Rij-impressie Harley-Davidson Low Rider ST
De dikke 1923 cc zware V-twin was voorheen exclusief gereserveerd voor de dure CVO modellen, maar is nu op weg naar de normale Harley-range. In Spanje rijden we op de nieuwe Low Rider ST. We zijn zeer verrast…
Het goede nieuws eerst: dankzij de combinatie van vermogen, toercapaciteiten, prestaties en stijl is de Low Rider ST onbetwist de beste motorfiets die Harley ooit bouwde. Maar laten we vooral met iets anders beginnen. Insiders tippen de Low Rider S nu al als een topper in spé. De motor is cool, je zit nonchalant op de motorfiets en de Milwaukee-Eight V-twin met 114 cubic inches was lang de absolute top. Nu gaat Harley nog een stapje verder. Met een tot 117 kubieke inch (1923 cc) verhoogde cilinderinhoud monteren de Amerikanen bij enkele modellen de grootste motor ooit in een productiemodel. In het geval van de Low Rider ST hebben we het over een vermogen van 106 pk bij 5.020 tpm en 168 Nm bij 3.500 tpm.
Als je deze waarden afzet tegen het gewicht van de machine (327 kilo), is dit natuurlijk een lachertje vergeleken met moderne superbikes. Maar cijfers zijn één ding. Het gevoel is iets heel anders… De werkplek van de Low Rider ST-rijder is comfortabel. Je zit nonchalant, dankzij tien centimeter hoger risers staat het brede stuur lekker hoog en het ligt daardoor goed in de hand. Het solozitje is comfortabel en loopt aan de achterkant iets omhoog. Hierdoor kan de rijder zich iets afzetten bij het optrekken.
Een klein tellertje toont alle informatie zoals: snelheid, temperatuur en tijd. Het display is geïntegreerd in de stuurklem en kennen we al jaren van de Street Bob. Daardoor ziet de machtige, op het frame gemonteerde kuip er nog luxer uit. Los van plastic zie je er niets. Het levert mogelijk kritiek op omdat rijders geconfronteerd worden met de charme van goedkoop gemaakte auto’s. Mocht je hier iets praktischer of swingender zien, dan kun je het audiosysteem of navigatiesysteem monteren. Ruimte is volop beschikbaar.
Het is tijd voor een druk op de knop. Het blijft een machtige ervaring als de krukas bij het ontwaken twee enorme zuigers door de koeltorens aanslingert. In dit geval hebben we het over zuigers met een diameter van 103,5 millimeter. De toename met 55 cc meer in vergelijking met de 114” V-twin komt op naam van een 1,5 millimeter grotere boring. De kabelbediende koppeling is goed te doseren. Hiervoor zijn Schwarzenegger-onderarmen onnodig. De typische ‘klonk’ bij het inschakelen van de eerste versnelling is nog steeds aanwezig en hoort er eerlijk gezegd ook bij.
Vanaf de eerste kilometers verwent de machine je met een comfort dat je normaal niet op een Harley vindt. Twee factoren zijn hiervoor verantwoordelijk. Ten eerste zijn de afstelling van de voorvork en de schokdemper prima voor elkaar. Ze reageren gevoelig en dempen zeer goed. Zelfs bij hard remmen blijft de vork onverstoorbaar zijn werk doen. Ten tweede heeft de Amerikaanse motorfietsfabrikant eindelijk besloten om de veerweg te vergroten. De ST heeft 130 millimeter veerweg aan de voorkant en zelfs 137 millimeter achteraan. Daardoor groeit de zithoogte van 690 mm (Low Rider S) tot 720 mm. Maak je geen zorgen, de motor kan nog steeds ‘LOW-er’ aan de achterkant.
Na een korte rit over kleine wegen vol met winterse littekens en kuilen die als perfecte testbaan voor het rijwielgedeelte geldt, bereiken we het goede asfalt richting Spaanse kust. De ruime bochten en goed in te schatten haarspeldbochten zijn het ideale gebied voor een bochtenvreter. De Low Rider ST doet het op briljante wijze. De langere schokdemper levert een grotere hellingshoek op. Hierbij vindt Harley-Davidson het tijd voor een marketingstunt. De zijkoffers – identiek aan die de Sport Glide – zijn zogenaamd hoog op het voertuig gemonteerd voor meer hellingshoek. Ha! Zelfs tien centimeter lager gemonteerd moet je wel heel erg schuin gaan voordat het kunststof van de koffers over het asfalt schraapt. De positie van de zijkoffers doet sterk denken aan de Performance-Baggers waarmee in Amerika wordt geracet. Ze zien er goed uit, de inhoud bedraagt 54 liter. Eenmaal in beweging, is het gewicht van de ST nauwelijks merkbaar. Ondanks 327 kilo swingt de machine nonchalant van de ene naar de andere bocht. De motorfiets lijkt immens goed uitgebalanceerd. De relatief smalle banden (100/90-19 voor en 180/70-16 achter) sturen bijna zonder weerstand in en functioneren foutloos in het droge. Helaas houdt de standaard gemonteerde Michelin Scorcher 31 niet van nattigheid. Het brengt ons bij het enige kritiekpunt op de motor.
Het is een criminele nalatigheid van Harley-Davidson dat een absoluut belabberde grip op nat wegdek en een gigantisch koppel elkaar zonder tractiecontrole kunnen ontmoeten.
Die technologie is nota bene al lang beschikbaar. Harley heeft het op zijn toerfietsen en zelfs de instap Nightster. Die heeft met zijn 975 cc slechts de helft van het koppel van een Low Rider ST. Mensen, wakker worden! Hier is tractiecontrole nodig omdat de 117” – in alle situaties – echt krachtig is. Hoewel zijn comfortzone ergens is tussen 2.000 en 3.000 tpm ligt. Zelfs als je er echt voor gaat zitten en jezelf van bocht naar bocht katapulteert, draait het blok nooit meer dan 4.500 tpm. Zo moet een Harley rijden. Bovendien produceert de 117” daadwerkelijk Good Vibrations. Daarmee voldoet hij aan bijna alle clichés zonder grote concessies te doen.
Ook de remmen, althans de voorste met twee 300mm-schijven, werken ook zeer goed. Ze laten zich goed doseren en zijn krachtig. De achterkant is wel voor verbetering vatbaar, die kan meer pit gebruiken. Met de Low Rider ST, heeft Harley bijna alles goed gedaan. De motor is stijlvol, veelzijdig, geschikt voor reizen, gemakkelijk te sturen, krachtig, dynamisch, sportief en zelfs comfortabel. In de Harley-reeks kun je hem zelfs de motor met de beste prijs-prestatieverhouding noemen. Natuurlijk is € 27.495,- geen schijntje, maar de prijs-kwaliteitverhouding is geweldig. Dan volgt nu het slechtste nieuws: de fiets is helaas al uitverkocht tot oktober.