Mooie vakantiefoto’s maken
De weg naar goede foto’s van ej motorvakantie hoeft geen onbegaanbaar pad te zijn. Als je een paar eenvoudige tips ter harte neemt, verras je het thuisfront niet alleen met schitterende foto’s, maar zie je onderweg ook nog meer. Want wie zelfbewust met fotografie bezig is, kijkt verder dan de standaard kaders. Een dure camera-uitrusting garandeert nog geen mooie foto’s. Een mooie plaat heeft tijd nodig en juist daar ontbreekt het onderweg vaak aan. Een vakantiereis op de motor dient om te ontspannen, om pret te hebben. Het nemen van een mooie foto kost echter tijd en daarom is het handig om al voor je op reis gaat te bepalen wat voor soort foto’s je graag zou willen maken. Voor het enkel vastleggen van mooie reisherinneringen is een relatief eenvoudige uitrusting (lees: een digitale huis-tuin-en-keuken camera) meer dan voldoende. Wil je echter na afloop van de reis familie en vrienden trakteren op een uitgebreid reisverslag, videopresentatie of diashow, dan is het raadzaam om wat professionelere spullen aan te schaffen, iets dat absoluut niet de hele wereld hoeft te kosten. Het menselijk oog laat zich keer op keer weer fascineren door onverwachte zaken, daarom maken beelden met een verrassende invalshoek niet alleen indruk op professionele redacteuren. Om dergelijke foto’s te maken moet je echter de camera waarmee je werkt tot in de puntjes kennen en ook de mogelijkheden beeldtechnisch kunnen inschatten. Bovendien zul je ook onder tijdsdruk moeten kunnen werken om onderweg op onverwachte zaken tijdig te kunnen anticiperen. Daarom is het goed om te oefenen, want met fotograferen is het net als met sport, op welk niveau je ook speelt, hoe harder je traint hoe meer je uit jezelf haalt. Voor ervaren en geoefende reisfotografen is de uiteindelijke druk op de knop het sluitstuk van een lange reeks voorbereidingen. Volgens Jo Deleker, een ervaren motorreiziger wiens reisreportages we ook regelmatig in MotoPlus aantreffen, maak je een goede foto eerst tussen je oren. Al voor de reis begint bestudeert hij de kaarten zodat hij in grote lijnen weet waar en wanneer hij welke licht kan verwachten. Daarbij concentreert hij zich op de twee uren voor en na zonsopgang. Dan is het licht warm en worden objecten van opzij en niet vanuit de hoogte belicht. Dat zijn de beste omstandigheden voor goede sfeerbeelden. Mooie opnames zijn het resultaat van de combinatie van een goede timing, het juiste licht, de bewuste keuze van scherp en vaag en de vlakverdeling. En dat laatste red je alleen wanneer je bekend bent met de gulden snede. Daarmee bepaal je de ideale beeldverhoudingen zoals die ook in de natuur, de kunt uit de oude wereld en de architectuur voorkomt. Simpel gezegd: een asymmetrische beeldverdeling in een verhouding van ongeveer twee staat tot drie maakt dingen mooier. Daarvoor wordt het hoofdelement, bijvoorbeeld je motorfiets, uit het centrum van het beeld gehaald en in het bovenste- of onderste derde links of rechts gepositioneerd. Dat lijkt makkelijker dan het is, aangezien het gros van de camera’s bij het scherpstellen focussen op het midden van de foto. Dit kun je op de volgende manier omzeilen. Centreer je hoofdthema in het midden van de foto, druk lichtjes op de ontspanner en de camera zal scherpstellen op het midden. Houd de ontspanner ingedrukt en draai de camera zo dat het beeld voldoet aan de vlakverdeling volgens de gouden snede. Pas dan druk je af. Opzienbarende resultaten krijg je ook door te spelen met de scherptediepte van een foto. Om zowel voor- als achtergrond scherp te krijgen moet je fotograferen met een klein diafragma (bijvoorbeeld 16). Dit vereist echter meer belichtingstijd en dus een langere sluitertijd. Wil je, zoals bij een portretfoto bijvoorbeeld, de achtergrond onscherp hebben, kies dan voor een groot diafragma (bijvoorbeeld 3,5). Klein ezelsbruggetje hoe kleiner het getal, hoe groter het diafragma. Het nut van scherptediepte is dat het oog van de kijker naar het belangrijkste beeldelement wordt getrokken, oftewel het onderwerp knalt er lekker uit. Ook de brandpuntsafstand (of focus) van de lens is van invloed op de dieptescherpte. Een telelens bijvoorbeeld heeft met hetzelfde diafragma en dezelfde afstand tot het object een geringere scherptediepte dan een groothoeklens. Ook iets om rekening mee te houden is het meenemen van een statief, iets waar echt niet alleen solorijders baat bij hebben. Niet alleen een vereiste voor lange sluitertijden die nodig zijn tijdens ‘het blauwe uur’ (de schemering met nog een restje blauw in de lucht), maar ook bijzonder handig voor soloreizigers die toch graag met zijn motor op de foto willen zonder daarbij de camera op een muurtje of rotsblok te laten balanceren. Een foto van jezelf met je motor in het landschap is tien keer leuker dan de alleenstaande motor in datzelfde landschap!In het algemeen geldt dat een goed fotografisch verslag van een reis bestaat uit een mix van sfeerbeelden van motoren, landschappen, gebouwen, dieren, architectuur, mensen etc. Wie een reis verslaat doet er verstandig aan om zijn motorfiets op ongeveer de helft van de foto’s in beeld te hebben. Zowel rijdend als statisch en in het beeld geïntegreerd. Dat hoeft overigens niet eens altijd de hele motorfiets te zijn. Vaak is weergave van een detail of een blik over het stuur en de cockpit voldoende. Bij rijfoto’s kan de motorfiets door middel van een korte sluitertijd in al zijn scherpte bevroren worden, terwijl een langere sluitertijd weer resulteert in een fraaie bewegingsdynamiek. Het zogenaamde meetrekken, het met de camera volgen van de bewegende motor, vereist in eerste instantie wat oefening. Doel is om de motorfiets haarscherp op de plaat te krijgen, waarbij de achtergrond er juist vervaagd op komt. Dit zorgt voor extra snelheid en actie in de foto. Naar gelang de brandpuntsafstand van de lens moet je wel met sluitertijden experimenteren voor een optimaal resultaat. Naarmate je meer oefent zul je ook merken dat je al snel in staat bent om de passende camera instelling voor verschillende omstandigheden te selecteren. Zorg daarnaast in een reportage ook altijd voor afwisseling in perspectief. Fotografeer van dichtbij, veraf, laag bij de grond omhoog of juist vanuit vogelvlucht. Opnames met tegenlicht zorgen ook vaak voor een unieke sfeer in het beeld. Zo maak je met een beetje voorbereiding echte foto’s in plaats van doorsnee vakantiekiekjes. Foto’s waar je jaren later nog kippenvel van krijgt omdat je ze zelf met een beetje denkwerk hebt gemaakt. En dat geeft toch een heel wat meer voldaan gevoel dan een trucageplaatje dat enkel met behulp van Photoshop op de computer tot stand is gekomen.________________________________________[KASTEN] [KASTEN 10 TIPPS VOM PROFI]10 TIPS VAN DE EXPERTJo Deleker is naast fervent motorrijder al ruim twintig jaar actief als reisjournalist en fotograaf. Veel van jullie kennen hem waarschijnlijk van naam, want in MotoPlus komen geregeld prachtige reisverhalen van zijn hand voorbij. Hieronder tien tips van hem voor de perfecte foto.1. DENKEN EN DE TIJD NEMENZo banaal is het, de mooiste foto’s heb je vooraf al in gedachten gemaakt. Uit de losse hand geschoten kiekjes kunnen best aardig zijn, maar om een echte foto te maken moet je eerst nadenken alvorens af te drukken.2. DE JUISTE TIJD Midden op de dag staat de zon loodrecht boven je en dat is als vergif voor foto’s. Hoe lager de zon staat, hoe warmer, zachter en sfeervoller het licht is.3. ONGEWONE TIJDENNachtfoto’s maken is best gecompliceerd, maar ook fascinerend. De mooiste foto’s maak je in het ‘blauwe uur’, ongeveer 20 tot 30 minuten na zonsondergang of voor zonsopgang. Dit is evenwel onmogelijk zonder statief. 4. COMPOSITIE Zonder de basale kennis over vlakverdeling, gouden snede en de diagonalen valt het maken van goede foto’s onder de wet op de kansspelen. Ook hier geldt, oefening baart kunst. 5. EXPERIMENTEREN Maak van hetzelfde onderwerp meerdere foto’s met verschillende afstandsinstellingen en vanuit verschillende, ongewone perspectieven. 6. KLEURENStel je voor: een zwarte motorfiets met een in het zwart geklede rijder die een zwarte helm draagt tegen een donkere achtergrond. Kansloze missie om daar iets fatsoenlijks van te maken. Een kleurrijk jack en een vrolijke helm doen het veel beter op de foto. En ze maken je ook op de weg beter zichtbaar7. VOORBEELDENKijk voor inspiratie eens naar foto’s die je mooi vindt en analyseer waarom deze dat specifieke gevoel bij je oproepen. Komt het door het perspectief, het gekozen motief of misschien de gebruikte camera instelling? Denk er wel aan: die foto’s dienen ter inspiratie, niet om ze 1 op 1 te kopiëren.8. KRUIP ER DICHT OP“Als een foto niet goed genoeg is, dan zat je er gewoon niet dicht genoeg op”, zei de legendarische fotograaf Robert Capa ooit. Daarmee bedoelde hij niet de letterlijke afstand tot het onderwerp, maar de figuurlijke. Leef je in in het onderwerp dat je op de gevoelige plaat wilt vastleggen en vraag jezelf af welke elementen belangrijk zijn.9. LICHTSchemering en tegenlicht, ze geven een foto een bijzondere atmosfeer. Accentueren doe je met een flitslicht, reflectoren, de koplamp van de motorfiets of afzonderlijke verlichting met andere soorten kunstlicht.10. DYNAMIEKLange belichtingstijden zorgen vooral bij actiefoto’s voor spanning.________________________________________[KASTEN DIE RICHTIGE KAMERA]DE JUISTE CAMERAZelfs met relatief eenvoudige digitale camera’s kunnen heel behoorlijke reisfoto’s worden gemaakt. Om meer plezier van het fotograferen te hebben kun je het beste kiezen voor een camera met een grote beeldgevoeligheid, heldere display, eenvoudig te bedienen menu en een optische zoom. Wanneer je ook actiefotografie wilt doen is een camera met een snelle – bij voorkeur instelbare, sluitertijd noodzakelijk. Dan heb je ook een camera nodig die meerdere beeldne per seconde kan maken en direct reageert op de ontspanknop.Digitale camera’s voor beginners zijn er al voor minder dan honderd euro. Ze zijn goed genoeg voor het maken van gewone foto’s, de instellingsmogelijkheden zijn echter beperkt en experimenteren kun je vaak wel vergeten. Compact camera’s kosten tussen de honderd en tweehonderd euro. Ze zijn erg klein, hebben grote displays, maar ook hier zijn de instelmogelijkheden nog altijd relatief beperkt en bovendien wordt de beeldkwaliteit van de foto’s vaak negatief beïnvloedt door de miniaturisatie van de camera.Toestellen uit het super-zoom-segment (vanaf ongeveer € 300,-) zijn iets groter dan de compacte toestellen, hebben daarentegen ook veel meer te bieden. Meervoudige optische zoom en instelmogelijkheden voor diafragma, sluitertijd en ISO-waarden bijvoorbeeld. Wat ontbreekt zijn vaak een aansluiting voor een losse flitser of converter. De (semi)professionele fotograaf kiest doorgaans voor een digitale spiegelreflexcamera. Het instelbereik van deze camera’s is zo breed dat deze praktisch nooit voor de volle honderd procent benut worden, terwijl de camera’s relatief betaalbaar zijn. Grootste voordeel naast het instelbereik is dat ze met losse lenzen werken en er ook randapparatuur als flitsers op aan kan worden gesloten. Een startset bestaande uit een eenvoudige lens met body (de camera zelf) is er al vanaf zo’n 600 euro. Ze zijn wel zwaar en groot, de mogelijkheden zijn echter eindeloos.Wanneer je je zinnen hebt gezet op een spiegelreflexcamera, kijk dan ook goed rond naar het aanbod aan goede lenzen (objectieven). Wat heb je immers aan de meest fijngevoelige lichtsensor, wanneer die zijn informatie moeten krijgen van een lens met de optische kwaliteit van de bodem van een Groslch-beugelfles? Om de overstap naar de moderne tijd zo simpel mogelijk te maken hebben de meeste fabrikanten hun body’s zo uitgevoerd dat de lenzen uit de analoge tijd er ook weer op passen. Dat is handig, maar heeft wel als nadeel dat de brandpuntsafstand verlegd wordt. De verlegging van het brandpunt ligt meestal in de grootte van ongeveer 1,5. Dat betekent dat een analoge 28 mm groothoeklens in de digitale wereld een normaal 42 mm objectief wordt. ________________________________________[KASTEN WAS UND WIE VIEL MITNEHMEN]WAT NEEM IK MEE?Wat er onderweg in de fototas moet zitten hangt natuurlijk in eerste instantie van de fotograaf af. Ieder zijn meug en als je genoeg hebt aan wat eenvoudige kiekjes dan is een standaard digitale huis-tuin-en-keuken camera met zoom en 35-105 mm brandpuntsafstand voldoende. Stel je hogere eisen dan kun je niet om een digitale spiegelreflexcamera heen. Met een body en twee- tot drie lenzen (inclusief een groothoeklens) met brandpuntsafstanden tussen 20 en 200 mm kun je bijna alle mooie foto’s maken. Nog langere lenzen heb je nodig als je langs een circuit wilt fotograferen, simpelweg omdat je tegenwoordig vaak ver van de baan staat en dus flink moet ‘inzoomen’.Een losse flitser, extra geheugenkaarten, een microvezel doekjes, reserve accu of batterijen, stofpenseel, filters en een extern harde schijf completeren het geheel. Alleen de profs zullen ervoor kiezen om een extra body mee te nemen, maar die luxe is niet voor iedereen weggelegd. Zijn we er dan? Nee, geen enkele fotograaf kan voor mooie sfeerbeelden zonder een goed statief. Een simpel, compact en licht statief is er al vanaf 25 euro.[Unterschrifte]Ook handig: Gorilla-Pod statief (vanaf € 19,95), bonenzak-statief (vanaf € 10,-), omvormer van 12 naar 220 volt (om de camera-accu te laden vanuit je motoraccu, kosten vanaf € 35,-). Verder de semi-professionele Nikon D80 spiegelreflexcamera (vanaf € 849,- inclusief lens) en de Panasonic Lumix compactcamera (vanaf € 250,-).________________________________________[KASTEN PIXELKUNDE]PIXELKUNDEBen je niet van plan om enorme posters van je foto’s te laten maken, dan hoef je je ook niet te laten meeslepen in de megapixel-hype. Niet het aantal pixels bepaalt namelijk de scherpte van de foto, maar de afdrukgrootte. Voor een gedetailleerde foto formaat 10 x 15 centimeter is twee megapixel bijvoorbeeld al meer dan voldoende. Pas wanneer je afdrukken 40 x 50 centimeter of groter worden, heb je een zes megapixel camera nodig. De dwang van de fabrikanten om de pixel intensiteit steeds verder te verhogen heeft momenteel zelfs een tegendraads effect. Het optische systeem kan de overdaad aan informatie namelijk niet verwerken, de minuscule sensoren in de compacte camera’s vangen te weinig licht waardoor het beeld grofkorrelig en onscherp wordt. De automatische beeldcorrectie in de camera herstelt dit wel, maar dat heeft wel tot gevolg dat fijne details worden ‘glad gestreken’. Wees dus niet verbaasd wanneer je oude 6 megapixel camera scherpere foto’s maakt dan je nieuwe 12 megapixel exemplaar! Digitale spiegelreflexcamera’s hebben door hun afmetingen meer ruimte voor grotere sensoren en hebben hier dus geen last van. Interessante informatie over dit onderwerp vind je op www.6mpixel.org.________________________________________[KASTEN TRANSPORT DER AUSRÜSTUNG]DE CAMERA VERVOERENJe kunt je spullen op verschillende manieren meenemen op de motor, voorop staat dat je cameraspullen goed beschermd zijn tegen stof, hitte, vocht, trillingen en valschade. Daarbij moet je er snel bij kunnen wanneer het moment roept, terwijl het anderzijds goed beschermd moet zijn tegen het dievengilde. Neem je alleen een body en een paar lenzen mee is een standaard fototasje die weer in de tanktas past een prima oplossing. De praktijk leert echter dat je al snel met wat weer apparatuur onderweg bent en dan kun je niet om een professionele fototas heen. Die zijn er in verschillende uitvoeringen: als schoudertas of als rugzak. Een grote tas kun je achterop de duozitplaats vastzetten, een rugzak heeft als voordeel dat je fotospullen beter weggehouden worden van de trillingen van de motor. Nadeel van de rugzak is dat het op den duur oncomfortabel kan zijn bij lange ritten en bovendien bij een eventuele valpartij gevaarlijk kan zijn vanwege de harde (metalen) camera’s en lenzen. Handig (en ook de beste bescherming tegen diefstal en beschadiging bij een val) is het om je fototas in zijn geheel op te bergen in een robuuste zij- of topkoffer. Vooral bij een topkoffer liggen je fotospullen dan heel mooi klaar voor gebruik. Deze methode gebruiken we zelf vaak tijdens reportages, warabij we ook een heel klein cameraatje in de borstzak hebben voor de hele snelle kiekjes onderweg.[UNTERSCHRIFT]De tanktas/rugzak fototas combinatie van Touratech biedt snel toegang tot je spullen (prijsindicatie vanaf € 179,-), de compacte en praktische LowePro Dry Zone 100 is waterdicht en past in een zijkoffer (prijs € 449,-). Voor het kleine werk is een simpel heuptasje voldoende.________________________________________[KASTEN SPEICHERN]OPSLAAN VAN JE FOTO’SDe jongste generatie geheugenkaarten bieden ruimte aan honderden (in sommige gevallen soms wel duizenden) foto’s, maar ooit raken ze toch een keer vol. Maak je nu niet al teveel foto’s dan neem je gewoon een tweede kaart mee en zet je thuis gekomen de foto’s over op je PC. Voor veelschieters is het echter zinnig om een extern massaopslagmedium (meestal een externe harde schijf) mee te nemen. Dit is overigens ook voor de bescheiden fotograaf misschien wel een handige partner, omdat je zo tijdens je reis al een back-up van je foto’s kunt maken. Mocht je camera gestolen worden of mocht je hem verliezen, dan heb je in ieder geval de foto’s nog. Zo’n opslagmedium heeft meestal een kaartlezer of werkt met een USB-OTG (USB-On The Go) aansluiting. Daarmee worden de foto’s via een USB-poort direct van de geheugenkaart in de camera gehaald en opgeslagen op de harde schijf. Let er daarom bij de aanschaf altijd op dat de externe harde schijf over de juiste kaartlezer voor jouw geheugenkaarten beschikt. En dat bij een USB-aansluiting de overdrachtsnelheid voldoende groot is, zodat het overzetten van foto’s van camera naar harde schijf geen uren beslag neemt. Puntje van aandacht bij het overzetten is wel dat de accu van de camera voldoende vol is: als de camera namelijk uitschakelt tijdens het overzetten, dan kunnen de fotobestanden beschadigd raken![UNTERSCHRIFT]Waterdichte houders voor geheugenkaarten zijn er al vanaf een paar euro. Externe harde schijven zijn er in alle soorten en maten, van 80 tot 1 TB, met of zonder display en evntueel met directe kaartlezer of USB-aansluiting. Afhankelijk van de uitvoering beginnen de prijzen rond de 80 euro. ________________________________________[UNTERSCHRIFTE][MRD SEITE 74 OBEN] De gulden snede: beeldbepalende elementen, zoals hier de motorfiets, komen het best tot hun recht op één van de vier snijpunten.[MRD SEITE 74 UNTEN]TIP: SCHILDEREN MET LICHTBij het creatief fotograferen maak je bewust gebruik van het licht om een bepaalde sfeer te creëren. Daar is soms veel geduld voor nodig, zoals je hier ziet op de foto’s van het Turkse Ishak Pasha Palijs. Links vroeg in de ochtend, rechts twaalf uur later.[MRD SEITE 76 UNTEN]FOCUSVoor- en achtergrond: met de focus (brandpunt van de lens) veraf ligt de nadruk op het gigantische landschap van het Chileense Altoplano op de achtergrond. De opname met de groothoeklens daarentegen trekt de aandacht van de kijker naar de man op de voorgrond. [MRD SEITE 76/77 MITTE]Hetzelfde standpunt biedt vele mogelijkheden voor verschillende lenzen. De telelens trekt gevoelsmatig het hele landschap mee in de foto, terwijl de groothoeklens juist de brug in de omgeving integreert. Let bij beide foto’s ook op de plaats van de motor, exact volgens de gulden snede.[MRD SEITE 78 UNTEN]TIP: PERSPECTIEFHet resultaat van verschillende perspectieven. Links de foto van de klassieke bibliotheek van Ephessos zoals iedereen hem maakt met een standaard camera. Rechts vanuit een laag bij de grond perspectief, de nadruk ligt nu op de voorgrond en de diagonale lijnen maken het beeld veel uitdagender. Actie in een statische foto, knap gemaakt.[MRD SEITE 79 MITTE UNTEN]TIP: DYNAMIEKBewegende foto’s vragen vanwege de gewenste vage achtergrond lange belichtingstijden. Links een sluitertijd van 1/30 seconde, rechts een nachtopname in de stad met volle twee seconden sluitertijd plus flits om de cockpit te ‘bevriezen’.