een immense aantrekkingskracht op iedereen die ook maar iets om natuur, cultuur of geschiedenis geeft. Tibet is uniek, en zal dat ook altijd blijven.MOTORREIZEN IN TIBETIndividuele reizen zijn er vanwege de politieke situatie nagenoeg onmogelijk. Starre reisvoorschriften, traject ontheffingen, de noodzaak van een Chinees rijbewijs en een Chinese verzekering, de talloze militaire en politie checkpoints, een bijna onoverbrugbare horde om in je eentje te nemen. Het alternatief? Georganiseerd reizen. Er zijn verschillende reisorganisaties die motorreizen aanbieden door Nepal en het uiterste noorden van India, onder meer Travel 2 Explore en Touratrek. Over het algemeen relatief lange reizen van minimaal drie weken met een prijs tussen de 2.500 tot 3.000 euro voor alleen de reis. Tibet daarentegen is een heel ander verhaal, er zijn niet veel reisspecialisten die zich de vingers willen branden aan alle papieren rompslomp. Het Nederlandse Motor Trails Avontuurlijke Motorreizen (www.motortrails.nl) echter heeft een 23-daagse reis in haar programma opgenomen, die voornamelijk door Tibet loopt, maar daarnaast ook Nepal aandoet. Verder heeft ook de internationale reisspecialist Edelweiss Bike Travel (www.edelweissbike.com) een 13-daagse reis op het programma staan. Met een vanaf prijs van € 5.280,- geen koopje van de dag overigens.ERVARINGOndanks dat het aantal onverharde pistes door de Chinese asfalteringswoede in getale afneemt, ontkom je niet aan offroad rijden. Veel passen zijn nog altijd onverhard en dus is het wel raadzaam om vooraf enige offroadervaring op te doen, zodat je niet direct in het diepe wordt gegooid. Je hebt je aandacht namelijk al meer dan voldoende nodig voor andere zaken. Naast de prachtige omgeving hebben de Tibetanen en Chinezen een behoorlijk eigen rijstijl die zich het best als dapper en chaotisch laat omschrijven. Bovendien heb je nog te kampen met bijkomende zaken als zuurstofgebrek en andere klimatologische omstandigheden. LITERATUURHet reisboek Shangri-La – A travel guide to the Himalayan Dream van Bradt Travel Guidesvoert je door delen van Zuidwest-China, Tibet, Bhutan, Nepal, Sikkim en Ladakh. Verkrijgbaar via onder meer www.dezwerver.nl (€ 21,95).Altijd goed zijn de reisgidsen van Lonely Planet (Tibet, Engelstalig, € 24,50) en de Nederlandstalige uitgave Nepal en Tibet van Trotter Lannoo (€ 19,95).Reisduur: 14 dagenAfgelegde afstand: 3.000 km________________________________________FOTOBIJSCHRIFTENP89De Mount Everest op 160 kilometer afstand, een indrukwekkend plaatje.P90 De zware geur van yakboter, het overal aanwezige gemompel van matra’s duiden op een klein klooster langs de weg naar de Lamaling tempel. Een Yamaha XT660Z Ténéré in Pelde Dzong, een oeroud Tibetaans dorp aan de uitlopers van het Yamdrok-Yumtso meer.P93 Veel Tibetanen, vooral nomaden, boeren en senioren, kunnen de vooruitgang die de Chinezen brengen niet aan. Jongeren die mandarijn spreken profiteren van de scholing en techniek. China telt zo’n vijftig provincies met etnische minderheden, Tibet is er één van. De grote foto is geschoten aan de oever van de Yamdrok-Yumtso.P94 Rond de Himalaya natuurlijk aan passen geen gebrek, onder meer de Karo La en Pang La pas. Die laatste voert met zijn honderd haarspeldbochten naar het Mount Everest Base Camp. Op de grote foto het kleurrijke Chonkar Choede klooster.P97 Prachtige Boeddhabeelden in alle tempels. De piste aan de Yarlung Tsangpo, monniken verzamelen zich in het Tashilhunpo klooster in Shigatse. Het befaamde Potala paleis in Lhasa was 300 jaar de zetel van de Dalai Lama. Een paard en wagen bij Tingri en een stapel yakmest aan het Namtso meer.P98Yaks zijn overal, de aankomst op het Base Camp is indrukwekkend als de Mount Everest zijn top uit de wolken steekt. Nog vijfduizend kilometer tot Shanghai en een prettig reisgezelschap. De GS op de Pang La pas.

Lees meer over

BMW Yamaha

Gerelateerde artikelen

Eerste Test BMW R1300GS Adventure

Eerste Test BMW R1300GS Adventure

31 oktober, 2024

Afgelopen juli greep BMW haar eigen Motorrad Days in Garmisch Partenkirchen aan om de jongste Adventure-exponent ...
Rij-impressie BMW M1000XR

Rij-impressie BMW M1000XR

17 oktober, 2024

Na de M1000RR en M1000R lanceerde BMW eerder dit jaar met de M1000XR een derde model in de exclusieve M-lijn. Vol ...